Dertigste Nederlandsche Jaarbeurs
25ste Jaargang
DONDERDAG 15 MAART 1934
No. 7761
S)e Ccki&efieSoii/ia/nt
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten hoogste 30 woorden, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkooD: f 0.5P
DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE
BLADEN.
EEBS7E KAMER
Interpellatie over een circulaire
van professoren
Ontevredenheid over de uit
voering van de crisiswetgeving
De interpellatie van den heer Citters
(A.-R.), die reeds vroeger aangekondigd is,
werd gisceren aan de orde gesteld. Men
weet dat eenigen tijd geleden een comité
van professoren en studenten een circu
laire heeft rondgestuurd, waarin aangedron
gen werd een verklaring te onderteekenen
die de belofte inhield, dat men nooit ofte
nimmer zijn wetenschappelijke bekwaam
heid in dienst zou stellen van den oorlog.
De heer Citters heeft naar aanleiding
hiervan aan den Minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen vragen gesteld.
Het, eveneens schriftelijk, antwoord van
den minister had den interpellant niet be
vredigd, zoodat hij nu overgegaan is tot
een mondelinge interpellatie.
De heer Citters memoreerde dit alles
in zijn rede en zeide, dat de verklaring
van den minister, als zouden de betrokken
hoogleeraren zich niet voldoende hebben
gerealiseerd wat de inhoud van de verkla
ring eigenlijk beteekende en welke gevol
gen deze met zich kon dragen, onvoldoende
was. Er moest ofwel een disciplinaire
maatregel worden getroffen, ofwel moest
de minister eischen, dat deze verklaring
zou worden teruggetrokken., Aan de bij
zondere hoogleeraren (in welke kwaliteit
de meeste professoren onderteekend heb
ben) moet men niet meer toestaan dan aan
gewone en buitengewone hoogleeraren.
Dus ook zij moeten op een of andere ma
niet kunnen worden getroffen indien zij
hun boekje te buiten gaan. Spr. vroeg dan
ook aan den minister of hij tegen deze bij
zondere hoogleeraren maatregelen kon ne
men. Kon hij dit niet, dan moest de minis
ter er zoo spoedig mogelijk voor zorgen, dat
dit wel mogelijk zou worden. Tenslotte
vroeg spr. of de minister de stelling juist
achtte die verschillende professoren in een
nader verklarend schrijven verkondigd heb
ben, n.l. dat de wettelijke plicht voorden
dienstplicht niet het aanwenden van we
tenschappelijke bekwaamheden zou inslui
ten.
De Minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen, de
heer Marchant, zegt in zijn antwoord
op deze vragen, dat de bedoeling van het
bedoelde comité zeker zuiver is geweest.
Zij trachten den oorlog als verschijnsel te
bestrijden. Wel vindt spr. ook, dat de ma
nier, waarop zij dit in het onderhavige ge
val hebben gedaan, niet de juiste is. Men
moet het er niet op aanleggen anderen
door een verklaring te binden, en zeker
niet een professor, wiens zedelijk overwicht
een zekere pressie uitoefent op de onder
teekenaars. De verklaring is ook niet dui
delijk; men kan er uit halen, dat men ge
hoorzaamheid moet weigeren aan het open
baar gezag. Dit temeer daar de Grondwet
voorschrijft, dat de milicien zich met zijn
volle persoonlijkheid aan zijn taak moet
wijden. Ofschoon dit. alles waar is, zal spr.
toch geen disciplinairen maatregel nemen,
daar de bedoeling zeker anders is geweest.
Wel zal spr. den Rijkshoogleeraar van zijn
afkeuring blijk geven, en hem tevens in
overweging geven, zijn handteekening te
rug te nemen. Tegen de bijzondere hoog
leeraren kan geen maatregel worden geno
men. Ook acht spr. het vooralsnog niet
noodig, dat hij bevoegdheden tegen deze ca
tegorie van hoogleeraren krijgt.
Dit antwoord vond geenszins algemeene
instemming. De interpellant zelf was van
meening, dat ook de bijzondere hooglee
raren moesten kunnen worden gestraft, en
zeker als zij buiten eigen terrein gaan.
Hierbij sloten zich de heeren Van Lan-
schot (R.-K.), De Savornin Loli-
ma n (C.-H.) aan. De heer W i b a u t
(S.-D.) vond, dat men goed moest onder
scheiden tusschen militairen in dienst en
wetenschappers. De laatste mogen zich niet
wijden aan de verbetering van de oorlogs
techniek, al moeten de eersten wel gifgas
sen maken als het er op aankomt. De vrij
zinnig-democraat, de heer Kranenburg,
vond, dat men de heele zaak veel te veel
had opgeblazen. Men moet kijken naar de
bedoeling van de onderteekenaars, niet
naar wat men juridisch uit de betreffende
verklaring kan halen. Anderzijds achtte de
heer Fock (V.-B.) de groote fout, dat het
gevaar voor bevoorrechting door de pro
fessoren van de studenten-onderteekenaars
boven de niet-onderteekenaars niet denk
beeldig zou zijn. In ieder geval ontstaat er
1 eigenaardige toestand.
De Minister legde den nadruk op de
vrije meeningsuiting, die zoolang mogelijk
moet bewaard blijven. Ieder moet op zijn
wijze in het belang van het vaderland wer
ken, maar zoolang mogelijk in vrijheid.
Toen hierna de heer Citters nogmaals
aandrong op de mogelijkheid om maatre
gelen te nemen tegen de bijzondere hoog
leeraren en de wenschelijkheid, dat zij de
circulaire zouden moeten intrekken, ant
woordde de Minister, dat de interpel
lant dit maar aan spr. moest overlaten.
Op deze sisser is deze interpellatie, die
nu en dan tot een -vinnig debat aanleiding
gaf, uitgeloopen.
Nu minister Verschuur weer beter is, kan
de Eerste Kamer weer voortgaan met de
behandeling der begrooting, en wel het
Hoofdstuk Economische Zaken. Onder de
3 sprekers van gistermiddag, vermelden wij
vooral den heer Ruyter (R.-K.), die
klaagde over de uitvoering van de crisis
wetgeving. Er moet meer overleg worden
gepleegd met de belanghebbenden, om zoo
doende ook hun medewerking te verkrij
gen. Bijna alles wordt door de Regeering
zelf gedaan. Men moet een organisatie op
richten die boven de crisis-organisaties
staat, waarin de landbouworganisaties zijn
afgevaardigd, en die den minister van ad
vies dient enz. Door de opheffing van het
baconcontract, welke opheffing op zichzelf
toegejuicht moet worden, is de varkensrege
ling hopeloos in de war geraakt. Een geheel
nieuwe regeling is misschien nog het beste.
De binnenlandsche markt moet worden
vrijgelaten. Ook de beperking van den vee
stapel gaat niet goed. Jong vee moet uit
de markt worden genomen, met het oog op
een behoorlijken prijs van het vleeseh.
Tenslotte zegt spr., dat de landbouwvoor-
lichtingsdienst gewijzigd moet worden.
De twee andere sprekers, de heeren
Danz (S.-D.) en Gelderman (V.-B.),
welke laatste kritiek leverde op het stel
sel van contingenteering, brachten weinig
of geen nieuwe ideeën ten berde, zoodat
hierover gevoegelijk kan worden gezwegen.
Slechts vermelden we even, dat eerstge
noemde spreker aandrong op de oprichting
van een industriebank, hetgeen ook in de
Tweede Kamer door zijn partijgenooten
werd voorgesteld.
Morgen worden de algemeene beschouwi
Heden zijn de algemeene beschouwingen
o^er Economische Zaken voortgezet.
B'nnen- en buitenlandsche Inzendingen
De verwachtingen van het bestuur van
de Koninklijke Nederlandsche Jaarbeurs
zijn voor wat betreft de deelneming aan
deze dertigste jaarbeurs niet beschaamd
en het laat zich aanzien, dat ook het aan
tal bezoekers grooter zal zijn dan voor
heen. De medewerking van de Nederland
sche spoorwegen die drie extra-jaarbeurs-
treinen, een uit het noorden, een uit Twen
te en een uit Zeeland laten loopen, vormt
hierbij een stimulans.
Bovendien worden gedurende de jaar
beurs te Utrecht steeds meer vergaderin
gen van handelsorganisaties gehouden.
Vandaag vergaderde de Nederlandsche
Grossiers Bond en in den loop van deze
week zullen ook de Nijverheidsraad en de
secretarissen van Vereenigingen voor
Vreemdelingenverkeer te Utrecht bijeen
komen.
Door de uitbreiding welke de jaarbeurs
gebouwen in den loop der jaren hebben
ondergaan, is het mogelijk geworden de
exposities der deelnemers beter tot haar
recht te doen komen en meer groepsge
wijze te rangschikken.
Behalve de belangwekkende inzending
van het Handelsmuseum van het Koloniaal
Instituut te Amsterdam, waarvan wij reeds
melding maakten, zijn er nog eenige offi-
cieele exposities, n.l. van de P. T. T. en van
het Ministerie van Economische Zaken, af-
deeling Handel en Nijverheid.
In de koloniale afdeeling is ditmaal een
groote plaats ingeruimd aan de Kroepoek.
Kroepoek wordt gemaakt uit garnalen, wel
ke met door de inlandsche bevolking be
reid tapiocameel tot een deegachtige mas
sa verwerkt wordt. Het deeg wordt in
broodvorm gebracht en dan in plakjes ge
sneden, die in de felle tropische zon wor
den gedroogd. De fabricatie is in handen
van Chineezen. Alvorens kroepoek genut
tigd kan worden, moet ze in heete olie ge
bakken worden, waarbij een zeer sterke
volume-vermeerdering optreedt. Deze ge
bakken kroepoek zal zoowel in Nederland
als in het buitenland bij zeer velen in den
smaak.
Een ander product van kolonialen oor
sprong is markiza-limonade,siroop, bereid
uit de vrucht van Passiflora edulis, een
den laatsten tijd in de hoogere streken van
Sumatra's Oostkust, door de bevolking ge
kweekte klimplant. De vruchten zelf zijn
gevuld met een oranje-gekleurde vrucht
massa; geur en smaak zijn fijn, het mid
den houdend tusschen die van een perzik
en een sinaasappel.
De groote 50 M.2 beslaande handelssta
tistiek van Nederlandsch-Indië draagt tot
opschrift: „Nederland let op uw zaak en
op den handel van Nederlandsch-Indië!"
Tal van andere producten uit onze kolo
niën zijn verder in deze interessante af
deeling van de jaarbeurs te vinden. Niet
alleen voor direct-belanghebbenden bij den
handel met Nederlandsch-Indië is een be
zoek aan deze afdeeling aan te bevelen,
doch ook voor hen, die plannen hebben in
Indië bedrijven te stichten.
De P. T. T. heeft ook op deze jaarbeurs
drie stands, voor algemeene voorlichting
voor het publiek, voor huistelefoon-inrich
tingen en voor de modernste telegraaf-ver-
reschrijvers, met bijbehoorende inrichtin
gen.
Op de eerste verdieping van het jaar
beursgebouw heeft de afdeeling Handel
en Nijverheid van het Ministerie van Eco
nomische Zaken een informatiebureau in
gericht, waar inlichtingen zijn te verkrij
gen over handelspolitiek, handelsinforma
ties, de Nederlandsche industrie, de mid
denstand, de scheepvaart enz.
Duidelijk blijkt van welke economische
beteekenis de Voorlichtingsdienst van deze
afdeeling van het Ministerie van Economi
sche Zaken is.
De belangrijkste ondernemingen van
handel- en industrie zijn op deze jaarbeurs
vertegenwoordigd. Heemaf trekt in het
bijzonder de aandach'; door een wandta-
bleau met den tekst „Heemaf en het mo
derne verkeer", hetwelk toont wat Heemaf
op dit gebied presteert. Er zijn tal van
modellen, o.a. van de hef brug te Spijkenis-
se, van electrische treinen en locomotieven,
een Diesel-electrisch treinstel, enz. Bijzon
dere vermelding verdienen verder de expo
sities van geoctroieerde artikelen, waaron
der inzendingen van Van Rossum's moto-
renfabrieken te Papendrecht, de N.V. Ma
chinefabriek en ijzergieterij „Holland"' te
Bergen op Zoom, het Nederlandsch Neon
Laboratorium Feige te Amsterdam, de N.V.
Ijzergieterij en Emailleerfabrieken „De
Etna" te Breda, de N.V. Arnhemsche
Fayencefabriek te Arnhem, de N. V.
Noord-Ned. Fabrieken van Ledikanten, v.h.
C. Radmaker en Zn. te Winschoten, de N.V.
Deventer Matrassen- en Ledikantenfa-
briek v.h. A. J. Holtkamp te Deventer en
de N.V. Noord-Hollandsche Asbestfabriek
v.h. J .de Boer en Co. te Amsterdam.
Het aantal nieuwe artikelen geen uit
vindingen is zoo groot, dat het ondoen
lijk is nu reeds te trachten de belangrijkste
daarvan op te sommen. Tal van bekende
Nederlandsche firma's en fabrieken heb
ben getracht op de Jaarbeurs met iets
nieuws voor den dag te-komen.
Van de buitenlandsche inzendingen trekt
het Zwitsersche paviljoen op het Vree
burg de meeste aandacht. In de ruime hall
welke voor de Zwitsersche industrie is ge
reserveerd is een expositie bijeenge
bracht uit welke den bezoekers duidelijk
blijkt, dat Zwitserland niet alleen en zelfs
niet in de eerste plaats toeristenland is,
doch industrieland. Allerlei machines, de
meeste in bedrijf, zijn ten toongesteld.
Breimachines, vouwmachines voor de cho
coladefabrieken, tal van electro-technische
apparaten, schakelapparaten, electrische
kachels en andere huishoudelijke artikelen
enz. De Zwitsersche aluminium-industrie
is goed vertegenwoordigd en men kan hier
het product in zijn ruwen vorm en in af
geleverde artikelen aanschouwen. De ook
in Nederland bekende fabriek der gebrs.
Sulzer in Winterthur vertoont behalve
foto's modellen, waarbij een complete ver
kleinde Dieselmotor van 4000 P.K. Brown
Boveri brengt nieuwe schakelaar-sonstruc-
ties en bijzonder belangwekkend is een
collectie electrische meetinstrumenten van
de firma Trüb Taber en Co. te Zürioh.
Tegenover den ingang van het Zwitser
sche paviljoen bevindt zich een officieele
inlichtingenbureau met wandplaten en gra
fische voorstellingen der Zwitsersche cen
trale ter bevordering van den handel. Een
industriekaart van Zwitserland geeft een
goed beeld van de belangrijkste export
industrieën van Zwitserland. Het spreekt
vanzelf, dat naast deze reclame voor de
Zwitsersche industrie ook de propaganda
voor Zwitserland als toeristenland niet is
vergeten.
De Fransche afdeeling is gevestigd op de
tweede verdieping van het Jaarbeursge
bouw, verbonden met de groote inzending
uit Algiers. Behalve vele kunstvoorwerpen
en andere bekende Fransche producten,
vindt men hier ook tal van artikelen van
de Fransche industrie, bestemd voor dage
lij ksch gebruik.
De „Foire de Paris" heeft een afzonder
lijke stand en zal zeker de belangstelling
trekken. Te meer daar het in het voorne
men ligt onder leiding van de Nederland
sche Jaarbeurs een collectieve Nederland
sche inzending te exposeeren op de eerst
volgende jaarbeurs te Parijs.
Belangrijke inzendingen uit het buiten
land zijn er verder van Oostenrijk, n.l.
van de Landsregeering te Weenen, van
het Oostenrijksche ministerie van handel
en verkeer, van Oostenrijksche Bonds-
spoorwegen en van de Oostenrijksche Ka
mer voor Handel en Industrie te Weenen,
van Polen en van Zuid-Afrika.
Hoewel er geen officieele inzending uit
Japan is blijkt toch uit tal van stands, waar
importeurs hun goederen den Nederland
sche koopers te koop aanbieden, hoe Ja
pan zich op het oogenblik inspant haar af
zet op de wereldmarkt te vergrooten. On
telbare artikelen, van welke men vroeger
niet veronderstelde, dat zij in Japan ge
maakt worden, worden thans aangeboden.
De Japansche industrie blijkt ook op de
Nederlandsche Jaarbeurs een ernstige con
current voor verschillende landen te zijn.
De meeste artikelen zijn echter van goed-
koope soort, maar worden dan ook tot zeer
lage prijzen aangeboden.
STADSNIEUWS
MALARIA EN DE DROOGMAKING VAN
DEELEN VAN DE ZUIDERZEE.
Lezing Prof. Dr. N. H. Swellengrebel.
Voor de Medische Faculteit der Leidsche
Studenten heeft Prof. Dr. N. H. Swellen
grebel een lezing gehouden over bovenge
noemd onderwerp.
Spr. begon met er op te wijzen, dat het
reeds vroeg een bekend feit was, dat elke
droogmaking een gevaar meebrengt voor
de eerste bewoners en ook voor hen die in
de onmiddellijke omgeving ervan wonen.
In de Vereenigde Staten trad de meening
echter naar voren, dat juist droogmakerij
en malaria-bestrijding identiek zijn. Ook in
Engeland trad een verdediger van deze
meening op, die op ondervindingen in de
Gangesdelta wees. Hier is een westelijk, on
gezond deel, dat droog is en een oostelijk
malaria-vrij deel, dat jaarlijks tot October
overstroomd wordt. Het blijkt, dat de ano-
pheleslarven in het slibrijke water niet kun
nen broeden, zoodat de anopheles pas na
October aan te treffen is. In het Westelijk
deel is het broedseizoen (in vegetatie-rijke
regenplassen) van Juli tot September. De
periode, waarin de anopheles malaria over
brengt eindigt nu juist in September. Dit
blijkt dus de oorzaak van het feit, dat het
oostelijk deel malar ia-vrij is. Door de over
strooming te belemmeren (indijking etc.)
werd de anopheles gelegenheid geboden
ook bier malaria te verspreiden.
Er werd een volkenbondscommissie voor
de Delta's ingesteld, die ook de toestand in
Nederland onderzocht. De bodem werd op
zoutgehalte van het water onderzocht. De
oude ervaring was, dat het in het gebied
van het brak water malaria voorkwam en
dat dit niet het geval was in het zoetwater-
gebied.
Onderzoekingen in het begin van deze
eeuw leerden, dat de overbrenger anophe
les naculipennis, vooral inzoet, maar óók
in brak water broedde. Men zocht de oor
zaak toen alleen in den waterrijkdom, meer
dan in het zoutgehalte van een bepaald
gebied. Het blijkt nu, dat het verbreidings
gebied van de anopheles niet met dat van
de malaria overeen komt. Dit malarialooze
gebied is juist het zoetwatergebied. Er is
een verschil tusschen de zoetwater-anophe-
les, die onschuldig is en de zout water-ano-
pheles die malaria overbrengt. De zoutwa-
ter-anopheles kan zich weliswaar ook in
zoet water ontwikkelen, maar toch niet vol
doende. De oude brak-water-theorie werd
in eere hersteld.
Dit is van groot belang voor onze hou
ding ten opzichte van de Zuiderzee droog
making. De mensch heeft zich tot nu toe
schuldig gemaakt aan het brak maken van
vroeger zeewater-gebied (te zout voor ano
pheles). Op dezelfde wijze is de Wieringer-
meer uit een anopheles-vrij gebied gemaak,t
dat zeer geschikt voor de malaria-overbren
gende zoutwater-anopheles.
De Wieringermeer werd drooggemaakt
in 1930: er kwam toen geen anopheles voor,
doch in 1931 was ze reeds in de sloot aan
wezig en in '32 reeds veel meer. Malaria is
er nog wel niet, doch zal wel komen. Een
droogmakerij is dus niet brak door het oor
spronkelijke zeewater, maar door zijn lage
ligging. Toen het Naardermeer droog was,
waren de sloot zout. Nu het weer met wa-
i ter gevuld is, blijkt dit zoet te zijn. Om de-
j zelfde reden heeft men geadviseerd de door
I turfafgraving ontstane veenplassen niet
droog te maken.
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
Eden geeft indrukken van zijn diploma
tieke reis ten behoeve der ontwapening.
(3e blad).
De conferentie van drie te Rome van
daag begonnen. (3e blad).
Dynamiet-ontploffing in San Salvador
zou honderd dooden hebben geëischt. (Bui-
tenl. Ber. 2e blad).
BINNENLAND.
Minister Verschuur over de wijziging van
de Winkelsluitingswet. (2de blad).
De anti-rev. en de wijziging in de Win
kelsluitingswet (2de blad).
Valsche munterij te Rotterdam opge
spoord. Slechte kwartjes vervaardigd. Vijf
personen gearresteerd. (Laatste, Ber.)
Auto op onbewaakten overweg Aalsmeer
Uithoorn door trein gegrepen. (Gem. Ber.
(3de en 2de blad).
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
De Zesdaagschen te Parijs en Berlijn.
(3de en 1ste blad).
We moeten ons echter afvragen of dit
zoutwater-reservoir wel bestaat. Is dit zoo
dan zouden de Zuiderzeepolders steeds zout
hieruit putten, dat vervolgens in het IJssel-
meer wordt gepompt, zoodat dit nooit zoet
zou worden, maar brak.
Er is echter reden om aan te nemen, dat
de Zuiderzee zelf juist de bron van het
zoute polderwater is. In dat geval zal dus
de droogmaking zeker een verzoeting van
het polderwater in N.Holland en Friesland
tengevolge hebben. De verwachtingen ten
opzichte van het malaria-vraagstuk zijn dus
gunstig, hoewel er niets met zekerheid te
zeggen valt, daar er nog een volslagen ge
mis aan overeenstemming tusschen de des
kundigen is.
Met een hartelijk applaus dankten de
aanwezigen den spreker voor de hoogst in
teressante en vlotte voordracht.
FILMLIGA LEIDEN.
Afwijkend van het oorspronkelijk pro
gramma Tsjechische films, die nog niet
gearriveerd waren gaf de Filmliga Lei
den gistermiddag in het Luxor-Theater 'n
voorstelling van Jeanne d'Arc, haar lijden
en sterven, van Cael Th. Dreyer.
De film begint, waar Jeanne d'Arc, nog
gehuld in mannenkleeren, voor rechters
wordt gebracht. Zooals bekend, was Jeanne
d'Arc bij een uitval uit Compiegne door de
Bourgondiërs gevangen genomen, die haar
uitleverden aan de Engelschen, die Noord
en West-Frankrijk bezet hadden. Deze
brachten haar naar Rouaan, waar zij voor
een kerkelijke rechtbank werd gevoerd.
Jeanne d'Arc is hier, ondanks haar man
nenkleeren, het eenvoudige boeren
meisje, dat door God met een helder
verstand begaafd de meest rake ant
woorden geeft op hetgeen haar rechters
haar vragen. Deze rechters zijn een aantal
monniken. Wij kunnen ons moeilijk voor
stellen, dat die geestelijken er zoo hebben
uitgezien als zij ons in deze film worden
voorgesteld, doch des te sterker komt de
tegenstelling tusschen hen en het eenvou
dige boerenmeisje tot uitdrukking. Veel
heeft Jeanne d'Arc te lijden, omdat men
haar onder allerlei bedreigingen dwingt
haar verklaringen als valsch te herroepen.
Zij teekent ten slotte, doch even spoedig
herroept zij het verklaarde weer. Daarop
wordt zij als ketter veroordeeld en 30 Mei
1431 te Rouaan verbrand. Met haar dood
op den brandstapel eindigt de film.
't Is goed erbij te vertellen, dat het von
nis door paus Callixtus III werd vernietigd
en Jeanne d'Arc in 1920 werd heilig ver
klaard.
Kamer van Koophandel voor Rijnland.
Als aanvulling op de agenda van Vrijdag
a.s. komt nog aan de orde een voorstel van
het Bureau om den Minister van Economi
sche Zaken te berichten, dat de Kamer on
der zeker voorbehoud zich met de door den
Minister voorgestelde wijziging van het
Reglement der Bevrachtingscommissie
kan vereeni0,>n.