DONDERDAG 29 MAART 1934 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD. PAG. 10 GEMEENTERAAD VAN NOORDWIJKERHOUT Vergadering door den gemeenteraad van Noordwijkerhout op Maandag 28 Maart 1934 des namiddags te twee uur. Tegenwoordig 10 raadsleden. Afwezig de heer J. v. d. Berg Verdegaal wegens verblijf buitenlands en de heer J. Passchier. Eén vacature. Voorzitter: de burgemeester. De voorzitter opent de vergadering met gebed en houdt vervolgens staande de volgende toespraak, die door de leden staande wordt aanhoord. Mijne Heer en, In de eerste raadsvergadering, die ge houden wordt na het overlijden van H. M. de Koningin-Moeder past het een woord van deelneming uit te spreken in den rouw die het Vorstelijk Huis en het volk van Ne derland heeft getroffen. We spraken altijd van de Koningin-Moeder, eigenlijk had den wij Koningin-weduwe, moeten zeg gen, maar wij noemden heer Koningin- Moeder omdat het woord Moeder een die peren en meer gevoelvoller klank heeft en juister de liefde en genegenheid uitdrukte die Zij het volk en het volk wederkeerig Haar toedroeg. Een woord van deelneming moet ik ook zeggen ter nagedachtenis van het dezer dagen zoo tragisch omgekomen raadslid, onzen vriend Langeveld. Het heeft mij zeer veel leed gedaan, dat deze man zoo plotseling en zoo tragisch uit het leven moest scheiden. Gij zult misschien zeggen, dat hij te mijnen opzichte nog al crtitsch was. Inderdaad dat was hij, maar ik mocht die critiek wel, omdat zij werd ingegeven door een zuivere beweegreden. Want als hij critiek uitoefende,, dan deed hij dit omdat hij uiterst nauwgezet was in de behartiging der belangen van anderen. Ik zal den heer Langeveld erg missen. Het kwam nog al eens voor, dat ik hem ver zocht op mijn bureau te komen, om som mige aangelegeheden met hem te bespre ken en al verschilde ik wel eens met hem van opinie, toch heb ik die opnie steeds hoogelijk gewaardeerd, omdat ik wist, dat hij onkreukbaar eerlijk en rechtvaardig was. En als wij de eigenschappen van de twee menschen, die wij thans gedenken, samen mogen vatten, en dit mogen wij want in den dood zijn wij allen gelijk, dan moeten wij getuigen, dat zij ondanks het zeer groote verschil in geboorte, in opvoeding en in positie zij één ding ge meen hadden en dat is een onzelfzuchtige genegenheid tot hunne medemenschen. Dat is een troost voor hen, die achterblij ven, dat strekke ook ons allen tot voor beeld. Op voorstel van den voorzitter wordt besloten een adres van rouwbeklag te zen den aan H. M. de Koningin en aan de wed. Langeveld. De notulen der beide vorige vergaderin gen worden daarop door den secretaris voorgelezen en onveranderd gearresteerd. Onder de ingekomen stukken bevindt zich een schrijven van Ged. Staten, hou dende goedkeuring van de begrooting van het grondbedrijf voor 1934. B. en W. stellen voor aan Gebrs. Muil wijk voor twee maanden een losplaats aan „keukendel" te verhuren voor ƒ25.. Daarnevens is natuurlijk door de diverse schippers havengeld verschuldigd. De heer L. M. v. Noort vraagt of deze verhuring niet strijdig is met het destijds door de gemeente met de N.V. Landexploi- tatie Maatschappij „Noordwijkerhout" ge sloten contract. De voorzitter antwoordt, dat als deze verhuring met gemeld contract in strijd was B. en W. niet met dit voorstel zouden zijn gekomen. De heer v. d. Klauw zou aan de ver huring de voorwaarde willen verbinden, dat de huurders er voor in staan, dat zand, dat eventueel in'de haven mocht vallen door hen zal worden opgeruimd. Het voorstel van B. en W. wordt hierna bij acclamatie aangenomen met aanvul ling der voorwaarde als door den heer v. d. Klauw gesteld. Het voorschot op de gemeentelijke ver goeding, ingevolge art. 101 der L. O.-wet wordt voor de diverse scholen vastgesteld. Het bedraagt 80 pet. van 9.54 per leer ling. Tot leden der commissie van schoolver zuim worden herbenoemd de heeren J. A. M. Pijnenburg, E. L. Horsthuis en P. J. A rends. De begrooting dienst 1933 wordt gewij zigd; daarbij blijkt dat in 1933 ƒ5660 aan kweekerscrediet is verstrekt, tevens dat de uitloozing van de rioleering op het Kerke- land zal worden veranderd. Alsdan komt in behandeling den brief van Ged. Staten van 7-10 Maart 1934 be treffende de begrooting 1934, waarbij dit college verklaart zich in het algemeen met de ingezonden begrooting wel te kunnen vereenigen, doch nog eenige vermindering der uitgaven en versterking der inkom sten noodzakelijk acht ten einde het uit te stooten bedrag te verlagen. Secretarie-1 eges. Ged. Staten meenen, dat eenige verhooging van de des betreffende tarieven kan plaats hebben, speciaal wat betreft leges van de bouw vergunning. Besloten wordt de legesgelden van de bouwvergunningen, die aan den lagen kant zijn, met 50 pet te verhoogen. Hondenbelasting Ged. Staten meenen, dat de in de heffingsverordening genoemde bedragen van ƒ1.voor een waakhond, 3.voor een pleizierhond en 6.voor een tweeden pleizierhond kun nen worden gebracht op resp. 1.50, 7.50 en 7.50. B. en W. meenen dat er bezwaar bestaat om de belasting voor waak- en bedrijfs- honden ad 1.te verhoogen. Er zijn slechts 2 bedrijfshonden en de waakhonden worden als régel gehouden door menschen die afgelegen wonen en het tegenwoordig toch al moeilijk genoeg hebben. B. en W. zouden er geen bezwaar tegen hebben om de belasting op pleizierhonden te verhoo gen van ƒ3.op ƒ5.doch vreezen dan eerder een mindere dan een meerdere op brengst, dit mede in verband met de om standigheden, dat het verboden is in de gemeente honden los te laten loopen. Beter vinden B. en W. een verscherpte toepassing der tegenwoordige verordening, waardoor deze post 100.hooger kan worden geraamd. Conform het advies van B. en W. wordt besloten. Belastingexart. 280 der Ge meentewet. Ged. Staten achten in voering van een belasting ter verkrijging van een bijdrage in de kosten van onder houd en verlichting der straten voor de gemeente mogelijk en dus in de gegeven omstandigheden noodzakelijk. B. en W. hebben tegen invoering van een straatbelasting ernstige bezwaren en stellen voor ter zake het volgende aan Ged. Staten te berichten: Het invoeren van een straatbelasting ontmoet bij den gemeenteraad ernstige be zwaren. Betreurd wordt ten zeerste dat op invoering eener nieuwe belasting wordt aangedrongen, terwijl de verarming in de gemeente angstwekkende verhoudingen heeft aangenomen. De personeele belasting met hare 200 opcenten moet mede worden betaald door kweekers, die de laatste ja ren m.^de door daling van de buiten- landsche valuta in verhouding tot het Ne- derlandsche devies niet alleen geen in komen hebben genoten doch beduidende verliezen hebben geleden en door gezin nen waarvan alle of diverse leden werk loos zijn. Vele van deze menschen wonen in een eigen huis met hypotheek bezwaard en weten dikwijls niet hoe zij aan hunne verplichtingen moeten voldoen. Op deze menschen nieuwe lasten te leggen, zou on rechtvaardig zijn. De vraag is in dit verband gewettigd of uw college niet bereid is te bevorderen, dat de financieele verhouding tusschen het Rijk en gemeenten wordt herzien ten einde te voorkomen dat zooals tegenwoordig de zwakste schouders de zwaarste las ten hebben te dragen. De aandacht wordt gevestigd op het adres, dat de burgemees ters van een aantal Noord-Hollandsche ge meenten tot den Minister van Binnenland- sche Zaken hebben gericht, waarbij zij er op aandringen, dat het maximum-aantal te heffen opcenten op de gemeentefonds belasting wordt teruggebracht tot 80 en van de personeele belasting tot 100 en dat het tekort worde betaald door die gemeen ten, die nog zoo gelukkig zijn, dat zij hun budget zonder overmatig hooge belastin gen sluitend kunnen maken. Ook willen wij er de aandacht van uw college op vestigen, dat destijds, gezien de structuur van onze gemeente er aanleiding is geworden om Noordwijkerhout bij de reconstructie der wegen op bijzondere wijze te subsidieeren, zelfs op veel ruime ren voet dan de andere gemeenten. Die bij zondere behandeling is later te niet ge daan; Noordwijkerhout werd precies be handeld als andere gemeenten, die minder kilometers wegenonderhoud en meer draagkracht hadden. Wij hebben daarin berust omdat wij dankbaar voor den vroeger geboden steun meenden onze nieuwe verplichtingen zonder abnormalen druk op de ingezetenen te kunnen nako men. In dezen tijd evenwel, nu een alge- heele verarming der bevolking gepaard gaat met een steeds verder aandraaien van de belastingschroef, meenen wij nog eens met nadruk de vraag te moeten stellen of de provincie niet genegen is de gemeente in het onderhoud der wegen tegemoet te komen door verlaging van het bedrag per kilometer dat de gemeente aan de provin cie heeft te betalen. Als er vroeger in de vette jaren reeds aanleiding was tot een uitzonderlijke behandeling van Noordwijkerhout, hoe veel te meer reden zijn daarvoor thans in dezen benarden tijd dan niet aanwezig. Ten slotte wijzen wij er uw college op, dat wij bereid zijn indien daarop wordt prijsgesteld om de straatverlichting dit jaar geheel uit te schakelen. Wij zitten lie ver in het donker dan dat wij de ingeze tenen nieuwe lasten opleggen. De heer L. M. v. Noort zegt gaarne zijn instemming met dit schrijven te betuigen, dat daarna bij acclamatie wordt aangeno men. Verhaal ziektepremieën. De Raad make gebruik van de door de ziekte wet gegeven bevoegdheid tot verhaal van de helft van de ingevolge die wet door de gemeente verschuldigde premiën. Besloten wordt aan het verlangen van Ged. Staten te voldoen met uitzondering van de premiën der loonen, die die in werk verschaffing worden betaald, daar het Rijk, dat het leeuwenaandeel der kosten draagt, dan slechts een verhaal van 1/4 der ziekte- premie vordert. Verteringskosten. Ged. Staten verlangen, dat deze post tot 50.zal worden verminderd. Ofschoon bij het op maken der begrooting deze post reeds van 160.op 100.is gebracht zal aan het verzoek van Ged. Staten worden gevolg- gegeven. Onderhoud van wegen. De in- dienst-neming van los personeel wordt zoo veel mogelijk beperkt; ook het onderhouds werk behoort tot het beslist noodige be perkt te blijven. In verband hiermede komt ons aanvankelijk een aanmerkelijke verlaging van dezen post mogelijk voor. Besloten aan Ged. Staten te berichten, dat verlaging van deze post niet mogelijk is. Onderhoud plantsoenen. U ge lieve verlaging van deze raming met 150 te bevorderen. Besloten dezen post met ƒ70.te ver minderen, zulks is mogelijke als de hoo rnen voor de kerk dit jaar niet worden gesnoeid en als voor aankoop van nieuw plantsoen 25 in plaats van 50. wordt gevoteerd. Stofvrij maken van wegen. De vraag rijst of deze werkzaamheden niet kunnen worden uitgesteld. Besloten aan Ged. Staten te berichten, dat uitstel dezer werkzaamheder slechts fi nancieel nadeel kan beteekenen. Salarissen. Schoonmaakster van het gemeentehuis. De bezoldiging van de betrokkene achten Ged. Staten zoodanig, dat daarop een korting van 5 pet. zonder bezwaar kan plaats heb ben. Besloten wordt aan Ged. Staten te be richten, dat met een korting op deze wedde niet accoord kan worden gegaan. Het Raadhuis wordt tegenwoordig voor aller lei doeleinden veel meer gebruikt dan in normale tijden. De schoonmaakster krijgt daarvoor geen extra-bezoldiging, doch het zou onredelijk zijn op deze bezoldiging thans te korten. Bovendien verricht zij haar werk op uitnemende wijze. Op perbrandmeester. Deze functie wordt aan den gemeente-opzichter zonder afzonderlijke belooning opgedragen. Besloten aan Ged. Staten te berichten, dat hiermede niet accoord kan worden ge gaan. De opperbrandmeester geniet ƒ40. per jaar, waarvoor hij dag en nacht moet klaar staan en tevens het regelmatig toe zicht op de brandbluschmiddelen heeft. Het gaat niet aan dit bedrag, dat feitelijk geen bezoldiging, doch slechts een beschei den vergoeding voor bewezen extra-dien sten is van de begrooting af te voeren. Hooikeurder. Zoo mogelijk worde deze betrekking opgeheven. Eventueel kunnen de werkzaamheden door andere functionarissen onbezoldigd worden ver richt. Besloten Ged. Staten te berichten, dat bij het opmaken der begrooting het aantal hooikeurders reeds van twee tot een is te ruggebracht, dat deze eene functionaris niet kan worden gemist en dat het niet wel doenlijk is zijn werkzaamheden aan ande ren op te dragen. Deurwaarder. Mede in aanmerking genomen, dat deze functionaris naast een pensioen van 868.een wedde geniet als bode van ƒ860 en als buitengewoon veldwachter ad 800.komt het Ged. Staten voor, dat hem de betrekking van deurwaarder kan worden opgedragen te gen een belooning van 25.De vervol- gingskosten kunnen dan aan de gemeente ten goede komen. Besloten aan Ged. Staten te berichten, dat de gemeentebode Steenvoorde destijds ontslag als veldwachter heeft aange vraagd en pensioen heeft genomen mede in het financieel belang der gemeente. Overeengekomen is toen dat de titularis financieel ongeveer hetzelfde zou blijven. Het gaat daarom niet aan daarop thans te gaan beknibbelen. Gemeentewerklieden. Verhoo ging van de bestaande korting van 5 pet. tot 10 pet. achten wij gèwenscht. Ter be oordeeling van de -vraag of voor het vol gend jaar met laatstgenoemd percentage zal kunnen worden volstaan, gelieve mede te dealen of de betrokkenen al dan niet als vakbekwame arbeiders moeten wor den aangemerkt. De voorzitter merkt op, dat overeenkom stig de wettelijke voorschriften, B. en W. omtrent deze verlaging het oordeel heb ben gevraagd van de betrokken vakorga nisatie. Deze organisatie heeft een monde ling onderhoud aangevraagd, dat nog niet heeft kunnen plaats hebben. De behande ling dezer aangelegenheid zal daarom worden uitgesteld tot de volgende verga dering. Secretaris. Commissie tot we ring van schoolverzuim. Voor deze functie kunnen wij geen wedde- raming toestaan. Ook tegen de raming wegens presentie gelden van deze commissie hebben wij bezwaar. De voorzitter merkt op, dat men wel kan zeggen, dat men niet betalt, doch dat men dan menschen moet hebben die bereid zijn dergelijke baantjes kosteloos te vervullen. B. en W. hebben daarvoor de meening van Ged. Staten ter kennis gebracht van de commissie tot wering van schoolver zuim en haar oordeel daaromtrent ge vraagd. De commissie deelt mede, dat alle le den hunne functiën zullen neerleggen als de bezoldiging wordt ingetrokken, doch bij verklaart er genoegen mede te nemen indien op de presentiegelden zoowel als op de jaarwedde van den secretaris een korting wordt toegepast van 20 pet. Naar aanleiding hiervan wordt besloten den betrokken begrootingspost met 20 pet. te verminderen. Pr es e n t i e g e ld 1 e d e n van den Raad. Met betrekking hiertoe deelen Ged. Staten mede, dat zij een verlaging tot 2.50 per vergadering wenschelijk ach ten. De raming wordt, in afwachting van het desbetreffend besluit, bereids dien overeenkomstig verlaagd. Aan het verlangen van Ged. Staten wordt voldaan. (Wordt vervolgd). UIT DE OMGEVING Koken is in mijn huis eigenlijk niet noodig. Als ik maar om het andere uur een glas lauwe melk kr(jgi ben ik al tevreden. Maar dan heeft mevrouw eigenlijk geen keukenmeid noodig, maar een koe. (Gringoire). NOG GEEN BLOEMENVELDEN. De Paschen te vroeg en het weer te guur. Ons werd gevraagd, hoe het met de Paaschdagen hier zal zijn met de bloemen. Ons antwoord kan kort zijn. Er zijn 2 fac toren, die samengewerkt hebben, dat er nog maar zeer weinig te zien valt: eerstens valt Paschen vroeg en tweedens was het weer in Maart veel ongunstiger dan in Februari. Niet het minst heeft de sterke nachtvorst der laatste dagen het groeiproces tegenge houden. Wel is er wat te zien aan Crocus- sen en beginnen de Narcissen, maar Hya cinthen staan er nog niet in bloei. De afd. Den Haag dar Ned. Reisvereeni- ging, die straks dagelijks excursies maakt naar hier, heeft gisteren haar eersce proef tocht naar hier gemaakt, om wat pools hoogte te nemen. De duizenden bezoekers zullen nog zeker tot een week na Paschen geduld moeten hebben. NOORDWIJKERHOUT. Begrafenis Raadslid Langeveld. Onder groote belangstelling is Woensdagmorgen het stoffelijk overschot van den hear Lan geveld, in leven lid van den gemeenteraad alhier, op het St. Jozef kerkhof ter aarde besteld. In den rouwstoet merkten wij o.m. op het college van Burgemeester en Wet houders met gemeente-secretaris en de meeste raadsleden benevens het R. K. Arm bestuur van de St. Jozef-Parochie, waar van de overledene penningmeester was. Brand. Woensdagmiddag werd het dorp opgeschrikt door het luiden van de brand klok. Toen de brandspuit uitreed, werd be kend, dat een hooiberg, staande op het erf van den landbouwer Dobbe aan de Leid- sche Vaart, in lichte laaie stond. Het ge lukte de brandweer den brand te blusschen, zoodat erger werd voorkomen. De brand is waarschijnlijk ontstaan door het spelen met lucifers door kinderen. SASSENHEIM. Volksbond. Gisteravond had in het K. S. A.-gebouw een ledenvergadering plaats, welke werd geopend door den voorzitter, den heer J. Kortekaas, die zijn spijt uit sprak over de slechte opkomst. De reden hiervan moet worden gezocht in den tijd, welke reeds laat gaat worden. Toch kan het spreker niet weerhouden om te zeggen, dat het belang van vergaderingen bijna even groot moet worden geacht als het dage- lijksche brood. Daarom spijt het spr. zoo, dat voor deze laatste vergadering zoo wei nig animo bestaat. Spreker spoort alle le den aan, om in de zomerperiode propagan da te maken voor het organisatieleven en de geest wakker te houden in het belang dere organisatie. De notulen werden onveranderd vastge steld, waarna werd medegedeeld, dat de a.s. Encycliekmeeting zal gehouden worden te Roelofarendsveen. Medegedeeld werd, dat de propaganda- avond voor de vrouwen, welke op het win- terprogram was geplaatst, zal gehouden worden op 15 April. De voorzitter dankt hierna allen, die in den afgeloopen winter de werkloozen hebben gesteund door giften en de exploitatie-commissie voor de open stelling van de zaal. Vervolgens werd de beschrijvingsbrief voorgelezen voor den Centr. Raad. Verschillende voorstellen wer den hieruit bekend gemaakt; aan den af gevaardigde werd een vrij mandaat mee gegeven. Van de rondvraag op dien Centr. Raad zal ook Sassenheim gebruik maken. Hierna gaf de voorzitter nog een resumé van de werkzaamheden en voorschriften van het crisis-comité, waarvan we de strek king vorige maal bekend hebben gemaaxt. Spreker keurt de houding van deze reorga nisatie ten sterkste af, want als voorzitter van den Volksbond heeft hij alleen nog maar zitting en is de voorzitter van „St. Deus Dedit" eruit „gewipt", wat niet billijk blijkt tegenover de zoovele georganiseerde werkeloozen. De heer Schrama is ook niet tevreden en wil inplaats van het crisis-co mité B een instituut in het leven roepen, dat zich ten doel stelt om goederen in natu re te ontvangen. Voorts dringt spr. erop aan, dat over dit punt een protest zal wor den ingediend. Hierna hield de heer H. Braun, lid van de Ontwikkelingsclub „Credo Pugno" een lezing over het leven van Dr. Schaepman. Spreker gaf een beschrijving van diens le ven van de geboorte af tot aan het einde van zijn grootsche loopbaan. Voor deze le zing had den heer Braun een hartelijk ap plaus in ontvangst te nemen. De voorzitter bespreekt nogmaals de noodzakelijkheid van sociaal inzicht op allerlei gebied, wat we kunnen verkrijgen in een ontwikke lingsclub. Hij dankt daarom den spreker voor zijn moeite en mooie lezing over Dr. Schaepmans leven. Hierna rondvraag en sluiting. Coöp. Spaar- en Voorschotbank voor Land- en Tuinbouw. Woensdagavond werd in het Bruine Paard de 30e Algemec- ne vergadering van bovengenoemde bank gehouden. De heer P. W. van Niekerk open de deze vergadering, die door 71 leden be zocht werd, met een kort openingswoord. Na een woord van welkom, herinnerde spr. aan het feit, dat dit reeds het zesde lustrum van de bank Was. Gezien de slechte tijds omstandigheden zal het feit niet feestelijk herdacht worden. De heer Marbus, die een van de oprich ters was, is dus thans 30 jaar in functie. Spr. dankte den heer Marbus voor alles, wat h(j voor de bank over heeft gehad in deze periode. De heer Marbus, thans voor- WAl ANDEBE BLADEN SCHBIJVEN. HET PROTOCOL EN DE UITVAART VAN H.M. DE KONINGIN-MOEDER. De Volkskrant maakt de opmerking, oat bij de begrafenis van de Koningin- Moeder in de kerk te Delft het volk te zwak vertegenwoordigd was: „Wanneer honderdduizenden de treffen de oogenblikken daar zouden willen mee maken en er zijn nog geen duizend plaat sen, dan spreekt het vanzelf dat een zeer zorgvuldige selectie moet plaats hebben. Het protocol regelt natuurlijk zulk een aangelegenheid, maar is dit protocol voor den tegenwoordigen tijd niet verouderd? In een vroegere periode hadden alleen de aanzienlijksten van stand en positie toe gang tot den koning en was met name het militaire element in zijn omgeving sterk vei tegen woordigd. Er is sindsdien een en ander gewijzigd, ook in de verhouding van den vorst tot zijn volk. En met deze wijziging diende het proto col rekening te houden. Het protocol is een neutraal en onper soonlijk ding, en het hoofd van den staat kan bezwaarlijk het initiatief nemen tot een wijziging. Tn de kringen zelf, welke dicht bij den troon staan, in die der hooge ambtenaren en militairen moet het besef doordringen, dat zij niet alleen of overwegend het ge leide van een overleden vorst mogen vor men. Zij moeten zich ten deele terugtrekken om aan hen, die metterdaad het volk in zijn maatschappelijke en sociale geledin gen vertegenwoordigen, ruimte te laten. Ons volk heeft in de week tusschen het overlijden en de begrafenis van koningin Emma op treffende wijze den tol van zijn sympathie en waardeering, genegenheid en verknochtheid gebracht; maar aan de over zijde heeft iets ontbroken om den band tus schen vorstin en volk in volle klaarheid te demonstreeren. Vooral tegenover een vorstin als ko ningin Emma, die in zoo hooge mate het hart van haar volk bezat, is dat tekort gevoeld. Het koningschap is niet van aard ver anderd, maar veel minder dan vroeger is de beteekenis daarvan gelegen in den luis ter van veel schittering en gouden kragen in zijn omgeving: het koningschap van te genwoordig berust op persoonlijke kwali teiten en op de stevigheid waarmee het in het volk is geworteld. Die dicht bij den troon staan mogen wat vlotter de beweging meemaken die zich voltrekt of reeds voltrokken heeft: een ko ningen is niet van hen, al teren ze haar ook nog zoo hoog, maar van heel haar volk, en dit volk dient bij gewichtige ge beurtenissen, droevige of blijde, gekend en erkend te worden". zitter, vierde voor kort zijn 70ste verjaar dag. De heer F. Moolenaar viert zijn 25-jarig ambtsjubileum. Ook deze jubilaris werd hartelijk door den voorzitter toegesproken. De notulen van de vergadering van 21 April 1933 werden voorgelezen en onder dank vastgesteld. Aan het jaarverslag van den heer J. W. Marbus ontleenen wij het volgende. Het le dental bedraagt thans 157, hetgeen een kleine teruggang aanwijst. In het boekjaar kwamen 4347 dagboekposten voor met een ontvangsten van 1.077.313.84 en uitgaven van ƒ1.065.879.83. Kassaldo ƒ11.434.01. Het aantal spaarboekjes bedraagt 592, waarvan er 51 geheel werden terugbetaald, zoodat aan het eind van het jaar nog 541 boekjes in omloop waren. Op 31 Dec. 1933 was aan 92 leden een voorschot verstrekt, terwijl met 75 leden de Bank in loopende rekening stond. Aan de Balans ontleenen wij: Schuld aan de Spaarbank 220.554.98 tegen 252.907.54 in het vorige jaar. Uitstaande voorschotten 103.823.18 tegen 114.281.52 verleden jaar. Tegoed in loopende rekening met de leden 160.485.78 tegen 163.984.66 verleden jaar. Vaste goederen (Bankge bouw) vorig jaar 9000, thans 8500. Schuld in loopende rekening aan de le den 18.734.26, vorig jaar 10.959.12. Schuld bij de Centrale Bank 29.022.06, vorig jaar 19.044.93. Het reservefonds bedraagt 19.024.32. Verleden jaar stond aan voorschotten uit ƒ103.823.18 tegen ƒ150.360 in 1932, tegoed loopende rekening van rekeninghouders ƒ160.985.78. De rekening en balans werd zonder op- of aanmerking goedgekeurd. Hierna volgde verkiezing van een be stuurslid, wegens periodieke aftreding van den heer P. Wester beek en van het lid van den Raad van Toezicht, den heer P. W. van Niekerk, die beiden met bijna algemeene stemmen werden herkozen en de benoe ming aannamen. De heer G. Dannijs bracht de dank van de vergadering over aan het bestuur voor het goede deskundige beleid in dezen slech ten tijd. Spr. stelde voor den heer F. Moole naar een souvenir aan te bieden, in verband met zijn jubileum. De voorzitter deelde echter mee, dat dit reeds geschied was. Hierna sluiting. Geboren: Joseph Comelis, z. v. J. C. Verdegaal en M. H. M. Hendrickx. Ondertrouwd: J. J. C. Floor, 28 j. en C. C. van Rijzen, 31 j. W. Koning, 24 j. en A. M. van der Plas, 24 j. Vertrokken: J. F. Teunisse en g zin, naar 's-Grai enhage; E. J. H. ten Bos naar Voorhout.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 10