HONGAARSCH LEVEN
24ste Jaargang
DONDERDAG 1 JUNI 1933
No. 7522
S)e
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij voorafbetaling
Voor Leiden 19 cent per week 12.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per post 12.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is roor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 oent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 oent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 oent.
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeeiingen wordt
bet dubbele van bet tarief berekend.
TELEFOONTJES, van ten hoogste 30 woorden, waarin be
trekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop 10.50.
Nacht en dag aan den Donau
HONGAARSCHE HOFFELIJKHEID
Brood, water en wijn
(Van onzen eigen redacteur).
U weet nu, wat de Hongaren eten, wat
zij drinken en hoe zij leven, u weet reeds
maar dat wist u al lang dat zij harte
lijk zijrn en goed. Ontroerend hartelijk. Je
moet al bar eenkennig zijn om je daar niet
k la minute thuxs te gevoelen.
Ik zou u ook nog willen vertellen, hoe
het komt, dat zij arm zijn, maar dat komt
later, omdat ik nu weer iets andera ver
tellen moet. Want telkens schieten mij
weer dingen te binnen, die toch zoo mooi
zijn om van te vertellen en die ik bij de
overvloed van ervaringen na het schrijven
van een artikel weer blijk vergeten te heb
ben.
Voor menschen als wij, die naar Hongarije
reizen om Hongarije te leeren kennen, is
het plicht zoowel kennis te nemen van lief
ails van leed. Wij vertelden u reeds van net
leed der dakloozen, die ondergebracht zijd
in groote barakken, van het leed van men
schen, die voor langdurigen zwaren arbeid
een maar schamel loon ontvangen, wij ver
telden daarbij van de gastvrijheid van dit
volk en van hun levenswijze. Wat hun har
telijkheid betreft vergeten wij niet licht de
fijne attentie, die ons reeds in den trein
gewerd. Het was op de rei® van Weenen
naar Budapest. Op deze route loopt, naar
men ons verzekert, de ©enigste brein in
Europa, waarin men kan genieten van ta-
diomuziek. Voor twee pengö krijgt men
een koptelefoon en natuurlijk maken ook
wij hiervan gebruik om vast een voorproef
je te krijgen van de Hongaarsche muziek,
waarmede men ons in Hongarije overstel
pen zal. De zigeunermuziek klinkt door en
komt zonder stoornis tot ons. Maar nauwe
lijks zijn wij bij Hegyeshalom de Hongaar
sche grens gepasseerd of de muziek breext
af en een stem begroet in het Duitsch de
Hollandsche journalisten bij hun inkomst
in Hongarije, daaraan verbindend een hul
de aan Nederlands Koningin enTbet Hol
landsche volk.
Als deze eerste even hartelijke als
onverwachte verwelkoming was de geheele
rei». Overal telkens weer opnieuw harte
lijke ontvangsten met toespraken en bloo
men. Ik herinner mij bijvoorbeeld den dag.
dien wij doorbrachten om en op het Ba-
latonmeer in Zuid-West Hongarije, waarop
de Hongaar als schoon en liefelijk vacan-
tie-oord even trotsch ie als Zwitserland op
zijn Vierwoudstedenmeer. En inderdaad
Balaton is liefelijk, gelegen tusschen heu
velen, al hadden wij het dien stormachti-
gen dag een beetje koud. Bovendien had
ik bij het zien van dit meer, onaangename
herinneringen aan de fogae die hier had
rondgezwommen en die mij in Szeged een
graat in mijn keel had bezorgd. Maar de
menschen waren weer allerliefst. Een zeer
dikke Kurhausdirector, die een heel
gebleven tweeling zou kunnen zijn, ontving
ons allerminzaamst, de dames van ons ge
zelschap met den gebruikelijken handkus.
Hij leidde ons over en om het meer en
zoo kwamen wij ook in het gebouw, waar
in een groote zaal een medisch congres ge
houden werd, waaraan 300 doktoren deel
namen. Maar oogenblikkelijk werden de
Hollandsche journalisten verzocht naar
voren te komen, en de inleider, die juist
het woord voerde, brak zijn rede af om
een hartelijk welkomstwoord te richten tot
het Hollandsche gezelschap en vriendelijke
woorden tot het Hollandsche volk.
Wij werden bovendien uitgenoodigd aan
het diner deel te nemen. Hierbij had nog
een klein voorval plaats, dat het Hon
gaarsche volk toch ook weer karakteriseer
de. Een onzer dames had namelijk het on
gelijk we aten wéér fogas de sauskom
gevuld met mayonnaise te laten vallen, zoo-
dat de inhoud op het tafellinnen en op de
mouw van haar tafelbuur terecht kwam.
Groote consternatie. Hulpvaardige handen
hadden het ongeval echter spoedig verhol
pen. Maar noig geen minuut later liet de
heel gebleven tweeling, die tegenover de be
wuste dame gezeten was eveneens een saus
kom vallen, al had hij er dan voor alle
zekerheid ook een genomen, die bijna leeg
was. Heel hoffelijk had hij echter de min
der prettige aandacht, die op dit dame ge
vestigd was geworden, daarmee afge
leid.
Zoo leefden wij daar van deftige en in
tieme feestmaaltijden, maar met zooveel
paprika, dat onze eetlust tenslotte verdwe-
HONGAARöCH BINNENHUISJE.
nen was en men ons bezorgd kwam
vragen of het niet fijn genoeg was.
Wij zeiden dan natuurlijk, dat het heel
erg lekker was, maar dat wij jammer ge
noeg geen trek hadden. De Hongaar zelf
leeft natuurlijk anders. Die leeft van wijn,
brood en water. Dat ziet men in de café'b,
die op z n vroegst des nachts om 4 uur ol
heelemaal nooit gesloten worden. Bij iedere
bestelling komt de pincér, dat is de kellner
met een blad met glazen water, waarvan
men naar hartelust gebruiken kan.
Misschien is dit wel noodzakelijk na het
eten van scherpe paprika of heete worstjes
met nog heetere torma. Als wij op een
meter afstand reed® beginnen te niezen,
dan moeten menschen, die dit eten, wc'
in vuur en vlam staan en dan zijn er we
een paar glazen water noodig om dat
brandje te blusschen. Ook bij koffie kouit
een blad met glazen water en een schaal
met altijd weer van die kleine knappende
broodjes, waar bovenop wat zout of scher
pe kruiden ingebakken zijn, waarschijnlijk
om weer dorst te krijgen.
Bij diners en ook in de csarda's waar
wij komen, krijgen wij de groote sneden
grijs brood, dat den onmogelijken naam
draagt van' „egy czaldd neti kényórfo-
gyasztasa". Het brood smaakt er naar, hel
is even langdurig als de naam, dien het
draagt. De wijn is goed en licht en daar
aan hebben wij ons hart verpand.
Ik zeide u reeds, dat het Hongaarsche
volk ernstig is en degelijk. Ook dat hebben
wij ervaren, ondanks dat de café's vol zijn
en het druk is op de terrassen aan de Do
nau, waar des middags van 4 tot 7 uur de
chique zich al wandelend op het Coreo
bewonderen laat.
Maar wij gingen des avonds laat, heel
laat soms, ook wel eens naar een variété,
wier naam het meer mondaine vermaak
verried, zooals „Airzone", „Moulin Rouge"
en „Parisien Grill". Dat waren chique in
gerichte zalen, waar danseressen optraden
in een programma, dat, afgewisseld door
dansen voor het publiek, tot twee uur
's nachts duurde. Maar nergens zag mor»
in deze programma's aanstoot gevende
kleeding, die in ieder geval zeker niet
slechter was, dan in de variété-program
ma's, die in onze bioscopen en andere amu
sementslokalen gegeven worden. In dit op
zicht steekt Hongarije bij andere landen
zeer gustig af.
En meer positief kunnen wij getuigen
van een zeer goed Kerkelijk leven.
Den heelen dag zijn de kerken geopend
en op 'n door-de-weeksohe-morgen, om 9 uur
in de kerk komend, zien wij bij een gezon
gen H. Mis de kerk gevuld als bij ons op
een Zondagmorgen. Des middags om half
een zien wij doorloopend menschen de kerk
in- en uitgaan en, als ook wij een® naar
binnen gaan, zien wij op dat uur zeker meer
dan driehonderd menschen, die hier hun
dagelijkschen arbeid onderbreken en een
oogenblik in gebed verzonken zijn.
Het leven gaat hier de® nachts ook niet
zóó zijn gang, als in Weenen, waar het den
heelen nacht rumoerig is en druk. Uitge
storven is de stad niet, maar het is rusti
ger, kalmer en vreedzamer.
Zij die wat laat hun vermaak hebben
gezocht, dronken hun glas wijn' en luister
den naar de Zigeunermuziek en als het
laat wordt gaan zij naar café „New York",
het groote imposante kunstenaarecafé,
waar ook de journalisten komen en dat
De KJM.V. op Congres.
Het gemeentebestuur is zeer
verheugd de K.J.M.V. aan
wezig te zien I
DONDER EN BLIKSEM BOVEN ANTWERPEN
Opgesteld op het ruime plein voor het
monumentale raadhuis brachtten de ver-
eenigingen de vaandeigroet aan de ma
gistratuur van Borgerhout. Rondziende
naar bekende gezichten, ontdekten we al
spoedig, staande op de eerste verdieping
in een erker van de vooruitspringende raad
huistoren, de welgedane gestalte van onzen
bondsmoderator, rector Timp, en het
vriendelijk glimlachende baardige gelaat
van pater Alexander, moderator van de
K. J. M. V. Amsterdam. Ook de voorzitter
van de Nationale Contactcommissie was
present. Hij bracht ons een plechtstatige
romeinsche groet, die op even plechtstati
ge wijze beantwoord werd. Door ijverige
komiteitsleden werden we op sappig-vlaam-
ache wijze verzocht naar de groote ontvang
zaal op de eerste verdieping te gaan. Hier
zouden allen door de voltallige magistra
tuur van Borgerhout verwelkomd worden
Eenige oogenblikken nadat wij rector Timp,
die verrukt was over de komst der holland
sche K. J. M. V.-ers een hand plus sigaar
hadden aangeboden, stapten burgemeester
en schepenen de statige receptiezaal bin
nen. Undertusschen was het benauwend
vol geworden. De burgemeester verwelkom
de de congressisten in het Vlaamsch en
Fransch. Hierop volgden toespraken van
Vlaamsche jeugdleiders, waarna de eere
wijn werd rondgediend. Deze, in tumblers
geserveerde wijn liet men zich, desge-
wenscht bij herhaling, goed smaken! Hie>
na werd deze en gene uitgenoodigd de
magistratuur de hand te drukken. Uok de
hollandsche deputatie viel deze eer te beurt.
Burgemeester en schepenen toonden zich
zeer verheugd met de hollandsche K. J. M.
V.-ere te kunnen kennismaken. Een der
schepenen had toevalliger wijze drie maan
den in Leiden gewoond. Het deed hem
deugd nog eens over onze waterrijke stad
te kunnen praten!
Na deze plechtigheid begaf de stoet zich
weer naar beneden, waar allen door een
photograaf „afgetrokken" werden. De K. J.
M. V.-vaandelwacht had reeds het mooiste
plaatsje ingepikt, zoodat boven alles uit de
heldere rood-wit-kleuren van de Sleutel
stad praalden!
Met den gids, waarvoor de Borgerhout-
sche K. J. M. V. welwillend had gezorgd,
werd afgesproken een oogenblik te pau
zeeren, alvorens Antwerpen te gaan be
zichtigen. In een der vele estaminets rond
om het raadhuisplein maakten vele K. J.
M. V.-ers voor het eerst kennis met het
Vlaamsche potteke bier. Eén wilde cider
hebben. „Da emme-n-ier mie!" zei de wa-
tervlugge bedienende „uffra", waarna de
vrager een zeer mismoedig gezicht zette
en mededeelde nog even te moeten naden
ken, wat hij dan wèl zou drinken. Een
oogenblik later zette madammeke een
fleechje Spawater op een tafeltje naast
hem. „U hebt dus töoh wel cider", ant
woordde de verontwaardigde K. J. M.
V.-er! „Oe, zee madammeke, mee 'n on
navolgbare gratieuse stembuiging, „dé, noe-
me we 'ier 'n waterke!" Het gevolg, van
dit onderhoud was, dat er thans op gede
cideerde toon 'n „waterke" besteld werd!
Terwijl dit blijspel zioh buiten voltrok,
zat de bloem der Leidschendamsehe mid-
denstandsjeugd binnen wanhopige pogingen
te doen zich aan de sappige landstaal te
acclimatiseeren. De hoeren bedienden zich
daartoe van een afgrijselijk mengsel van
hollandsch en steenkolenduitsch. Hiermede
trachten zij het gesprek met den waard en
madammeke gaande te houden tot groote
vreugde der bezoekers.
Na een halfuurtje kondigde de gids het
vertrek aan. Het afscheid van den waard
en madammeke was allerhartelijkst. Ma
dammeke drukte opgetogen de vele toe
gestoken handen en de waard stond met
een breede glimlach op zijn vettig gelaat
dit levendige tooneeltje gade te slaan 1
In een snel tempo snorde de blauwe wa
gen nu naar de havenwerken, waar de
tunnelbouw, de schepen aan de kaden, het
Antwerpsche steen en de Scheldeboordeu
bezichtigd werden. Hierna werden de mooi
ste kerken bezocht, benevens de meest be
kende openbare gebouwen. Een bezoek
werd ook gebracht aan de Antwerpsche
wolkenkrabber. Op elkaar geperst in de
liftkooien ging het ruim tachtig meter om
hoog. Boven had men een prachtig uit
zicht over de stad, die zioh tot aan den
einder uitstrekte in het wazig-blauwe liclit
van de stralende lentedag. In het Noord
westen kwam een zware donderbui op
zetten. Als een loodgrijze dreiging hingen
de donkere regenwolken, boven het verre
land. Af en toe werd de dreigende donker
te aan den einder door trillende lichtflik-
keringen gespleten en dan daverden na
eenige oogenblikken de ruiten van onze
hooge uitkijkpost. Het was een geweldig
schouwspel de nadering van de ontketende
elementen boven de zonnige Scheldestad
gade te slaan. Ver beneden ons, aan de voet
van het torenhuis, stond de blanwe reus.
Nu was hij in eengekrompen tot een be
lachelijk klein speelgoedauto-tje. Vanaf
deze hoogte was het niet meer dan een
glinsterende blauwe riek op het grauwe
asfalt. Daar boven werden ook stadsgezich
ten verkocht, wat tengevolge had, dat bin
nen eenige oogenblikken na de invasie der
K. J. M. V. de voorraad vrijwel uitverkocht
was! De brave middenstandszonen schre
ven aan hun respectievelijke papa's, mama's
lieve zusters, broers en verdere familie
leden met een toewijding als gold het een
afscheid van jaren. Een K. J. M. V.-er
maakte zich verdienstelijk door de papieren
groeten te verzamelen en ze naar een naast-
bijzijnde brievenbus te sjouwen. Hierna ver
zamelden allen zioh weer bij de blauwe wa
gen en werd de richting van de Turnhout-
sche baan ingeslagen, waar om drie uur
in „On® Thuis" de vergadering van de 4e
sectie zou aanvangen.
BINNENLAND
nooit gesloten wordt, om zich op te fris-
schen met een kop koffie of een paprika
soep.
En de pincér brengt daarbij weer glazen
water en het zoo ;<uist verschenen och
tendblad.
De morgen daagt....
EERSTE KAMER
DE REGEERINGSVERKLARING.
Ook hier gelukwensohen en kennisma
kingen. Ook hier de voorlezing van de re-
ringsverklaring, ook hier zoomin interrup
ties als applaus. Aan het eind dankt de
president den voorzitter van den Raad
van Ministers voor diens mededeeiingen.
Die dankbetuiging zal in de Kamer van
honderd vermoedelijk pas na het debat ko
men, gelijk daar gebruikelijk is. De Eer
ste Kamer echter zal thans geen discussie
over de regeeringsverklaring voeren.
TWEEDE KAMER
DE REGEERINGSVERKLARING.
Reeds geruimen tijd voor den aanvang
der zitting te 1 uur bestond er gisteren een
groote belangstelling. Het Binnenhof bood
het bekende schouwspel van talrijke
nieuwsgierigen, die gekomen waren om de
arriveerende Ministers en Kamerleden te
monsteren. Even over eenen namen de
ministers aan de regeeringstafel plaats.
Links van den Minister-president Colijn.
zat mr. van Schaik, recht® Jhr. de Graeff.
Nadat de wederzijdsche begroetingen had
den plaats gehad opende de waarnemen
de voorzitter, de heer Schaper, de verga
dering. Hij deed voorlezing van het Ko
ninklijk Besluit, de benoeming inhoudende
van Jhr. Ruys de Beerenbrouck tot voor
zitter der Tweede Kamer in de komende
zitting. Met enkele vriendelijke woorden
wenschte de heer Schaper Ruys met deze
benoeming geluk, waarna de laatste het
voorzitterschap aanvaardde. Hij herinner
de aan het feit, dat hij nu reeds voor de
vijfde maal het voorzitterschap bekleedde.
Hij dankte voor het in hem gestelde ver
trouwen en drukte zijn erkentelijkheid
uit jegens Hare Majesteit de Koningin.
Zijn gedachten gingen terug naar het jaar
1905 toen hij voor het eerst tot Kamerlid
was gekozen, tijdens het voorzitterschap
van de hooge figuur van Roëll. Na een
beroep gedaan te hebben op aller mede
werking en Gods onmisbaren zegen te
hebben ingeroepen verklaarde hij het
voorzitterschap te aanvaarden. Hij ver
leende vervolgens het woord aan dr. Co-
lijn tot het afleggen der egeeringsverkla-
ring, die hij met vaste stem voordroeg.
Hiermede was de plechtigheid voor giste
ren afgeloopen.
Heden om een uur zijn de debatten over
de afgelegde verklaring begonnen, die zoo
noodig Vrijdag worden voortgezet.
VOOR WERKL00ZENZ0RG.
IN VIER MAANDEN 57.000.000.
Het departement van Binnenlandsche
Zaken deelt mede, dat gedurende de vier
eerste maanden van dit jaar totaal aan
werkloozenzorg, crisisstcun en werkver-
sohaffingsloonen een bedrag van pLm.
57.000.000 is uitgegeven.
Dit nummer bestaat uit VIEF
bladen.
VOORNAAMSTE NIEUWS,
BUITENLAND.
De Ontwapeningsconferentie te Genève
gaat eenige rust nemen. (2de blad).
Bezuinigingsmaatregelen in België.
(2de blad).
Duitschland stelt een milliard mark be
schikbaar voor werkverschaffing. (ade
blad).
Wapenstilstand geteekend tusschen
China en Japan. (2de blad).
BINNENLAND.
Debat over de regeeringsverklaring in de
Tweede Kamer. (Laatete Berichten).
Aantal werkloozen. Bedrag der uit-
keeringen. (1ste blad).
HET AANTAL WERKLOOZEN.
Gegevens over de week van 8—13 Mei.
De directeur van den Rijksdienst der
Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbe
middeling deelt mede, dat de werkloosheid
onder de 608.000 leden van ingevolge het
Werkloosheidsbesluit 1917 gesubsidieerde
werkloozenkassen in de week van 8 tot en
met 13 Mei 1933 heeft bedragen 26 pOt.;
zij was dus even groot als in de week van
24—29 April. Het percentage was 2 pCt.
hooger dan in de overeenkomstige week
van het jaar 1932.
Voor enkele bedrijfsgroepen volgen hier
de werkloosheidspercentages afzonderlijk,
waarbij tusschen haakjes zijn vermeld de
peroentage in de week van 28—28 Januari
1933, toen over het geheel de werkloosheid
het hoogst was (40 pCt.):
bouwvakken 27 (70), kledingindustrie 9
(26), metaalnijverheid 39 (43), textielnijver
heid 29 (29). sigaren- en tabaksindustrie 26
(23), land- en tuinbouw (week 2429 April)
21 (59), transportbedrijf en zeevaart 24 (35).
In de volgende bedrijfsgroepen kwam
aanzienlijke werkloosheid voor in den vorm
van verkorting van den normalen werktijd
(bij de bovenstaande percentages voor
een derde gedeelte medegerekend, dus voor
gemiddeld twee dagen werkloosheid per
week). Het percentage van het aantal ver
zekerden, dat in dezen zin werkloos was,
bedroeg:
kledingindustrie 6 (14). metaalnijverheid
4 (6), textielnijverheid 16 (16), sigaren- en
tabaksindustrie 16 (16), transportbedrijf 6
(9)
Bij 1060 organen der openbare arbeids
bemiddeling stonden op 13 Mei 1933 in to
taal 331.777 werkzoekenden ingeschreven,
waaronder 317.941 mannen. In totaal waren
werkloos 300.747 personen, waaronder
291.551 mannen. On 29 April 1933 bedroeg
het totale aantal ingeschrevenen bij 1056
organen der openbare arbeidsbemiddeling
338.626. Hiervan waren werkloos 311.291
personen, waaronder 301.413 mannen. Het
aantal ingeschreven werkzoekenden is der
halve van 29 April tot 13 Mei verminderd
met 6.894, het aantal werkloozen met 10.544.
EEN EIGEN JEUGDHUIS.
Voor de mannelijke jeugdbeweging in het
diocees Haarlem.
In verband met de centralisatie van de
mannelijke jeugdbeweging in het bisdom
Haarlem, moest tot de inrichting van een
secretariaat worden overgegaan. Tot dat
doel is thans in Den Haag een huis aange
kocht in de Laan Copes van Cattenburgh,
waar later ook jeugdleiderscursussen zullen
worden gegeven. „Tijd".
DE GRAAL TE ROME.
Men seint uit Rome d.d. 31 dezer aan de
„Tijd":
Gistermorgen heeft Mgr. dr. Jan Olav
Smit in den Sint Pieter op het graf van
den H. Petrus een H. Mis opgedragen voor
de groep van Nederlandgche, Duitsche en
Enge sche/ Graalmeisjes die ter gelegen
heid van het H. Jaar een pelgrimstocht
naar de Eeuwige Stad ondernamen.