Z5ste Jaargang
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
ZATERDAG 6 JANUARI 1934
No. 7703
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij roornitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week2.50 per kwartaal
Ey onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal
Franco per post 2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver-
krygbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen word»
het dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES van ten noogste 3U wooraen, waarin be-
betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur m
verhuur, koop en verkoop: 0.50
DIT NUMMER BESTAAT UIT VIJF
BLADEN.
W.O. GEILL, ZONDAGSBLAD.
V Naar een nieuwen tijd.
In den aanvang van een nieuw jaar
gaan onze gedachten het sterkst uit naar
den nieuwen tijd. Den nieuwen tijd,
dien w U beleven!
Wij leven in een omwenteling van de
maatschappelijke toestanden, in een tijd
perk der geboorte van een andere samen
leving
Zeker wij moeten ook weer geen al
te groote verwachting hebben van het
nieuwe, dat komende is, dat wij aan den
horizon, nog vaag en onbegrensd, zien op
stijgen en naderen. Want de mensch, als
zoodanig, zal niet veranderen. En d e-
zelfde mensch is en blijft het midden
punt van alle maatschappij-vormen. D e-
zelfde mensch vormt ten slotte de sa
menleving.
Maar dat er veranderingen, ingrijpende
veranderingen in de maatschappelijke sa
menleving zullen komen, dat mogen wij
wel als vaststaand aanvaarden.
En dat wenschen wij ook. Wij wen-
schen ook, en moeten streven naar, een in
Christel ij ken geest veranderde en
herboren samenleving.
Dat moet zijn de nieuwe tijd!
In een artikel „In den nieuwen tijd", in
de jongste aflevering van „De Nieuwe
Eeuw" lezen we:
De nieuwe tijd! We hebben het el
kaar al dikwijls gezegd, dat we in een
nieuwen, grooten tijd leven. We vin
den dat erg interessant en er zit zelfs
coquetterie in die herhaalde bewering.
De scepticus zal dan ook allicht ge
neigd zijn, om te zeggen: Dat hebben
alle menschen van alle tijden van zich
zelf gedacht. En daar zit ook wat in.
De rivier van den tijd maakt geregeld
zijn kronkelingen en het uitzicht is op
twee oogenblikken ook steeds iets ver
schillend. Doch we hebben nu tal van
aanwijzingen, dat we in een scherpe
bocht zijn geraakt, die naar een heel
ander landschap voert. Dat gaat ge
paard met wielingen en stroomver
snellingen, waarop het niet steeds even
behagel ijk varen is. Doch het heeft in
derdaad de bekoring van hetavon
tuur. En die bekoring mag men met
een gerust geweten aanvaarden, als
men het avontuur maar mint om meer
dan de avontuurlijkheid alleen, als
men het beschouwt als een fase in het
reisplan naar het groote doel.
Inderdaad, wij hebben het oog gericht
„naar het groote doel". Wij allen. Omdat
ten slotte wij allen, zij 't dan ook in zeer
verschillende mate, kunnen medewerken,
om dat doel te bereiken.
Dat doel is we herhalen het een i n
Christel ij ken geest vernieuwde
samenleving.
„Heel het economisch leven is, op af
schuwelijke wijze, hardvochtig geworden,
onmeedoogend en wreed", zegt de Paus in
„Quadragesimo Anno".
En in dezelfde encycliek aarzelt de Paus
niet om te beweren, „dat het huidig maat
schappelijk en economisch leven van dien
aard is, dat het voor een ontzaglijk aantal
menschen de grootste beletselen oplevert,
om dat ééne te behartigen, dat noodzakelijk
is, hun eeuwige zaligheid".
En elders in „Quadragesimo Anno" le
zen we:
„Wat wel 't meest in het oog loopt is, dat
in onzen tijd niet enkel het kapitaal zich
opstapelt, maar ook een ontzaglijke macht,
een despotische economische overheer-
sching zich samentrekt in handen van en
kelen, die meestal het kapitaal niet in
eigendom, maar slechts in bewaring en
onder hun beheer hebben, en er geheel
willekeurig over beschikken.
Deze dictatuur neemt de verschrikkelyk-
ste vormen aan bij hen, die, omdat zij de
geldmarkt in handen hebben en beheer-
schen, ook de macht bezitten over het cre-
dietwezen, en over het verleenen van cre-
dieten eigenmachtig beslissen; zij regelen
dan ook ais 't ware den bloedsomloop van
heel het economisch organisme, en heb
ben, om zoo te zeggen, het economisch le
ven zóózeer in hun macht, dat tegen hun
wil niemand zelfs maar kan ademhalen.
Deze concentratie van macht en invloed,
die als 't ware het karakteristieke ken
merk is van de jongste economische ont
wikkeling, is de natuurlyke vrucht van de
onbeperkte concurrentie-vryheid, waarin
alleen de kapitaalkrachtigsten, of, wat vaak
hetzelfde is, degenen, die het minste men-
schelijk gevoel en de meeste gewetenloos
heid aan den dag leggen, overblijven".
Scherper veroordeeling van den huidi-
gen maatschappelijke en oeconomische
ordening, of wan-ordening, kan men toch
niet verwachten!
De Paus-zelf roept ons dus op, om met
alle kracht te streven naar een nieu
wen t ij d.
Van een „nieuwe uitstorting in de we
reld van den geest des Evangelies, die een
geest is van christelijke onthechting en
alles omvattende liefde" verwacht de Paus
de „vurig gewenschte en volledige vernieu
wing der maatschappij in Christus".
Een vernieuwing, voor welker verwe
zenlijking alle katholieken moeten mede
werken ieder op zijn plaats en naar de
mate van zijn invloed. „De aangewezen
apostelen onder de arbeiders, en die het
eerst daarvoor in aanmerking komen, zijn"
aldus de Paus „de arbeiders zelf; en
zoo moeten ook de apostelen onder de in-
dustrieele en handelskringen zelf uit die
kringen voortkomen".
Een nieuwe tijd gaan wij tegemoet
't Zal voor een groot deel van de Christe
nen zelf afhangen, of deze vernieuwing zal
zijn in Christelyken geest!
V Drang naar omhoog.
Er wordt vaak beweerd, dat vele men
schen van onzen tijd weer meer behoefte
gaan gevoelen aan dat wat alleen het leven
kan vullen: het geestelijke en het ideëele.
En in deze bewering ligt gelukkig
waarheid.
Het onderstaande, wat wij ontleenen aan
een hoofdartikel van de „Avondpost" van
Donderdag j.l., geeft weer, wat velen in
zien en beseffen:
Het diepste en meest schokkende be
sef waartoe wij komen is misschien
wel dit: dat onze ontzaglijke techni
sche ontwikkeling ons- tenslotte toch
niet gebracht heeft, waar we moeten
zijn. Als met arendsvleugelen is de
men-ch opgestegen in het heelal, om
er de grootschheden en de geheim
zinnigheden van te ontdekken, en ge
weldig ver heeft hij het hierin gebracht:
het denken, het onderzoeken en het in
concreten vorm brengen daarvan, ten
einde het tot ons aller heil en welvaart
aan te wenden. Maar is het waarachtige
geluk der menschheid er door toe
genomen? Men behoeft nog niet de
sombere ideeën van den wijsgeer Os
wald Spengler te deelen, om van oor
deel te zijn, dat de techniek de ont
zaglijke wereldcrisis, waarin wij eco
nomisch leven, mede in het leven heejft
geroepen. Meer en meer heeft de
mensch van onzen tijd, opgejaagd en
opgezweept in werkdrift en verwoe
den bestaansstryd, verzuimd zich zelf
te leeren kennen, vergeten den gees
telijken achter- en ondergrond der din
gen te peilen. Wy zijn materieel gaan
leven; stoffelijk; technisch; economisch;
wij hebben het geestelijke en het
ideëele laten liggen en verwaarloosd.
Velen zoeken naar de waarheid.
Moge zij die vinden in het leven van hen,
die deze waarheid bezitten....
HET AUTOMATENVRAAGSTUK
Wettelijke regeling in voorbereiding.
Naar wy vernemen heeft de minister
van oeconomische zaken een wetsontwerp
tot regeling van het automatenwezen doen
voorbereiden, dat aan verschillende advies
colleges ter beoordeeling is toegezonden.
In het ontwerp wordt o.m. voorgesteld
het bijvullen van automaten na het slui
tingsuur der winkels te verbieden, over
eenkomstig het verlangen der midden
standsorganisaties.
OECONOMISCHE
VERBETERING
In het Januari-nummer van het Haag-
sche Maandblad schrijft de heer G.
Verwey onder den titel „Depress.e of op
leving?" het volgende:
„Een jaar geleden om dezen tijd waren
er, zij het nog spaarzame, aanwijzingen,
dat het diepste punt der crisis voorbij zou
zijn. Men mocht verwachten, dax spoedig
daarop de volgende phase, de d ïpvessie,
volgen zou. Sindsdien heeft de bedrijvig
heid zich met schommelingen bewogen om
een laag niveau. Van crisis was geen spra
ke meer; de bedrijvigheid liep over het
algemeen niet verder terug. Er zijn ups en
downs geweest. Op een matige stijging
volgde steeds weer een matige teruggang.
Het geheel bood den aanblik van een ty
pisch depressiebeeld.
Thans zijn er aanwijzingen, dat er in die
depressie meer teekening komt. In Neder
land vertoont, sinds Februari, de buiten-
landsche handel een, zij het nog zwakke,
tendenz tot verbetering: elk volgend diep
tepunt lag hooger dan het vorige. Hetzelf
de geldt van de koersen der aanadeelen
op de effectenbeurs. De werkloosheid is
afgenomen. De ontvangsten der spoorwe
gen konden zich handhaven, hoewel in
April een niet onbelangrijke tariefsverla
ging was ingetreden. De ontvangsten aer
Posterijen bewegen zich voor het eerst
weer boven die van een jaar geleden. De
in- en uitgaande schëepstonnage vertoont
hetzelfde beeld. Ook de rijksmiddelen wa
ren in Juli, zoowel als in September en
November, weer beter dan verleden jasr.
Er is geen sprake van een ononderbro
ken vooruitgang. Op eiken vooruitgang is
tot dusver een terugslag gevolgd. Er zijn
ongetwijfeld ook factoren waarbij men in
het geheel geen vooruitgang kan bespeu
ren. Geheel ten onrechte echter heeft dit
vaak ontmoedigend gewerkt. Waar het op
aankwam, was, dat bij eiken volgenden
terugslag grooter weerstand geboden werd,
en dat het slechts geisoleerde gevallen zijn,
die het algemeene beeld vertroebelen.
De aanwijzingen voor een naderende
verbetering zijn niet beperkt tot Neder
land. België, Duitschland, Engeland en de
Vereen. Staten zijn in meerdere of mindere
mate op dezelfde manier vooruitgegaan.
Nooit in dien zin, dat er een onafgebro
ken vooruitgang was. Wel zoo, dat men
daar bij diepere studie van de werkgele
genheid, de productie, de ontvangsten der
openbare lichamen e.d. een stijgend ver
loop onderkennen kan, dat, eerst vaag en
onduidelijk, geleidelijk scherper en meer
overtuigend werd. De krachten, die voor
een opleving aan het werk zijn, ondervin
den echter nog aanmerkelijken tegen
stand. De handelsmoeilijkheden zijn nog
steeds niet uit den weg geruimd. De va
luta-onzekerheid maakt geregeld zaken
doen moeilijk. De problemen van land
bouw en cultures zijn nog niet opgelost.
De onzekerheid op politiek gebied werkt
economisch belemmerend. Er is dan ook
nog geen sprake van een opleving. Een op
leving kan eerst dan ontstaan als de con
structieve krachten het blijvend winnen
van de destructieve. Maar bevredigend
is, dat er, in weerwil van de tegenwerken
de krachten, in de depressie zoo duidelijk
een teekening ten goede merkbaar werd.
Er bestaat, duidelijk en onwederlegbaar,
een tendenz tot verbetering.
Niet slechts uit het oogpunt van de con
junctuur is de wereld in vooruitgaande
beweging; ook structureel gezien gaat zij
vooruit.
Wij bewegen ons van een nog goeddeels
vrije wereld naar een, die in menig op
zicht gebonden is. Geregeld ruilverkeer
treedt meer en meer in de plaats van het
vrije; corporatieve organisaties treden in
de rechten, die tot dusver slechts van hoo
ger hand konden worden uitgeoefend en
grijpen dwingend in het particuliere be
drijfsleven in. Collectieve maatstaven zijn
bezig de individueele te vervangen.
De conjunctureele vooruitgang wordt
vaak door de structureele geremd, doch
niet altijd. Duidelijk ziet men dit aan de
ontwikkeling in de Vereen. Staten. De
voornaamste structureele wijziging in Ame
rika is de vergrooting der (corporatieve)
macht van de gezamenlijke bedrijven en
van de gezamenlijke arbeidersgroepen.
Voor zoover bedrijfsconcentratie hiervan
het gevolg was, werd de opgaande con
junctuur in de hand gewerkt. Voor zoover
zij verhooging der basiskosten medebracht,
werd zij geremd. Geremd ook werd zij door
de nieuwe emissiewet en de Glass Steagal
Bill, waarbij de basis van het bankbedrijf
veranderd werd. Ook in Duitschland heeft
de wijziging der maatschappelijke struc
tuur, Voor zoover dat nu reeds is na te
gaan, geenszins alléén stimuleerend of al
léén belemmerend gewerkt. Er is reden
om te vermoeden, dat de conjunctuur be
lemmerd werd voor zoover deze wijzigin
gen den handel afbreuk deden en dat zy
bevorderd werd, voor zoover de samen
werking in de bedrijven en tusschen de
bedrijven onderling er door werd aange
moedigd. De structureele wijzigingen in
ons eigen land zijn veel minder vergaand
en zeer weinig overzichtelijk. Zij leen en
zich nog niet voor een beoordeeling.
De structuurwijzigingen brengen dus in
het con junctuur verloop een nieuw element
van onzekerheid. Men is niet zeker meer
van den „normalen gang" van de conjunc-
tuur en vroegere ervaring verliest daar-
door aan beteekenis.
Men kan slechts constateeren, dat, hoe
wel reeds in het afgeloopen jaar de maat
schappelijke structuur zich sterk gewijzigd
heeft, de conjunctuurverbetering niettemin
is voortgegaan. Dat ons nog groote struc
tuurveranderingen te wachten staan, mag
dus geen reden zijn de naaste toekomst
pessimistisch in te zien. Het is zeer wel
mogelijk, dat de oplossing dicht aanstaan
de is".
De Postjager-Pechvogel
GESTART, TERUGGEKEERRD,
WEER OPGESTEGEN.
Defect aan de benzineleiding.
Zooals velen gisteravond door de radio
zullen hebben gehoord, is de Post jager he
denmorgen vroeg te 3.11 uur Java-tijd (of
gisteravond 8.11 uur Hollandsche tijd) on
der groote belangstelling van het vliegveld
Tjililitan bij Batavia gestart.
Uitvoerige ordemaatregelen waren ge
nomen om het opdringen van het pu
bliek tegen te gaan. Niet minder dan 200
militairen en politiemannen waren aanwe
zig. Doch de belangstelling, die door het
nachtelijk vertrekuur minder was dan bij
de „Pelikaan", maakte hun optreden niet
noodig. Militaire lichtwagens zorgden voor
de nachtverlichting van het veld en er
heerschte een opgewekte stemming.
Aanvankelijk had men gedacht een uur
vroeger te vertrekken. Doch daar er meer
post was dan men eerst gemeend had te
ontvangen, moest men den bezinevoorraad
verminderen met het oog op den start. Om
nu bij daglicht in Singapore te kunnen lan
den zooals het plan was moest het
vertrek een uur verschoven worden.
De Postjager zou ook orchideeën mee
brengen, die bestemd zijn voor H. M. de
Koningin. Er had zich een comité gevormd
voor deze hulde.
En toen de giften voor het geschenk
ruim vloeiden, besloot men de rest van het
bedrag te bestemmen voor het Steuncomité
der werkloozen.
Vóór het vertrek zyn de leden der be
manning, luitenant Asjes, piloot Geysendorf
fer en marconist Van Straaten, toegespro
ken door verschillende autoriteiten, waar
na de piloten een woordje voor de micro
foon moesten sreken.
Even werd een onderzoek ingesteld of
zich soms een verstekeling in den Post
jager had verstopt. Toen, te 5 minuten vóór
drie, werd onder gejuich van het publiek
ingestapt. Van Straaten sloot het kleine
klapdeurtje. De motoren werden één voor
één aangezet, Dan, te 8 uur 6 begaf de
Postjager zich naar de startbaan. Het pu
bliek juichte bij het passeeren. En onzicht
baar verdwijnend in de duisternis taxiet
de machine dan naar het einde van het
terrein. Precies te 3 uur 11 was de Post
jager los van den grond. Onder het gejuich
der menigte steeg de machine verbijsterend
snel omhoog en verdween boven de hoo
rnen van Mr. Cornells.
Hij keert terug.
Het duurde evenwel niet lang of de ma
chine keerde weer terug en daalde. Er
bleek een defect aan de benzineleiding te
zijn. Het defect schijnt evenwel niet van
ernstigen aard te zijn geweest, want naar
Aneta nader meldt, is de Postjager te 6
uur Javatijd weder van Tjililitan opgeste
gen. De bedoeling is .ineens tot Alor Star
door te vliegen. Hiertoe is 360 liter benzine
by geladen.
Het Comité Snelpost Nederland—Indië
deelt mede, dat de „Postjager" te 4.40 uur
(Greenwich tijd) te Alorstar is aangeko
men. Te 5.20 uur is het toestel van Alor
star vertrokken naar Rangoon.
Nader wordt uit Batavia gemeld, dat de
reden van terugkeer van de Postjager ge
legen was in een vermindering van den
benzine-druk.
Een nauwkeurig onderzoek toonde aan
dat dit was veroorzaakt doordat eenige zeer
kleine bladdertjes van de benzineleiding
tusschen het ventiel en de benzine-pomp
waren geraakt. Ofschoon het mogelyk ge
weest was, met de handpomp voldoende
druk op het benzine-reservoir te houden,
vond de bemanning het, vooral met het oog
op het vliegen bij nacht veiliger, de oor
zaak van het euvel op Tjililitan op te spo
ren.
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
Nieuw corruptie-schandaal te Brussel.
(3e blad).
Priesters in Würtemberg gearresteerd
wegens politieke actie. (3e blad).
BINNENLAND.
De Postjager gestart, daarna wegens de
fect teruggekeerd, doch later opnieuw ver
trokken. (1ste blad).
Ingediend zijn wetsontwerpen in ver
band met de instelling van het Landbouw-
Crisisfonds. (4de blad).
In voorbereiding zijn wettelijke bepalin
gen waarbij de verkoop door middel van
automaten wordt geregeld, o.a. een bijvul-
verbod na de sluiting. (1ste blad).
Tegen berucht kerkdief voor de Amster-
damsche rechtbank vier jaar geëischt.
(Rechtz., 4de blad).
BINNENLAND
DE DRIEKLEUR.
In den gevel der S.D.A.P.
De S.D.A.P. aanvaardt dan de driekleur.
Mr. Jan Duys draagt haar naar den gevel
der S.D.A.P. Bij de landing van de „Peli
kaan" op Schiphol heeft hy verklaard, dat
hij, „verrukt over de kranige prestaties der
vliegers uit zijn huis de vaderlandsche
driekleur zou uitsteken", waarbij hij, vol
gens het „Hbld.", „glunderde over de cri-
tische blikken van partijgenooten zonder
voldoende nationaal besef".
Hoe reageert Het Volk daarop, dat aan
vankelijk tegen Duys knuppeltje-uit-den-
zak had gespeeld? Zyn vertegenwoordiger
schreef naar aanleiding der „Pelikaan"-
landing:
„Het is jammer dat dergelijke ge
beurtenissen, waarvoor ook wij sociaal
democraten ons als Hollanders allen
hartelijk verheugen, zoo dikwijls tot
nationaal chauvinisme aanleiding ge
ven. Daarom acht ik het goed, als so
ciaal-democraat aanwezig te zyn, om
blyk te geven, dat ook van mijn kant
nationaal gevoel niet ontbreekt.
Met deze uiting van Duys zijn wij
het geheel eens".
Het Volk solidariseert dus met de vader
landsliefde der Oranjeklanten in zijn partij.
De Tribune is woedend over dat opgeven
van de roode vlag en valt uit:
„De protesteerende sociaal-democratische
arbeiders weten het nu. Hun partij steekt
het rood, wit en blauw uit voor een stuk
oorlogsvoorbereiding der imperialisten!"
„Tyd".
EXECUTIE VOOR TUINDERS
Algemeene wettelijke regeling ter
voorkoming in voorbereiding
Op vragen van den heer Cramer betref
fende het nemen van maatregelen van re-
geeringswege ter voorkoming van executie
van tuinders in Noord-Holland, die niet in
staat zijn de polderlasten te betalen, heeft
minister Van Schaik geantwoord dat de
minister van Waterstaat de aandacht ge
vestigd heeft op enkele gevallen, waarin
een dwangbevel is uitgereikt wegens ach
terstallige polderlasten.
Met het oog op de consequenties, die
maatregelen ter voorkoming van executie
zonder meer van sommige ingelanden zou
den hebben op den omslag van polderlas
ten over de overige ingelanden, acht de
minister dergelijke maatregelen minder ge-
wenscht. Daarbij komt dat bedoelde maat
regelen zouden moeten steunen op een wet,
welker voorbereiding en totstandkoming
eenigen tijd zou vorderen. Het is op die
gronden, dat de minister van oordeel is,
dat het vraagstuk der achterstallige polder
omslagen moet worden bezien in het ka
der van de meer algemeene wettelijke re
geling ter voorkoming van executie van
landelijke eigendommen, welke in voorbe
reiding is.