HONGARIJE STRIJDT DINSDAG 29 MEI 1934 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD. PAG. VERDEEL EN HEERSCH DE „VREDESTICHTERS" VAN VERSAILLES Het Hongaarsche volk weert zich. Het strijdt, terwijl het lijdt, omdat het weet, dat de toekomst is aan het recht. En het strijdt met des te meer zelfvertrouwen en altruïsme» omdat het niet strijdt voor zich zelf. Immers, zoo het recht zal zegevieren en dat zal het zeker zal dit geslacht niet meer terugzien, wat het onrechtvaardig ontnomen werd. En daarom strijdt dit ge slacht niet voor zich zelf, maar voor Hon- garije's toekomst. Het is de strijd van dit geslacht voor het geslacht, dat komen gaat. Het is de strijd van een hoogstaande cul tuur, die grootendeels weggeschonken werd aan cultuur-achterlijk omringende landen. Zoo achterlijk, dat zij de prachtig ste cultuurmonumenten, toen zij die ont vingen, vernielden, alleen omdat het zuiver Hongaarsche cultuurproducten waren en bleven, ondanks dat zij in andere handen overgingen. En nu strijdt Hongarije verder met de cultuur, die haar gelaten is. Zijn cultureele geest is ongerept en onaangetast gebleven, omdat men die niet roovan kon. Slechts is geminiseerd, wat die cultuur voor Hon garije zelf reeds had voortgebracht. Hongarije weet dit zelf beter dan ieder ander, omdat het groote Hongaarsche ka rakter haar armoede en lijden nooit zal toonen aan anderen, maar slechts dat wat haar tot eere strekt. Zoo strijdt Hongarije een cultureele, hoogstaande strijd voor het recht. Wie Hongarije's schatten kent en de uitingen der Hongaarsche cultuur en hoog staande beschaving, wie gesproken heeft met zijn kunstenaars, zal deze strijd op zyn waarde weten te stellen en de groote voor sprong van Hongarije zien. In het brute geweld zou Hongarije ver liezen, in dezen cultureelen strijd niet, maar het pleit intusschen niet voor de mensch- heid, dat het brute geweld wel in een korte spanne tijds kan vernielen en aldus zege vieren over het recht, maar dat een cultu reele strijd decenniën en decennniën zal noodig hebben om dat onrecht te herstel len. Van den strijd, die Hongarije nu strijdt, legt de film „Hungaria" een volledig ge tuigenis af en daarom mocht die film alleen maar zóó en niet zuiders zijn. Voordat wij deze film nader gaan be zien, is het goed nog eens nauwkeurig in herinnering te brengen de oorzaken, die Hongarije tot dezen strijd gebracht hebben, het verdrag van Trianon aan het einde van den wereldoorlog, die eindigde met dit groote onrecht, de verdeeling van het 1000- jarige Rijk, van een aan de spits staand cultuurland onder volken op een lage trap van beschaving staande. Hongarije, onwillig tot den oorlog ge dwongen werd overwonnen. In overwin ningsroes kwamen de geallieerden bijeen om te beslissen over het lot der overwon nenen. En zij lieten Hongarije een vrede teekenen, die het grootste onrecht bevatte, dat ooit in de geschiedenis bedreven werd en zoo ooit in een vredesverdrag den kiem van een nieuwen oorlog gelegd werd, dan was het wel in dit verdrag van Versailles, dat door Hongarije's vertegenwoordigers geteekend werd met zwarte handschoenen aan. En daarom kan dit vredesverdrag nooit een waarborg voor vrede zijn, omdat het steunde op het grootste onrecht. Waarom deed men zoo met Hongarije? Het overwonnen Hongarije was een z.g. minderhedenstaat. Dat wil zeggen een land, waar niet al leen Hongaren woonden, maar ook Ser viërs, Slowaken, Roemenen, Slovenen, Ru thenen enz. Maar feit is ook, dat al deze volken in bet oude „Hongarije hun taal kon den blijven spreken en hun zeden, gewoon ten en volksgebruiken konden handhaven. En zie aanstonds hoe het de nu in de omliggende Staten levende Hongaren vergaat. Deze minderheden-kwestie zouden de geallieerden ter vredesconferentie oplos sen. En zij deden dit, zooals men een levend dier verdeelt onder verschillende liefheb bers. Niet aldus, dat men het goed verzorgde en alles wat het schenken kon onder hen verdeelde. Neen de een kreeg de kop, de ander de pooten, totdat allen verzadigd en tevreden waren enalleen de romp overbleef. En het dier bleek aaji deze vre delievende operatie te zijn gestorven. De vergelijking is niet mooi, maar dui delijk. Bovendien geschiedde de verdeeling van Hongarije met zoo weinig inzicht in de toe komstige gevolgen, dat men er verbaasd van staat en wel tot de conclusie moest komen, dat het de domme en dronken over winningsroes was, die zoo iets mogelijk maakte. Niet alleen dat de heeren in Parijs niet dachten aan het verschil in cultuur tus- schen deze landen, zij dachten ook niet aan de millioenen Hongaren, voor wie dit de ondergang beteekende, zij dachten er niet aan, dat zij één mind#rhedenkwestie, die in Hongarije, oploste, radicaal oploste en drie nieuwe schiep n.l. in Tsjecho-Slo- wakije, Roemenië en Joegó-Slavië, in wel ke landen nu een minderhedenkwestie, ge boren uit onrecht, de opleving der Staten vertroebelt. Twee derden van Hongarije werd aan andere landen weggeschonken, van de 22 L imillioen inwoners bleven Hongarije slechts 8 millioen over. Servië, nu Joego-Slavië geheeten, kreeg 63000 K.M.2 met 4.150.000 bewoners, waarvan er slechts ruim 1.000.000 van Servische origine waren. Dat Joego- Slavië, dat ineens geweldig vergroot werd, telt nu 12.000.000 inwoners, waarvan slechts 35 pet. Serviërs van het voormalige Servië. Een zuivere minderhedenstaat dus. Als men daarbij denkt aan de geweldige klove, die er bestaat tusschen de Slavische Kroaten en Slovenen, voor het grootste deel Latijnsch Katholieke en met Wester- sche beschaving, en de Grieksch-orthodoxe op een laag cultureel peil staande Serviërs, dan kan men direct begrijpen, dat van een assimilatie dezer volken in één Rijk on danks tyrannieke maatregelen, die niets onbeproefd laten, geen sprake kan zijn. Hier in Joego-Slavië is, evenals in Roe menië en Tsjecho-Slowakije door de „vredestichters van Versailles" een brand haard gelegd, die misschien nog lang zal smeulen, maar die eens zal oplaaien, als niet vrijwillig aan dit onrecht een einde wordt gemaakt. Wat kreeg Tsjecho-Slowakije? Voor haar hapdlangersdiensten aan de geallieerden gedurende den oorlog kreeg het 62.000 K.M.2 van het oude Hongarije met een bevolking van 1.700.000 Slowaken en 1.800.000 Hongaren, Duitschers en Ru thenen, die geen enkele rasgemeenschap met de Tsjechen hadden. Het was het rijkste gebied, dat den Hon garen ontnomen werd. Van dat oogenblik af werd gepoogd de menschheid in te prenten de eenheid van Tsjecho-Slowakije, de grootste leugen dezer eeuw als men weet, dat vóór 1918, die 1.700.000 Slowaken nimmer met de Tsje chen één volk waren geweest, maar wel meer dan 1000 jaren de meest loyale min derheid in het 1000-jarige Rijk van de kroon van St. Stephanus. Hoe die Slowaaksche meerderheid in het Tsjechische Rijk werd beetgenomen, toen Masaryk aan de Amerikaansche Slowaken bij het Verdrag van Pittsburg zelfbestuur beloofde spreekt reeds een taal, die niet kan worden misverstaan. Nadien werd de geldigheid van dit verdrag door de Tsje chen gewoonweg ontkend, omdat het.... op een Zondag geteekend was en op Zon dag geteekende contracten voor de Amerikaanseihe wet geen rechts geldigheid hebben. Maar het ergste zijn de afgesneden Hon garen er aan toe in Roemenië, dat voor zijn afvalligheid door de Centralen beloond werd met 103.000 K.M.2 van het oude Hon garije met een bevolking van 5.240.000 in woners. Hiervan was slechts de helft van Roe- meensche afkomst, doch zelfs zij die nu weer bij hun oude vaderland werden in gelijfd gingen hiermede achteruit, omdat hun cultuur verre boven de achterlijke Roemeensche cultuur stond. Maar van cultuur bleken de Parijscne vredestichters maar weinig te verstaan. Het is vreeselijk, als men nu hoort, on der welk een terreur de Hongaren in Roe menië nu leven. Het was natuurlijk, dat velen daar bleven, omdat zij daar hun po sitie en hun bezittingen hadden. Maar Roe menië begon hun direct uit hun stellin gen te verdrijven door hun herhaaldelijk voor „Roemeensche" examens te stellen, die steeds moeilijker werden, zoodat op deze manier vele staatsambtenaren uit hun ambt konden worden verdreven. Maar het spreekt óók vanzelf, dat vele Hongaren, die nu zelfs in het Roemeensche leger moesten dienen, heengingen en sindsdien als va- derlandslpozen door de wereld zwerven, dit lot verkiezeind boven een leven, waarte gen hun heele Hongaarsche hart iedere mi nuut in opstand moest komen. O, de geallieerden beloofden natuurlijk, dat de kwestie der persoonlijke schadever goedingen geregeld zou worden, dat de Hongaren, die bezittingen hadden in de af gesneden gebieden, zouden worden scha deloos gesteld. Maar zelfs aan deze eerste eisch van rechtvaardigheid is na 15 lange en moeilijke jaren nog steeds niet voldaan. De Hongaarsche scholen in Roemenië worden op Staatsbevel gesloten, de kinde ren mogen geen Hongaarsch meer leeren. Zoo de ouders of verwanten dier Hongaar sche Roemenen in Hongarije wonen, zullen zij die nooit meer zien. Ook dat wordt ver hinderd. En het hart van ieder rechtgeaard en weldenkend mensch bloedt, als met leest van de wandaden, die in Roemenië dag aan dag tegen de Hongaren worden bedreven. Dit zijn de treurige resultaten van een vredesverdrag waarvan de makers de draagwijdte niet hebben overzien. Met één slag vernietigde dit verdrag een hoog staand cultuurland als Hongarije, welks cultuur niet alleen veel hooger stond, dan die van de haar omringende landen, maar ook die van vele Westersche Staten verre overtrof. Het zijn de booze geesten van het be schaafde Avondland geweest, die getracht hebben een cultuur, die boven hun cultuur dreigde uit te groeien, te gronde te richten. Zoo alleen kan het verstaan worden en begrepen, als men weet, dat reeds in 1913 een geheime Fransche publicatie het vonnis van Hongarije velde, dat, zooals het ook geschiedde, verdeeld en weggeschon ken werd, juist op de wijze zooals toen in dat geschrift reeds werd aangegeven. Divide et impera! Verdeel ei> heerschl Dat is het wapen, waarmede het avond- land streed tegen een prachtige, groeiende cultuur, die hen als redelijke en met ver stand begaafde menschen welkom had moe ten zijn, maar die zij zag als bedreiging van eigen grootheid, een waan, waarvan het het kan niet anders eens de wrange vruchten zal moeten plukken. Want de cultuur, die het vreesde en die het ten voordeele had kunnen zijn, is nu het wa pen geworden, waarmee Hongarije strijdt tegen dit geweldige onrecht. Het is het wapen van cultuur in den dienst der gerechtigheid, die eens zal zege vieren. De film „Hungaria", die Donderdagnacht in het Trianon-theater zal worden ver- toohd, zal van de kracht van dit wapen getuigen. Hongarije laat in deze film zijn rijke cul tuur zien, om te toonen dat het recht aan haar zijde is. En het zal niet versagen „zoolang het adem heeft". F. S. BUITENLAND ONTWAPENING. Geen uitweg te Genève VANDAAG BEGINNEN DE DISCUSSIES. Openlijke of gecamoufleerde mislukking? In het gebouw der ontwapeningsconfe rentie te Genève heerschte gisteren reeds de drukte der groote dagen. Bijna alle mi nisters van buitenlandsche zaken der Euro- peesche staten waren te Genève aangeko men, om heden en de volgende dagen aan de besprekingen der algemeene oommissie deel te nemen. Er bestaat echter nog de grootste onze kerheid over hetgeen thans gebeuren zaL Niemand schijnt tenslotte toch aan te dur ven, ronduit voor te stellen, de ontwape ningsconferentie maar voor geëindigd te verklaren, meldt de „Msb."-correspondent te Genève. Ook de gedachte van een vermomde mislukt-verklaring, door het ontwapenings- vraagstuk terug te zenden naar den vol kenbondsraad, die dan eventueel later de conferentie weder zal kunnen bijeenroe pen, schijnt, althans voor het oogenblik, te zijn prijsgegeven. Aan den anderen kant echter weet nie mand nog een uitweg. Ook in het bureau, dat gistermiddag voor korten tijd bijeen was, was er niemand, die een middel aan de hand deed, om toch tot de een of andere conventie te kunnen komen. Henderson bepaalde zich ertoe stelling te nemen tegen defaitistische opvattingen, alsof geen andere mogelijkheid meer zou zijn overgebleven dan de conferentie voor geëindigd te verklaren en ook Barthou, die de eenige was, die gistermiddag na Hen derson het woord nam, sprak zich tegen een sluiting van de conferentie uit Voor de eerste dagen is het niet al te moeilijk, aan het werk te blijven. Er zullen weder groote redevoeringen volgen, die waarschijnlijk door Litwinoff en Norman Davis zullen ingeleid worden, terwijl daarna Engeland, Frankrijk en Italië zul len vertellen, waarom de vertrouwelijke onderhandelingen, die in November aan den gang zijn geweest, zijn mislukt. Daarna zal het bureau weder bijeenko men, om erover te beraadslagen, of de ge houden redevoeringen misschien toch nog de een of andere mogelijkheid, die tot een conventie zou kunnen leiden, hebben ge opend. In het algemeen gelooft men, dat men nogmaals beproeven zal langs den weg van het veiligheidsvraagstuk tot eenige toena dering te komen. De vertegenwoordigers der zes ex-onzij dige staten van Europa, Denemarken, Ne derland, Noorwegen, Spanje, Zweden en Zwitserland zijn gisteren op uitnoodiging van den Zweedschen minister van buiten- landsche zaken, Sandler, weder bijeenge komen ter bespreking van den toestand der ontwapeningsconferentie. Voor Nederland waren aanwezig minis ter de Graeff, prof. Rutgers en prof. Fran- gois. De besprekingen worden geleid door den minister van buitenlandsche zaken van Zweden en zullen vandaag worden voort gezet. Bij alle delegaties van deze zes kleine staten bestond natuurlijk de wensch, om een mislukking der conferentie alsnog te verhoeden. Ook een terugzending van het ontwapeningsvraagstuk naar den volken bondsraad vond begrijpelijkerwijze bij hen geen instemming. Intusschen zagen ook de ze delegaties nog geen uitweg. Het beste scheen hun toe, eerst aan te hooren, wat de groote mogendheden dezer dagen te ver tellen hebben over de redenen, waarom de hun toevertrouwde vertrouwelijke onder handelingen niet zijn geslaagd. Daarna zul len deze ex-onzijdige kleine staten dan nader overwegen, of zij misschien nog eenig reddingsvoorstel zullen kunnen doen. VOLKENBOND. CHINA PROTESTEERT. Tegen erkenning van Mandsjoekwo door San Salvador. In verband met een protest van den per manenten vertegenwoordiger van China bij den volkenbond tegen de erkenning van het zoogenaamde Mandsjoekwo door San Salvador, heeft dë secretaris-generaal van den volkenbond, Avenol, aan de regeering van San Salvador gevraagd, of inderdaad deze erkenning heeft plaats gevonden. In dien het antwoord bevestigend zal luiden, zooals wel schijnt vast te staan, zal de door professor Moresco gepresideerde commis sie voor het volgen van den toestand in het Verre Oosten deze week Waarschijnlijk we der worden bijeengeroepen. DUITSCHLAND. DE VERGADERING DER DUTTSCHE BISSCHOPPEN TE FULDA. Op St. Bonifacius* feest. Daar de vergadering van liet Dultsche Episcopaat dit jaar geopend wordt op den feestdag van den H. Bonifacius (5 Juni), zullen er verschillende plechtigheden plaats hebben die andere jaren niet werden ge vierd, of geheel onopgemerkt voorbijgin gen. Op Zondag 3 Juni zullen reeds ver schillende Bisschoppen in Fulda aanwezig zijn om de Algemeene Vergadering' bij te wonen van de Bonifaciusvereeniging voor het Katholieke Duitschland. Deze jaarver gadering wordt geopend met een Pontifi cale Hoogmis in den Dom van Fulda, waar onder de Bisschop van Osnabrück, Staats raad Mgr. Berning, de predicatie zal hou den. Gedurende het Lof in den namiddag zal de Bisschop van Meissen, dr. Peter Legge, de vergadering toespreken, 's Maandags begint de eigenlijke algemeene vergadering met een Pontificale Hoogmis, die op het graf van den H. Bonifacius wordt gecele breerd. Dinsdags, de dag waarop de con ferentie der Bissohoppen een aanvang neemt, zal de Bisschop van Berlijn, Mgr. Barros, onder de Pontificale Hoogmis de geloovigen toespreken, 's Avonds om 9 uur boetprocessie van alle katholieke mannen en jongelingen van de stad en het land van Fulda naar de grafzerk van den H. Boni facius, waar de Bisschop van Rottenburg, Mgr. dr. Sproll een toespraak zal houden. Op den sluitingsdag van het Octaaf van Sint Bonifacius zal een groote bedevaart naar Fulda trekken, zooals deze grijze bis schopsstad nog nimmer heeft aanschouwd. Als feestredenaar zal optreden Dompre- diker P. Q. Weber O.F.M. Tot slot wordt nog een feestavond belegd waar Dom proost Donders uit Munster het woord zal voeren. In verband met de moeilijke positie waar in het Katholicisme zich in Duitschland thans bevindt wordt deze Bisschopsconfe rentie van het allergrootste belang geacht. OOSTENRIJK. Bommenterreur houdt aan AANSLAG OP BISSCHOPPELIJK PALEIS TE FELDKIRCII? Waren het communisten? Gisternacht ls in Feldkirch op het dak van het tegenover het bisschoppelijk pa leis gelegen kostershuis een bom tot ont ploffing gebracht. De explosie was zeer hevig. Een groot stuk van het dak werd weggeslagen, ter wijl in het bisschoppelijk paleis zes en vijf tig vensterruiten werden vernield. In de naast het paleis gelegen pastorie zijn dertien ruiten gesprongen. Uit verschillende deelen van Oostenrijk worden nieuwe bomaanslagen gemeld. Te Linz, bij een jeugd-manifestatie, wer den twee bommen, tot explosie gebracht, de eene voor een school, de andere in de woning van een professor. Deze woning werd totaal verwoest. In Braunau aan de Inn is een derde aan slag gepleegd. Deze gold de gemeentelijke waterleiding. Het bedrijf schijnt voor ge- ruimen tijd te zijn gestoord. De autoritei ten hebben militaire veiligheidsmaatrege len getroffen. Verder hebben communisten in Bischofs- hofen het standbeeld van keizer Frans Jo seph met roode verf beklad en van het op schrift „Nie wieder krieg" voorzien. Naar het Duitsche Berichtenbureau op merkt, wijst het herlevend terrorisme van den laatsten tijd er op, dat de ontbonden, echter in het geheim nog voortbestaande republikeinsche Sehutzbund thans, gemee- ne zaak maakt met de communistische ele menten en over een groot front opereert. Men krijgt sterk den indruk, dat overal in het land goed toegeruste terreur-groepen in actie zijn, die door bomaanslagen nu hier dan daar het volk in opwinding wil houden en ten slotte in een paniek storten. Intusschen zijn over het resultaat van het politie-onderzoek inzake de talrijke bomaanslagen van den laatsen tijd totdus- ver geen officieele publicaties verschenen. In enkele gevallen echter, dat de daders achterhaald konden worden, waren de aan slagen het werk van communistische ele menten, meldt het „D. N. B." (Deutsches Nachrichten Bureau). ROEMENIE. WAAR BLIJFT DE DICTATUUR? De rcgcering zou weer zijn teruggekeerd. Er bestaat nog steeds geen zekerheid omtrent den aard en de strekking van de aanstaande wijziging in de regeering. Vol gens het officieuse nieuwsbureau Rador ontkent men in bevoegde kringen alle ge ruchten over het aftreden der regeering- Tatarescoe ten stelligste. Alle bladen echter, behalve het regee- ringsblad Vitorul, beschouwen het kabinet Tatarescoe als afgetreden. Inmiddels is Maandag de premier Tata rescoe door den koning in audiëntie ont vangen. Na het verlaten van het koninklijk pa leis verklaarde Tatarescoe dat zijn regee ring niet zou aftreden. Het parlement werd aanstonds bijeen geroepen in een buitengewone vergadering om te stemmen over de begrooting. Naar van bevoegde zijde wordt medege deeld kan met ^groote waarschijnlijkheid worden vèrwacht dat generaal Uica als mi nister van Oorlog zal aftreden. Voorts staat vast, dat de ministerpresident een voorstel heeft gedaan, volgens hetwelk hij zelf de portefeuille van oorlog zou overnemen. BULGARIJE. GEEN TOETREDEN TOT BALKANPACT. De politiek der Bulgaarsche dictatuur. De nieuwe minister van buitenlandsche zaken, Batalof, heeft voor de buitenland sche journalisten een verklaring afgelegd, waarin hij de voornaamste richtlijnen van de buitenlandsche politiek van Bulgarije uiteenzette. De minister zeide, dat Bulga rije niet voornemens was het Balkan-pact te onderteekenen, doch wel bereid was bt* laterale nonagressie-verdragen te sluiten, of een multilateraal pact waarin niet de definitie van den aanvaller is opgenomen. De regeering zou eveneens bereid zijn een gewijzigde formule te aanvaarden betref fende de komitadjis en arbitrage van den Volkenbond. De betrekkingen met de naburige lan den, aldus de minister, komen thans in een nieuwe phase, die goed Ingezet is met het handelsverdrag en de veterinaire en de clearingovereenkomsten met Joego-Slavië. Hierop zullen onderhandelingen volgen met Roemenië, Griekenland en Turkije, betref fende de regeling van hangende proble men. Ook zal de regeering overwegen de politieke en economische betrekkingen met Sovjet-Rusland te hervatten. Verwacht wordt, dat de Bulgaarsche ge zant in Ankara, Antonof, secretaris-geene raal van het ministerie van buitenlandsche zaken zal worden. RUSLAND. BROODPRIJZEN VERHOOGD. De loonen eveneens. De raad van volkscommissarissen der Sovjet-Unie en het Centraal executiefco mité der communistische partij hebben bij verordening den prijs van het brood, dat op de levensmiddelenkaarten wordt ver kocht, verhoogd. Tevens is besloten, de loo nen in de geheele Sovjet-Unie met een to taal-bedrag van 650 millioen roebel te ver- hoogen. Men motiveert de prijsstijging van het brood aldus, dat de landbouw zijn kos ten moet dekken. Het „Hbld" teekent hierbij aan: Het is een merkwaardig verschijnsel, dat de Sovjetregeering na den schitterenden graanoogst van het jongste najaar, dien zij onder bazuingeschal aan de buitenwereld bekend maakte, thans overgaat tot verhoo ging van de broodprijzen. Zij geeft als mo tief daarvoor, dat „de landbouw zijn kosten moet dekken". Indien dit motief waarachtig is, dan zal de zin er van vermoedelijk zijn, dat de staat, optredende als bakker-in-het- groot, met zijn willekeurig vastgestelde broodprijzen voor de coöperaties niet uit komt voor de financiering van zijn graan- Bankoopen. Voor het eerst zou men dan in de economische huishouding van de Sov jets het verschijnsel zien, dat niet meer de boer vrijwel den algeheelen last draagt van deze huishouding ten gerieve van het stedelijke proletariaat, dat de Sowjet placht te cajoleeren met lage prijzen, al waren dan ook gewoonlijk niet veel anders dan karige voorraden brood beschikbaar om tegen lage prijzen te koopen, doch dat thans het stedelijke proletariaat zijn natuurlijke aandeel zal moeten betalen tot herstel van het evenwicht ten gunste van den boer. De regeering, die klaarblijkelijk een on gunstig effect van de broodprijsverhooging op het moreel der stedelijke bevolking ducht, tracht dit te voorkomen door aan de prijsverhooging een loonsverhooging te koppelen. Deze loonsverhooging zal uit de z.g. loonfondsen gevbnden moeten worden en naar te veronderstellen valt gedekt door een evenredige productie-kostenverminde ring der industrieele bedrijven, die, zooals men weet, al sedert eenige jaren volgenj het beginsel der rentabiliteit worden gedre ven. De vraag is, of deze loonsverhooging in staat is voor de geheele industrieele be volking een redelijke compensatie te vor men voor de prijsverhooging Zooals ge woonlijk, zal de prijsverhooging ook thans wel in hoofdzaak neerkomen op de finan cieel minstdraakrachtigen, die in Sovjet- Rusland van economische moeilijkheden meestal het kind van de rekening worden. BUITENL. BERICHTEN. ORKAAN TEISTERT DE STAD CONCEPCION Eenige stadswijken verwoest De stad Concepcion in Chili is door een wervelstorm geteisterd, welke verscheide ne stadswijken volkomen verwoestte. Er wordt melding gemaakt van eenige dooden en duizenden gewonden. OVERVAL OP JAPANSCHEN MILITAIREN TREIN IN CHINA Vijf-en-dertig Japansche soldaten gedood In de nabijheid van Moeling is een Ja pansche militaire trein door bandieten tot ontsporing gebracht. Toen de trein ont spoorde, openden de bandieten, die zich in hinderlaag hadden gelegd, een hevig ge weervuur op den trein. Naar schatting zijn 35 Japansche soldaten gedood en velen gewond.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 11