T Z5ste Jaargang WOENSDAG 18 JULI 1934 No. 7865 S)e CckióclTe(Soti^cmt DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN D£ ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Voor Leiden cent per weekf 2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per poet 2-85 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad ie toot de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling, Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. Bureaux: PAPE1NGRACHT 32, LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 11 GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per regel Voor Ingezonden Modedeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin bo betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur m verhuur, koop en verkoop: 0.50 V „Particuliere liefdadigheid'^ De socialistische pers neemt het den Katholieken Amsterdamschen wethouder Kropman kwalijk, dat hij in een overi gens door de peins met instemming ontvan gen rede over den werkloozensteun ge wezen heeft oip den plicht van de particu liere liefdadigheid, om de Overheidshulp aan te vullen. De socialistische pers noemt dat een „af- leidings-manoeuvre". Zij leze in dit verband dan maar eens het verslag van een vergadering van het R. K. Werkliedenver bond, waaruit haar duidelijk kan blijken, dat de aandacht volstrekt niet van de regeeringstaak ten deze wordt afgeleid! Maar, ook die pens moet begrijpen, dat ten slotte de particuliere (kerkelijke en particuliere) liefdadigheid moet aanvullen, wat er bij Overheidshulp in vele gevallen noodzakelijkerwijs ontbreken zal nood zakelijkerwijs, omdat de overheid bij haar Steunmaatregelen moet generaliseeren, al- gemeene nonmen moet volgen. Als men dat niet inziet, dan heeft men eerst de oogen gesloten voor de realiteit, de werkelijkheid, om maar aan dien plicht van oharitas, van „particuliere lief dadigheid" te ontkomen! Die „particuliere liefdadigheid" is vooral in dezen tijd zoo hoogst noodzake lijk. V Wat als een heilig beginsel wordt beschouwd Het zou zijn onwaar en onrechtvaar dig, als men zou beweren, dat loonsverla ging, verslechtering van arbeidsvoorwaar den in vele bedrijven en ondernemingen is ingevoerd zonder noodzakelijkheid, zonder oeconomische noodzakelijkheid. Geen verstandig mensch zal een derge lijke bewering uitspreken. Hierin ligt natuurlijk niet opgesloten, dat alle loonsverlagingen en verslechte ringen voor de arbeiders, welke zijn inge voerd, oeconomisch noodzakelijk waren. En nog veel minder ligt in deze erkenning opgesloten, dat men zou moeten streven naar loonsverlagingen en andere verslech teringen, omdat deze per sé en a priori, in alle gevallen oeconomisch noodzakelijk zjjn. Integendeel. Integendeel, men zal zoo lang aan het goede wat ver kregen is moeten vasthouden, totdat en inzoover de noodzakelijkheid, om bedrijf of onderneming oeconomisch gezond te houden of te maken, dwingt, om er af stand van te doen. En onder het goede in bedrijf en onderneming rekenen wij aller eerst behoorlijke loonen en menschwaar- dige arbeidsvoorwaarden. Zij, die deze dingen niet als goede dingen er kennen, zullen als vanzelf gemakkelijk en graag aanvaarden een noodzakelijkheid, om er aan te tornen. Zóó b.v. een inzen der in de liberale „N. R. Crt.". Eerst zoo schrijft deze wanneer het principe: „dat de arbeid is voor hem, die dezen het goedkoopst verrichten wil", weer als een heilig beginsel door gemeenschap en staat erkend en beschermd zal worden, zal er kans zijn, dat we uit de huidige impasse komen. Daar hebt je er nu één van de soort, die zoo buitengemeen gevaarlijk is voor de gemeenschap! Omdat zij als heilig be ginsel aanvaarden een theorie, die voor een massa arbeiders een toestand zou scheppen, als nog niet zoo lang geleden! ten tijde van Leo XIII, een toestand, slechts weinig beter, dan voor eeuwen het lot der slaven was! Zij willen niet loonsverlagingen en verslechteringen van de arbeidsvoorwaarden, wanneer en inzoo ver de noodzakelijkheid ervan blijkt, neen die noodzakelijkheid staat voor hen al vast, voordat men er over gaat praten, die noodzakelijkheid vloeit immers voort uit een heilig beginsel! Dat heilig beginsel, hetwelk voorschrijft, om te trachten, voor zichzelf zoo veel moge lijk te nemen en anderen zoo weinig moge lijk over te laten een heilig beginsel, waarvan ten slotte alleen de oeconomisch- fterken zullen profiteeren! BINNENLAND DE HERZIENING DER STEUNREGELING Gisteravond heeft de heer G. W. F. van Hoeven, referendaris aan het Departe ment van Sociale Zaken en Rijksinpecteur voor de steunverleening, voor de radio een rede gehouden over de herziening der steunregeling. Aan deze rede wordt het volgende ont leend: Spreker ving aan met op te merken, dat hijin het bijzonder zal spreken over de herziening der steunregeling, welke voor enkele weken is ingegaan en welke alge meen, voor het geheele land geldt. Ter algemeene inleiding tot dit vraag stuk wees hij er voorts op, dat, hoewel de overheidshulp aan behoeftigen in het al gemeen gebonden is aan de bepalingen der armenwet, voor de wenklooze arbeiders een steunregeling is getroffen, welke naast de armenwet is gesteld. Echter zijn toch de grondbeginselen van de armenverzor ging en de steunverleening dezelfde. Ar menzorg en steunverleening hebben dit verschil met de werkloosheidsverzekering, dat terwijl bij laatstgenoemde de arbei der recht op uitkeering heeft, ongeacht zijn financieele omstandigheden, ingevolge de Armenwet en de steunregeling slechts hulp mag worden verleend voor zoover de gezinsomstandigheden daartoe aanlei ding geven. De steunregeling kent derhalve de in- dividueele beoordeeling, waardoor de uit keering verschilt naar gelang van de klasse van gemeente, waarin de betrokke nen woonachtig zijn, naar de grootte van de gezinnen en de omstandigheden, waarin elk gezin afzonderlijk verkeert, in het bij zonder naar gelang er in het gezin reeds inkomsten uit anderen hoofde zijn. Op dit laatste vooral legde spr. den nadruk, om dat en dit in den laatsten tijd herhaal delijk gebleken, men uitsluitend afgaat op 't bedrag, dat de ondersteunde ontvangt, zonder te vragen hoeveel inkomsten het gezin nog heeft buiten den steun. Vervolgens gaf spr. een overzicht van de overheidsfinanciën. Voor 1935 zal de begrooting alleen door drastische bezuini gingen op allerlei gebied sluitend gemaakt kunnen worden. De begrootingen van ver scheidene gemeenten vertoonen reeds voor 1934 een ongedekt tekort. Getracht is deze tekorten tot de kleinst mogelijke propor ties terug te brengen. Aan de herziening van de voorschriften voor steunverleening is reeds dikwijls krasse bezuiniging en op voering van de belastingen tot het uiter ste voorafgegaan. Deze maatregelen heb ben wel tot gevolg gehad, dat het bedrag, dat aanvankelijk ongedekt was niet onbe langrijk kleiner werd, doch ten slotte is toch* nog een bedrag van ettelijke mil- lioenen overgebleven waarvoor geen dek king te vinden is. Deze zorgvolle toestand van de publieke kassen heeft de regee ring ten slotte genoodzaakt ook op de werkloozenzorg te bezuinigen. Na gewezen te hebben op de noodzake lijkheid tot vermindering van steunuitkee- ringen in verband met de daling van de loonen in het vrije bedrijf, gaf de heer Van Hoeven een uiteenzetting van de strekking der met ingang van 1 Juli j.L ingevoerde wijzigingen in de bepalingen der steunregeling. Bij de nieuwe regeling zijn negen ver schillende tarieven vastgesteld in ver band waarmee de gemeenten in negen klas sen verdeeld zijn. Voor de eerste klasse van gemeenten bedraagt het tarief thans voor de uitge- trokkenen ƒ12.voor man en vrouw en 1.35 per kind per week. De dubbel-uit- getrokkenen ontvangen thans 11.en 1.35 per kind. Voor de eerste groep bedraagt de verla ging ƒ1.50 van het grondhedrag en ƒ0.15 per kind. Voor de tweede groep is de ver laging van het grondhedrag eveneens 1.50, doch is de kindertoeslag dezelfde geble ven. Een verlaging met f 1.50 ondergingen eveneens de tarieven van de klassen 2, 3 en 4. De kindertoeslag van deze klasse ver mindert voor een aantal eveneens met 0.15, voor anderen minder. De klassen 5, 6, 7 en de vroegere klasse 8, verminderden in het algemeen met ƒ1.voor man en vrouw en de kindertoeslag 0.20 of min der. Ten slotte werden de laatste tarieven niet gewijzigd. De tweede wijziging die nauw verband houdt met het tarief i6 die van een huur- toeslag. De Minister heeft hiervoor vastgesteld, dat geen enkele gemeente meer dan 100 pet. mocht vergoeden en dat men niet ver der mocht gaan, dan het reeds in verschil lende gemeenten bestaande voorschrift, dat twee derde als toeslag mocht worden ver strekt. Vervolgens is voor alle gemeenten een bedrag vastgesteld boven hetwelk geen enkele uitkeering mag gaan. Ecr\ 4erf»e_. lijk maximum bestond reeds in de regeling voor de vier groote gemeenten, doch be houdens een enkele uitzondering gold in de andere gemeenten een zoodanige be paling niet. De hoogere uitkeering voor uitgetrok- kenen ontvangen zij slechts een bepaal den tijd en wel tot dusverre gedurende maximaal 24 weken per jaar, daarna krijgt deze groep steun volgens het een gulden-lagere tarief en worden dan ge noemd uitgetrokkenen. Deze regeling is thans in dier voege ge wijzigd, dat de hoogere uitkeering van 24 weken slechts eenmaal kan worden ont vangen en voor de tweede en volgende malen slechts dertien weken. Spr. wees hierbij op een belangrijke overgangsbepa ling. De Minister heeft n.l. bepaald, dat diegenen, die op 1 Juli als uitgetrokkenen de hoogere uitkeering ontvangen, ook al waren zij voor de tweede of de derde maal als uitgetrokkenen in die positie, den vroeger geldende termijn van 24 weken mogen blijven uittrekken. Wat de wijziging betreft,, welke plaats heeft gehad in de bepaling voor de bere kening van den maximum steun, deelde spr mede, dat die trots alle bezuinigings maatregelen tot gevolg heeft, dat voor een aantal geen verlaging, voor anderen zelfs verhooging van steun plaats vindt. De hoogte van de uitkeering is in vele gevallen afhankelijk van de hoogte van het loon. Het is dringend noodzakelijk, dat tusschen den steun en het loon een behoorlijke marge 1 estaat. Met het oog hierop was bij de vroegere regeling be paald, dat de steun voor uitgetrokkenen nooit hooger mocht z(jn dan 70 pet. van het loon. Niet alleen voor de groote gezin nen nu is dat percentage verhoogd, doch ook de kleinste gezinnen met lage loonen zagen hun maximum opvoeren. Het maxi mum loopt thans zelfs tot 90 pet. Deze regeling is- in de eerste plaats be doeld om de groote gezinnen die daaraan behoefte hadden zooveel mogelijk tege moet te komen, doch is ook voor ver scheidene kleine gezinnen zeer zeker niet zonder beteekenis. Daar de bedoelde per centages thans, in tegenstelling met vroe ger, hooger worden, naargelang het loon daalt, is bovendien een meer gelijkmatige verdeeling van het beschikbare bedrag verkregen. Wanneer men het geheele samenstel van de genomen maatregelen bezat, dan blijkt, dat het streven van den Minister van So ciale Zaken er op gericht is geweest de noodzakelijke bezuiniging in de eerste plaats te verkrijgen van de uitkeeringen, die in verhouding tot die van anderen het hoogst waren en voorts door verminde ring van den steun van hen, die nog in komsten uit anderen hoofde hadden. Van hen, die het het slechtst hadden is niets af genomen; in verschillende gevallen heeft zelfs verhooging plaats gevonden. Spr. wees er op, dat het niet zoo een voudig is om een oordeel over den om vang der verlagingen te kunnen vellen. Men moet wel over alle gegevens kunnen beschikken om een juiste conclusie te kun nen trekken. Spr. lichtte dit met enkele voorbeelden toe. Een gezin, woonachtig in Amsterdam, heeft vier kinderen. Het loon van den va der zou als hij werkte 24.bedragen. Volgens het vroegere tarief zou de man ontvangen 13.50 en 4 maal 1.50, of te zamen 19.50. Deze uitkeering ontving hij echter nooit, omdat hij niet meer steun mocht hebben dan 70 pet. van zijn loon van 24.of 16.80. Volgens het lagere tarief zou hij ontvangen 12.en 4 maal 1.35 is 17.40. Ook deze uitkeering kan niet worden gedaan, omdat de maximum uitkeering in verband met het loon 16.80 is. Geen vermindering van uitkeering dus hoewel het tarief is verlaagd. De Minister heeft indertijd toegezegd zooveel mogelijk voor de groote gezinnen iets te zullen doen. In verband daarmee werden de maximum-uitkeeringen voor die gezinnen ook belangrijk verhoogd. Nu voert men meermalen voorbeelden aan van groote gezinnen, die niettemin verlaging van uitkeering kregen. Men wil met die ge vallen aantoonen, dat de Minister zijn toe zegging niet, althans niet ten volle heeft gestand gedaan. Wanneer men de gevallen, welke genoemd werden naging, bleek ech ter dat deze gezinnen nog een inkomen buiten den steun hadden. Spr. wilde nog eenige gevallen noemen. Een gezin van man, vrouw en negen kin deren in een middelgroote gemeente. Vol gens de oude regeling kreeg het gezin 13.35 steun en thans f 9.05. Wordt er nu niet meer bijverteld, dan lijkt het of dit gezin van negen personen thans moet leven van ƒ9.05. Echter bleek later, dat dit ge zin bovendien nog een inkomen had van 22.05, zoodat met den verlaagden steun samen nog ƒ31.10 ontvangen werd. Soort gelijke verhoudingen zijn in andere geval len ook aanwezig. Spr. hoopte met 'een en ander te heb ben aangetoond, dat men niet af moet gaan op de mededeeling, dat A. of B. zooveel gulden minder steun heeft gekregen, doch dat men voor een juiste beoordeeling over alle gegevens moet kunnen beschikken. In elk geval zegt de mededeeling, dat een ge zin een verlaging van 1 gulden heeft ge had niets, zoolang men niet tevens daarbij vermeldt hoeveel de inkomsten in dat ge zin zijn. Hiermede is de beteekenis van alle tot dusver gepubliceerde voorbeelden waarin men vermelding van deze gegevens had nagelaten gekenschetst. Spr. is er zich ten volle van bewust, dat in meerdere gevallen zelfs belangrijke ver lagingen van steunuitkeering hebben plaats gehad, doch hij wenscht er alleen voor tc waarschuwen, dat men in vele gevallen met verlagingen schermt, die op zichzelf wel belangrijk zijn, doch die als men ze in hot juiste licht bezit, niet die beteekenis hebben, welke men er bij op pervlakkige beschouwing aan zou hech ten. Ten slotte noemde spr. nog een tweetal maatregelen, die buiten de herziening der steunregeling staan, dooh die niettemin voor vele arbeideis beteekenis hebben. In de eerste plaats heeft de Regeering voort kort besloten de rente van de uit 's Rijks kas verstrekte voorschotten voor woningbouw, welke meer dan 4 pet. be draagt, tot dat percentage terug te bren gen, zulks met de bedoeling om waar dat noodig is, tot verlaging van de huren der Woningwetwoningen te geraken. En in de tweede plaats heeft de Minister de vorige week ter kennis van de gemeen tebesturen gebracht, dat er zijnerzijds geen bezwaar tegen bestaat, dat een gedeelte van de contributie van de ondersteunden voor ziekenfondsen voor rekening der ge meenten wordt genomen. R. K. WERKLIEDENVERBOND. Naar aanléidkig vam de openingsrede van den voorzitter op de Verbondsvergadering van het R. K. Werkliedenverbond werd door zeer vele afgevaardigden het woord gevoerd. Bij de beantwoording der opmerkingen werd door den voorzitter allereerst in her innering gebracht, dat te Haarlem werd be sloten om het lidmaatschap der K a t h. Democr. Partij als zoodanig niet te verbieden. Gaat een lid van de K. D. P. steeds voort met te stoken in de arbeiders- weging, dan zal royement moeten volgen. De besturen der afdeeliingen moeten elk ge val op zich zelf naar beste weten bcoor- deelen. Ten aanzien van de hier te lande werk zame buitenlandsche arbeids krachten, merkte spr. op, dat het hier werkzaam zijn van buitenlandsche krach ten vooral daarom zoo'n groot euvel is, om dat de Nederüandsche arbeiders geen kans krijgen in het buitenland geplaatst te wor den. Het is te hopen, dat de Minister van Sociale Zaken spoedig tot uitvoering der wet op de buitenlandsche arbeidskrachten zal overgaan. Wat de steunverleening en de werkverschaffing betreft, consta teerde spi-., dat gebleken was, dat het be stuur tot nog toe gehandeld heeft in den geest van de katholieke arbeidersbeweging en dus op den ingeslagen weg zal voort gaan. Het bestuur van het Verbond zal zich binnenkort wenden tot de plaatselijke or ganen om ingelicht te worden over de re sultaten der ingevoerde stounherziening. Dan zal het bestuur zich op de hoogte kunnen stellen, in welke mate de stoun herziening een steunverlaging beteekent. Een goede steunpolitiek moet volgens het Verbondsbestuur er van uitgaan, dat de ar beiders een recht hebben om te leven. De regeering is momenteel het eenigste orgaan, dat beschikt over de middelen om mogelijk te maken, dat het leven van het volk in stand wordt gehouden. De regee ring is in dezen allereerst en allermeest verantwoordelijk. Indirect, en wel door het controlerecht dat het uitoefent, is ook het parlement verantwoordelijk voor de poli tiek. In zedelijk opzicht is de ingevoerde steun verlaging onverantwoordelijk te noemen. Door deze ernstige toestanden is de menta liteit van een groot aantal werklooze Neder landers, waartoe ook Katholieken behoo- ren, hoogst ernstig geworden. Spr. sprak de hoop uit, dat de regeerdng aan het adres van het Verbond de noodige aandacht zal schenken en correcties zal aanbrengen in de regeling. Ook moet de regeering nagaan of dc ge voerde belasting politiek wel juist is. De re- geer'mg stelt zich op hot standpunt, dat uit de belastingen niets meer gehaald kan wor den, maar dc meening van het Verbonds bestuur is, dat dit laatste nog wel mogelijk is. Zooals er een wegenfonds ontworpen is, zoo vraagt men zich af of er niet een fonds moet komen om het menschclijk leven in stand te houden. Niet alleen van de hoo- DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. De „Osservatorc Romano" teleurgesteld over de rede van Hitler. (2de blad). Ook Probst, dc leider der Dultschc Ka tholieke Jeugdvereniging blijkt doodge schoten te zijn. (2de blad). De stakingslciding te San Francisco doet concessies inzake de levensmiddelen- voorziening. (2de blad). BINNENLAND. Noodlottige steekpartij na de kermis te Ileeswijk. Jongeman uit Dinthcr gedood. (lste blad). Schoenfabriek te Rijen afgebrand. (Gom. Ber. 2de blad). De centralisatie van de crisisdiensten. (lste blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. De Ned. afvaardiging naar de Wcreld- wielcrkampioenschappen te Leipzig. (2de blad). Dc Ncdcrlandschc Wielerkampioenschap pen. (2de blad). De Zesdaagschc te Londen. Ernstige val partijen. (2de cn lste blad). gore inkomens, aldus verder spr., kan nog meer gehaald worden, maar ook uil dc min der hooge inkomens. Wat de houding der Kamerfractie betreft, moet men in het oog houden, dat deze re geering niet is gevormd met medewerking der R. K. Staatspartij. En als de fractie de regeering zou wogstemm.cn, moet zij de zekerheid hebben dat we er onder een nieuwe regeering niet slechter aan toe zul len zijn. Ten slotte deelde spr. mede, dat aan den meermallen geuiiten wcnsch om een specia- len man aan te stollen in do beweging voor de werkloozenzorg, naar de meening van het bestuur nog niet voldaan moet worden, omdat het niet mogelijk is alle aangelegen heden betreffende dc wcrkloozen centraal te behandelen. Die belangen kunnen beter behartigd warden door de districtscommis sies. Bij de behandel!ing van het jaarverslag over 1933 worden diverse huishoudelijke aangelegenheden ter sprake gebracht. Het financieel verslag over 1933 werd vastge steld. Het periodiek afgetreden lid van de commissie voor volksgezondheid, de heer H. B. Haver, word bij enkele Candida afstel ling herkozen. Dc jaarverslagen van „Her wonnen Levenskracht" en „Borg cn Bosoh" werden, na een korte toelichting door den heer Vorzuu, vastgesteld. Dc hoeren Haver, van Tongeren cn Verzuu werden herkozen als bestuurslid van „Herwonnen Levens kracht". Vervolgens werden de verslagen besproken van Concordia, Dc Centrale Volksbank, de Ncd. Arbeidsbank cn de Eigen Drukkerij Lumax. Tot bestuursleden werden herkozen de heseren Andiricssen, Angencnt, Dc Bruyn cn Kuiper en gekozen werd dc heer A. Boere- ma, in de vacature Van Hamersveld. De heer A. C. dc Bruyn word bij accla matie herkozen tot voorzitter. Hedenmorgen is de vergadering voortge zet. EERSTE KAMER. De Senaat heeft gisteren weer eens ge toond af te kunnen werken. Niet minder dan 21 wetsontwerpen werden binnen de tijd van een kwartier aangenomen. De ccnigstc, die hierbij het woord voerde, was de voorzitter, Baron de Vos van Stccnwijk. Er waren 13 contingentceringsontwcrpcn, 2 naturalisaticontwerpen en verder nog cenige onbelangrijke wijziging- cn of aan vullingen. Na de vergadering trok dc Kamer zich in dc afdcelingen terug. Heden komt het wetsontwerp tot nadere voorzieningen betreffende de openbare orde in behandeling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 1