DE THUISKOMST VAN DE „PELIKAAN". 25ste Jaargang DINSDAG 2 JANUARI 1934 No. 7699 3)e £eidódie6oii/fca/nt DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij Tooruit'cetaling: Voor Leiden 19 cent per weekf 2.50 per kwartaal RÜ onze Agenten 20 cent per week 2.60 per kwartaal Franco per post 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN TEL. INT. ADMINISTRATIE 93S, REDACTIE 15 II GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone AdvertentiëD 30 cent per regel Voor Ingezonden Mededeelinger. wordt het dubbele van het tarief berekend. TELEFOONTJES van ten noogste 30 woorden, waarin be- betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur es verhuur, koop en verkoop: 0.50 V De wonderen der techniek! In even vier dagen naar Indië en in even vier dagen weer terug. Dit „won der" van techniek en organisatie is door de Pelikaan volbracht! De Post jager, die een veel grootere snelheid kan ontwikkelen, zal nu echter pogen den terugweg van vier op drie dagen te brengen. En mis schien zal ook deze prestatie, indien zij mocht lukken, toch ook weer op haar beurt later worden overtroffen. En de radio houdt ons van dat alles voortdurend op de hoogte, plaatst ons mid den in het wereld-gebeuren op het oogen- blik, dat het plaats grijpt. Het vertrek van de Pelikaan uit Batavia en de aankomst op Schiphol hebben wij van seconde tot seconde kunnen volgen. Waarvoor nog in de vorige eeuw maan den noodig was, om het ons te berichten, dat vernemen wij nu op het zelfde oogen blik, waarop het gebeurt. Toen Napoleon op Sint Helena was ge storven, zag men geen kans om binnen een korteren tijd dan zes weken deze tij ding in Europa mede te deelen! In de 16e eeuw was men opgetogen, toen een zeilschip Indië in 15 maanden had we ten te bereiken; de terugtocht duurde ech ter 2y. jaar. De verkeersmogelijkheden zijn echter nadien in vrij vlug tempo ver sneld, tot 24 dagen. Waarna het vliegwe- zen is gekomen. In 1920 was men vol enthousiasme, toen Van der Hoop in 20 vliegdagen Indië bereikte. De K. L. M. heeft een geregelden dienst georganiseerd, die van 20 dagen op 9 is gekomen. En nu is de tocht in 4 dagen gemaakt! De menschheid profiteert van de uitvin dingen, waardoor zij de* krachten der na tuur, der redelooze schepping steeds meer en beter in haar dienst kan stellen. Maar zoo verzucht de liberale „Avond post" of wij er ook gelukkiger door wor den? Een vraag voor een meditatie! Zooals met alles wat ons, menschen, in de natuur is geschonken, zoo is het ook met de wonderen der techniek van dezen tijd: Zij kunnen ons veel voordeel en vreugde brengen en daardoor kunnen wij ook gelukkiger worden In ieder geval doen degenen, die ons dieper leeren doordringen in de kennis der natuur, die ons haar meer en beter leeren beheerschen en benutten een zeer ver dienstelijk werk een werk, in dienst van de uiterlijke cultuur, dat reeds op zichzelf beteekenis en waarde heeft. En wij zijn daarom trotsch over het feit, dat het Nederlanders zijn, die deze tocht zoo voortreffelijk hebben georganiseerd, en die haar zoo energiek en moedig hebben volbracht! En wij allen stemmen in met de hulde dezen mannen gebracht. Dankbaar zijn wij echter allereerst en allermeest aan God, den Schepper van de krachten der natuur, Die deze zóó de menschheid in haar dienst heeft gesteld.. Dank aan God! Minister de Wilde, die deze dank Zaterdagavond voor de microfoon uitsprak, voldeed daardoor aan een be hoefte des harten van een groot deel van het Nedarlandsche volk. GEWELDIG ENTHOUSIASME OP SCHIPHOL. SCHIPHOL „ZAT DICHT" VAN DEN MIST. Zooals reeds overal in den lande bekend is men hoorde het Zaterdagavond door de radio van de K. R. O., men sprak Zon dag over niets anders, men las niets anders in de ochtendbladen is Zaterdagavond om 10.14 uur de „Pelikaan" op Schiphol geland en heeft den tocht BataviaAm sterdam nog binne nzijn eigen recordtijd volbracht. Het toestel verscheen circa 9.40 boven het vliegveld doch kon door den dikken mist niet landen. Nadat 't geduren de een half uur herhaalde pogingen in het werk stelde om te landen, lukte dit eerst te 10.14. Het was 'n grootsch en machtig moment voor de vele duizenden, die Zaterdagavond in sneeuw en nevel op Schiphol stonden te wachten, en vooi de honderdduizenden, die thuis aan hun radiotoestel gespannen mee leefden, toen te 10.13 de P.H.-A.I.P., het vliegtuig, dat onder den naam van „Peli kaan" een eereplaats in de geschiedenis der Nederlandsche luchtvaart zal blijven in nemen, den grond van de Amsterdamsche luchthaven raakte, en daarmee het record, dat het ruim een week geleden vestigde» sloeg. Want het toestel met zijn kranige bemanning, dat de Kerstpost van Neder land naar Indië had overgebracht in den schier fabelachtigen tijd van vier dagen, vier uur en 40 minuten, verbeterde op den terugweg van Indië naar Nederland met de Nieuwsjaarspost aan boord dit record met nóg een ruim kwartier, zoodat het bijna 15.000 K.M. lange traject werd afge legd in ruim 100 uur. Geen wonder, dat de bemanning, wier onbaatzuchtige opoffe ringsgezindheid en groote vaardigheid in de eerste plaats te danken is, een groot- sche, geestdriftige huldiging ten deel viel, die culmineerde in de hun door H. M. de Koningin toegekende onderscheiding, n.l. hun benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, welke onderscheiding door de vele duizenden luide werd toegejuicht. En de zilveren medaille van de gemeente Amsterdam, die burgemeester De Vlugt even later aan de vier mannen overhandig de kan, gezien de zeldzaamheid van haar uitreiking, eveneens als een waardige hul de van de hoofdstad des lands, die de „Pelikaan" in zoo wonderlijk korten tijd na zijn vertrek weer op de gemeentelijke luchthaven zag terugkeeren, worden be schouwd. EEN HALF UUR SPANNING. Het enthousiasme der menigte was nog aanzienlijk verhoogd door het half uur van spanning, dat aan de landing vooraf was gegaan. Te 9.40 uur hoorde men plotseling uit Zuidelijke richting het geronk van moto ren, die onder het gejuich van d emenigte sterker en sterker werd, en eindelijk recht boven het veld was. Het vliegtuig moest nu reeds vrij laag zijnmoest, want zien kon men het niet. Hoewel het toestel blijkens het geronk der motoren laag over het veld cirkelde, was geen der navigatie- lichten zichtbaar en bleef de „Pelikaan" in den nevel verborgen. Het geronk der motoren verzwakte en 't was weldra voor iedereen duidelijk, dat het vliegtuig zich weer verwijderd had. Waar heen? Dat was de vraag, die iedereen in spanning hield. Men dacht aan alles: aan een noodlan- dang, aan de mogelijkheid, dat de beman ning in de lucht zou moeten blijven tot de benzine op was, enz. enz. Doch de experts van de K. L. M. brachten de menschen spoedig op de hoogte: zij zoeken naar het radio-baken, de ingenieuse radio-zender, die op eenige kilometers afstand van Schip hol een raido-signaal zoodanig uitzendt, dat het vliegtuig al luisterende naar een be paalde toon van het signaal de koers naar het landingsterrein kan volgen. En weer hoort men in de verte het ge ronk der drie Wasp-motoren, evenwel zon der ook maar een enkel licht van het vlieg tuig te zien. En weer weet men, dat de be manning een poging doet om een opening te vinden in den nevel, die laag boven het veld hangt. En dan komt de verrassing, het wonder bijna. Zonder dat men het toestel heeft ge zien, zonder dat men het hoorde naderen en zonder eenige verwachting, dat het groote oogenblik gekomen is, ziet men plo-t seling hoe het silhouet zich afteekent tegen de felle landingslichten, komt het, buiten de peilingsbaan van het radio-baken, plot seling door den nevel heen als het ware uit de lucht vallen, en met een stoutmoe dige doch tevens met prachtige navigatie- kunst uitgevoerde lancing besluit de „Pe likaan" zijn pioniers", "i rcht. Onder dave-f rend gejuicht van de menigte raken de wielen te 10.13 uur den grond en taxtiet het vliegtuig in de richting van het po dium voor de ontvangst. Men schreeuwt zich de keel heesch, men juicht, wuift, schudt elkaar de hand, en velen heffen het Wilhelmus aan. DE ONTVANGST. Weerzien en hartelijk welkom. De heeren Plesman en Martin van de K.L.M., de heer Guillonard van den techni- schen dienst der K. L. M., en de heer Ahler, chef van den vliegdienst, zijn het eerst bij het toestel en openen $e deur van de cabine. Dan zijn het de vrouwen, kin deren en andere naaste verwanten der be manning, die de cabine betreden en in het vliegtuig hun vaders, mannen en zonen verwelkomen. Een schaduw valt op deze ontvangst door het feit, dat Smirnof's echt- genoote hierbij niet aanwezig is. Tijdens de afwezigheid van haar man heeft een acute ziekte een plotselinge en ernstige operatie noodzakelijk gemaakt. Een dele gatie van verpleegsters van het Luthersche Diaconessenhuis aan den Koninginneweg te Amsterdam is aanwezig om hem om trent den toestand van mevrouw Smyrnof gerust te stellen. Onmiddellijk na afloop van de huldiging ging hij per auto, voor afgegaan door eenige motorrijders der Am sterdamsche Verkeerspolitie, naar het zie kenhuis, waar mevrouw Smirnof ter ver pleging was opgenomen. Naar wij bij informatie aan het Luther sche Ziekenhuis vernemen is de toestand van mevrouw Smirnof naar omstandighe den bevredigend te noemen. Zij is koorts vrij. De terugkomst van haar man heeft haar zeer veel goed gedaan. DE HULDIGING. Het stoere viertal geridderd. Daarna had op het podium de officieele huldiging plaats van de 4 vliegers, Smir nof, Soer, Grosfeld en Beukering. Allereerst heette de heer Plesman hen hartelijk welkom en wenschte hen geluk met de behouden aankomst. Dan wenscht de vertegenwoordiger van H. M. de Koningin, de ordonnance-officier jhr. van Kinschot, in opdracht van H. M. de vliegers van harte geluk met de vol brenging van hun kranig werk. Vervolgens verwelkomde ir. Wurfbain namens de K. L. M. de bemanning en bracht ir. Kalff, de minister van Water staat de heugelijke tijding, dat het H. M. de Koningin behaagd had allen te benoemen tot ridder in de Orde van Oranje Nassau. (Langdurig applaus). Min. De Wilde deelde aan het slot van zijn korte toespraak mede, dat hij dien ochtend was opgescheld uit Batavia door den heer van Balen, voorzitter der Indi sche luisteraars, die hem verzocht uit naam der duizenden in Indië, die dezen tocht met onverzwakte belangstelling hebben ge volgd, de bemanning van de „Pelikaan" van heeler harte geluk te wenschen met hun behouden aankomst. De burgemeester van Amsterdam over handigde namens het gemeentebestuur aan de bemanning de zilveren medaille der stad Amsterdam. Hierna sprak ir. Damme, directeur-gene raal van de P. T. T., die de hulde van de zen dienst overbracht voor deze belang rijke bijdrage tot de ontwikkeling van de luchtverbinding Ned.-Indië. Vervolgens spraken nog generaal Snij ders, voorzitter van het Comité Vliegtocht Ned. Indië, de heer Enthoven, voorzitter van de K. N. I. L. M. en ten slotte de heer Vattier Krane, president van de Fokker fabrieken. Dank van de bemanning. De vier kranige kerels dankten in een paar onopgesmukte woorden; zij waren vliegers, geen rednaan-. „Ik dank u allen hartelijk", aldus smir nof, „voor de belangstelling. Ook in Indië is die belangstelling machtig geweest, in Batavia, in Palembang, in Medan, overal was zij geweldig. Wat wij deden was ech ter slechts onze plicht, niets anders". Daarna spreekt Soer: Dames en heeren, evenals Smirnof dank ik u allemaal voor de geweldige hulde. Dank ook aan den heer Plesman, die ons in staat heeft gesteld de zen tocht te maken. Wij danken voorts on ze geëerbiedigde Koningin voor de onder scheiding, die ons is verleend. Het publiek, enthousiast na deze enkele simpele woorden uit den mond van hen, die een zoo groote daad volbrachten, roept de namen van Grosfeld en Beukering en weldra verschijnen ook zij voor den micro foon. „Namens ons viermanschap hartelijk dank voor de belangstelling, die wij heb ben mogen ondervinden", aldus Grosfeld. „We hebben niet al te veel pech gehad en de zaak heeft nogal behoorlijk gedraaid." Ten slotte komt Beukering, die het kortst spreekt van dezen avond, want hij volstaat met de woorden, die ook de stem ming duidelijk weergeven: „Ik kan niet anders doen dan hartelijk danken voor de belangstelling enzoovoorts, enzoovoorts. Goeden avond, des en heeren." Met gejubel werd dit kernachtig slot be groet. Na de huldiging begeven de vier helden van de „Pelikaan" zich met de autoriteiten, omstuwd door een ontzaglijke menschen- massa, naar de douanezaal, die feestelijk is versierd en waar tal van bloemstukken de goede wenschen van vrienden vertolken. DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN. VOORNAAMSTE NIEUWS. BUITENLAND. Nieuwjaarsoproep van Hitier (2de blad). Staat van beleg in Roemenië (2de blad). Vreeselijke vliegramp in België, 10 doo- den (Luchtv., 4de blad). BINNENLAND. De aankomst van de Pelikaan op Schip hol (1ste blad). De Postjager in Indië gearriveerd (Luchtv., 3de blad). Benoemingen in het Bisdom Haarlem (Kerkn., 1ste blad). Bankbediende te Den Bosch voortvluchtig met ƒ3000 (Gem. Ber., 3de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. De Zesdaagsche te Brussel (2de en lste Wad). WA7 ANDERE BLADEN SCHRIJVEN. WAAROM IS DE N.S.B. DOOR DE REGEERING VOOR HAAR AMBTENAREN VERBODEN? Naar aanleiding van het feit, dat de re geering de N.S.B. voor haar ambtenaren heeft verboden, schrijft het Handels blad (lib.): „De N.S.B. heeft op reeds eerder ge rezen vragen herhaaldelijk in woord en geschrift verklaard langs wettelij- ken weg haar program te willen ver wezenlijken. Daartegenover staat ech ter dat evenzeer in woord en geschrift door haar voormannen voorstellingen zijn gewekt, die een min of meer twee slachtig of onduidelijk karakter droe gen, en die zeer wel in staat waren twijfel te wekken aan dien zuiver wet- telijken grondslag. Wij hebben daarop reeds vroeger gewezen en betoogd hoe zulke ondui delijkheid misleidend en verwarrend kon werken. Het is ook daarom dat wy hopen dat de regeeringsmaatregel, welke thans genomen is, zal leiden tot een volkomen opheldering van zaken. Staat de N.S.B. werkelijk op onvoor waardelijk wettelijken grondslag, en is de leiding bij machte om dat standpunt in de gansche beweging en ook bij haar onder-aanvoerders te doen handhaven, dan zal er ongetwijfeld een weg te vin den zijn om dit alsnog aan de regee ring te bewijzen. Kan zij dit niet, en is er werkelijk reden om aan haar loyale eerbiediging van de wet en de wettige overheid op grond van feiten te twij felen, dan is het onverbiddelijke plicht van de regeering die het gezag wil hooghouden en moet hooghouden, om te handelen zooals zij deed. In elk ge val zal, naar den eenen of den ande ren kant, het gebeurde tot opklaring van een onduidelijken toestand kunnen leiden". EEN LICHTPUNT VOOR 1934. In de Nieuwjaars-beschouwingen trach ten de dagbladen voor hun lezers voor 1934 lichtpunten te ontdekken. Zoo wijst de Avondpost (lib.) op het lichtpunt „dat wij nu toch ver moedelijk in 1933 wel het diepste punt van de crisis hebben bereikt. Dit be- teekent niet, dat wij straks als op arendsvleugelen wederom naar boven zullen gaan. Geenszins. Er is man nen van gezag wezen er op alle reden om te verwachten, dat wij ons voor geruimen tijd zullen hebben in te stellen op het economisch peil van het oogenblik en, moge dit dan in de naaste toekomst althans eenigszins ver beteren (er zijn teekenen van een ze kere, flauwe opleving waar te nemen), de gang naar boven zal zwaar, moei lijk en lang zijn. Maar de wetenschap alleen reeds dat we het diepste punt hebben bereikt, naar den mensch ge sproken althans, zal een bemoediging kunnen zijn".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1934 | | pagina 1