DAIMES SPLINTER JOH. VAN ZIJP C.L.M.V.CLEEF MEUBELEN TAPIJTEN WAPEN VAN LEIDEN en UNION KINDERWAGENS-ÉliWWAGENS TH. IMIEBOER Jr. ALGE RIJWIE Nog slechts eenige Dagen WANDLANTAARN CADEAU 1 Licht- Aanvang Donderdagmorgen om 10 uur ALLES MOET WEG Hoogewoerd 41 (t/o. de Watersteeg) Telef. 698 Reparation aan alle merkei^MEklra CARRIERS v n DINSDAG 11 APRIL 1933 DE LEipSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 11 DE PAASCHBLOEM Sedert menschenheugenis behoorde tot den tuin achter het huis van Hannessen het bed narcissen. Haar smalle blaadjes waren het eerst, die ieder voorjaar den dooden grond doorbraken en zoowel kinde ren als volwassenen in blijde lentestemming brachten. Verleden winter was vrouw Hannessen voortdurend sukkelend geweest en zoo was er geen denken aan, dat zij zooals ge woonlijk het bed narcissen in orde kon brengen. De kinderen hadden er nog geen verstand van en de man had werk gonoeg op veld en weide. Daarom moest er een daglooner komen om den tuin in orde te brengen. Dat was nu een ongeluk voor de narcissenbollen. Hij had er op moeten let ten. Maar hij had niet het minste begrip van fijne planten. Hij spitte eenvoudig den' grond om. Trouwens wat was zoo'n dagloo ner aan deze gewijdePaaschbloemen gele gen Zij hadden zich reeds eenigo centimeters boven den grond opgericht.als een krachtig gezin van zusjes drongen zij zich als een lilagroen rond vlak naast het tuin pad. Ieder schepsel wist reeds, dat tus- schen zijn ineengevouwen blaades een kost baar kleinnood verborgen was, een teeder ingewikkeld klokje, dat over enkele weken zijn gouden klanken laten hooren: Lente en Opstanding: „PaschenPaschen! Doch nu had de ruwe schop haar ver nield.. bladeren, knoppen en bij zoovele zelfs de knol die met sap gevuld was en waaruit.de plant haar kracht kon zuigen.. Maar zonder medelijden gaat de hark van den hardvochtigen man over den grond en harkt alles, wat afval is of wat hij als zoodanig beschouwt, op een hoon bij el kaar, ook de vermoorde Paaschkinderen. Het is moeilijk om te zeggen, wie het beter heeft: de plantjes die reeds dood en gevoelloos zijn ofwel b.v. eentje, dat het er heelhuids afbracht maar nu niet weet, hoe de afloop zal zijn en of het ooit opnieuw zal kunnen ontkiemen. Zoo'n ongedeerd gebleven knolletje kan bemerken, dat de knecht met een schop en een kruiwagen kwam en den afval wegTeed, den tuin uit, het huis om. en hoe het ten slotte zelfs daar bij allerlei afval terecht kwam Hu stapelen zich nieuwe lasten op zijn bedreigd leven, heete, damperide ladingen stroo, dat met mest vermengd was, bena men het zijn bewustzijnEen eeuwigheid zonder lucht zonder bezinning.... En toch zou heb weer ontwaken. Wat het in zijn bloemenziel als een eeuwigheid be schouwde was juist een jaar.... Nog in denzelfden herfst overlegde Han nessen met zijn vrouw, die gelukkig "weer hersteld was, waarheen hij dit jaar den mest zou rijden en toen ging de eene kar na do andere naar de groote bovenweide. Als ons narcisknolletje toen reeds weer bij kennis geweest was, dan had hot een, drukke dorpstraat gezien, daarna een brug, waaronder een schuimende beek, het had groote boombroeders langs den weg be groet en een veel wijderen hemel als tus- schen de huizen aanbeden. Maar het verkeert nog steeds in den booz9n droomhet rijdthet deint over de hobbelige straatsteenen op en neer met een zwaai vliegt het naar den grond en komt terecht op een graskussenDat is zijn nieuwe woonplaats Een heelen winter door ligt het narcis- knolletje daar nog te kleumen en te sluime ren. Een vochtig koel. zacht dek beschut het langen tijd en drukt het dieper in zijn bed, laat het ten slotte tusschen grond en graswortels warmer en gezonder worden. Reeds in half sluimerende toestand ver moedt. het iets van een nieuw bestaan, van een nieuw levenDaar smelt het dak boven ziin neusje, baadt zijn voedjes, zijn heele lichaam, dagen en nachten achtereen in weldoend vocht. Eindelijkeindelijk gaat, er een oog je open, met het eerste groene bladlid ziet het, schouwt, het om zich heen: daar is de heerlijke wereld van God. daarboven welft zich de blauwe luchttrekken wolken van dezen tot genen bergrand, nei--, gen zich met. hun praehtic groene hellingen naar het dalontelbare grassprieten buisen zoowel in de verte als in de onmid dellijke omgeving. Maarwaar blijven de andere broertjes en zusjesde ande- Te PaaschbloemenAlleen de wind, die hoe langer hoe milder wordt, de zon, die met den dag warmer stralen zendt, doen het zijn heimwee vergeten, tot het. tenslotte trotsch is alleen daar als sterke en mooie plant te staan tusschen zooveel eenvoudige grassprietjes.... Want iederen morgen gaat zijn oog verder open, is het louter goud, wat het zelf met gouden oog ziet, ziet het zijn gezicht als de hemelsklok in het kleinwiegt het zijn kopjo als gou den klokje onder den blauwen hemel, bo ven et groene aardrijk. En is zijn klokke- ra-nd niet fijn getand, evenals het hemel rond zich den krans der bergkammen om zoomd is!.... Zoo schoon vond het zich nog nooitAlleluja zingt het weer wanneer van den kerktoren beneden de metalen klank galmtneuriet zalig gelukkig een der vele boventonen mede. Gelukkiger nog is zijn tijd als het uit het kapelletje ginds aan den weg der Verriizenden Zoon Gods aanschouwt. Juist verlicht een vroege zonnestraal de donkere cel en duidelijk herkent het in den hand van den Overwin naar de wapperende vaan. Nu weet het niet meer: is zijn eigen bloempje op den langen stengel niet eerder een vaandel dan een klokje? Juist in dezen schoonen tijd moest een menschelijk wezen dwars door het feeste lijke dal, dwars over de eenzame weide schrijden. Wat overkwam u daar, gelukki ge Narcis?Waart je in het begin niet doodelijk geschrokken, toen hij je met zijn mes uit den grond haalde?Zijt ge la ter met uw lot vezoend geweest, toen hij je zorgzaam naar huis droeg en in een mooi potje plantte, zoodat ge je klokje voor hem in zijn werk kon luiden? Het alleluja van dit eenvoudig schepsel moest toch onzen zin voor het hemelsche versterken TERUGKEER Do trein floot weer voor het vertrek, en pufte langzaam, dan sneller en sneller de overkapping uit, toen Karei Wilder, en ge soigneerd heer van even 40 jaar nog altijd op het perron stond en rondstaarde, in ge dachten verzonken, waaraan eerst het ener- giek-verwonderd kuchen van den witkiel een einde maakte. Toen herstelde hij zich met geweld, noemde het adres en begaf zich als een der laatste door de controle. Het plein voor het station was weinig ver anderd, een paar hooge gebouwen waren verrezen, zeker, maar reeds hier scheen hem de specifieke lucht van zijn geboorte stad tegen te stroomen.die hij zoo goed kende vochtige lucht van de rivier ver mengd met kolenstof der 1000 fabrieken: voor hem als het ware het symbool van kleingeestigheid, bekrompenheid, kwaad sprekerij, scherpe vervolging der burgers, die aan oude wetten en gebruiken vast- gewprteld waren, dingen die zijn heele jeugd hadden verpest. Verstrooid rondkij kend ging Wilder de steil oploopende stra ten in. Hij herkende alles weer, wat hij zag, maar dat alles scheen hem nog enger, be- krompener en somberderte zijn, dan dat- hij het in zijn herinnering bewaard had. Een zware beklemming drukte op zijn borst. Een domme inval, 'n hoogst belachelijke sentimentaliteit is dat geweest, dacht hij nerveus: terugvallen in zwakheden, die men zich reeds lang had moeten afwennen. Wat heeft dan mijn zenuwen tot zulke abnorma liteiten gebracht dat ik nu hier sta en ga na twintig jaar zelf-gewilde afwezigheid. Was dat het Paaschfeest van morgen, dat mij de gedachten van opstanding en derge lijke dingen suggereerde. Ik weet het niet meer, ik weet alleen, dat ik wenschte, dat alle pijnlijkheden reeds achter me lagen en ik weer in de hoofdstad zat, in het milieu, waarin ik werkelijk thuis behoorde: het lichtzinnig gezochte avontuur, dat nu na dert, was op een nieuwe reis weer verge ten. Juist hier was het'roode gebouw waar in het gymnasium-examen afgenomen werd. Hoe heette het meisje, dat hij toen ter tijd liefhad, zooals slechts een jongen van 17 jaar beminnen kan? Barbarade achternaam was hij vergeten en hij heeft er zelfs geen notie meer van en toch ge loofde men toen aan eeuwige en levens lange liefde. Daar woonde vroeger de oude leeraar, die de jongens der hoogste klassen bij het sigaretten rooken snapte en daaruit een tooneel met aanklachten, bestraffingen en duistere voorspellingen van tuchthuis, rad en galg construeerde. Daar woonde.... Wilder moest zioh tegen dien storm van herinneringen verzetten.... hij stapte vlug ger, concentreerde zich op hetgeen komen zou. Vader was dood. Hij had hem met meer gezien. Moeder? Op den dag dat hij 21 en dus meerder jarig was gewórden, wa® hij uit het ouder lijk huis weggeloopenhad hij ketenen n«iiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiittf!iiiiiitiiiiiiiiiiiaz9 Bij aankoop van HANGLAMP E iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii I GROOTE SORTEERING 1 Het vodr UlaangeyyezSn Adres voor vakiund&o repaYgtle aan Uw VRAAGT PRIJSOPGAAF! I Electro-Techn. Bureau i Korevaarstraat 24 - Tel. 2669 erkend installateur e 5 gedipl. radiotechnicus InillllllllllllimillllllllllllllMIIMIIIIIIIlM* en lasten, bekrompenheid en kleingeestig heid van zioh afgeschudeen vriend, had hem met een belachelijk klein bedrag ge holpen, en zoo trad hij in het volle brui- schende levenin de vurig begeerde bonte eigen wereld. Het was tenslotte tot heftige scènes met z'n ouders gekomen: men begreep elkander niet zóó leefde men op verschillende sterren ia het hemelruim langs elkander heen. Twintig vreugdelooze jaren: zoo was zijn ;-eugd geweestzoo scheen hem het le ven in het ouderlijk huis voorbijgegaan te zijn. Er was tenslotte niet eens een speciale aanleiding geweest, tenminste hij was dat al lang vergeten, het was slechts een uit barsting gowees van alles, wat zich jaren lang had opgekropt: indertijd, vóór 20 ja ren, toen hij voor de laatste maal in de marmeren hal van het ouderlijk huis hoed en jas van den kapstuk rukte en naar bui ten gestormd was. om niet meer terug te keeren tot heden. Hij had later een toenadering beproefd, zeker, de vader had j hem laten antwoorden: wij hebben geen zoon meer. Goed: het was ook zóó gegaan; niet eens al te zwaar was de weg geweest: hij had niet stil gezeteneen korten aanloop genomeneen .sprong.ver. I Mischien was het, tijdens het terugblikken j in het verleden; dat hem in den laatsten I tijd voortdurend vaker overkwam, het ge voel van zegepraal uit eigen kracht ge weest, dat in hem den mensoh deed ontwa ken: z'n moeder schrijven.... haar weder zien, al het oude begraven, het moest, zoo als men dat zegt een opstanding wor den De avondklokken luidden den Paasch- vrede van morgen in, toen Wilder voor het ouderlijk huis stond. Een beetje meer ver weerd dan vroeger maar statiger dan nooit 6tond daar de villa. Keek iemand vanuit den erker? Geen gordijn bewoog zioh. Zoo was het goed. Slechts geen gevoelsstonn, geen snikken, geen pijnlijkhedenMoeder had zich al tijd goed onder bedwang gehad en ook voor zich zelf kon hij instaan. Hij drukte op de bel. Een zwijgend dienstmeisje deed de deur open, monsterde hem heel even, zij was schijnbaar georiënteerd, voerde hem met een kort: „Wilt u me volgen!" door de hal, opende de deur links, het was de blau we kamer, waarin z'n moeder, zoo lang hij zioh indenken kon haar rustuurtjea door bracht. De deur klapte dicht. Voor hem stond een oude dame, eenvoudig gekleed, maar het"strenge, gesloten gezicht eigenlijk haast onveranderd, met een nieuwe beko ring voor hem door den krans van witte ha ren, die hij kastanjebruin in zijn herinne ring bewaarde. Een hand strekte zich naar hem uit, er wurgde hem iets met korten greep aan do keel, hij slikte, hij boog zich diep over de rechterhand en kuste ze eer biedig. Er werd geen woord gesproken. Later zaten beiden aan het souper tegen over elkander. In wonderlijke verlegenheid ontweken zij elkanders blikken. Het ge sprek stokte telkens. In korte woorden werden de tegenwoordige toestanden be sproken. Een paar maal klonk het: „Weet je nog?" Allerlei vragen naar verwanten en bekenden ach hoeveel na men en gezichten was hij vergeten hoe vreemd was dat alles. Het gesprek werd hoe langer hoe pijnlijker, er was natuur lijk geen onbevangenheider liet zich geen brug bouwen van het verleden over een afgrond van leegte van 20 jaren terug tot heden. Het was een verlossing, toen de maaltijd ten einde was en Wilder zich met vermoeid heid na de lange reis excuseeren kon. Men had hem zijn oude kamer aangewezen waar hij de nachten zijner jeugd had doorge bracht. De oude schilderijen hingen nog aan de wanden.het waren de oude meu bels.... het was hetzelfde bed.... Wilder kon niet in slaap komen! Wat heb ik gedaan?!ging het door zijn hersensWat een dwaze inval! Hoe kan men na zoo lange jaren weer draden wiilen aanknoopen, die eens zoo brutaal verbroken warenZij waren elkander immers vreemd geworden.... te vreemd, er was niets gemeenschappelijks meer.. een sprookje was het: de stem des bloeds die tot hetzelfde bloed spreekt over jaren van gescheiden zijn heen en die 'n weer klank van eeuwig verbonden zijn geeft. Maar dat gaat toch niet.dat is een hel- sche kwellingdacht hij inog dagenlang zoo vreemd en verlegen, zoo in dwang en druk naast elkander heen te leven? Hij sprong uit het bed. Hij rukte een bladzijde uit zijn notitieboekje en vulde zo met een paar verklarende zinnen, deed het in een enveloppe en schreef de namen van zijn moeder buiten op. Men zou den brief vin den, morgenen moeder zou begrijpen en opademen wanneer hij weg was wegin alle vroegteDan ging er een trein kon hem wegvoeren uit de kwel ling van een verhouding van zoon tot moe der en moeder tot zoon, die niets meer met elkander geen hadden Vaal schemerde de mórgen, toen hij na een onrustige sluimering ontwaakte zich herinnerde, zich gereed maakte.. zijn koffer sloot en zacht de deur van z'n ka mer achter zich dicht trok. Diepe stilte in huis. Alles sliep nog, goddankZoo stil als een kat. de trappen afzooals eer tijds toen de jongen 's nachts zoo stil als een muis het huis uit sloop en op avonturen uitging. Achdaar wa® die vervloekte trede van teendie kraakte nog altijd verraderlijk en evenals toen stond Wilder weer met kloppend hart, als dreigde hij op een misdaad betrapt te wordenwacht er iemand op hem, word ik gesnaptIs het einde daar?Hij luisterdeNiets, hij hield den adem aanverderzacht jes, voorzichtig.... Hij stond verstijfd van schrik. De deur ging langzaam open. Een stem klonk stileen weinig bevreesd, half vragend, half ingehouden, bang, verlangendeen wereld gedrongen in een enkel armzalig bezwerend woord: „Kind Het dreunde als een hamerslag tegen zijn hart. Het was alsof hij een heel leven doorleefde.en toch waren het maar dee- len van een secondehij zag zich als kind op den sohoot zijner moeder, verbor gen in teedere armen, luisterend naar sprookjes, hij voelde zich weenend zacht in slaap gewiegdvoelde de hand, die den wilden knaap het bloed van de slapen wischte, het gevolg van een steenworp, voelde de zegenende lipepn op de zijne, die nog niets geleerd hadden zich in trots en af weer te welven: uit de diepste diopte brak dat omboog.. ..bet pantser scheurdo, daar lag het naakthet misdadig hart, dat niets meer had willen weten van nabijheid en aanhankelijkheid en schreeuwde en schreeuwde en schreeuwdeen de kreet steeg omhoog van het hart naar de keel, ging over in een heftig snikken, dreef de armen uit elkaar, de koffer tuimelde van de trappen af, de kreet joeg de voeten op tot een sprong, die wist dat het nu het diep ste en meest dierbare des levens te verove ren gold, voor immer.... werd een woord van erkenninghet geheel ziek verzin kenhet eeuwig geborgen zijnde Verrijzenis des Zoons van eeuwigheid tot eeuwigheid. „Moeder Toen hielden zij elkander omklemd. Bui ten verkondigde een stralende zon den jon gen dag. Uit de diepten beneden, waar de stad in het goud van den Paasch-morgen ontwaakte, dreunden plechtig en ernstig de Paaschklokken.... Hiermede berichten wij U, dat wij aan onzo zaak Airailidcil hebben een geheel nieuwe onthaftings-methode, p.a.b Déze methode is gef^rMuleern onschadelijk, pijnloos en aidoend. Geheel zonder electriciteit. Vraagt U eejff inf chtfflgcn aan hot eenigst adres hier te Leiden mf. I GEDIPLOMEERD DAMESKAPPER NIEUWE RIJN 95 TELEFOON 1372 iiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiTi der Naamlooze Vennootschap HEEFT B IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIÜJIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIllllllllllllllllllllllllllllllllllllll Riiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiitiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiiiiiii mui mui iiiin mui iiini mui ii 11 van i KWALITEIT e ri-LICI j-OOPEND Koopt alleen bij de erkende Handclaron die over voldoondo vakkennis en ervaring beschikken. HAARL.STRAAT 293-295 TELEF. 2082 OUDE RIJN 170 SPECIAAL ADRES VOOR SOLIED SIERLIJK GO<]DKcJbp/ PRIJZEN VANAF FL, I9.MKMET DEKZEIL. G. H. LENS CO. - N. RIJN 39-40 (Wcfctigy£!s*Jeponeerd) Fa. Wed. B. N. it T. MOLRENBOER TELEFoWV 1156 Onze THEEPRIJÏEjN "zijn thans PER ONS SUPER FIJNE SOUCHONG 44 cent THEE No. 1 40 cent 2 38 cent 3 34 cent 4 (gebroken Thee) 32 cent 77 *5 30 cent 77 6 28 cent 7 24 cent 77 8 20 cent BIJ DE MIESTE WINKELIERS VERKRIJGAAAR

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 11