OPENING DER STATEN-GENERAAL DINSDAG 19 SEPTEMBER DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 6 DE KONINGIN NAAR HET BINNENHOF Opnieuw heeft de Koningin zich heden vergezeld van den Prins en van Prinses Juliana met den door de traditie geijkten praal en luister naar het Binnenhof bege ven ter plechtige opening van de zitting 4er Staten-Generaal. Heerscht er op dezen dag steeds in den vroegen morgen reeds een buitengewone levendigheid in de binnenstad, ditmaal was het drukker dan ooit, in verband met de op dezen dag voorgenomen huldiging van de Koningin in de Residentie ter ge legenheid van Haar 35-jarig Regeerings- jubileum. Extra-treinen voerden de leden van Oranje-vereenigrngen en organisaties tot handhaving van orde en gezag van heinde en ver aan. Daarnaast kwamen er met de gewone treinen, met bussen, trams en auto's heele drommen van buiten, die getooid met Oranje in opgewekte stem ming de straten vulden. Van de departe mentsgebouwen en tal van andere open bare en particuliere gebouwen en woon huizen, niet alleen van die, gelegen aan den weg, welke de stoet zou volgen, maar in de geheele stad en vooral in de winkelstraten van de oude stad, was de vlag uitgestoken. Bij het Koninklijk Paleis in het Noord einde stond al vroeg een dichte menigte opgesteld, die daar reeds vóór één uur het oogenblik, waarop de stoet van het Paleis afreed in de gelegenheid was de Koningin hartelijk toe te juichen, toen Zij per auto van den Ruigenhoek kwam aanrijden. Ook werd daar de belangstel ling levendig gehouden door de aankomst van de eerewacht voor het paleis, welke ditmaal* bestond uit een compagnie van het regiment Grenadiers van 100 man, on der bevel van den kapitein met het regi- mentsvaandel. Deze eerewacht, waarvan de Konirklijke Militaire Kapel met de tam boers van het regiment deel uitmaakte, stelde zich op ter weerszijden van het pa leis om daar bij het vertrek van den stoet de Koninklijke Familie de militaire eer bewijzen te brengen. Bij deze eerewacht bevond zich de commandant van het re giment Grenadiers, luitenant-kolonel Jhr. D. de Brauw met zijn adjudant. Ongeveer een half uur voor het vertrek van den stoet kwamen de detachementen Cavalerie aan, die als eere-escorte den stoet zouden openen en sluiten en vervol gens de officieren der landmacht van het Militair Huis der Koningin, allen te paard, wien onmiddellijk achter het Koninklijke Staatsierijtuig een plaats in den stoet was aangewezen. Ter opening van den stoet, die onder al- gemeene leiding stond van R. F. C. baron Bentinck, eerste-stalmeester van de Ko ningin, was een detachement aangewezen van het 2e regiment Huzaren, sterk 50 rui ters, onder bevel van een ritmeester, met den regimentsstandaard en_ het muziek korps der Huzareen, dat 'gedurende de tocht marschmuziek speelde. De Regi ments commandat, kolonel A. Diemont en zijn adjudant reden met dit detachement mede. Onmiddellijk daarop volgde, in gala- livirei een rijknecht-majoor en 2 rijknechts te paard. Daarachter kwam de eerste der met 2 paarden bespannen gala-koetsen, waarin de Kamerheer-Ceremoniemeester der Ko ningin, R. A. Baron van Hardenbroek van Hardenbrock gezeten was. Naast elk por tier ging één lakei. Nu volgden 2 gala-koetsen, waarin acht Kamerheeren volgens hun rang gezeten waren. Naast elke portier ging weder één lakei. In de eerste dezer koetsen, de tweede in den stoet, waren gezeten de Kamerhee ren i.b.d. Mr. E. L. M. H. Baron Speyarv van Woerden, Mr. J. C. Baron Baud, dienstdoende ter beschikking van Prinses Juliana, Mr. W. J. Baron van Lynden en Mr. G. W. H. Baron van Imhoff. In de volgende, derde gala-koets, had den plaats genomen de Kamerheer in ge wonen dienst, Jhr. A. G. Sickinghe, de Kamerheeren i.b.d. Mr. J. P. Graaf van Uimburg Stirum en Jhr. H. J. Repelaer van Driel, thesaurier van de Koningin en de Kamerheer in gewonen dienst F. M. L. Baron van Geen, particulier secretaris van de Koningin. Hierop volgde een tweetal galakoetsen, waarin de Groot-Officieren volgens rang van benoeming gezeten waren. De eerste dezer galakoetsen, de vierde in den stoet, bood plaats aan den Opper hofmaarschalk Jhr. V. E. A. Boreel van Oldenaller en den gep. Luitenant-Gene raal Jhr. C. L. van Suchtelen van de Haare. In de volgende .vijfde gala-koets, was gezeten G. Ch. Baron Snoeckaert van Schauburg. De zesde galakoets verleende plaats aan de wn. Grootmeesteres, mevrouw A. van Reigersberg Versluys, geboren Barones Schimmelpenninck van der Oye, en de dienstdoende Dame du Palais mevrouw H. Snouck Hurgronje geb. Jkvr. van Tets. In een zevende galakoets volgde de Op per ceremoniemeester gep. Generaal-Ma- joor J. H. F. Graaf Du Monccau. Naast ieder portier van elk dezer vier galakoetsen gingen twee lakeien. Nadat de zeven galakoetsen waren weg gereden, kwam het groote moment van het voorrijden van de Gouden Koets, met acht paarden bespannen. Op dat oogenblik werd door het uitste ken van vaantjes het sein gegeven voor het lossen van het eerste der tijdens den duur der plechtigheden van het verla ten van het paleis tot den terugkeer al daar afgegeven minuutschoten uit de op het Malieveld opgestelde batterij van de le Artillerie-brigade, bestaande uit 4 vuurmonden. Onder het daverende van het eerste schot presenteerde de eerewacht het ge weer en terwijl het Oude Wilhelmus weer klonk, ingezet door de Kon. Militaire Ka pel, stapten de Koningin, de Prins en Prinses Juliana in de Gouden Koets, die zich onder luid gejubel der menigte statig in beweging zette. Naast elk der acht paarden, waarmede de koets bespannen was, ging één koetsier; aan elke zijde van de koets liepen vier lakeien. Alle vorste lijke personen waren getooid met het breede lint van het Grootkruis van de Orde van den Nederlandschen Leeuw. Ter rechterzijde van de statiekoets reed te paard de chef van het Militaire Huis van de Koningin, de gep. vice-admiraal F. Bauduin, ter linkerzijde de Gouverneur der Koninklijke Residentie, Luitenant-Ge neraal Jhr. W. Roëll, commandant van het Veldleger. Beiden reden een weinig ach ter het portier Achter de Gouden Koets reden te paard, twee aan twee, de Officieren der Land macht, van het Militaire Huis der Konin gin, de ouderen vóór, t.w. de Adjudant der Landmacht i.b.d. Reserve-luitenant- generaal J. H. Borle, luitenant-generaal titulair b.d. H. C. J. ter Beek, generaal- majoor b.d. H. G. Rambonnet, kolonel J. J. G. Baron van Voorts tot Voorst, reser ve-luitenant-kolonel W. Froger en W. G. van Hoogenhuijze en de Adjundanten in gewonen dienst, generaal-majoor titulair O. I. Leger D. Q. C. F. de Jonge van der Halen, Kolonel Jhr. C. M. Storm van 's-Gravenzande, Luitenant-kolonel Jhr. W. C. M. de Jonge van Ellemeet, de ordon nans-officieren le luitenants Jhr. C. E. J. M. Verheijen, Jhr. G. H. A. van Kinschot en R. Römer, alsmede de adjudant en particulier secretaris van Z. K. H. den Prins der Nederlanden, luitenant-kolonel Jhr. W. Laman Trip. Een detachement van het 2e Regiment Huzaren van 50 manschappen, onder be vel van een ritmeester, sloot den stoet. Onder voortdurende harteTjke toejui chingen van de aan weerszijden van den door militairen afgezetten weg opgehoop te menschenmenigte daarbij was dit maal op het Lange Voorhout aan de over zijde van de Kloosterkerk een plaats aan gewezen voor besturen en deputaties met vaandels van de vereenigingen, die H. M. bij deze gelegenheid wenschten te huldi gen reed de stoet langs den gebruike- 1 ij ken weg, door de Heulstraat, over het Schelppad van het Lange Voorhout en langs den Korten Vijverberg naar het Binnenhof. Op het Binnenhof. Aangekomen aan de Grafelijke Zalen van de Koninklijke Familie bij de Ridder zaal een eere-wacht opgesteld, bestaande uit een afdeeling van het corps Mariniers ter sterkte van 70 man, met vaandel en het muziekkorps der Koninklijke Marine, onder bevel van een kapitein. Bij deze eerewacht bevond zich de chef van het korps Mariniers, kolonel J. Oele. Onder de tonen van het Oude Wilhel mus, door de Marinekapel gespeeld, be steeg de Koningin, gevolgd door den Prins en de Prinses de treden, leidende naar den ingang van de Ridderzaal, wel ker peristyle overhuifd was met het bree de rood-fluweelen baldakijn met gouden franjes, terwijl de eerewacht de militaire honneurs bracht en de vaandeldrager zijn vaandel deed buigen. Alvorens de zaal binnen te treden werd de Koningin op het bordes begroet door de officieren der Zeemacht van Haar Militai re Huis en wel: de adjudanten i.b.d. de vice-admiraals b.d. C. C. Zegers Rijser, J. J. Rambonnet, A. ten Broecke Hoekstra, Jhr. G. L. Schoren en den schout-bij- nacht b.d. Jhr. J. C. F. von Mühlen, als mede den adjudant in gewonen dienst, de kapitein-luitenant te rzee N. A. Roest van Tonningen. In de Ridderzaal. Vervolgens betraden de Vorstelijke per sonen de Ridderzaal, aan den ingang waar van zij ontvangen werden door de ge mengde commissie van in- en uitgeleide uit de beide Kamers der Staten Generaal welke, voorafgegaan door den Kamerheer- Ceremoniemeester de acht Kamerheeren, de Groot-Officieren en den Opperceremo- niemeester, de Koningin, den Prins en de Prinses naar de voor hen bestemde troon zetels geleidde, onmiddellijk gevolgd door de Groot-meesters en de dienstdoende Dame du Palais, den Chef van het Mili- tire Huis, den Gouverneur der Koninklijke Residentie, den eerste-stalmeester en de Officieren van het Militaire Huis der Ko ningin. die in den stoet hadden medegere den, alsmede die, welke zich onder de peristyle ter begroeting bevonden. Rechts van de Koningin nam de Prins links van Haar, Prinses Juliana plaats, terwijl de leden van het gevolg de plaat sen achter en terzijde van den troon in namen, welke hun in het officieel pro gramma waren aangewezen. Onmiddellijk daarop ving de Koningin, op den Troon gezeten, de voorlezing van de Troonrede aan, welke dit jaar voor de eerste maal per radio werd uitgezonden. Terug naar het Paleis. Nadat de plechtigheid in de zanl was be ëindigd, werd ruim half twee met het zelfde eerbetoon door de eere-wacht de terugtocht naar het Koninklijk Paleis langs denzelfden weg ondernomen. Toen de stoet van de Ridderzaal ver trok, hadden zich oudergewoonte de le- BUITENLAND DUITSCHLAND HET PROCES VAN DER LUBBE DR. SACK HOUDT TORGLER VOOR ONSCHULDIG. Een speciale verslaggever van de „Daily Telegraph" heeft in Londen dr. Sack, die in Leipzig Torgler zal verdedigen, geïnter viewd. Sack vertelde, dat hij van Torgler een brief had ontvangen met het verzoek hem te willen verdedigen. Hij antwoordde hem, dat hij dit slechts kon doen op twee voor waarden: 1. dat Torgler hem verzekeren moest, dat hy werkelijk onschuldig was en niets met den^ Rijksdagbrand te maken had; 2. dat hij de verzekering moest geven, dat hij een communist van overtuiging was en dat hij zijn politieke trouw noch op eco nomische overwegingen, noch op machts wellust baseerde. Torgler schreef hem terug, dat hij on schuldig was en dat hij het tweede punt in bevestigenden zin beantwoordde. „Al de documenten werden mij", aldus dr. Sack, „door de autoriteiten onmiddel lijk ter hand gesteld. Met Torgler en soms met zijn vrouw besprak ik urenlang de maatregelen, welke ik voor zijn verdedi ging zou nemen. „Ik ben er vast van overtuigd, dat Torg ler onschuldig is en dat hij niet in het minst bij den Rijksdagbrand betrokken is geweest. Ik beschouw Torgler als een man van groote integriteit, hooge principes en buitengewone gaven. Niet alleen hoop ik, doch ik geloof, dat ik Torgler van het von nis, dat hem dreigt, zal redden". Op de vraag van den verslaggever of Torgler niet veroordeeld moest worden, teneinde Göring te ontlasten, antwoordde Sack, dat het Staatsgerechtshof uit de élite der rechters bestaat, die sedert tientallen jaren recht hadden gesproken. De dood straf kan alleen uitgesproken worden als het Staatsgerechtshof Torgler voor schul dig houdt. H^j is er echter van overtuigd, sinds hij alle stukken gezien heeft, dat het Hof dit schuldig niet zal uitspreken. HET LONDENSCHE CONTRA-PROCES. De laatste getuigen gehoord. Het „proces" inzake den rijksdagbrand voor de internationale commissie van ju risten te Londen werd gistermorgen om tien uur hervat met het verhoor van een aan tal getuigen. Als eerste getuige verscheen een jongen van veertien jaar, de zoon van den vroe- geren communistische rijksdagafgevaardig de Torgler, die buitengewoon kalm in de Duitsche taal het doen en laten van zijn vader op den dag van de brandstichting en de daarop volgende gebeurtenissen be schreef. Op 28 Februari, den dag na den brand in het rijksdaggebouw, aldus verklaarde de jongen, had de politie een bezoek gebracht aan hun étagewoning, waar zij zijn va der zochten. Den avond tevoren had zijn vader ge sproken over den rijksdagbrand, waarbij hij opmerkte, dat het ongewenscht was, zich in zijn woning op te houden. Hij bracht den nacht door met een ka meraad, zekeren Kühne. Later werd zijn vader gearresteerd. Aan het slot van zijn verklaringen zei- de de jongen nog, dat hij zijn vader vier maanden geleden voor het laatst in de ge vangenis had gezien. Zijn vader had dui delijk waarneembare merkteekenen van kettingen op de polsen en zag er zeer neer slachtig en mager uit. Tijdens het verhoor van Otto Kühne, den secretaris van de rijksdagfractie der Duit sche communistische partij, werden de deu ren der zittingzaal gesloten. Kühne verklaarde, dat het onmogelijk was, dat de drie beschuldigde Bulgaren met Torgler hadden gesproken. Op den dag van den brand heeft Torgler in het geheel geen bezoek ontvangen. Op een vraag van mr. Hays (Vereenigde Staten), of de brand een deel uitmaakte van de algemeene revolutie, verklaarde Kühne: „Kan iemand zich voorstellen, dat van der Lubbe uit Nederland komt het rijksdaggebouw binnen stapt, zich vervoegt bij Torgler en tot hem zegt: „Laten we het rijksdaggebouw laten afbranden?" Volgens hem zijn Torgler, v. d. Lubbe, de drie Bulgaren, volkomen onschuldig. Hij zelf heeft van der Lubbe in het geheel niet gekend en, voor zoover hij weet, ken de Torgler hem evenmin. Hij twijfelt er niet aan, of de nazies zijn de eigenlijke brandstichters. Uit geloofwaardige bron heeft hij verno men, dat de nationaal-socialisten een „coup" voorbereidden. Dit zou een „aanslag" op Hitier zijn, niet echter brandstichting in het rijksdaggebouw. Kühne bevestigde vervolgens, dat Torg ler zich in geen- enkel opzicht voor de poli tie verborgen had gehouden. Hij werd ver hoord door den chef van den Pruisischen geheimen dienst, waarna hij werd gearres teerd. Torgler heeft afdoende zijn alibi den van het Cops Diplomatique en hun dames, die de openingsplechtigheid in de zaal hadden bijgewoond, nabij de middel ste poort van het Binnenhof opgesteld, teneinde de Vorstelijke personen bij het voorbijrijden een hoffelijken groet te brengen. Aan het Paleis werden de Koninklijke Familie dezelfde militaire eerbewijzen als bij het vertrek betoond. Onnoodig te zeggen, dat de Koningin op den terugweg opnieuw met groote geest drift door de menigte werd toegejuicht. Na Haar terugkeer in het Paleis vertoon de de Vorstelijke Familie zich eenige oogenblikken op het voorbalcon, onder daverend gejubel der menigte. kunnen bewijzen en kon zelfs tijd en plaats van zijn verschillende verrichtingen op den avond van den brand opgeven. Kühne zelf werd den ochtend na den brand door de politie gearresteerd. Nadat hij eenige weken in de gevangenis had ge zeten, werd hij ondervraagd en vrijgelaten op het bewijs van zijn alibi. Tenslotte verklaarde de getuige nog, dat het voor de communisten onmogelijk was, de onderaardsche gang, welke van Goe- ring's woning naar het rijksdaggebouw leidt, te gebruiken voor het vervoer van ontploffingsmiddelen, daar bedoeld huis dag en nacht werd bewaakt door nationaal- socialisten in uniform. Ook was het onmogelijk, om brandstof op te slaan in de vertrekken der communis ten, daar deze voordurend in het oog wer den gehouden. Tijdens de middagpauze werden eenige getuigen in het geheim verhoord. Na de hervatting der zitting werd Ele na Dimitrou, de zuster van een der be schuldigde Bulgaren, eveneens een lid der communistische partij in Tsjecho-Slowa- kije, gehoord, die verklaarde, dat Dimitrou zich op den dag van den rijksdagbrand te München had bevonden. Bij de voortgezette verhooren verklaar de de Duitsche dramaturg, Ernst Toller, nog dat hij en vele andere schrijvers na den brand met arrestatie zijn bedreigd en dat vele hunner ook inderdaad in hechte nis zijn genomen en naar een concentratie kamp zijn overgebracht. De lijst met de namen moet van te voren zijn opgemaakt, om bij het publiek de mee ning te doen post vatten, dat menschen van naam bij de brandstichting betrokken wa ren. Duizenden verblijven nog in de con centratie-kampen, zonder dat zij weten, waarvan zij eigenlijk beschuldigd worden. Vrouw Schultz, de weduwe van een Duitschen communist, verklaarde tenslotte, dat haar man te Koningsbergen werd gear resteerd door een aantal nazis, die hem sloegen, tot al de beenderen in zijn lichaam gebroken waren en hij overleed. Hierop werd de zitting gesloten. Woensdag zullen de bevindingen der commissie worden gepubliceerd. FRANKRIJK NAAR FRANSCH-BRITSCHE SAMENWERKING. Inzake de ontwapening. Gisterochtend zijn te Parijs besprekin gen aangevangen ten einde de essentieele punten vast te stellen, waaromtrent tus- schen Frankrijk en Engeland bij de her vatting der ontwapenings-conferentie een gemeenschappelijke gedragslijn zal worden gevolgd. Aan den Quai d'Orsay legde men na af loop van de eerste besprekingen daarom trent goede verwachtingen aan den dag. Na de besprekingen werd een communi qué gepubliceerd, waarin het volgende wordt gezegd: „Alvorens de ontwapeningsconferentie te hervatten heeft men den huidigen toe stand onder het oog gezien. De gedachten- wisseling verliep in een sfeer van weder zij dsch vertrouwen. De vertegenwoordi gers der twee landen zetten de standpun ten hunner regeeringen uiteen met be trekking tot verschillende aan de orde zijnde problemen, waarbij de bedoeling voorzat een toenadering tusschen de we derzij dsche opvattingen te bewerkstelli gen. De Britsche vertegenwoordigers zul len hun regeering op de hoogte stellen van de resultaten van het onderhoud. Men neemt aan, dat onverwijld een nieuw on derhoud zal plaats vinden". Daladier verklaarde na afloop der be sprekingen, dat men er van Britsche zijde naar heeft gestreefd het Fransche stand punt te begrijpen en dat zijns inziens de toestand vergeleken met Juni er op voor uitgegaan is. Naar verluidt zouden de besprekingen heden worden hervat. De Amerikaan Norman Davis is giste ren met den voorzitter der Ontwapenings conferentie, de Engelschman Henderson, uit Londen te Parijs aangekomen. Hij zou vandaag ook aan de besprekingen deelne men en, naar verdluidt, een boodschap van président Roosevelt overhandigen. CHINA JAPANSCHE LUCHTAANVAL OP KALGAN. Het Japansche telegraaf-agentschap Sjim- boen Rengo meldt, dat Japansche bombar dementsvliegtuigen Maandagmorgen vroeg een aanval hebben gedaan op Kalgan. De luchtaanval duurde bijna een uur. De ves tingwerken van de stad werden verwoe6t. Vele dooden en gewonden worden gemeld. AMERIKA NOG STEEDS ONRUST OP CUBA. Communisten zetten bevolking op. Tal van conferenties zijn Zondag te Ha vanna gehouden, om een accoord tusschen de regeering en de oppositie te verkrijgen. Zondagavond duurde de bespreking vier uur en na afloop weigerde president San Martin iets mede te deelen. Het eenige wat hij zeide, was: „Ik ben erg vermoeid". Ondertusschen wordt het in het binnen land steeds onrustiger, waarvan communis ten gebruik maken, om de bevolking te gen de Amerikaansche onderdanen op te zetten. Wel is waar heeft de president een proclamatie uitgevaardigd, waarbij herstel van de orde wordt bevolen, doch de onrust stokers storen zich niet daaraan. Op een vergadering van arbeiders, werk zaam bij de suikerraffinaderijen beweerden de spreker, dat het Cubaansche leger in vele steden in het Oosten bereid is de in voering van het communisme te steunen. In vele suikerfabrieken is reeds een staking uitgebroken o.a. te Baguanos, waar de di recteuren door de arbeiders gevangen wor den gehouden, totdat zij de eischen van de stakers hebben ingewilligd. Hoezeer de anti-Amerikaansche gevoe lens worden aangewakkerd, blijkt ook te Manzanillo, waar de communisten dreigen zich meester te zullen maken van de suiker raffinaderijen en de Amerikaansche ban ken, terwijl verder gedreigd wordt met een boycot van alle Amerikaansche zaken. De burgemeester moest aftreden en militairen handhaven de orde. De directie van de groote warenhuizen van Wool worth maakt zich gereed Cuba te verlaten, daar de vrees bestaat, dat de zaken worden bestormd. BUITENL. BERICHTEN AUTO-ONGELUKKEN IN FRANKRIJK. In totaal vijf dooden, zes gewonden. Er hebben zich» Zondag in Frankrijk ver scheiden verkeersongelukken voorgedaan. Zondagavond zijn te Toulouse twee auto's met elkaar in botsing gekomen. Een der wagens tuimelde van een hoogte van twaalf meter in de Garonne. Drie inzittenden zjyn levenloos uit het water gehaald. Te Vienne aan de Isere is een zij span wagen met een auto in botsing gekomen. Twee inzittenden van den zijspanwagen zijn gedood, terwijl een persoon ernstig is gewond. Te Vitry Le Frangois ten slotte is een militaire vrachtauto gekanteld en terechtgekomen op acht soldaten, die zich op den wagen bevonden. Vijf hunner werden gewond. AUTOBUS IN SPANJE OMGESLAGEN. Vier personen gedood. Op den weg van Zafra naar Barcarotta is een autobus, welke talrijke reizigers vervoerde, omgeslagen. Vier der inzitten den kwamen om het leven; een vijfde werd ernstig gewond. A ME RIKA'S OOSTKUST GETEISTERD. Storm bereikt gebied der groote scheepvaartlijnen. De orkaan, die aan het eind der vorige week een deel Van Mexico en de Oostkust van de Vereenigde Staten teisterde, schrijdt nog steeds vooft en bestrijkt die gebieden van den Atlantischen Oceaan, welke door de groote scheepvaartlijnen worden beva ren. Vooral het Nantucket-eiland, ongeveer 300 K.M. van New York gelegen, vormt, naar United Press meldt, het centrum van den orkaan. Enorme zeeën, die door den wind, welke een snelheid van 120 K.M. per uur heeft, worden opgestuwd, beuken de kust. Tot dusver heeft de volle kracht van den orkaan zich nog niet tot de hoofdstad uitgestrekt. In den nacht bereikte de wind een snelheid van 160 K.M. per uur bij de kust en verplaatste de storm zich langzaam in Noordoostelijke richting. De scheepvaart ondervindt grooten hinder. Uit Jforfolk in Virginia wordt gemeld, dat vier personen zijn omgekomen. De ma- terieele schade is zeer groot. BOMAANSLAG OP SYNAGOGE TE BUENOS AIRES. Anti-fascistische betooging van studenten. Op een synagoge te Buenos-Aires is Za terdag een bomaanslag gepleegd, welke aanzienlijke schade heeft aangericht. Men gelooft dat hier de nationaal-socialisten de hand in het spel hebben. In de universiteit aldaar heeft een anti fascistische demonstratie plaats gehad. Toen de Italiaansche schrijver Signor Bor.- tempelli een rede hield in de philosofischo faculteit, draaiden de studenten het licht uit en riepen: „Weg met het Fascisme!" De politie moest tusschenbeide komen en eerst toen kon Bontempelli zijn rede voqrt- zetteru .STRATOSFEERTOCHT TE MOSKOU.. UITGESTELD. Het weer ongunstig geacht. In verband met gunstige weerberichten was men gisteren van oordeel, dat hrt juiste moment gekomen was voor den voor genomen stratosfeertocht met den Russi- schen ballon „U.R.S.S." De chef van den generalen staf der Russische luchtmacht, Chripin, had daarom opdracht gegeven alles in gereedheid te brengen, opdat he denochtend, den 19den, de tocht kon wor den ondernomen. Nog voor den nacht zou het omhulsel op het centraal vliegveld te Moskou worden gevuld. Door het plotse linge omslaan der weersgesteldheid heeft men echter den voorgenomen tocht moe ten uitstellen. Het is nog niet bekend, wan neer zij thans zal kunnen worden onder nomen. GROOTE SCHILDERIJENDIEFSTAL^ÏN DUITSCHLAND. De dader naar Nederland gevlucht. Zaterdagmiddag heeft uit de antiquitei- tenhandel van Goldschmidt en Co. te Ber lijn de 40-jarige bediende Karl Manchen een aantal schilderijen in olieverf, tapijten etc. ter waarde van ongeveer 70.000 Mark gestolen. Manchen heeft de doeken met kennis van zaken uit de lijsten gehaald en om de ontdekking van zijn daad zoo lang mogelijk te vertragen heeft hij na met de buit de zaak te hebben verlaten, de deur jaloezie-grendel vernield. Sindsdien is hij met zijn vrouw en een kind van één jaar verdwenen. Waarschijnlijk acht men het, dat hij naar Nederland gevlucht is. Onder de gestolen schilderijen bevinden zich doe- ken van Niedermann, Renoir. Guardi, Ter- borch, Cézanne, Pissaro en Slevogt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 6