DE FINANCIËN DER PLATTELANDS
GEMEENTEN.
DINSDAG 27 MAART 1934
DE LEIDSCHE COURANT
IWCBUK BLAU PAli. 7
Deinkomsten dergemeenten
Belastingen op vergunningen,
tooneelvertocningen en andere
vermakelijkheden,
door
A. A. C. M. VAN IERSEL
Burgemeester van Noordwijkerhout.
IX.
Belastingen op vergunningen tot verkoop
van sterxen drank in het kiein en op ver
loven tot verkoop van zwak-alconoiischen
drank in het klein bestaan in iedere ge
meente.
De belasting, die voor een vergunning be
taald moec worden, wortit door den ge
meenteraad geregeld, maar met in acntne-
niing van de normen, die in de Drankwet
zijn vastgelegd. Zoo bepaalt de wet, dat als
grondslag van de beregening van het ver
gunningsrecht wordt aangenomen de jaar
lijks te schallen huurwaarde, die de locali-
teit in veroand met den omvang van het
bedrijf, waarvoor de vergunning strekt, kan
geacht worden te bezitten. Het recht voor
een vei gunning bedraagt niet minder dan
5.en niet meer dan 12.50 voor elke
50.huurwaarde met dien verstande, dat
het recht niet lager is dan 40.Het te
betalen recht wordt met 15 pet. verminderd
voor de localiteiten, die gesloten zijn tus-
schen Zaterdagavond zes uur en Maandag
morgen acht uur. In orthodox protestant-
sche streken, waar antirevolutionairen en
christelijk-historischen te samen een meer
derheid in den Raad vormen gebeurt het
nog al eens, dat bij gemeenteverordening
wordt bepaald, dat 's Zondags alle caié's
gesloten moeten zijn. Ik heb zelf eens kun
nen constateeren, dat in een uitsluitend
protestantsche Gemeente een zwenking van
links naar rechts bij de verkiezingen voor
de caféhouders een stuk van hun bestaan
beteekende, wat voor dezen te grie'vender
was omdat het publiek nu naar een nabij
gelegen gemeente ging, waar vrijer opvat
tingen werden gehuldigd. Doch ook de al
dus gedupeerde caféhouders moesten het
volle vergunningsrecht betalen, want om
voor vermindering in aanmerking te komen
moeten de café's niet alleen Zondags, doch
cok 's Zaterdags 's avonds gesloten zijn en
dit laatste komt uiteraard zelden voor. 't Is
in de kleinere plaatsen vooral van den Za
terdagavond en den Zondag, dat de café's
het moeten hebben en dit zeer zeker in den
tegen woordigen tijd.
Uit het vorenstaande blijkt, dat de be
voegdheid van den Gemeenteraad ten aan
zien van het vergunningsrecht zich beperkt
tot het bepalen van hetgeen moet wórden
betaald per ƒ50.huurwaarde. Veel heeft
dus de wetgever ter zake niet aan de com
petentie van den Gemeenteraad overgela
ten.
Het vergunningsrecht, waarvan zooeven
sprake was, betreft zoowel volledige ver
gunningen als tap- en slijtvergunningen en
sociëteitsvergunnigen. De opbrengst daar
van komt uitsluitend ten goede aan de ge
meentekas.
In dit verband zij opgemerkt, dat in ge
meenten, die een bebouwde kom heb
ben van meer dan 5000 inwoners onder
scheid wordt gemaakt tusschen een tap- en
een slijtvergunning. Men kan daar óf voor
een tapvergunning (voor café) of voor een
slijtvergunning (voor drankwinkel) in aan
merking komen. In de andere gemeenten
krijgt men een z.g. volledige vergun
ning, waarop men zoowel kan tappen als
slijten.
Behalve de evengenoemde vergunningen
bestaan er nog z.g. hotelvergunningen. Een
hotelvergunning is een vergunning voor
den verkoop van sterken drank in het klein
in een hotel alleen aan logeergas
ten. Tot 1931 werd van een hotelvergun
ning geen recht geheven, doch bij de wij
ziging, die de Drankwet in dat jaar onder
ging. is bepaald, dat ook de houder eener
hotelvergunnjng vergunningsrecht moet
betalen. Het kwam vroeger nog al eens
voor, dat men een hotelvergunning ver
zocht om sterken drank te kunnen tappen
zonder in de kosten van vergunningsrecht
te vallen. Ten einde dit misbruik te beper
ken is ook voor hotolvergunningen een
recht vastgesteld al is dit recht dan ook
lager dan het recht voor andere vergun
ningen en is tevens bepaald aan welke
eischen een inrichting moet voldoen om
voor een hotelvergunning in aanmerking te
komen.
Het vergunningsrecht door hotels te be
talen is afhankelijk van het aantal slaapka
mers. Bedraagt dit aantal 7 of minder, dan
is het recht 10.bij 814 slaapkamers
17.50; bij meer dan 14 slaapkamers 25.
Komt het vergunningsrecht van de vol
ledige vergunningen, de tap-, slijt- en socië
teitsvergunningen uitsluitend ten bate van
de gemeentekas, van hetgeen de gemeenten
ontvangen ter zake van hotelvergunningen
moeten zij de helft aan het Rijk afdragen.
Zooals ieder wel zal weten, zijn er behal
ve vergunningen nog verloven.
Men onderscheidt ter zake verloven A, waar
bier en anderen zwak-alcoholischen drank
wordt getapt en verloven B, waar uitslui
tend alcoholvrijen drank wordt geschonken.
Voor een verlof B behoeft niets te worden
betaald, doch voor een verlof A is een z.g.
verlofsrecht verschuldigd van 25.Ook
van de ontvangen verlofsrechten moeten de
In dit atrkel worden enkele bronnen
van gemeentelijke inkomsten
besproken.
Gemeenten de helft aan het Rijk afdragen.
In 1932 werd aan vergunnings- en ver
lofsrecht genoten door Leiden 9400.
Wassenaar ƒ2662.Noordwijk ƒ1715.
Alphen a. d. Rijn 1438; Hillegom 1300.
Woerden ƒ925.Stompwijk ƒ805; Noord-
wijkerhout f 643.Lisse 613.Voor
schoten en Alkemade 600.Katwijk
550.Bodegraven 488.Oegstgeest
450.en Sassenheim 370.(Gemeen
ten beneden de 5000 zielen zijn niet in de
betreffende statistiek opgenomen).
Opmerkelijk in dit staatje is, dat de ver
gunnings- en verlofsrechten te Noordwijk
driemaal zooveel opbrengen als te Katwijk,
ofschoon Katwijk nog pl.m. 5000 zielen
meer heeft dan Noordwijk.
Verder hebben de gemeenten nog de be
voegdheid om een belasting te heffen o p
tooneelvertooningen en ande
re vermakelijkheden.
Dit is al een heele oude belasting. Zy
dateert al van vóór 1821 en werd toen ge
heven onder den naam van armengeld.
Bij Kon. Besluit van 24 Aug. 1821 werd aan
het willekeurig'heffen van armengel
den een einde gemaakt en werd voor de
heffing en invordering dezer belasting de
naleving der bepalingen der toenmaals vi-
geerende grondwet van 1815 geëischt.
De belasting, die dientengevolge het a r-
mengeld verving, bleef uitsluitend ten
behoeve van de armen strekken, zegt Op-
penheim. Een circulaire van den Minister
van Binnenlandsche Zaken waarschuwde
zelfs nadrukkelijk tegen gebruik tot eene
andere bestemming of vermenging ondsr
de gewone inkomsten. De invordering ge
schiedde door „gecommiteerden uit de al-
gemeene armen" en de verdeeling had
plaats „in evenredigheid van het aantal zie
len van iedere godsdienstige gezindheid".
In het plaatselijk belastingstelsel, dat met
de Gemeentewet van 1851 werd ingevoerd,
pastte niet een belasting, waarvan de op
brengst niet vloeide in de gemeentekas en
die door anderen dan het Gemeentebestuur
werd geïnd. Daarom werd alstoen het a r-
mengeld onder den naam van belas
ting op tooneelvertooningen
en andere- openbare vermak e-
lijkhedenals gemeentelijke belasting
erkend en op gelijke wijze als de andere be
lastingen geheven, terwijl de gemeente ook
vrij werd in de aanwending der opbrengst.
Later in 1920 heeft men het woord
„openbare" voor „vermakelijkheden" ge
schrapt, omdat het meer en meer gebrui
kelijk werd om uitvoeringen, die in wezen
openbare vermakelijkheden waren, het Ka
rakter eener besloten bijeenkomst te geven,
teneinde de belasting te ontgaan.
De belasting op tooneelvertooningen en
andere vermakelijkheden vormt voor de
steden een ruim vloeiende bron van in
komsten.
In 1932 inde deswege Amsterdam
ƒ1.860.000; Rotterdam ƒ952.500.—; den
Haag ƒ1.020.000; Leiden ƒ72.500.—.
Voor het platteland beteekent de belas
ting niet veel. In de overgroote meerder
heid der plattelandsgemeenten wordt zij
niet geheven en waar zij al wordt geheven
brengt zij weinig of niets op. De juistheid
dezer bewering kan men toetsen aan de
volgende cijfers.
In *1932 bracht deze belasting op: te Al
phen a. d. Rijn 3800.te Noordwijk
3000.te Hillegom 2000.te Woerden
800.te Lisse 750.en te Stompwijk
100.In de overige gemeenten van onze
streek is ter zake geen opbrengst te ver
melden.
Dat de belasting op tooneelvertooningen
enz. ten plattelande weinig of niets op
brengt, laat zich gemakkelijk begrijpen. Als
men enkele van de grootere plattelandsge
meenten, waar b.v. nog een bioscooponder
neming is gevestigd, uitzondert, beperken
zich de tooneelvertooningen en andere ver
makelijkheden op het platteland tot uitvoe
ringen van ter plaatse gevestigde vereeni-
gingen, die als regel een algemeen maat
schappelijk doel nastreven en terecht wordt
er door de gemeentebesturen bezwaar in
gezien, om ddeze vereenigingen, die toch al
een moeilijk bestaan leiden, bij het geven
van uitvoeringen nog eens extra te belas
ten. Dit klemt te meer in den tegenwoordi-
gen tijd, nu vele vereenigingen het aantal
hunner begunstigers zien inkrimpen, ter
wijl de subsidies uit de openbare kas er ook
al minder op worden, zoo zij niet geheel
verdwijnen.
Ons huwelijk-is te ver
gelijken met het verdrag
van Versailles. Ieder
oogenblik geharrewar
en wantrouwen en sinds
Hitier aan 't bewind is,
wil je er nog vanaf ook,
(Je Suis Par tout).
LAND- EN TUINBOUW
De Economische beteekenis der Ontgin
ningen. Dit is de titel van een proefschrift
waarmee de heer B. Hoogh te Winterswijk
is gepromoveerd tot doctor in de landbouw
kunde. Het is in den boekhandel verkrijg
baar en bij den uitgever J. H. Donner te
Rotterdam voqr den prijs van 4.75. Het
in 7 hoofdstukken verdeelde proefschrift is
zeer lezenswaard om den waardevollen in
houd. De heer Hoogh komt tot de conclusie,
dat het kleine ontginningsbedrijf, en in 't
bijzonder dat beneden 10 of 12 Hectare,
werkende dus met eigen personeel, indien
de boer een niet te klein deel 'van benoo-
digde grond- en bedrijfskapitaal zelf be
zit, en alle weelde, ook bij de stichting der
gebouwen, vermeden wordt, geen slechte
toekomst biedt. Natuurlijk zoo schrijft
hij zijn de risico's gooter dan op ouden
cultuurgrond; er moet hard gewerkt en so
ber geleefd worden, doch de zandboer is
van huis-uit met dat laatste goed ver
trouwd.
Aan deze kleinere bedrijven heeft de
heer Hoogh in 't bijzonder aandacht ge-
schonkenu: hij heeft o.m. een 8-tal ontgin-
ningsbedrijven door 'n nauwkeurige boek
houding, door hem zelf bijgehouden en uit
gewerkt, aan een nauwkeurig onderzoek
onderworpen. Deze boerderijen beslaan een
oppervlakte van 5 tot 10 H.A.; 7 er van
zijn gelegen in de omgeving van Winters
wijk, de 8ste, groot ruim 24 H.A., ligt in
Drente. Uit de boekhoudingen nu is ge
bleken, dat het zuiver inkomen van deze
landbouwers van 1926-'27 tot 1930-'31 ge
middeld per jaar heeft bedragen 1038.53.
Over de, verschillende jaren was dit zuiver
inkomen resp. 1121.17, ƒ548.26, ƒ1300.29,
1447.93, 810.41. De laagste was een ver
lies bij een der landbouwers in 1930-'31 van
3.92, de hoogste een zuiver inkomen van
1830.49 in 1926-'27. Het zuiver inkomen
omvat alles wat het bedrijf aan geld, ver
meerdering van inventaris, eigen gebruik
voor de huishouding en woning heeft opge
leverd, benevens het eventueel verdiende
arbeidsloon en de gekweekte rente. Dit
zijn geen hooge inkomens, maar de cijfers
zijn niet onbevredigend. Er moet hard voor
gewerkt worden, en 't leven der menschen
is sober, maar zoo zegt de heer Hoogh
terecht wie het leven dier landbouwfa-
milies nader kent, vindt daar bij alle so
berheid en bij ontzegging van genietingen,
die het leven van een stadsarbeider niet
kan ontberen, een zekeren welstand. Al mo
ge het inkomen niet te groot zijn, de kleine
zandboer weet er nochtans goed mee rond
te komen; De heer Hoogh heeft ook nage
gaan, hoe de uitgaven van een gezin zijn
samengesteld, en komt dan op een gemid
delde van 224.52 aan voedingskosten voor
een volwassen man.
Intusschen is na het ingestelde onder
zoek de toestand in den landbouw aan
merkelijk slechter geworden. In het laat
ste onderzoekjaar (1930'-31) kwam de in
vloed van de crisis reeds duidelijk tot
uiting: er was toen reeds een kapitaal-ver
lies van gemiddeld ruim ƒ330 per bedrijf,
en na dien is het nog veel sneller bergaf
gegaan.
Gebreken in de Coöperatieve Zuivel
industrie. In een vergadering van zuivel-
menschen te Assen heeft de heer G. van
Leusen te Frederiksoord gewezen op enkele
ernstige gebreken, in de coop, zuivelindus
trie. Hij noemde geest en wezen van de
coop, zuivelbereiding fundamenteel ziek.
In stede, dat alle fabrieken samenwerken,
om hun zaak, de zaak van den boer, in
goede banen te leiden, is er een concurren
tie waar te nemen tusschen de coop, fabrie
ken onderling, die in opzet en wezen ver
foeilijk is, en niet in 'n belang van den
boer. Met ongemotiveerde uitbetalingen en
verkeerde voorstellingen tracht men z'n
zaak zoo gunstig mogelijk voor te stellen,
in de hoop leden te winnen, die bij zuster
verenigingen thuis behooren.
Spreker noemde het een dringende taak
voor de landbouwers, om de hand in eigen
boezem te steken en, zich af te vragen, of de
wijze van exploitatie hunner bedrijven,
en van die welke daaraan annex zijn wel
voor 100 pet, voldoet aan de eischen, welke
aan een goed economisch beheer gesteld
mogen worden.
Het moderne verkeer heeft zoo'n geheel
anderen toestand geschapen, en voor dat
verkeer betalen wij onze belastingen, maar
profiteert de landbouw daarvan op de
meest intensieve wijze? Er ligt, naar 't oor
deel van den heer van Leusen, een breed
arbeidsveld braak: Centralisatie van onze
bedrijven kan voor den landbouw groote
besparing geven!
De auto's zijn er, om de melk te vervoe
ren op groote afstanden. Wanneer al die
fabrieken in Drente er eens niet waren,
en men moest de melkverwerking over de
geheele provincie opnieuw opzetten, wat
zouden er dan duizenden en nog eens dui
zenden bespaard kunnen worden! Het zou
de moeite waard zijn, eens in cijfers voor
oogen te hebben, wat er bespaard zou kun
nen worden op personeel, machines, gebou
wen, brandstoffen, licht enz. Men zou ge
heel Drente in kringen moeten verdeelen,
en het moest uitgesloten zijn, dat de eene
fabriek de andere zijn leden kon ontfutse
len.
Spreker heeft deze gedachte al lang bij
zich omgedragen, men zal het „Luchtkas
teel en" noemen; het zal ongetwijfeld een
reuzenwerk zijn om een systeem, dat lang
zaam gegroeid is, in betere banen te lei
den, er zouden bij een grondige invoering
van een juiste centralisatie, ook offers val
len, doch hij is van meening, dat de grorte
besparing, die er mee te bereiken zal zijn,
die offers rechtvaardigt.
De heer Van Leusen eindigde met de op
wekking: „Landbouwers, herzie u en Iaat
u niet in de schoenen schuiven, dat de land
bouwer geen gevoel voor economie heeft!"
Bestrijding van veldmuizen. In het
„Gron. Lbld." werd onlangs ter bestrijding
van de veldmuizenplaag aangeraden om
strychnine over 't land te zaaien. De PI.
Dienst te Wageningen waarschuwt hier met
klem tegen, omdat dit mr:~engif, op deze
wijze aangewend, ook een ware slachting
kan aahrichten onder de vogels (fazanten,
snippen, enz.). Een tweede bezwaar is, dat
de overblijvende korrels kiemkrachtig blij
ven en een zeer hinderlijke opslag tus
schen het gewas kunnen veroorzaken. Het
is daarom beter om de giftige korrels uit te
leggen in draineerbuisjes of onder dakpan
nen, die regelmatig over het land moeten
worden verspreid, en eventueel bedekt kun
nen worden met wat stroo. De muizen vin
den de korrels dan makkelijk, terwijl zij
voor alle vogels onbereikbaar zijn. Deze
voederplaatsen moeten gecontroleerd wor
den, en de hoeveelheid gifkorrels moet tel
kens worden aangevuld, totdat er niet
meer van gebruikt wordt Dan kan wor
den aangenomen, dat de muizen gedood
zijn. Bij het inzamelen van de draineer-
buisejes of dakpannen verzamelt men ook
de overgebleven korrels. Er moeten per
Hectare pl.m. 50 van deze voederplaatsen
worden aangelegd.
Jacht op Bunzings. In verband met bo
venstaande mag er op gewezen worden,
dat de bunzing, waarop dezen winter in
Friesland en mogelijk ook elders, nog al
jacht is gemaakt, behoort tot de meest
geduchte vijanden der veldmuizen. Het
is daarom onverantwoordelijk om thans
een groote opruimng onder die roofdieren
te houden. Landeigenaars zullen goed
doen in hun eigen belang, 't vangen van
bunzings oo hun gronden te verbieden, en
aan de politie te verzoeken er streng op
toe te zien, dat personen zonder toestem
ming hun gronden niet betreden.
Tegen Hartrot van bieten en Bladvlekies
bij gerst. Dr. E. Brandenburg van het In
stituut voor suikerbietenteelt heeft door
onderzoekingen aangetoond, dat het hart
rot van bieten, wordt veroorzaakt door ge
brek aan borium: men geeft, om het hart
rot tegen te gaan: 3 K.G. borium of 414
K.G. borax per H.A.; als het hartrot erg
optreedt, tot ongeveer 10 K.G. borium of
pl.m. 15 K.G. borax. Men heeft bij gerst
witgrijze, bruin omrande vlekjes waarge
nomen. Volgens „Die Ernahrung der Pflan-
ze" zou gebrek aan magnesium hiervan de
oorzaak zijn. Het Rijkslandbouwproefsta
tion te Groningen wil dit nader onderzoe
ken. Br.
PASCHEN NADERT.
Paschen nadertals huisvrouw begin
nen we er al vast eens over te denken, hoe
we binnenshuis de „stemming" er in zullen
brengen.
Een potje of vaasje met fleurige „voor-
jaarsbloeiers" de narcissen b.v., die al
tijd een zonnig plekje weten te tooveren,
zelfs in sombere hoekjes behoeft in de
zen tijd gewoonlijk niet te ontbreken.
Maar zelfs al zouden we enkel beschikken
over wat knoppende berken-, beuken- en
elzentakjes als we die een goede week
van te voren in eert vaasje hebben gezet,
dan is er alle kans, dat ze ons in de feest
dagen de jonge groene blaadjes vertoo-
nen, waarnaar we zoo verlangend uitzien.
We kunnen nog méér doen: eieren hard
koken b.v. en daarna kleuren of op an
dere wijze versieren, om er op Paaschmor-
gen bij het ontbijt al een vroolijke tafel
mee aan te richten.
En we kunnen van te voren een program
ma opmaken voor de feestdagen: een flin
ke gemeenschappelijke wandeling b.v., als
het weer ons naar buiten lokt; en anders
een gezellig spelletje thuis, een vertel- of
een voorlees-middag in elk geval een
genoegen, waarin moeder óók kan deelen,
omdat ze haar huishoudelijke zorgen tot
een minimum heeft beperkt.
Dat laatste heeft natuurlijk eenig over
leg noodig gemaakt, want het „feestelijke"
mag er niet onder lijden: op Paschen eet
men nu eenmaal graag wat anders dan op
een gewonen werkdag.
Eén bordje soep als inleiding van het
middagmaal is zeker op zijn plaats. Lastig
voor moeder de vrouw? In 't geheel niet,
want ze vestigt haar keus op een van de
smakelijke Maggi's soeptabletten: de „ver
micelli" of de „groente-met vermicelli-
soep", waarbij ze niets anders te doen
heeft dan een half uurtje vóór 't gebruik
den inhoud van de tabletten in de voorge
schreven hoeveelheid kokend water zach
tjes te laten koken.
Vleesch bereiden vervalt al vanzelf,
want de eieren nemen in het Paaschmaal
de plaats daarvan in. Bij verschillende
groenten vormen ze een bepaalde tracta-
tie, en het werk, dat ze vragen, bepaalt
zich enkel tot het koken:
We kiezen b.v. Brusselsch lof, een
groente, die aan schoonmaken bijna geen
tijd vraagt en die voor het gaar koken
niet langer dan een half uur noodig heeft.
(Ze kan dus tegelijk met de soep worden
opgezet).
Hebben we nu verder den vorigen dag
al gezorgd voor een flinke schaal aardap-
pelpurée, dan kunnen we die als deksel
op de groentepan zetten, zoodat ze op de
zelfde gasvlam tegelijk warm wordt.
Het eenige, waarvoor we nu nog heb
ben te zorgen is een sauskom met gewel
de boter, een werkje, dat niet langer
vraagt dan 10 minuten (zie 't recept hier
onder). Het slot is, dat we de struikjes
lof op een schotel stapelen (goed uitge
lekt op de schuimspaan natuurlijk!),dat
we daaromheen de gehalveerde gepelde
eieren leggen met den open kant omhoog
en dat'we er de schaal met heete aardap-
pelpurée en de sauskom met gewelde bo
ter tegelijk mee op tafel brengen.
Natuurlijk kan, als nog een gaspitje
beschikbaar zou zijn, de purée vervangen
worden door versch gekookte aardappe
len, waarbij dan de hoeveelheid gewelde
boter iets grooter behoort te zijn.
Gewelde boter (4 personen)
100 G. (1 ons) boter of „mélange",
3 eetlepels heet water, 1 theelepel
Maggi's Aroma.
Doe het heete water met de Maggi's
POPULAIRE REIZEN NAAR
OBERAMMERGAU VOOR LEZERS
VAN „DE LEIDSCHE COURANT".
Na onze vorige aankondigingen
zijn wij thans in staat het volledig
programma van onze 8-daagsche
reizen naar Oberammergau te ver
melden.
Om de reis zoo aantrekkelijk mo
gelijk te maken zal zij gedeeltelijk
per trein, gedeeltelijk per autó wor
den gemaakt. Voorts is in den datum
een kleine verandering gekomen.
Onze eerste reis vertrekt n.l. niet op
18 maar op 17 Mei.
Het programma luidt als volgt:
le dag: Treinreis Den HaagWies-
baden. Maaltijden in den trein.
2e dag: Verblijf Wiesbaden met
sightseeing.
3e dag: Aanvang Autoreis Wiesba
den via Offenburg, Anschaffenburg
naar Rothenburg a. d. Tauber, lunch.
Bezoek aan de stad en daarna voort
zetting der reis naar Nürnberg. Diner
en logies.
4e dag: Na het ontbijt voortzetting
der tocht via Ingolstadt, München,
lunch en rondrit door de stad, daarna
via Starnbergersee naar Oberammer
gau. Diner en logies.
5e dag: Bijwoning Passiespelen
en verblijf in Oberammergau.
6e dag: Na het ontbijt terugtocht
naar Wiesbaden via Augsburg, lunch
aldaar en bezichtiging der stad,
daarna via Ulm a.d. Donau met be
zoek aan het Münster, vervolgens
Geisslingen a.d. Steig, Plochingen
naar Stuttgart. Diner en logies.
7e dag: Des morgens rondrit door
en om de stad, daarna via Bruchsal
naar Heidelberg, alwaar lunch en
bezoek aan het slot, ten einde in den
namiddag Wiesbaden weder te be
reiken. Diner en logies.
8e dag: Des morgens verblijf te
Wiesbaden, lunch. Des namiddags
vertrek per trein naar Holland. Diner
pakket in den trein.
Wij mogen er tenslotte nogeens
de aandacht op vestigen, dat de
kosten van deze reis met toegang tot
het Passie-theater slechts zijn:
3e klasse75.
2e klasse87.50
Deze prijzen gelden af Nijmegen,
waarbij slechts komt 1.per per
soon voor reserveering van de plaat
sen.
Zoo mogelijk zal op de terugreis
bovendien het traject Wiesbaden
Nederlahnstein per Rijnboot worden
gemaakt.
Op de terugreis van Oberammer
gau naar Wiesbaden zullen de be
roemde kloosters en koningsloten te
Ethal, Hohenschwangau en Garmisch
Partenkirchen worden bezocht.
Zooals reeds gemeld moet bij op
gave een bedrag van 2.50 worden
gestort voor administratiekosten.
Er bestaat gelegenheid op den dag
van het vertrek met een reiswagen
vanaf ons bureau naar Den Haag te
worden gebracht om vandaar met
den trein naar Nijmegen te vertek-
ken. Bij den reisleider is gedurende
de reis vreemd geld verkrijgbaar.
Bij opgave tot deelneming gelieve
men te vermelden naam, voorletters
en adres, alsmede het nummer der
pas.
Ook zij, die gaarne deze reis wil
len maken, maar op 17 Mei niet kun
nen meegaan, kunnen zich reeds op
geven met vermelding van den da
tum, waarop zij de reis zouden wen-
schen te maken.
Zoo mogelijk zal dan door ons op
dien datum een reis worden geor
ganiseerd.
In verband met het logies te
Oberammergau, dat een maand te
voren moet worden aangevraagd,
sluit de inschrijving onherroepelijk
op 15 April a. s.
Aroma in een kom, voeg er de boter bij en
roer die in het water rond, tot ze week
wordt; klop dan (met een slavork b.v)
alles nog even tot eer. gelijk geheel en
breng dat als een dikke saus in de
sauskom over.
Presenteer de gewelde boter bij de
warme groente en aardappelen, waardoor
ze vanzelf op het bord tot een dunnere
saus zal uitsmelten.