VRIJDAG 19 JANUARI 1934 No. 7714 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN VOORNAAMSTE NIEUWS. 25ste Jaargansr e £cld)6efi^6oii/tcmt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling: Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 tl GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone AdvertentiëD 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten noogste 30 wooraen, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur verhuur, koop en verkoop: 0.50 DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. Een liberaal tot zijn katho lieke landgenooten. „De liberalen willen de producenten op voeren van proletariaat tot arbeiders schap" aldus de liberale prof. mr. C. W. de Vries in een te Eindhoven gehouden rede. Wij weten niet, wat hiermede precies door den spreker bedoeld is, maar hij zal wel hebben willen zeggen, dat de liberalen een arbeidersschap wenschen, die niet slaafs maar zelfbewust aan de productie deelneemt. De hier geciteerde uitspraak is ontleend aan een rede, die de spreker, prof. de Vries, betitelde „als een woord tot zijn katholieke landgenooten", en waarin hij zeide het te betreuren, dat „ongeveer 40 jaar lang de politieke partijpropaganda der katholieken overdreven sterk was gericht tegen de liberalen". Dat de „politieke partijpropaganda" der katholieken sterk was gericht tegen de li beralen beter gezegd: zich vierkant heeft gesteld tegenover het liberalisme, willen wij niet ontkennen; wel dat hierbij zou zijn overdreven. Och, als de liberale spreker nu verkon digt, dat de producenten moeten worden opgevoerd van proletariaat tot arbeiders schap, dan zal hij toch hierbij moéten er kennen, dat de liberale politiek „ongeveer 40 jaar lang" niet, volstrekt niet in dat streven heeft gelegen, daarop gericht is geweest! En, als wij in dezelfde rede van denzelf den spreker lezen, dat hij „een groot be wonderaar" is van de encycliek „Rerum Novarum", dan is dit een nieuw geluid uit het liberale kamp, waaruit we zelden of nooit zulke klanken hebben vernomen. De rede van prof. de Vries was niet al leen bedoeld, om een cordialer verhouding, meerdere toenadering tusschen katholieken en liberalen te scheppen in het bijzonder werden in dit verband, behalve de sociale opvattingen, de vrij e-handel-pr inriepen van de liberalen verdedigd maar had blijk baar ook de strekking, om katholieken tot de liberale Staatspartij te trekken! „Spre ker heeft den indruk", zoo lezen we in een verslag der rede, „dat er vele katholieken zijn, en goed geloovig katholieken, die staatkundig liberaal denken. Het begrip „vele katholieken" is betrekkelijk; dat er katholieken zijn, die staatkundig liberaal denken, kunnen wij niet ontkennen! Maar dezulken moeten 'ns goed lezen en over wegen de encyclieken „Rerum Novarum" èn „Quadragesimo Anno" en, als zij het dan niet bij een platonische bewondering laten, maar dienovereenkomstig willen handelen, dan zullen ze niet langer staat kundig liberaal denken! BINNENLAND EEN INDUSTRIEBANK IN LIMBURG. De Raad van Bestuur van het Econo misch Technologisch Instituut in Limburg vergaderde gisteren onder voorzitterschap van den Commissaris der Koningin in Lim burg, mr. E. O. J. M. Baron van Hövell tot Westerflier, en besloot zoo spoedig moge lijk de oprichting van een Industriebank in Limburg te verwezenlijken. Dit besluit werd met algemeene stemmen genomen. Ten behoeve der oprichting van deze bank en ten einde de medewerking van de daarvoor in aanmerking komende orga nen te krijgen, zullen op Vrijdag 23 Fe bruari a.s. met deze organen vergaderin gen worden belegd, ondersch, te Maastricht, Heerlen, Roemond en Venlo. Daar zal het woord gevoerd worden door mr. E. O. J. M. Baron van Hövell tot Westerflier, mgr. prof. dr. H. A. Poels, de heer J. H. Mae- nen, prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen, J. M. I. Schaepkens van Riempst en mr. R. A. H. M. Gielen. VOORONTWERP-AUTOMATENWET. Automaten alleen aan de buitenzijde van den winkel Een bijvulverbod. De „Tel." publiceert enkele bepalingen uit een voorontwerp van wet betreffende den verkoop door middel van automaten. Het eerste artikel van het ontwerp om schrijft wat onder het begrip „verkoop- automaat" begrepen moet woraen. Daaron der verstaat de wet ieder toestel, waaruit, heizij door inwerping van een of meer geldstukken, hetzij, door betaling op andere wijze van zich daarin bevindende voor werpen of stoffen, die voorwerpen of stof fen kunnen worden betrokken. Met ver koopautomaten worden voor toepassing der wet gelijkgesteld toestellen, welke op verkoopautomaten gelijken en klaarblijke lijk ten doel hebben, deze te vervangen. De wettelijke bepalingen zullen niet van toepassingtoepassing zijn ten aanzien van verKoopautomaten bij rijkskantoren in gebruik, noch ten aanzien van die auto maten in openbare middelen van vervoer. Het is verboden, zoo luidt een volgend belangrijk artikel, voorwerpen of stoffen aan het publiek te verkoopen door middel van een verkoopautomaat, welke niet bij een winkel behoort (onder „winkel" en „winkelhuis" verstaat deze wet datgene, wat de Winkelsluitingswet 1930 daaronder rangschikt). Een verkoopsautomaat wordt geacht bij een winkel te behooren, indien hij bij het hoofd of den bestuurder van een winkel in gebruik, en in, aan, vóór, of in de on middellijke nabijheid van dien winkel of het daarmede in verbinding staande win kelhuis geplaatst is. Een verkoopautomaat, als hiervoren bedoeld, moet op zoodanige wijze geplaatst zijn, dat het publiek zich daarvan uitsluitend buiten den winkel in het winkelhuis kan bedienen. Deze laatste bepaling is niet van toepassing ten aan zien van verkoopautomaten in hotels, res taurants, koffiehuizen en daarbij behooren- de open ruimten. Wat de automaat mag verstrekken. Van bijzonder gewicht voor den winkel stand zijn de artikelen 4 en 5 der ontwor pen wettelijke bepalingen. Zij luiden: Het is verboden door middel van een ver koop-automaat andere voorwerpen of stof fen aan het publiek te verkoopen dan zoo danige, als in den winkel, waarbij de auto maat behoort, aan het publiek in het klein plegen verkocht te worden. Het is verboden een verkoop-automaat bij te vullen gedurende den tijd dat de winkel, waarbij bij behoort, ingevolge de bepalingen der Winkelsluitingswet of van een krachtens die wet geldende verorde ning voor het publiek gesloten moet zijn. Alle verkoopautomaten, met uitzondering van die geplaatst in hotels, etc. moeten zoo danig zijn geplaatst, dat de bijvulling daar van uitsluitend op van den openbaren weg of gemakkelijk zichtbare wijze kan ge schieden. Ook voor de automaten in hotels, restaurants, koffiehuizen en daarbij be- hoorende open ruimten moet de bijvulling gemakkelijk te zien zijn. Bij de strafbepaling voor. overtreding dei' wet spreekt het voorontwerp van een hechtenis van ten hoogste zes dagen of geldboete van ten hoogste ƒ25. Bij herha ling der overtreding binnen twee jaren sedert vroegere veroordeeling, kan hechte nis van ten hoogste twaalf dagen of geld boete van ten hoogste ƒ50 worden opge legd. De titel van de nieuwe wet zou luiden: Verkoopsautomaten-wet". (Van eenige overgangsbepalingen die toch ook wel zullen gemaakt zijn vin den wij nog niets vermeld). REGELING OM ONJUISTE BELASTING AANGIFTE TE VOORKOMEN. De gegevens, welke nieuwe belastingen, gelijk de omzetbelasting, zullen ople veren, zullen worden dienstbaar gemaakt aan de controle van de aangifte van inkomsten- en vermogensbelasting. Naar wij van bevoegde zijde vernemen, heeft de minister van financiën aan de in specteurs der belastingen medegedeeld, dat alle aanschrijvingen worden ingetrokken, waarbij hun werd opgedragen een tege moetkomende houding aan te nemen te genover personen, die de belastingadmini stratie met de door hen begane ontduikm- j gen van inkomstenbelasting en van vermo gensbelasting geheel uit eigen beweging in kennis stellen. Dit vindt zijn grond hierin, dat bij de uitvoering van de reeds tot stand gekomen of in uitzicht gestelde nieuwe belastingen (b.v. omzetbelasting, belasting naar het vermogen van instellingen van de j doode hand) gegevens ter kennis van de 1 belasting-administratie zullen komen, die dienstbaar zullen worden gemaakt aan de controle van de aangiften, voor de belas tingen naar het inkomen en vermogen. Deze controle kan voor hen, die in het ver leden onjuiste aangiften van hun inkomen of vermogen hebben gedaan en die de tot nu toe geboden gelegenheid om hun aan giften „vrijwillig" te verbeteren, onge bruikt lieten voorbij gaan, ernstig gevol gen hebben. Niet alleen zal bij ontdek king van de fraude de te weinig geheven belasting met viervoudige verhooging wor den nagevorderd, maar bovendien loopen zij de kans, dat een strafvervolging tegen hen zal worden ingesteld. De minister va., financiën heeft echter gemeend, nog voor éénmaal de gelegenheid te moeten geven om, onder zoo weinig mo gelijk bezwarende omstandigheden, on juiste aangiften te verbeteren. Van allen, die in het verleden onjuiste aangiften moch ten hebben gec.aLn en hun fout vóór 1 Maart 1934 hertsellen door van de ontdui king mededeeling te doen aan den Inspec teur, zal niet meer worden gevorderd, dan de enkelvoudige belasting over het belas tingjaar of de belastingjaren, waarvoor de aangifte onjuist is geweest. Daarbij zal niet verder worden teruggegaan dan tot het belastingjaar 1931-'32. Heffing van ver hooging blijft dus achterwege, terwijl strafvervolging niet zal worden ingesteld. Dit zal ook het geval zijn, indien op het tijdstip, waarop de mededeeling van de ontduiking wordt gedaan, de Inspecteur de onjuistheid van de aangifte reeds vermoed de of op het spoor mocht zijn gekomen en den belastingplichtige tot het verstrekken van inlichtingen of tot het geven van in zage van boeken en bescheiden mocht hebben uitgenoodigd en zelfs ook dan, in dien de verbetering een aangifte van een overledene zou betreffen, en de onjuist heid uit een in te dienen successie-memo rie aan het licht zou komen. Men vestigt er echter nadrukkelijk onze aandacht op, dat op deze gunstige regeling geen aan spraak zal kunnen maken: a. hij, tegen wien, blijkens door den In specteur gedane schriftelijke mededeelin gen, een navordering van belasting loo- pende is; b. hij, te wiens aanzien het openbaar ministerie is verwittigd, dat de aangifte opzettelijk onjuist of onvoldoende is ge daan; c. hij, die zich op of na 1 Maart 1934 aanmeldt; d. hij, die zich vóór dien datum heeft aangemeld, doch zijn betrekking tot den fiscus toch nog niet geheel in het reine heeft gebracht. Kan de belastingplichtige het bedrag van de te weinig geheven belasting be zwaarlijk dadelijk en ineens voldoen, dan kan hij in overleg' treden met den ontv. om het verschuldigde op eenigszins langen ter mijn aan te zuiveren. ZENDAPPARATUUR IN ééN HAND. De V.A.R.A. mag van lxaar beginsel getuigen, als zij daarbij in alle opzichten de wettelijke nor men in acht neemt. Verschenen is de Memorie van Antwoord op het voorloopig verslag over de P.T.T.- begrooting. Inzake de opbrengst van gelukstelegram men zegt de Minister, dat het hem ge- wenscht gebleken is nog eens te doen na gaan, of er voldoende termen aanwezig zijn om alle thans voor toekenning van een uitkeering in aanmerking komende ver- eenigingen ook voor het vervolg in dat voorrecht te doen deelen. Exploitatie zendapparatuur. Met betrekking tot het onderwerp, dat op de bijeenkomst met de omroep ver eeni- gingen op 1 December j.l. een punt van bespreking heeft uitgemaakt, schijnt bij enkele leden een misverstand te bestaan. Niet over het vraagstuk van de verdee ling van den zendtijd, doch over het vraag stuk van den bouw en de exploitatie van de voor den Nederlandschen omroep be- noodigde zendapparatuur is in die be spreking van gedachten gewisseld. Als gevolg van deze bespreking is door den Minister een commissie ingesteld, aan welke is opgedragen te onderzoeken en omtrent het gehouden onderzoek verslag uit te brengen en daarbij uitgewerkte voorstellen te doen met betrekking tot: a. de wijze, waarop bedoeld gemengd bedrijf het best georganiseerd, beheerd en geëxploiteerd kan worden en b. de regelingen en maatregelen van technischen, juridischen en financieelen aard, welke, hetzij blijvend, hetzij bij wijze van overgang, terzake moeten worden ge troffen en genomen. Deze commissie, waarvan op verzoek van den Minister de voorzitter van den Radio- raad de leiding op zich heeft genomen en waarin, behalve dit college ook de vier groote omroepverenigingen en het Staats bedrijf der P.T.T. zijn vertegenwoordigd, heeft haar werkzaamheden bereids aange vangen. De V.AJLA. Dat de Radio-Omroep controle commis sie haar taak ten opzichte van de V.A.R.A. onjuist zou opvatten, kan de minister al lerminst toegeven. Integendeel is hij van meening, dat deze commissie haar uiterst moeilijken arbeid ernstig en met veel tact verricht. Zij legt bij de beoordeeling van hetgeen voor uitzending door de VA.R.A. wordt aangeboden geen anderen maatstaf aan dan dien, welken zij ook voor de uitzendin gen der andere omroepverenigingen toe past. Indien de V.A.R.A. zich houdt aan de wettelijke normen, zooals deze nader zijn gepreciseerd in het K. B. van 22 Aprii 1933 zullen haar door de commissie geen moeilijkheden in den weg gelegd worden. Dat het deze vereniging onmogelijk zou worden gemaakt door middel van den radio-omroep te getuigen van het begin sel, waaraan zij haar ontstaan dankt, kan in verband met het vorenstaande dan ook geenszins worden beaamd. De V.A.R.A. kan blijven getuigen van haar beginsel, mits zij daarbij in alle op zichten de wettelijke normen in acht neemt. Tijdens de beraadslagingen in de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft de Mi nister uiteengezet, waarom hij van meening is, dat ten aanzien van de beslissingen van de Radio-Omroep controle commissie het laatste woord moet zijn aan den Minister, belast met de uitvoering van de Telegraf en Telefoonwet 1904 en als zoodanig ver antwoordelijk voor den goeden gang van zaken. Vooral in bewogen tijden als de tegen woordige moet de Regeering, die in vele gevallen beter dan wie ook zal kunnen en moeten beoordeelen, of het Landsbelang door bepaalde uitzendingen kan worden geschaad, in staat zijn dergelijke uitzendin gen te beletten. Zij toch kan het best overzien, of uit een oogpunt van algemeen Regeeringsbe- leid, binnen het kader van art. 5 van het Radio controle reglement 1930, uitzendin gen moeten worden geacht te zijn in strijd met het algemeen belang of met de wet. De bedoeling is dus, dat de Minister van Binnenlandsche Zaken wordt aangewezen als de eindbeslissing gevende instantie doordat hem, met inachtneming van de in het Radio controle reglement gestelde nor men, de bevoegdheid wordt gegeven zoo noodig besluiten van de Radio Omroep con trole commissie te schorsen of te vernie tigen. Bezwaren tegen het rapport van den Nijverheidsraad inzake het cadeaustelsel! Het „Nationaal Comité tot beteugeling van het Cadeaustelsel", waarbij thans 150 instellingen en organisaties op handels- en nijverheidsgebied zijn aangesloten, publiceert dezer dagen zijn bezwaren te gen dit rapport in een uitvoerige brochure. De bezwaren en bedenkingen van dit Comité zijn in het kort de volgende: de Nijverheidsraad stelt door zijn advies aan den Minister vooralsnog geen ingrij pende maatregelen ten opzichte van het Cadeaustelsel te treffen, ondanks zijn er kenning, dat aan dit verkoop-systeem fou ten kleven, de groepsbelangen boven het algemeen belang van handei en nijverheid, welke te lijden heboen van de lasten van dit extra ooncurrentie-middel; de Nijverheidsraad noemt als zijn hoofd bezwaar de vermindering van werkgele genheid als gevolg van een cadeauverood, zonder nochthans alle daarop betrekking hebbende factoren te hebben onderzocht; de Nijverheidsraad heeft door zijn be perkt onderzoek een rapport uitgebracht, waarin verschillende motiveeringen niet door de thans in de praktijk bestaande om standigheden bevestigd worden, als gevolg waarvan een advies is uitgebracht, dat lijnrecht staat tegenovei de meening van 30 der 36 Kamers van Kmpnande. m Fa brieken, welke officiee'.e instellingen toch ook de nijverheidsbelangen tot deel van haar arbeidsveld heb Den. Het „Nationaal Comité tot beteugeling van het Cadeaustelsel" zal daarom bij de regeering blijven aandringen op een spoe dige regeling van het cadeaustelsel, in aan sluiting op het advies van den Midden- standsraad en de verzoeken, die door ver schillende Kamers van Koophandel en een aantal organisaties zijn ingediend. Burgemeester Jansonius treedt uit de S.D.A.P. Naar wij uit goede bron vernemen heeft de heer J. G. Jansonius, burgemeester van Leeuwarderadeel bedankt als lid van de S.D.A.P. De heer Jansonius bekleedde in Fries land een vooraanstaande plaats in de partij. BUITENLAND. Tumult in de Fransche Kamer naar aan leiding van de affaire-Stavisky. (2de blad). Italië's parlement gaat heen. De wet op de corporaties aangenomen. (2de blad). BINNENLAND. Wat het wetsontwerp inzake automaten zal inhouden. (1ste blad). Te Hommerts is 'n 26-jarige gehuwde man door zijn buurman vermoord. De da der is gearresteerd. (1ste blad). De jeugdige dader van den moord te te Weert heeft uit drift en niet uit zelfver dediging gehandeld. (Gem. Ber., 3de blad). Door 'n zwaren brand te Obdam werden Ovijf gezinnen dakloos. (1ste blad). Tien lijken van de bemanning der Oak- ford gevonden. (Gem. Ber., 3de blad). Een nieuwe arrestatie in de brandstich tingsaffaire te Amsterdam. (Gem. Ber., 3de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. De Oostenrijker Riedl legt beslag op den Twenthebeker te Engelberg. De Hol lander Akerboom tweede. (3de blad). BroccardoGuimbretière winnen den Zesdaagsche te Dortmund. (3de blad). Hongarije teleurgesteld door de neder laag tegen Duitschland. (3de blad). Hij had voor de S.D.A.P. ook zitting in de Provinciale Staten van Friesland. Hij heeft zijn mandaat ter beschikking van de partij De reden van zijn bedanken is gelegen in het feit, dat hij zich reeds sinds eenige maanden niet meer met de taktiek en de strijdwijze van de partij kan vereenigen. Principieel blijft hij zich echter op het s.-d.-standpunt stellen. EEN NIEUW GEVAL-BEERTA? De gemeente Veen (N.-Br.). Hedenmorgen werd te Veen (N.-Brabant) een raadsvergadering gehouden welke uit sluitend was belegd in verband met een schreven van de ministers van binnen landsche zaken en financiën naar aanlei ding van de door den raad in zijn vorige vergadering vastgestelde gemeentebegroo- ting 1934. De ministers stellen den eisch, dat aan hun verlangens moet worden vol daan, aangezien zij anders alle rijkssubsi die van heden af zullen inhouden. Met 42 stemmen besloot de raad de eischen van de regeering te verwerpen. NED. R.-K. MIDDENSTANDSBOND. Het buitengewoon congres. Zooals gemeld, belegt de Ned. R.-K. Mid denstandsbond op Dinsdag 6 Februari a.s. in de groote zaal van den Dierentuin te 's-Gravenhage een buitengewoon congres tot behandeling van zijn onlangs gepubli ceerd program inzake ordening, saneering en bescherming van het middenstandsbe- drijf. Op uitnoodiging van het hooldbestuur van den Ned. R.-K. Middenstandsbond zul len op dit congres als sprekers optreden de heeren M. van Poll, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en mr. F. Bach, benoemd directeur van het Bureau van den N. R. K. M. De eerste spreker zal het te behandelen program stellen in het licht der katholiek- sociale ordeningsgedachten; de tweede spre ker zal het program beschouwen in het licht der huidige economische en maat schappelijke positie van de: Millenstand en het middenstandsbedrijfsleven. Rector J. F. A. Bots, geestelijk adviseur van den R.-K. Middenstandsbond in het Bisdom Haarlem, heeft zich bereid ver klaard aan het slot der bijeenkomst een toespraak tot het Congres te richten. Het Congres zal in verband met zijn massaal karakter in één zitting afloopen. Het begint des namiddags te 1.30 uur en eindigt uiterlijk te 6 uur. De Limburgsche R.-K. Middenstands- bonds is reeds doende een indrukwekkend collectief bezoek, per extra-trein, aan het congres te organiseeren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 1