HET 300-JARIG BESTAAN DER LEIDSCHE STERREWACIJT ZATERDAG 7 OCTOBER 1933 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 9 MINISTER MARCHANT, DE IN SLAVENKETENEN GEKLONKEN REGEERDER. Mr. v. d. Sande Bakhuyzen uit den dank van curatoren, Na de herdenkingsrede van prof. dr. de Sitter verkeeg de minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, Z. Exc. mr. Marchant, het woord, die als volgt sprak: REDE MINISTER MARCHANT Nu ik geroepen ben te getuigen van de belangstelling der regeeering in het 300- jarig bestaan van de Leidsche Sterren wacht, is het mij bang te moede. In de vier maanden, verstreken sedert ik de leiding moest aanvaarden van het Departement van Onderwijs, Kunstèn en ook Wetenschappen, heb ik reeds moeten vernemen, dat ik voor het onderwijs wei nig of niets gevoel, dat ik de kunst niet of niet voldoende vermag te eeren en dat ik van de beteekenis der wetenschappen geen begrip heb. De grond voor het drievoudige vonnis was, dat aan de drie onderdeelen, onder het beheer van mijn departement, de ma- terieele middelen worden onthouden, voor hun leven en groei onontbeerlijk. Een zekere troost bood mij de verklaring van de wetenschappen, dat voor het onderwijs althans het lager Onderwijs het geld wordt verspild. Beseft het pijnlijke van mijn positie: ik ben er zeker van: als ik ging zeggen ,dat Leiden en zijn Sterrewacht en prof. de Sitter aan de wereld hebben getoond, dat het kleine Nederland groot is; als ik mijn overtuigng uitsprak, dat het beschavings peil van een volk wordt bepaald door de beteekenis van zijn wetenschappelijke mannen; zelfs als ik den dank van de re geering uitsprak voor den wereldroep, dien Leiden en zijn Sterewachters aan Neder land hebben gegeven, dan zou om den mond der wetenschap, hier in zoo grooten getale vereenigd, een bitter-ironisché"glim lach spelen, die de gedachte zou verraden: wij gelooven er niets van, het is protestatio actui contraria; ware dit uw overtuiging, dan zoudt gij de wetenschap niet zoo kren terig bejegenen. Ja, als ik had kunnen komen met een verjaringsgeschenk, met een veertig duims kijker, dan zou men in mijn oprechtheid vertrouwen; nu ik niet dan slechte bood schappen kan brengen, sta ik hier als het minderwaardige element van de vreese- lijke antithese: de vrije man van weten schap, met zijn eenige doel: te vorschen en te ontdekken, de fakkeldrager: quacumque incedo pello tenebras tegenover den in slavenketenen geklonken regeerder, den bekrompen krentenweger, den domperhou der, den man, die alles telt en weegt, be halve de waarde der wetenschap. Aan zijn liefde voor de wetenschap wordt geen geloof gehecht, omdat hij daar van niet kan laten blijken door gelden ter beschikking te stellen, wijl ze er niet zijn. Ja, prof. De Sitter, dien wij zooeven we derom hebben hooren getuigen van zijn liefde voor de wetenschap wie zou hem niet gelooven! heeft op 18 September 1924 zijn wetenschap aanbevolen aan een mijner ambtsvoorgangers, gelukkiger dan ik, als „de minst speculatieve der weten schappen, van een beleggingsstandpunt be schouwd". Zij is uitermate solied. „Verge lijkt men", zoo zeide hij, „de andere we tenschappen met handels- of industrieele ondernemingen, dan is de astronomie de Nederlandsche Bank, wier voornaamste doel niet is het uitkeeren van hooge divi denden, doch zonder wier steun toch de anderen niet kunnen leven". Zoo is het. De astronomie gaat ook in dit opzicht uit boven de Nederlandsche Bank, waar zij werkt met milliarden, terwijl de Bank zich tot millioenen beperkt. Des te grooter is de waarde der soliditeit. Prof. De Sitter had thans zelfs kunnen zeggen: mijn wetenschap is nóg solieder. Ik zal het niet betwisten, aldus spr. Maar het kan in dezen tijd niet te dikwijls wor den herhaald: Waar niet is, verliest de keizer zijn recht. Te beleggen hebben wij niets. Maar in diezelfde zeer belangrijke toe spraak heeft mij méér getroffen, aldus spr. Het is, onder veel anders, het inzicht in doelmatige organisatie en werkverdeeling, niet alleen binnen het eigen instituut, doch ook onder de vijf Nederlandsche sterre- wachten, ja onder die van de geheele we reld. Dit inzicht wijst den weg, nu wij in Nederland moeten trachten, met minder middelen hetzelfde te bereiken. De nood zakelijkheid van subordinatie in het groote geheel is de eenige mogelijke oplossing van het probleem, dat om oplossing roept. Zoo is wij lezen 't in dezelfde toespraak reeds binnen den eigen kring méér be reikt: „Trouwens het meest essentieele van de reorganisatie is geweest niet uitbrei ding, doch betere verdeeling en meer eco nomische aanwending van de beschikbare hulpmiddelen en arbeidskrachten". Wat wel vele male vergroot is, is het arbeids vermogen van de Sterrewacht, de hoeveel heid wetenschappelijk werk, die zij aflevert „De drie afdeelingen produceeren thans elk afzonderlijk meer dan vroeger de uit de fundamenteele afdeeling alleen bestaan de geheele sterrewacht". Juist hetzelfde is mogelijk, aldus mr. Marchant. in ons universitair onderwijs bij een doelmatige organisatie van de ver schillende eenheden in onderlinge samen werking. Dat hierbij dezelfde omstandigheid zou moeten worden ten offer gebracht is niet juist. Alleen zal, in de volkomen uni- versitas, van de universaliteit der onder deelen iets moeten worden opgegeven. Nu ik een uit den aard der zaak opper vlakkige poging heb gedaan, om het ge laakte gedrag der regeering te rechtvaar digen, moge ik tenslotte het erop wagen, te getuigen van den eerbied van de Ne derlandsche regeering voor de wetenschap, die uit het werk van de Sterrewacht spreekt; een eerbied die niet is af te me ten in dezen tijd, naar de bereidwilligheid om haar te steunen met materieele mid delen. Het is de schoonste wetenschap, die in haar beoefening dag aan dag zich bevindt tegenover de oneindigheid en tegenover de eeuwigheid. „Het materiaal, waarmede de natuurwetenschappen werken ik ci teer uit dezelfde toespraak, aldus spr. is tijd, ruimte en materie. Maar geen we tenschap beschikt over tijden, afstanden of massa's, die ook maar in de verste verte vergelijkbaar zijn met die, welke de astro noom hanteert". Neen, en toch hanteert hij de oneindigheid en de eeuwigheid niet. En verder: „ja zelfs, zooals Poincaré heeft aangetoond, is het de astronomie geweest, die de menschheid het besef heeft bijge bracht, dat er natuurwetten zijn, en dus wetenschap mogelijk is". Zoo blijft de mensch tegenover de door den mensche- lijken geest niet te omvatten oneindigheid staan met te meer ontzag en met te dieper besef van de ondoorgrondelijkheid, naar mate de wetenschap verder ontdekt de weten, die de inrichting en de beweging van het zichtbare deel van het heelal be- heerschen. Ook dit is een resultaat van de wetenschap, dat wij dankbaar hebben te aanvaarden. De wacht bij de sterren is te Leiden in goede handen gebleven. Zij blijft de roem van Nederland. Moge deze wacht betrok ken blijven, aldus besloot spr., tot in leng te van dagen. (Luid applaus). REDE PRESIDENT-CURATOR, MR. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN. Het College van Curatoren zou niet gaar ne de gelegenheid voorbij laten gaan om bij deze herdenkingsplechtigheid uitdruk king te geven aan zijn gevoelens van waardeering voor het werk volbracht door een der universitaire instellingen, die zoo belangrijk bijdroeg en bijdraagt tot de we reldvermaardheid onzer Alma Mater. Wij zouden niet gaarne willen nalaten onze dankbaarheid en voldoening uit te spre ken over de wijze waarop de Leidsche Sterrewacht haar taak in het universitair verband heeft opgevat en volbracht. De opeenvolgende Colleges van Curatoren uit de latere jaren hebben zich kunnen be perken tot het steunen van de vele voor stellen, die de directeuren bleven doen om de uitrusting te vervolmaken en om de daar aanwezige werkkrachten beter tot hun recht te doen komen. Onze taak was een zeer lichte en aan gename en daarom gewaag ik vandaag met groote erkentelijkheid en bewonde ring van het wel ook aangename, maar zeer moeilijke werk dat diegenen onder onze voorgangers met een van ruimen blik getuigenden durf, ondernamen, toen Leiden op het gebied der astronomie nog achterlijk was en zij hadden te worstelen met het vraagstuk hoe die wetenschap hier op de been te helpen en een keurs te geven om zich te ontwikkelen. Zoo er gens dan was hier slechts heil te ver wachten van een geestelijke samenwer king tusschen professoren en curatoren. Ik wil niet zeggen dat ten allen tijde in de eeuwen omspannende geschiedenis, de sterrekunde te Leiden door curatoren even moederlijk bedeeld is geworden, maar ik ben dankbaar, dat dezer dagen juist gebleken is, dat de eenige beschul diging van veronachtzaming, die aan onze voorgangers gemaakt is geworden, als on gegrond kan worden teruggewezen. Met gerechtvaardigde trots moet ik echter her denken het initiatief ook van den presi dent-curator Gevers van Endegeest, dat de mogelijkheid schiep de beoéfening der astronomie blijvend in de activiteit van de Universiteit fe betrekken. Sinds dien toch is er jaarlijks geoogst en een steeds grooter terrein ontgonnen en bewerkt. De geschiedenis van de astronomie te Leiden en de tegenwoordige bloei van de Sterrewacht leeren ons twee dingen en daarop wil ik vandaag wijzen, omdat naar mijne meening een jubileum alleen dan aanspraak op belangstelling en deel neming heeft, wanneer men er iets uit leert of iets door bereikt. Onze herdenking geldt vandaag een we tenschap, die weinig door de maatschap pij begeerde, in economische waarden om- zetbare vruchten afwerpt. Gij zult, zeer geachte toehoorders, van iemand, die mijn naam draagt en die het voorrecht had geboren te worden en op te groeien in het hart van de instelling, wier feest wij vieren, niet zelfs willen vermoe den, dat hij niet innig overtuigd is van de zeer groote beteekenis en de bestaans noodzaak der astronomie in een Universi teit; ik heb ook van te nabij gezien welke zware eischen deze wetenschap aan hare beoefenaren stelt om niet te beseffen, dat slechts groote enthousiasme voor de zui vere wetenschap hen in staat stelt om aan hare ontwikkeling te kunnen werken en ik doe daaraan dan ook niet te kort, indien ik wijs op het geringe onmiddellijk tast bare nut dat de beoefening van dit vak heeft voor onze samenleving, die voor zoo oneindig veel andere kostbare begeerten bevrediging vraagt. Met te groote voldoening en dankbaar heid stel ik daarom vast, dat der regee ring oprechte dank toekomt voor de wij ze, waarop zij naar vermogen de verlan gens zoo van materieelen als van perso- neelen aard van de directeuren der instel ling en van Curatoren heeft ingewilligd en getoond heeft dat zij, waar het behar tiging en bevordering van zuivere weten schappelijke belangen dezer Universiteit betreft, een open oor en een milde hand getoond heeft. Een tweede gedachte put ik uit die ge schiedenis, vooral nu uit dat deel dat be trekking heeft op de totstandkoming van het gebouw aan de Kaiserstraat. IJveren en bezielen zijn de deugden, die allen, die in het Academisch verband sa menwerken, niet ontberen kunnen. IJve ren en bezielen zijn de academische plich ten, die tezamen den hefboom vormen, om de in ons volk sluimerende krachten. Hui- zinga zou het nog optimistisch noemen, wanneer men sprak van slapende en het daarin sluimerend enthousiasme voor wetenschap in beweging te brengen. De wereld der dienaren van de weten schap is van zorg vervuld voor de toe komst. Ik begrijp het en deel hun zorgen en ongerustheid, doch ik wanhoop geens zins, omdat hetgeen door een Kaiser, een Gevers van Endegeest, een Leidsch Stu denten Corps toen gedaan is, bewijst dat wij in onze eigen gemeenschap althans een middel hebben, om datgene te berei ken, wat volk en vertegenwoordiging niet proprio motu ons ter beschikking stellen. Laat er van Curatoren, van Senaat en Studenten onverdroten ijver, onverdro ten bezieling uitgaan, dan behoeft men niet te wanhopen aan de uiteindelijke be reiking van de idealen, die wij ons ge vormd hebben. De Stichting der Sterre wacht is er een levend en schitterend be wijs voor. Dat de tegenwoordige directie, die geestdrift, die noodig is o meen instituut te doen bloeien en vruchten te laten af werpen, in volle maat bezit en toont, daarvan mag ik namens Curatoren dezer Universiteit dankbaar getuigenis afleggen en eindigen met den wensch, dat prof. de Sitter en zijn staf nog veel van hun groo te en mooie idealen verwezenlijkt mogen zien. TOESPRAAK PROF STRATTON. Namens de buitenlandsche gasten voer de vervolgens prof. Stratton uit Cam bridge in de Engelsche taal het woord. Spr. herinnerde er onder meer aan, dat de ster- rekundige experimenten reeds in 1632 te Leiden gedaan tot voorbeeld hebben ge strekt voor astronomen van de geheele wereld. Spr. wees vervolgens op de lange lijst van astronomische geleerden, die Leiden in den loop der vervlogen jaren heeft gehad, Snellius, Golius, Kaiser, aan wien het gelukte de middelen te vinden om een nieuwe Sterrewacht op te rich ten waarna spr. in den breede uiteenzette de groote verdiensten, die de vader van den huidigen president-curator, prof. van de Sande Bakhuyzen zich voor de astro nomische wetenschap en voor de Leidsche Sterrewacht verworven heeft. Prof. de Sitter heeft de Leidsche Sterrewacht op nieuw gereorganiseerd, waardoor Leiden thans een der meest beroemde Sterre- wachten der wereld heeft gekregen. Spr. wees vervolgens op de groote rol, die prof. de Sitter als voorzitter van het in 1928 te Leiden gehouden Internatio naal Astronomisch Congres heeft gespeeld en zette vervolgens de wetenschappelijke beteekenis van de medewerkers van prof. de Sitter, zooals de heeren Hins, Oort en anderen, uiteen. Spr. bood ten slotte zijn beste wenschen voor de toekomst van de Leidsche Sterrewacht aan. De rector-magnifus der Leidsche Uni versiteit prof. mr. D. van Blom sloot hier na de plechtige bijeenkomst van den Se naat, waarna de meesten der aanwezigen, zich naar de receptie begaven, die prof. de Sitter vervolgens in een der lokalen van de Sterrewacht hield. DE RECEPTIE. Ter receptie werd achtereenvolgens het woord gevoerd door prof. dr. A. A. Nij- land namens de Nederlandsche Instituten voor Astronomie en de Nederlandsche Vereeniging voor weer- en sterrekunde en door prof. dr. C. Bergstrand uit Kopen hagen namens de sterrewachten in Dene marken, Finland en Zweden. Verder waren er telegrafische en schrif telijke geluk wenschen van de Italian As- stronomical Society, de Nederlandsch-In- dische Sterrekundige Vereeniging, den Se naat der Rijks Universiteit te Groningen en een eigenhandig onderteekend schrij ven van Marconi als voorzitter van de National Research Council of Italy, de Hamburger Sterrewacht, dr. W. Babinsky, minister van Polen en het Comité natio nal frangaise d'astronomie. INTIEME BIJEENKOMST IN DE STERREWACHT. Gisteravond te 8 uur heeft in de groote Collegezaal der Leidsche Sterrewacht een eenvoudige feestelijke bijeenkomst plaats gehad van de naaste kennissen en mede werkers van prof. de Sitter. Het feestelijk karakter dezer bijeenkomst vond zijn oor sprong in het feit, dat prof. de Sitter op 21 October a.s. zijn 25-jarig ambtsjubileum hoopt te herdenken. Prof. de Sitter werd hier toegesproken door dr. E. Hertzsprung, onderdirecteur der Sterrewacht, den conservator, dr. J. H. Oort, prof. Stratton uit Edinburgh namens buitenlandsche vrienden, prof. Vening Meinesz en prof. dr. B. G. Escher namens de Leidsche vrienden. Er werd een film vertoond van de Ster rewacht en lantaarnplaatjes, waarvan een o.a. een beeld gaf van den nieuwbouw te Johannesburg op 18 Sept. j.L Dr. Oort heeft tijdens zijn rede een al bum overhandigd met de namen van per sonen, die zich hebben vereenigd tot een commissie, welke prof de Sitter ter gele genheid van zijn jubileum zal aanbieden een portret te schilderen door een door hem zelf aan te wijzen Hollandschen schil der. De bijeenkomst werd afgewisseld met muziek en zang, waarbij medewerking verleenden mej. Ma ja Reilingh, zang, mej. E. Kuenen (piano) en de heeren A. de Sitter, E. Gorter en Hamaker. Hedenmorgen werden door hen, die daarin belangstelden, excursies gehouden naar het Natuurwetenschappelijk en het Academisch Historisch Museum. In dit laatste museum is op het oogen- blik een tentoonstelling gearrangeerd be trekking hebbend op de geschiedenis van de Sterrewacht. Deze tentoonstelling is van 620 October, kosteloos toegankelijk op Dinsdag en Vrijdag (1012.30 uur en 25 uur). Deze tentoonstelling, georganiseerd op de zaal waar Golius en Kaiser hebben ge werkt, bevat alleen boekwerken, platen en situatieteekeningen betrekking hebbend op de vroegere en tegenwoordige Sterre wachten. Uit de Senaatskamer zijn de portretten overgebracht van bekende astronomen uit de Leidsche geschiedenis, vooral lucht foto's van de tegenwoordige Sterrewacht zijn aanwezig en de geheele ontwikkeling der Sterrewacht kan men hieruit aflei den. Voorts zijn er verschillende merk waardige geschriften, portretten en Al- manakprenten (18591865). GEMENGDE BERICHTEN DE KOLENDAMPVERGIFTIGING TE NIJMEGEN. Een der slachtoffers overleden. De derde der drie gezusters R. te Nijme gen die dezer dagen slachtoffer werden van kolendampvergiftiging is ook bij kennis gekomen. Haar toestand was echter zeer slecht en gistermorgen is zij dan ook in het Sint Canisius ziekenhuis overleden. De beide andere patiënten gaan goed vooruit. SMOKKELAUTO MET GRAAN AANGEHOUDEN Bij de Belgische grens In den nacht van Donderdag op Vrijdag hebben eenige rijksambtenaren uit Roosen daal, nabij de grens, onder Schijf, gemeen te Rucphen, een vrachtauto met 4000 K.G. graan, welke uit België gesmokkeld was, aangehouden. Tegen de smokkelaars is pro- ces-verbaal gemaakt, terwijl de auto met graan in beslag werd genomen. GEHEIMZINNIG DRAMA TE HOEVELAKEN. Boerendochter het slachtoffer. In het landelijke dorpje Hoevelaken bij Amersfoort heeft zich een geheimzinnig drama afgespeeld, waarvan de 29-jarige boerendochter G. v. P. het slachtoffer is ge worden. Zij bevond zich met haar verloof de, den 26-jarigen boerenknecht IJ. v. W., in het bakhuis. Om ongeveer halfelf des avonds waarschuwde v. W. een der ge broeders v. P., by wie de zuster inwoonde, dat het meisje flauwgevallen was. Toen een der broers uit bed kwam en zijn zuster op een deken zag liggen, meen de hij den dokter te moeten waarschuwen. Deze constateerde den dood en vond het geval zeer verdacht. Hij waarschuwde den burgemeester en den gemeenteveldwach ter. De burgemeester nam als hulpofficier van justitie het lijk in beslag, terwijl de veld wachter den verloofde een verhoor afnam. Er bleken termen te zijn hem te arrestee ren. De gearresteerde verloofde is naar liet huis van bewaring te Utrecht overgebracht. Het geval heeft in het dorpje groot op zien gewekt en wordt druk besproken. COCAINE TUSSCHEN MOSSELEN VERSTOPT Naar Frankrijk gesmokkeld Reuter seint uit Parijs, d.d. 6 dezer: Op 19 September j.l. kwamen te Jeumont 200 zakken mosselen aan, welke door een Ne derlandsche mosselenfabriek waren afge zonden en bestemd waren voor een com missaris te Parijs. Deze moest de zending in twee partijen verdeelen. De eene partij was bestemd voor Parijs, de andere voor Marseille. Naar aanleiding van een telefonisch be richt van een onbekend gebleven persoon, werd door de douane te Parijs een onder zoek ingesteld, waarbij bleek, dat in 80 zakken mosselen, bestemd voor Marseille, 10 K.G. cocaine was verborgen. Oplichting? De „Telegr." verneemt nader, dat het hier eerder een oplichtingszaak dan smok- kelaffaire betreft, daar men hier vermoe delijk niet te doen heeft met 10 K.G. ech te cocaine, doch met een partij goed, dat zeer veel op cocaine lijkt, doch vermoede lijk waardeloos is. De afzenders van de z.g. cocaine, die verstopt werd in een lading mosselen, moesten zeer goed geweten hebben, dat zij een vrijwel waardeloos goedje aan hun „af nemers" zonden. De onbekende, die de justitie te Parijs waarschuwde, dat er co caine zou worden gesmokkeld, moet ook zeer goed op de hoogte zijn geweest van hetgeen in de mosselen was verstopt. De burgemeester van Ierseke, vanwaar de lading mosselen werd verzonden, heeft deze zaak thans in onderzoek. TWEE VERKEERSONGELUKKEN TE. DEN BOSCH. Pater v. d. Veer zwaar gewond. Gistermiddag te omstreeks drie uur had den te 's Hertogenbosch twee ernstige ver keersongelukken plaats. Pater v. d. Veer van het Missiehuis Sparrendaal te Vugtyt reed op den Spin huiswal met zijn motorfiets tegen een boom, het ongeluk gebeurde doordat de weg daar ter plaats voor herstellingen was opgebroken. Pater v. d. Veer werd met een ernstige hersenschudding naar het zieken huis vervoerd. Zijn toestand is zeer ernstig. Te Orthen werd de motorrijder Van Nu- nen, toen hy uit een zijstraat den Rijksweg Den BoschUtrecht wilde oprijden, door een auto gegrepen. Van N. werd met een hersenschudding naar het ziekenhuis ge bracht. De auto werd bestuurd door den heer S. uit Nijmegen, hij kwam uit de richting Hedel. DE MOORDAANSLAG TE ADAM. Het slachtoffer overleden. Het 59-jarige slachtoffer van den moord aanslag van de vorige week Vrijdagavond in de Boomstraat te A'dam, de logement houder C. F. A. Arts, is in den afgeloopen nacht na een korte periode van herstel aan de gevolgen van den aanslag, in het Binnengasthuis overleden. DE DIEFSTAL VAN ƒ.37.000 Succesvol werk van recherche en politie. Dezer dagen hebben we verschillende be richten gepubliceerd over enkele aanhou dingen te Roterdam in verband met een diefstal van 37.000. Gisterenmiddag hebben de twee hoofd verdachten in deze zaak een volledige be kentenis afgelegd, zoodat het vele werk van politie en recherche met goed succes bekroond is. PAARDEN OP HOL Te water geraakt en verdronken. Gistermiddag sloegen aan de IJselkade te Kampen twee paarden, bespannen voor een ongeladen hooiwagen, op hol. De wa gen werd in zijn vaart gestuit door een der meerpalen aan de kade, waardoor het tuig der paarden afbrak. De dieren kwamen in den IJsel terecht en verdronken. GOOISCHE KERKINBRAKEN OPGEHELDERD Amsterdam en Limburg ook werkterrein der daders De inbraken in de Gooische kerken schijnen thans geheel te zijn opgehelderd. In tegenstelling met hetgeen aanvankelijk vrij algemeen gemeend werd, blijken ze echter niet door een persoon gepleegd te zijn. De laatste inbraak, n.l. die in de H. Hartkerk te Bussum, staat geheel afzonder lijk van de daarvóór gepleegde in de O. L. Vrouwenkerk te Bussum, de R.K. kerk te Blaricum en de R.K. kerk te Kortenhoef. Na eenige weken hard werken is het de Bussumsche politie gelukt den man, die in de H. Hartkerk was binnengedrongen, op te sporen, zooals wij reeds in het kort kon den mededeelen. Dank zij de z.g. stille getuigen heeft de politie in Amsterdam een spoor in handen gekregen. Dit leidde naar een Italiaan, die zonder middelen van bestaan het land doortrok. Ook toen bleef het onderzoek nog moeilijk, maar tenslotte kreeg de po litie toch zooveel bewijsmateriaal bij el kaar, dat de schuld van den Italiaan posi tief vast kwam te staan. Spoedig bleek echter, dat de man Am sterdam weder had verlaten en via de Belgische grens naar Antwerpen was ge trokken. Dadelijk stelde de politie pogin gen in het werk om te voorkomen, dat de Italiaan de Scheldestad weer zou verlaten In verband daarmede en mede met het oog op zijn uitlevering vertrok heden een Bussumsche politieman naar Antwerpen. Intusschen hebben verschillende aanwij zingen, welke de politie bij het onderzoek ontdekte, aan het licht gebracht, dat de Italiaan zich ook schuldig moet hebben ge maakt aan inbraak in de R.K. kerk te Bel- feld (Limburg). Uit verschillende gegevens, welke de politie verstrekt waren, kwam verder vast te staan, dat de inbraken door twee par tijen waren bedreven, zoodat meer daders gezocht zouden moeten worden. Kort geleden werd, zooals wij meldden, een zekere M. H. aangehouden, bij een in braak in de St. Ritakerk te Amsterdam. Vele bezwarende feiten, welke aan den dag kwamen, toen men dezen man- aan den tand voelde en zijn antecedenten naploos deden al spoedig vermoeden, dat hij wel eens debet kon zijn aan de inbraak in de R.K. kerk te Blaricum. H. werd daarom naar Blaricum overge bracht en daar opgesloten in een der cel len van het gemeentehuis. Thans is hij geconfronteerd met ongeveer negen personen uit die" gemeente en er is zooveel bewijsmateriaal tegen hem bijeen gekomen, dat ontkennen niet veel meer zal baten. De Bussumsche politie vond in een en ander aanleiding aan H. ook eens aan dacht te schenken en daarbij is komen vast te staan, dat de arrestant, die een goe de bekende van de politie is. mede schul dig moet zijn aan de inbraak in de O. L. Vrouwekerk te Bussum. Tenslotte bleef nog over de inbraak in de R.K. kerk te Kortenhoef. Hier is het on derzoek thans zoover gevorderd, dat aan- "pnnmen kan worden, dat ook daarvan H. de dader is. Hij is op transport gesteld naar j Amsterdam. Fr 7ün echter nog meer arrestat'es te I verwachten. Intusschen e*m mooi succes voor de Bla- ricumsche en Bussumsche politie, aldus de „Msbd.".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 9