VERGEET NIET
I Een Goede Bediening door Prima Krachten
I TEGELAAR's Dames- of Heerensalon
Droyisterij Fa. BRIEJER-BLEIJS
ZOMERSPORT
VACANTIE
MEIJKAMP's
De toegangspoort tot
hooggebergte.
het
VOOR DE KLEINEN
DINSDAG 17 JULI 1934
DE LEIDSCHE COURANT
VIERDE BLAD. PAG. 16
^■iiimiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiia
TWEE FACTOREN voor U ter
overweging voor een bezoek aan
I OUDE SINGEL 4 TELEFOON 2857
ONZE PERMANENT WAVE k f. 4-
Geheel compleet Geeft aan Iedere dame maandenlang voldoening
L Winkel voor Uw Toilet-Artikelen. j
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltllllH
VOOR SPORT EN STRAND
Strandtenten f 11.50, Kam peertenten vanaf
f5.—, Tentstokken vanaf 30 ct., Peddels
f230, Tenttafel fl.40, Kampeersandalen
f2.30 en f2.50, Rugzakken (Zweedsche),
Veldflesschen, Bekers, Haringen enz. Zie etalage
op Uw VACANTIEREIS Verbandstoffen, Aspirine, Eau de Cologne,
Nivea Olie of Creme, Muggenstift (doet jeuk onmiddellijk ophouden)
enz. enz., mede te nemen. Koopt deze artikelen in
Noordeinde 24, Tel. II68, Leiden
Ridder ln volta wapenrusting
nas aan en galoppeerden mijlen ver van
hun ouderlijke woonplaats om den vyand
tegemoet te trekken.
Lang niet iedereen kon tot ridder worden
geslagen. O neen, men moest er wel dege
lijk goede en belangrijke werken voor doen.
Men kon ridder worden wanneer men een
■zeer goeden daad had verricht tot heil van
het volk en het land. Maar men moest ook
moedig en zonder vrees zijn. Ridders met
vrees kon men niet gebruiken.
Er wordt beweerd, dat de ridderschappen,
er bestaan er ontelbaren, afkomstig waren
van de Germanen en de Noorsche volken,
maar de laatste tientallen jaren beweert
men, dat de ridderschappen nog veel ouder
zijn en bijna door alle eeuwen heen, zoo
lang de wereld bestaat, hebben moeten be
staan.
Dikwijls gebeurde het ook, dat de ridders
tegen elkaar ten strijde trokken, wanneer
het ging om een of andere zaak van groot
gewicht. Wanneer een ridder voor zijn
bruid sneuvelde, twijfelde men er niet aan
of de man bezorgde, deze bruid en zijn
familie een zeer gelukkig leven. Deze voor-
(Het Inroepen *ad de hulp eens Ridders^)
gevoelens kwamen wel niet altijd uit, zoo
als begrijpelijk is, maar ze werden toch door
velen als een vaststaand feit aangenomen.
De Middeleeuwsche ridders waren, zooals
jullie hier wel op nevenstaande prentjes
kunt zien, zeer krijgshaftig uitgedoscht en
maakten alzoo een voornamen indruk. Zelfs
de paarden waren gepantserd met ijzeren
helmen en platen.
Begrijpelijker wijze moesten deze strijd-
paarden even manhaftig zijn als de ridders.
De dieren behoorden tot een zeer sterk ras
en waren groot en slank gebouwd.
De uitrusting van ridder en paard kostte
ontzettend veel geld en het waren dan ook
baast altijd de rijke ridders, die de mooiste
uitrusting bezaten.
Een ridder, die zich in den strijd bijzon
der moedig had gedragen, werd door zijn
heer en meester of ook wel door den ko
ning gastvrij onthaald en op een rijkelijken
Om een juist denkbeeld te krijgen van
het ridderschap der Middeleeuwen, moest
men een der steekspelen kunnen gadeslaah,
welke vaak gevolgd werden door groote
festeinen. Op een groote binnenplaats van
een der kasteelen kwamen alle adellijke
lieden bijeen en het was dan een lust voor
de oogen al de mooie, kleurige costuums te
bewonderen, welke op zulk 'n feest bijeen
kwamen. Vóór het beroemde steekspel
gingen gewichtige vergaderingen vooraf,
waarop de dapperheid van dezen of genen
heer werd besproken uit den omtrek. De
jonkvrouwen en de echtgenooten der rid
ders, die aan de steekspelen deelnamen,
zaten aan de tegenover gestelde tafel en
oordeelden den omvang van de dapperheid
der heldhaftigen.
De ridder moest van deze gedachte be-
ALUMINIUM ARTIKELEN:
Drinkbekers
Vork - Lepel - Mes
Boterdoozen - Trechters
Veldflesschen - Theeketeltjes
Eierdoosjes - Theeeieren enz.
Linnen Kampeertenten
Waterdragers - Wateremmers
Broodtasschen
Verbandpakjes
Plunje- of waschzakken enz.
SPORT- EN WAPENHANDEL
VROUWENSTEEG 7, TEL, 2799, LEIDEN
zield zijn: ik bezit geen vaderland; ik be
schouw slechts dat stuk grond als mijn va-
de, rland, waar ik dapper vocht tegen mijn
vijanden. Vandaar wellicht de benaming:
dolende ridder, welke toespeling heden ten
dage nog wel wordt gebruikt. Alzoo vorm
de de ridders een burgerschap, een we
reldje op zich zelf. De ridders zijn vaak en
door vele jaren door een geliefd onderwerp
geweest van de dichters en romanschrij
vers. Zij zijn in talrijke verzen en hoogdra
vende liederen bezongen en hun roem ken
de, volgens de zangers, geen grenzen!
Een ridder moest ook uitmunten in
naastenliefde en liefdadigheid. Bezat hij
veel, dan moest hij veel van zijn bezittin
gen willen afstaan. Hij werd hiertoe niet
gedwongen, maar werd eenvoudig niet als
een goed ridder beschouwd, indien hij gie
rig was.
De geschiedenis verhaalt van ridders, die
zoo edelmoedig waren, dat zij alles wat zy
aan geld, kleeren en weilanden bezaten,
wegschonken aan de bedelaars, die aan den
kant van den weg stonden en om een aal
moes vroe^pen.
Zürlch, het kanton en Zürich, de stad:
zij worden beiden, in verhouding met an
dere deelen van Zwitserland, weinig be-
aocht geheel ten onrechte. Men kan
zich geen denkbeeld vormen van den
overweldigenden aanblik, dien het Zü-
richermeer biedt. Het oog glijdt verrukt
over den geweldigen, bijna 40 kilometer
stroomt de Linth bij Zürich, nu Limmat
geheeten, door de stad van Zwingli. Staat
men op de Kaibrücke, welke het Noorde
lijke met het Zuidelijke stadsdeel by de
uitmonding der Limmat in het meer ver
bindt, dan heeft men de bijna oneindige
watervlakte voor zich, met als achtergrond
de sneeuwbergen der Alpen.
Zürich by avond. Gezicht op d« Munsterkerk en het Gildenhuis der tim
merlieden te Zürich.
langen waterspiegel, welken men vanaf
den Züricher Berg in zyn geheel over
ziet; de groote diepte van het meer, wel
ke op één plaats, tusschen Herrliberg en
Thalwyl 143 meter bedraagt, heeft elke
troebelheid gelouterd en klaar en helder
Het is merkwaardig, hoe het gevormde
beeld bü hem, die nog nimmer in Zwitser
land is geweest, by het eerste treffen met
de werkelykheid volkomen valsch blykt
te zyn. Heeft hy gemeend zich onmiddel-
lyk achter de Zwitsersche grens midden
in de Alpencoulissen te bevinden, dan ziet
hy, dat hy op de Zwitsersche Hoogvlakte
nog lang in een gebergte van middelmatige
hoogte verwylt. Eerst Zürich is de toe
gangspoort tot het eigenlyk Hooggebergte,
dat men van hieruit grootsch ziet oprijzen.
Wat de stad Zürich aan geschiedkundige
beteekenis heeft, concentreert zich in de
stadskom aan den Noordwestpunt van het
Meer. Ten Noordoosten beschermt door
den Züricher berg, die sterk en zwaar en
400 meter boven het op zich zelf reeds 400
meter hoog gelegen Zürich uitsteekt, ten
Zuiden gedekt door verschansingen, be
grijpt men, dat deze stad de belegeringen
van Oostenryk en van Keizer Karei IV
zegevierend heeft kunnep doorstaan, zoo
wel als die der Eedgenooten, die honderd
jaar na deze gelukkig overgegane stormen
20.000 man voor de stad samen trokken,
maar weer moesten opbreken, zonder haar
te hebben kunnen bedwingen.
Het oude Zürich is in den jongsten tyd
sterk uitgebreid, zoodat langzamerhand
een grootstad is gegroeid, welke ook nu
nog in ieder opzicht de vooraanstaande
stad van Zwitserland is. Ondanks Bern,
de Bondshoofdstad, ondanks Bazel en Ge-
nève is Zürich de eigenlyke hoofdstad
van Zwitserland gebleven.
Vaart men over het Meer, waarop Klop
stock een van zyn heerlijkste Oden heeft
gezongen, dan schynen de voorsteden van
Zürich aan de beide oevers met de breedte
van het Meer te groeien, de stad schynt
steeds grooter te worden; zy wordt tot
een landschap. Zooals het oude Zürich,
door de Limmat in twee deelen geschei
den, een dubbelstad was, zoo vormen nu
stad en kanton, aan de beide zyden van
het Meer groeiend, één enkele ononder
broken stad. Geen zee van huizen, maar
een moderne grootstad, welke haar hui
zengroepen afwisselt met tuinen, boom
gaarden, weiden, wynbergen en waar
achter zich als een groene krans de be
groeide bergen scharen. En in de verte,
vaag in een nevel, de Alpentoppen met
hun yskegels en gletscherstroomen.
Slechts één maal, in het voorjaar, wordt
het heldere blauw van het Meer voor kor
ten tyd opgelost tot een andere kleur. Het
is een merkwaardig natuurverschynsel,
als het Züricher meer begint te bloeien.
Dan wordt het overdekt met een grauw
wit schuim en een geelachtigen nevel.
Myriaden van infusorien en een wolk van
stuifmeel vormen dan de watervlakte van
het helderste Meer van Zwitserland.
DE RIDDERS VAN DE MIDDELEEUWEN.
De ridderschappen in vroeger eeuwen
stonden, zooals jullie misschien wel op
school hebben geleerd, in nauw verband
met godsdienstige plechtigheden. De rid
ders, die in vroeger tyden ten strijde trok
ken, lieten eerst hun zwaarden en speren
zegenen. Deze ridders waren allen zeer
moedige mannen en vochten graag voor
hun heer en meester, voor wien zy alles
over hadden, zelfs hun leven. En wanneer
de ridders ter oore kwam het gerucht om
trent een voorgekomen wraak of ter dood-
brenging van hun meester, dan zadelden zy
hun paarden op, trokken het ijzeren har-
m aalt ij d, waar de eerewyn werd geschon
ken en een groot bal het feest sloot
Een ridder was doorgaans een zeer eer
lijk en rechtschapen mensch. Men kon een
ridder niet heviger beleedigen, dan hem te
verwyten, dat hy om een of andere kwes
tie had gelogen of wel dat hy een meineed
had begaan. De leugens en het doen van
een meineed werden door de goede ridders
als de ergste misdaden beschouwd. Wee
dengene, die een ander, hetzü zyn buur
man of vroegeren vriend, had beleedigd, en
deze beleedigde de hulp inriep van een der
dappere ridders. Hy werd gehoond en ver
smaad en dikwyls ook uit de maatschap
pelijke samenleving gestooten.