MAANDAG 6 FEBRUARI 1935 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD PAG. 2 BAROMETER. naar waarnemingen verricht in den morgen van 6 Febr. 1933, medegedeeld door het Kon. Ned. Meteor. Instituut te De Bilt. Hoogste barometerst.: 770.0 te Clermondt. Laagste barometerst.: 737.7 te Vardö. Verwachting tot den avond van 7 Febr.: Afnemende later weer toenemende tot krachtige Wes telijke tot Zuidelij ke wind, zwaar be wolkt tot betrokken waarschijnlijk regen weinig verandering in temperatuur. De depressie, die met haar secundaire over de Noordzee Zaterdag en gisteren stormachtig weer bracht hier te lande, is Oostwaarts afgetrokken, maar een volgen de geeft reeds weer daling van de baro meter bij IJsland en van Ierland tot de Golf van Biscaje, zoodat weer spoedig toe nemende wind en regen is te wachten en het zeer zachte weer zal aanhouden. In Scandinavië bracht Noordelijke wind sneeuw en plaatselijk strenge vorst en de afkoeling drong tot aan de Oostzee doórt Geheel Midden- en West-Europa is onder den invloed van de warme Zuid-Westelij ke st rooming, die vooral in de omgeving van Denemarken en in Noord-Duitschland zware regen bracht. De lucht is bijna overal betrokken, alleen plaatselijk in Scandinavië opklarend, in Schotland valt motregen; in Noord-Duitschland nog vrij veel regi?n. LUCHTTEMPERATUUR. Temperatuur des middags te half drie 8.— gr. C. LICHT OP VOOR FIETSÈRS e.a.: Van Maan dag namiddag 5.25 uur tot Dinsdagmorgen 7.03 uur. HOOG WATER Hoog water te Katwijk aan Zee op Dinsdag 7 Februari voorin. 0.23 uur en nam. 12.4-1 uu. WIJZE WOORDEN VAN EEN WIJS MAN. In de Februari-afl. van Studiën schrijft Pater C. Wilde onder den titel: Wijze woorden van een Wijs Man o.m. ook dit „De H. Ignatius, wiens buitengewone wijsheid door vriend en vijand terecht bewonderd wordt, vermaant ons: „Wij moeten meer genegen zijn om zoowel de besluiten en aanbevelingen onzer over sten als hun bedrag goed te keuren en te prijzen, dan ze af te keuren. Openlijke afkeuring van den kansel of in gesprek bij het gewone volk zou meer ergernis en ontevredenheid dan nut veroorzaken''. Wat. Ignatius hier zegt, wordt door de ondervinding van vele eeuwen bevestigd. In den regel zijn zulke openlijk© klach ten, beschuldigingen en verwijten totaal onvruchtbaar. Zij wekken slechts ver bittering en minachting, zoowel jegens den wellrcht schuldigen persoon als je gens het ambt dat hij bekleedt; terwijl ■hij, wien de verwijten gelden, gewoon!ijk meer verontwaardigd is over de vrijpos tigheid van den onbevoegden zeden meester, dan over zijn eigen fouten. Toen in het begin der zestiende eeuw Erasmus en zijne vrienden de geestelijk heid, waarop toen heel wat meer gegron de aanmerkingen te maken waren dan heden ten dage, met de giftige pijlen van hun spot aanvielen, voorzagen zij niet de noodlottige gevolgen van hun onberaden optreden. Toen weinige jaren later Lnther en de andere hervormers de godsdienstige eenheid die tot dusver in beschaafd Europa 'heerschte, verbra ken en de grootste zedelijke en stoffe lijke rampen veroorzaakten, zagen zij met schrik de vruchten van hun daden. Hadden wij geweten, zoo schreef de Zalige. Thomas Morus, die in zijn jeugd zich tot dezelfde onbezonnenheid had laten verleiden, 'dat weldra een Lnther zou opstaan, dan zouden wij zeker niet zoo fel op de geestelijkheid hebben ge scholden". Daarbij komt, dat de vermetele be oordeelaars zich zoo vaak schromelijk vergissen. STADSNIEUWS WILLEM DE ZWIJGER EN ZIJN VADERLAND DILLENBURG Lezing Dr. C. Dör.gcs. Voor de afdecling Leiden van het Alge meen Nederlandsch Verbond heeft Vrijdag avond in het Klein Auditorium der univer- WOORDEN EN DADEN. Een bericht uit Madras van dc K.P.P.: „Een pater Salesiaan van de missie van Polour, in het bisdom Madras, wist, dat de inwoners van een klein dorp in den omtrek van zijn missiepost hun wa tervoorraad op grootcn afstand moesten gaan halen. Daarom verkocht hij ecu van zijn beide ossen en ontzegde zich enkele maanden alle genoegens, zoodat hij een bedrag van 50 roepiën ter zijde kon leg gen, hetgeen juist voldoende was om een put te slaan. Hij leidde zelf de werk zaamheden en in minder dan 14 dagen hadden de dorpsbewoners uitstekend wa ter in hun eigen dorp. Uit erkentelijkheid voor hun weldoener gingen zij buiten gewoon veel belangstelling tooncn voor de leer die dc missionaris predikte. Met tientallen kwamen zij zich als doopleer ling aanmelden en het water uit de bron werd spoedig als doopwater gebruikt voor het toedienen van het H. Sacrament der Wedergeboorte. In de twee laatste maanden werd aan 400 volwassen perso nen het H. Doopsel toegediend". siteit alhier, voor een goed gevulde zaal, dr. C. Dönges, conservator van de Historische Vereeniging en van het Wilhelmsturm-Mu- sum te Dillenburg, een lezing gehouden over „Willem I en zijn vaderland Dillenburg". In causerievorm heeft de bij uitstek deskundige spreker een schat van bijzonderheden uit het leven van den grooten Oranjevorst aan zijn aandachtig gehoor verteld. Na eerst met be hulp van een aantal lichtbeelden het oude Dillenburg, zooals het in de 16de eeuw be stond, voor den geest geroepen te hebben, met zijn geweldig slot, dat het geheele stadje beheerschte, handelde spr. over de jeugd van Wilhelm, zoon van Willem de Rijke en Julia na van Stolberg. Spr. stond stil bij de groot- sche plechtigheid van den doop van den jon gen stamhouder, beschreef de volgorde, waarin de doopstoet naar de plechtigheid trok de doopeling werd door den rentmeester gedra gen en noemde de namen van degenen die Juliana van Stolberg in de opvoeding van haar zoon hebben bijgestaan. Over de stam moeder van het Oranjehuis sprak dr. Dönges met grooten eerbied. Als het opgaat, dat groote zonen een groote moeder hebben ge- bad, kan men in den persoon van Juliana van Stolberg daarvoor het bewijs vinden. Op elfjarigen leeftijd moest de prins, in verband met de aanvaarding van de erfenis van zijn neef, René de Chalons, tot welke erfenis ook het prinsdom Oranje behoorde, Dillenburg verlaten, om opgevoed te worden aan het hof van Karei V te Brussel. Eerst in '57 heeft hij het vaderlijk slot weer terug ge zien. Slechts vijf maal heeft de Prins, nadat hij als knaap het vaderlijk slot verliet, voor zoover men dit uit de geschiedenis kan op maken. Dillenburg bezocht. Totdat hij in 1567 als een balling moest vluchten voor Alva, die met een leger van 10.000 Spanjaarden de Nederlanden binnentrok. Met tal van interes sante bijzonderheden zette spr. uiteen, hoe van binnen toen af vanuit Dillenburg de Span jaard werd bestookt en daarbij noemde hij ook telkens den naam van 's Prinsen broeder, Jan, die aan den Vader des Vaderlands, en aan de zaak der Nederlanden onschatbare diensten heeft bewezen, evenals de andere broeders van den Prins. Wonderlijk werd Oranje in dezen bangen tijd gesterkt door de geloofstrouw van zijn moeder. Dillenburg was het middelpunt van de actie. Uitvoerig schet ste spr. den strijd om vrijheid en recht, die Willem I voor Nederland heeft gestreden, ter wijl daar tusschen telkens merkwaardige bij zonderheden opdoken uit het particuliere leven van den vorst: de tragiek van het hu welijksleven met de onwaardige Anna van Saksen, de geboorte van Prins Maurit6, de bit tere armoede, waarin Willem en zijn moeder verkeerden en zooveel meer, dat we in het raam van een verslag moeilijk kunnen weer geven. Tenslotte vertoonde dr. Dönges nog een aantal lantaarnplaatjes van het huidige Dil lenburg, waarvan de bewoners zich ten nauw ste aan het Nederlandsche volk verwant ge voelen. Spr. besloot met een hartelijke uit- noodiging tot de aanwezigen om op hun zo- merprogramma een reis naar de geboortestad van Willem de Zwijger niet te vergeten. De voorzitter van de afdeeling van het Alg. Nederl. Verbnod, prof. dr. J. H. Kern, die den spreker met enkele woorden had in geleid, sprak ook een kort woord van dank. De zaal onderstreepte deze woorden van dank met een hartejijk applaus. Begrafenis J. W. P. Licht, Onder groote belangstelling is Zaterdag middag op de begraafplaats „Bhijnhof" ehfc stoffelijk overschot ter aarde besteld van den heer J. W. P. Licht, in leven af slager van de Vereen, van Leidsche No- tarisisen en klerk bij notaris Coebergh alhier. Behalve zijn patroon en het kantoorper soneel waren op het kerkhof ook aanwezig het personeel en vele bezoekers van het Venduhuis aan de Hoogewoerd, de nota rissen Stumpel, Markusse en der Heijden, de vendumeester, de heer Beeuwkes, de oud-vendumeester, de heer Verstraten en verdere belangstellenden. Tal van kransen, waaronder, van de Vcrt van Notarissen, dc familie Coebergh, het kantoorpersoneel, de Venduhüisbezoe- kers, dekten de baar. Aan het graf werd achtereenvolgens het woord gevoerd door den heer mr. Coe bergh, den heer de Jong, namens het kan toorpersoneel, een schoonzoon den heer Verstraten en den heer J. J. de Clcr, waar na een schoonzoon bedankte voor de be toonde belangstelling. Dc alhier tot arts bevorderde semi-arts L. Visser is bestemd tot reserve-officier van gezondheid 2c kl. bij den genee-skundi- gen dienst der landmacht. EERSTE NEDERLANDSCHE FOLKLOREDAG. Heden werd in het Universiteits-gcbouw de eerste Nederlandsche folklore-dag ge houden. De ,Dag" werd geopend in het Groot- Auditarium met een toespraak door prof. dr. J. Huizinga, rector magnificus, die zijn bewondering uitte over het werk der „Zen- tralstelle des Atlas der deutschen Volks kunde" te Berlijn, welker methode de Volkskunde bijna tot een exacte weten schap maakt. Lezing D. J. van der Ven. De heer D. J. van der Ven hield vervol gens een inleiding tot de samenstelling van den. Nederlandschen Volkskunde-atlas. Willen wij de Volkskunde objectief kun nen beoefenen, dan is zulk een atlas vol gens spr. noodzakelijk. Veel oogenschijnlijk weinig belangrijk materiaal van feiten kan dan in kaart gebracht worden en volgens nader uit te werken methodes, voor een beter inzicht uit de meest eigene en karak teristieke eigenschappen van het volksle ven worden benut. Daar in ons land steeds nieuwe floklore ontstond en ontstaat, heeft men het inzicht gekregen, dat men bij het in-kaart-brengen van flokloristische gegevsen zich zal moe ten beperken tot den huidigen toestand en niet in min of meer romantische veronder stellingen van Germaansche gebruiken zal kunnen verdiepen. De meeste publicaties op het gebied der folklore gaan mank aan het euvel, dat de schrijvers afgaan op feiten uit andere ge schriften en zelfs krantenknipsels, zonder eenig persoonlijk contact gezocht te hebben met de nog levende volksgebruiken. Om hierin verandering te brengen is men te Berlijn in 1929 begonnen met het aan leggen van meergenoemde atlas, waaraan 2000 personen medewerking verleenen. In Zwitserland, Oostenrijk, Tsjecho-Slowakije, Luxemburg, Frankrijk en andere landen zag men het nut van een atlas in. Het sa menstellen van een Vlaamsche volkskunde- atlas is eveneens ondernomen. De Neder landsche folklore zal vooral uit weten schappelijke samenwerking met de Duitsche en Vlaamsche folkloristen veel vrucht kun nen plukken. Uit het bestaan van volks- kunde-atlassen in de omringende landen blijkt de urgentie van het samenstellen van een dergelijke atlas voor Nederland. De gegevens voor de atlas moeten bijeen gebracht worden uit het geheele volk, aan hetwelk vragenlijsten ter beantwoording zullen worden toegezonden. Het lijkt spr. gewenscht, dat in iedere plaats minstens drie folkloristische waarnemers zijn. Mede werking zal moeten worden gezocht met verschillende gewestelijke organisaties, spe ciaal ook met die der vrouwen. Spr. hoopte, dat ondanks de zware tijds omstandigheden het mogelijk zal blijken een foljdoristische atlas voor Nederland samen te stellen. Dit zal een kijk geven op vele oude Nedei'landsohe gebruiken en ertoe bijdragen de liefde in onze vader- la-ndsche cultuur te vermeerderen. Na deze inleiding werden Lantaarnplaat jes vertoond. Een kleine tentoonstelling was ingericht van materiaal, welwillend ter beschikking gesteld door de Zentralstelle des Atlas der deutschen Volkskunde te Berlijn. Na een gemeenschappelijke koffietafel werden des middags nog twee voordrach ten gehouden. De heer H. T. Fischer* over: Nederlandsche Adat. H. Th. Fischer lector aan de Universiteit te Utrecht sprak over Nederlandsche Adat. Het woord adat is aan heb Arabisch ont leend en beteekent daar „gewoonte". Het is echter een ethnologische term gewor den, die door de beoefenaars der Volken kunde van Ned. Indië gebezigd wordt, om aan te duiden de typisch Indones i- c h e gebruiken en gewoonten, in tegen stelling met hetgeen later o.a. onder in vloed van Islam en Christendom werd in gevoerd. Met Nederlandsche adat bedoelt spre ker dus aan te geven de typisch Neder landsche gewoonten zooals er overal nog in steden en dorpen zijn terug te vinden. Drieërlei soort belangstelling voor den adat valt op te merken. In de eerste plaats de Ethnologisch-liistorische. Deze zoekt naar de herkomst van de verschil lende elementen in de Nederlandsche adat. Spoedig blijkt n.l. bij een nadere bestu deering, dat deze noch homogeen, noch autochtoon is. Ook tracht men dan daar bij de beteekenis van thans onbgre-pen ge bruiken op te sporen, waarbij dikwijls ver gelijkingen met hetgeen wij bij de natuur volken vinden verhelderend kan werken. Deze belangstelling waardeert de adat dus hoofdzakelijk als survival. Het blijkt echter, dat met deze waardeering de fei ten niet ten volle tob hun recht komen. De gebruiken hebben immers daarnaast ook nog een beteekenis voor het leven van thans. Willen we zoo dus volkomen begrij pen. dan zal onze belangstelling behalve Ethnologisch-hisborisch ook Sociologisch moeten zijn. Hierbij heeft dan vooral de tegenstelling tusschen de adat en het als vreemd gevoelde, heb geïmporteerde, de aandacht. Deze tegenstelling doet zich ge voelen als dio tusschen „primitief" en mo dern, waarbij deze twee woorden als aan- duidngen van tweeërlei soort structuur van den menschel ijken geest (v. d. Leeuw) moe ten worden opgevat. Zij geeft aanleiding tot allerlei verschijnselen wier bestudeering op zich zelf reeds de moeite waard is en die niet nalaten hun indruk in de adat achter te laten. Ten slotte is er de aeethetische belang stelling welke zonder twijfel de oudste is, doch die zich nu sinds enkele jaren niet slechts meer uit in een verzamelen van folkloristische rariteiten, maar in een zoe ken naar oude waarden welke in geheel nieuwe vormen ook thans het volksleven kunnen verrijken. Dr. P. W. J. van den Berg over: Kerk en Volksleven. Dr. P. W. J. van den Berg uit Nijevcen sprak hierna over: „Kerk en Volksleven." In verband met hetgeen do vorige spre ker dr. Fischer heeft uiteengezet over den Ncderlandsohen adat zal spr. aan tooncn de onderlinge wisselwerking van kerk en volksleven. Do kerk is hier bedoeld als uitzendings instituut, het volksleven als het georgani seerde leven der verschillende groepen, natuurlijke of kunstmatige, dat als rede vaste vormen en zedelijk gezag heeft verworven binnen den kring waarin het zich beweegt. Het sterkst is do invloed van de kerk op het volksleven nog altijd op het platte land. Oorspronkelijk was de kerk het eenige levens- en cultureel centrum. Bij de vorming dor zeden zijn vele oor spronkelijke heidensche instellingen be wust gechristioniseerd, heilige plaatsen en plechtigheden gewijd aan Maria of heilgen, allerlei gebruiken met een anderen inhoud gevuld. Dan helpen de leer en het recht der kerk de nieuwe zeden vormen. Voorbeelden daarvan zijn het z.g. „bee- varen", op Zon- en feestdagen d.i. gratis arbeid voor armen en zieken, dat wortelt in de middeleeuwsche leer omtrent verbo den arbeid op feestdagen, de strenge Zon dagsviering in sommige streken die be rust op de puriteinsche leer der 17e eeuw. Ook bij geboorte- en doopgebruiken, de kerkgang der kraamvrouwen e.d. is de oor sprong in kerkelijke verordeningen en in stellingen te zoeken. Bij verschillende hu welijksgebruiken hebben kerkelijke rechts beginselen en -vormen invloed geoefend op hun ontstaan en ontwikkeling. Aan den anderen kant heeft de kerk altijd tegen be paalde uitingen van het volksleven gestre den, tegen dansen, spelen, dronkenschap losbandigheid, terwijl vele volksgebruiken juist aan deze excessen zijn te gronde ge gaan. Ten slotte heeft het volksleven, dc zo den altijd groote invloed gehad op het ker- kelijk leven. D.w.z. de zede bepaalt de vormen van het godsdienstig leven. Al of niet kerkgaan, kinderdoop, kerkelijk huwe lijk enz. zijn bepaald door plaatselijke zede. Evenzoo klokluiden, kerkgezang, kerk- dracht en houding in de kerk. Ook wat het eigenlijke, innerlijke gods dienstige leven betreft spelen de zeden, de traditie, en de vorrüen van het volksleven een groote rol. De overgeleverde wijze van het belijden^ spreken, getuigen is de eeni ge vorm waarin zich het -godsdienstige le ven van het volk al is het echt en levend, kan uiten. De kerkelijke zede waarborgt de conti nuïteit van het kerkelijk leven, heeft ob jectieve autoriteit, zij heeft beperkende en dragende kraclxt. Bij de wisselwerking- van kerk- en volks leven blijven beiden innerlijk en geestelijk levend. KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN VOOR RIJNLAND. Invoerbepalingen Bulgarije. De Kamer van Koophandel wijst belang hebbenden op een op 2 Februari j.l. in Bul garije in werking getreden wetsbepaling ter bestrijding van den devieeznsluikhan- del. Door het in werking treden dezer bepa ling wordt de invoer van alle koopmans goederen in Bulgarije slechts toegestaan op vertoon van een invoervergunning van de Nationale Bank. Deze bepaling geldt voor alle goederen, die na 1 Januari j.l. uit het buitenland zijn verzonden. Vergunningen voor den invoer van luxe waren, vermeld in „Handelsberichten" no. 1297, van 21 Januari 1932, waaronder o.m. ook vallen: bloeemn en bloembollen, biscuits, toiletzeep, zullen niet verleend worden, ook niet voor onderweg zijnde zen dingen. Tegen invoer door bona fide kooplieden van andere onderweg zijnde goederen, zal geen bewaar worden gemaakt. LEIDSCHE GYMNASIASTENBOND UNO SUMUS ANIMO". 5e Lustrum. Op 11 Februari a.s. zal boven genoemde vereeniging haar 5e lustrum vieren. Des morgens 10 uur zal in het Gymna siumgebouw o ententoonstelling geopend worden vau curiosa betreffende de geschie denis van de Latijnsche school tot het hui dige gymnasium. Zij is geopend tot vier uur. Na afloop hiervan zal het béstuur re- cipieeren van vier tot vijf uur in Maison Bruyns. 's Avonds zal in den Leïdschen Schouw burg een feestavond plaats vinden. Het Leidsche Gymnasium-orkest versterkt met oud-leden zal onder leiding van den heer Jac. van den Burg een concert geven. Ver- volgens zal onder regie van den heer Wij nand Frans een historische revue ten too- neele worden gebracht. Voor bijzonderheden verwijzen wij naar de advertentie in dit nummer. Na afloop bal in de Stadsgehoor zaal onder leiding van do Blue hyree Band. Verantwoording van binnengekomen giften voor de Pinda-mannen: T. 1.-; K. 1.A. P. S. d. J. f 2.50; P. J. E. 5.—; J. A. 1.0; D. H.. H. 2.-; W. E. B. f 1.-; Pers. Nederl. Rotogravure 16.25; N. N. 10.door Ds. J. Riemens 11.75; Mej. V. en Mej. W. 4.50; A. L. B. ƒ1.—; Mej. A. D. 1.— Mej. H. S. M. 1.50; W. J. M. v. E. 10.—; Wed. dr. A. D. D. 2.50; J. K. j 1.Rusthuis Zonneweelde 5.P. J. v. L. 1. Mej. M. H. K. 2.Dames S. 3. N. N. 3.—; C. Sc. 2.50; J. L. ƒ5.—; Kaartclubje 1.36; Mej. B. 2. Totaal met vorige opgaveu 853.IS. Hartelijk dank! Het Comité. Gemeentelijke Aankondigingen Hinderwet. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat door hen de beslissing op het verzoek van: a. de N.V. American Petroleum Company om vergunning tot het uitbreiden van de inrichting voor opslag en overtappen van petroleum en benzine op het perceel Zijl singel No. 36; b. de N.V. Sajetfabrieken P. Clos en Leembruggen om vergunning tot het oprichten van een fabriek tot verwer king van wollen garens in het perceel 3e Binnenvestkracht No. 3, is verdaagd. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat door hen vergunning is verleend aan: a. de N.V. Leidsche Meubelindustrie en rechtverkrij genden tot het uitbreiden van de fabriek voor het vervaardigen van meubelen in het perceel Utrectshehe Jaagpad No. 44; b. P. Hagenaar en rechtverkrijgenden tot het op richten van een inrichting voor het ver werken van geneeskrachtigo kruis in heb perceel Jan van Houtkade No. 29; c. Gebrs. G. en J. van den Oord en rechtverkrijgen den tot het oprichten van een broodbakke rij in het perceel Maresingel No. 7la; d. P. Pieterse en rechtverkrijgenden tot het oprichten van een ondergrondsclie bewaar plaats voor benzine met bovengrondsche af tapinrichting in het perceel Utrechtsche Jaagpad No. lOd. AGENDA LEIDEN. Maandag. Ledenvergadering A. R. K. A., Den Burcht, 8 uur. Dinsdag Propagandaclub „Dr. Schaep- man". Ledenvergadering „Den Burcht", 8.15 uur. Vrijdag R. K. Bond van Transportarbeiders „Sint Bonifacius", Bondsgebouw 8 uur. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotne.ken wordt van Maandag 6 tob en met Zondag 12 Febr. a.s. waarge nomen door apotheek C. B. Duyster, N. Rijn 18, Tel: 523. ïggr De menschen, die "m den V regen loopen, vragen U s niet, om mee te mogen B rijden; zij zijn al tevreden,! als U ze niet van boven tot onder met modder bespatl 25 J. C. WIRTZ CZN. t In het Dïaconessenhuïs alhier is gister nacht op 76-jarigen leeftijd overleden de heer J. C. Wirtz, oud-hoofdredacteur van de „Nieuwe Prov. Groninger Courant", sinds 1905 districtsschoolopziener in het district Winschoten en sinds 1920 tot aan zijn pen sioneering inspecteur bij het L. O. in de inspectie Winschoten. De heer Wirtz was den laats ten tijd woonachtig in Oegstgeest. Handelsregister K. v. K. W ij z i g i ng e n: 2225, H. Brand Zoon, Leiden, Oude Varkenmarkt 5, expeditie. Bovengenoemde handelszaak is omgezet m een naamlooze vennootschap onder den naam: N.V. voorheen IT. Brandt Zonen. (Ned. Staatscourant van 1 Februari 1933, Bijvoegsel Nr. 225). Dir.: J. C. Brandt, Lei den en Chr. H. Brandt, Leiden. Comm.: W. M. Brandt, Leiden. Comm. en proc.: Mej. C. Brandt, Leiden (B.P.). Maatsch. kap.: 15.000.waarvan geplaatst en gestort: 5000.Wijz. uitgeoef. bedr.: thans: ex peditie, autohandel, garage enz. 687. Firma H. Kukler Zoon, Leiden, Stille Rijn 1, handel in fruit, aardappelen en conserven. Bovengenoemde handelszaak is omgezet in een vennootschap onder fir ma onder den naam: Firma H. Kukler Zoon (B.P.). Venn.: H. Kukler, Leiden en J. Kukler, Leiden. Wijz. uitgeeef. bedr.: thans: importrice van West-Indische bana nen en grossierderij in binnen- en buiten- la ndsch fruit. De eerw. Broeder Leonardus over wiens apostolisch werk wij reeds eerder schreven heeft onze stad nog niet ver laten en blijft een beroep doen op de lief- 'dadighoid der Leidsche Katholieken. Als de eerw. Broeder de Katholieken een be zoek brengt om een offertje voor het Mis siehuis te Bergen in Limburg (zijn actie geschiedt onder goedkeuring van den Bis schop), dan gedenke meu dit goede doel middadig Door J. K. is bij de politieaangifte ge daan, dat uit oen eonsumptiebentjo op een voetbalterrein aan den Zoeterwoudschen weg een hoeveelheid cider, chocolade, ge vulde koeken en kauwgununi is ontvreemd. Vermoedelijk zijn de inbrkers nogal balda dig tewerk gegaan, want verscheidene ci- dcrfleschjes lagen gebroken op den grond.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1933 | | pagina 2