24ste Jaargang
VRIJDAG 20 JANUARI 1933
No. 7411
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
De toestand der Katholieke Kerk van
1572-1650
S)e£^icbcHe0oii^cimt
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling:
Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f 2.60 per kwartaal
Franco per post f2.95 per kwartaal
Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné s ver
krijgbaar tegen betaling van 50 een per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent. met
Geillustreerd Zondagsblad 9 oent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 tl
GIRONUMMER 103003. POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertenliën 30 cent per regel
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
bet dubbele van het tarief berekend.
TELEFOONTJES, van ten hoogste 30 woorden waarta ba-
trekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur ea
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
Dit nummer bestaat uit VIER
bladen.
V De verwatenheid van de jeugd
Het kan redelijk, gewenscht en noodza
kelijk zijn, dat ook bij de jeugdvorming
oude paden worden verlaten, nieuwe wegen
worden gekozen.
Een afkeer van het nieuwe, als zoo
danig, is ook hier misplaatst.
Zij, die echter in het nieuwe een te
groote voortvarendheid, een te geringe
waardeering van het bestaande moeten con-
stateeren,doen een nuttig en noodig werk,
als zij de beweging remmen. Maar: wie
de rem wil bedienen, moet vooraan, op
delocomtief staanDe oude remkas-
ten, die achter aan den treiu hingen, zijn
al lang afgeschaft!
Ook het nieuwe in de jeugdvorming wil
len wij dus met open oog bezien, om het te
waardeeren, wanneer het, aanpassend
aan de tijdsomstandigheden, niet in
strijd komt met de onveranderlijke begin
selen, waarop ook de jeugdvorming ge
grond moet zijn, en waardoor ook de jeugd
vorming zich moet laten leiden.
En in dit opzicht zijn er in onzen tijd fje
ongelooflijkste excessen, allerdwaaste bui
tensporigheden.
Op een dier excessen of buitensporighe
den viel dezer dagen onze aandacht.
In het Tijdschrift van de Vereeniging
voor Handelsonderwijs is onlangs een arti-
fcel verschenen, waarin de resultaten wer
den besproken yan onder leerlingen van een
middelbare school ingestelde enquête, over
de vraag: Hoe zouden wij gaarne willen,
dat onze leeraren waren en wat zouden wij
wenschen, dat zij voor ons deden.
Eenige honderden leerlingen gaven hun
antwoorden op deze vraag in den vórm van
een opstel en daarbij waren uitingen van
dezen aard:
Straf is uit den booze.
Leeraren worden door ons soms schan
delijk „behandeld", maar in de meeste ge
vallen is het hun eigen schuld.
Als de leeraar „met zijn figuur" geen
raad weet, dan niet naar den directeur zen
den, enz.
In het orgaan van de Vereeniging voor
M.U.L.O. maakt een leeraar uit paedago-
gische overwegingen tegen het houden vau
dergelijke enquêtes onder „onmondigen
over hun docenten" bezwaar.
„Over -de verwatenheid van de jeugd wordt
al genoeg geklaagd zegt de schrijver
het zal zoo echter nog wel een graadje
erger worden. Van een dergelijke enquête
naar de „leerlingenraden", is slechts een
stap. Het heeft er alle schijn van, dat de
jeugd langzamerhand onaantastbaar wordt
en de volwassene zich moet corrigeeren
naar den onmondige".
Inderdaad de moderne opvoeders, die
niet alleen de oude vormen prijsgeven,
maar ook de oude beginselen minach
ten, werken er maar al te veel aan mede.
om een geslacht te kweeken van verwa
ten menschen, die de hoogste wijsheid i n
zichzelf vinden.
Het nieuwe in de opvoeding kan zoo
mooi, maar kan ook zoo dwaas zijn
De wereld wacht er op.
In een „Economische kroniek" in de so
cialistische pers schrijft F. M. W.(ibaut):
In 1927 stond internationaal vast,
dat de gegroeide onderlinge economi
sche afhankelijkheid van alle landen
dwong tot samenwerking in het goe
derenverkeer. In 1933 staat interna
tionaal vast, dat een groot aantal lan
den trachten hun economische leven
nationalistisch te leiden. In de aller
laatste jaren staan naast de verhoo
gingen van invoerrechten de zich
steeds uitbreidende contingenteerin-
gen, waarmede de landen elkanders
invoer en uitvoer beperken of belet
ten. Naast de contingenteeringen
staan de regelingen om het
Als Sasbout Vosmeer optreedt als Apos
tolisch Vicaris vindt hij in ons land de ver
woesting voltooid.
In 1580 stierf de laatste aartsbisschop
van Utrecht, Frederik Schenk van Touten-
burg, na een middelmatig pontificaat. Met
hem verdween ook het aartsbisdom uit de
geschiedenis.
In 1594 eindigt ook het bestaan van het
bisdom Groningen.
Dan is er ten noorden van de Waal geen
enke. bisdom meer overgebleven. De kloos
ters zijn verweest. In de steden blijft er
ten slctte nergens een over. Op het platte
land een heel enkei, zooals dat der Kruis-
heeren, St. Agatha te Kuyk, dat zich om
bijzondere redenen mocht verheugen in de
bescherming der Oranjes, evenals dat van
de Zusters van St. Cathannadaa'. te Breda,
waar een lid uit de dynastie der Oranjes
zelfs abdis is geweest, terwijl de Baronie
van Breda behoorde tot de familiegoede
ren der Nassaus.
Overal wordt de uitoefening van den
Katholieken godsdienst verboden. De ka
tholieken kerken zijn in bezit genomen door
de Calvinisten of verkocht. In Haarlem zijn
elf kerken verkocht, de calvinisten wisten
er geen raad mee. En dan zou het volk
protestant hebben wihen worden?!
De kerkelijke goederen werden door de
overheid in beslag genomen en voor andere
doeleinden bestemd. Ook in ons land be
gon de revolutie met de Kerk doodarm te
maken, zoodat zij aangewezen was op de
aalmoezen der geloovigen.
De parochies waren uiteengerukt, de
pastoors moesten hun pastoriën verlaten of
het Evange'ie verkondigen op protestante
manier, dus predikant worden. Weigeren
zij dit, dan laat men hen soms rustig en on
opgemerkt voortleven van een klein pen
sioen, mits zij geen bediening uitoefenen.
Maar ook dan nog worden zij zorgvuldig
bespied en blijven blootgesteld aan aller
lei verdachtmaking.
De verwoesting van het Katholicisme ïs
geschied onder bescherming en met toe
stemming der Staten. De Unie van Utrecht
was een protestant verbond. Met de be
langen der katholieken is daarin zoo weinig
mogelijk rekening gehouden, bij de uitvoe
ring heelemaal niet.
Willem van Oranje was het daarmee niet
eens. Hij voorzag in de achterstel ing en
onderdrukking der katholieke bevolking
een oorzaak van breuk in de Bourgondische
Monarchie, die hij om dynastieke redenen
had willen voorkomen. Toen hij echter dit
onheil niet meer kon afwenden, heeft hij,
na lang aarzelen, de' Unie van Utrecht on-
keer tussohen het eene land en het
andere te bemoeilijken.
De economische ontwikkeling der
voorafgaande eeuw, de omwentelin
gen in wereldproductie, wereldvervoer
en wereldverkeer hebben de wereld
feitelijk tot één productiegebied ge
maakt, waar alle natiën voor hun doel
matige voorziening op elkander zijn
aangewezen. Er is bijna niemand die
het ontkent. Doch er is in 1933 geen
regeering die naar dit inzicht handelt-
Alle regeeringen beletten of bemoei
lijken elkander om dit te doen.
Zoo is er voor een thans weder
aanstaande economische Wereldconfe
rentie wel plaats!
Op Hoop van Zegen!
Met deze beschouwing kan men het van
a tot ,z eens zijn.
Het eene land moet vaak het andere
in zijn economie bemoeilijken als afweer
of tegenweer voor de maatregelen van
dat andere land.
Voor een economische Wereldconfe-*
rentie is zeker plaats! De wereld wacht
er op. Maar moge deze dan slagen en
succes hebben.
Dat succes zal worden afgesmeekt in
veler gebed
In dat gebed mogen wij vertrouwen
stellen, meer dan in louter menschelijk
pogenDe „Oproerige Krabbelaar" is
in het Volk (A. B. K.) is hierbij weer stof
gegeven voor een stukje over „het ge
bed", zooals hij dat in hetzelfde nummer
van het „Volk" waaruit wij Wibaut citee-
ren, geschreven heeft!
derteekend, daarmee een van zijn levens-
Llusies begravend.
Omtrent den godsdienst stelde de Unie
vast, dat iedere provincie naar eigen ge
dachten de religieuse aangelegenheden zou
regelen, maar dat de persoonlijke gewetens
vrijheid zou worden geëerbiedigd, „dat een
yder particulier in zijn religie vrij sal moe
gen blijven ende dit men nymant ter cause
van de Re igie' sal moegên achterhaelen
ofte ondersoucken".
Om dit goed te verstaan zijn twee punten
scherp te onderscheiden:
le. De persoonlijke gewetensvrijheid is
een protestant beginsel. Het gaat uit vau
het denkbeeld, dat ieder persoonlijk God
kan dienen naar zijn eigen inzicht, niet vol
gens een bindende geloofsleer of een wettig
gesteld gezag. In zijn Wezen-is het protes
tantisme niet dogmatisch, het katholicisme
wel. Maar klinkt het niet als een bespot
ting aan de onderdrukte meerderheid, bij
wijze van voorrecht, te geven een vrijheid,
die voor haar geen waarde heeft, een ge
wetensvrijheid, die in haar wëzen niets an
ders is als een protestante illusie.
2e. Het hedoelde artikel is tevens een
reactie op de inquisitie, maar zooals de
protestanten van 1577 .zich deze voorstel
den, bij overlevering. Men wilde geen
brandstape., geen positieve inquisitie maar
wel degelijk negatieve inquisitie.
De voorgesteld gewetensvrijheid komt in
de praktijk neer op gewetensdruk. Dat
blijkt uit de plakkaten:
In 1580 begint de officieele Kerkvervol
ging in de Unie naar het model van Hol
land en Zee and, waar deze reeds sedert
1572 had bestaan. Het wordt een einde-
looze reeks van plakkaten, zoowel van de
Geweste.ijke Staten als van de Staten-Ge-
neraal.
Het eerste algèmeene plakkaat is van
1581.
De plakkaten waren uitzonderingswetten
tegen het Katholicisme.
In het plakkaat van 1581 zijn alle katho
lieke godsdienstoefeningen verboden. Straf
baar gesteld worden: het geven van katho
liek godsdienstonderricht, het geven van
gelegenheid voor godsdienstoefeningen. De
klooster ingen, met name de Jesuieten,
worden verbannen. De seculiere priesters
mogen in het land blijven, mits zij geen be
diening uitoefenen; godsdienstvrijheid en
dus ook gewetensvrijheid zijn hiermee ver
vallen. De toepassing der plakkaten is toe
vertrouwd aan de stedelijke magistraat, de
schouten en hun politiedienaren; op het
p.atteland aan de baljuws en dorsten. Dat
maakte de katholieken rechteloos. Het
minst vervolgziek waren de liberalen, de
„rekkelijken" onder de regenten. Berucht
zijn de admissie- en recognitiegelden, de
boeten, de afkoop van boeten. Het kwaad
aardige dezer vervolging schuilt in de
voortdurende rechteloosheid, minachting,
achterstelling, zonder openlijk geweld.
In Zeeland, Groningen, Overijsel, Ge der-
land moest het katholieke huwelijk geslo
ten worden voor den predikant anders bleef
het voor de wet ongeldig.
Het positief beve. der plakkaten betee-
kende voor den katholiek bovendien ge
wetensdwang: zoc'd huwelijk voor den pre
dikant gesleten was heiligschennis. De
Roomschen moesten dus gaan trouwen in
de provincie Holland of elders, waar het
bevel der Staten niet go.d, hetgeen voor
de armen haast onmogelijk was.
In Groningen en Overijsel gold ook het
bevel, dat de kinderen door den predikant
in de protestante kek moesten gedoopt
worden, op zware boete.
De katholieken mochten geen eigen scho
len hebben. De gereformeerde scholen ga
ven anti-katho iek onderwijs. Het studeeren
aan buitenlandsche katholieke scholen en
universiteiten was voor de katholieken ver
boden.
Het Staatkundig motief voor de plakka
ten is altijd hetzelfde: de katholieken zijn
Spaanschgezind en derhalve staatsgevaar
lijk.
Na den Munsterschen vrede konden geen
Spaanschgezinden meer zijn in ons land,
toch zijn de plakkaten niet ingetrokken. Er
moeten dus heel andere motieven bestaan
hebben.
Voelden de katholieken zooveel voor
Spanje?
Reeds vóór Alva's komst klaagt Marga-
retha van Parma, dat de bisschoppen zoo
tegenvallen, omdat zij als lid van de Gewes
telijke Staten, opkomen voor het zelfbe
stuur. Zou dit na Alva's bestuur anders zijn
geworden?
Granve.le beweert, dat de opstand van
Holland en Zeeland in 1572 geslaagd is
goeddeels door den funesten invloed van
den Tienden Penning.
De Pacificatie van Gent noch de Gene
rale Unie van Brussel konden tot stand ge
komen zijn zonder de katho.ieken.
De innerlijke beweegredenen voor de
plakkaten was dan ook de geloofsijver der
calvinisten van de 16de eeuw. Het wan
trouwen in de Spaanschgezindheid der ka
tholieken was een gelegenheidsmotief, dat
uitgegroeid is tot een onuitroeibaar voor
oordeel, al is het onjuist en misp.aatst.
In de geloofsbelijdenis der Nederlandsch
Hervormde Staatskerk staat dit beginsel:
„Het ambt der Overheid is te weren en te
niet te doen alle afgoderijen ende valsche
godsdiensten".
Dit betreft allereerst de „Paapsche af
goderij'-. Voor de calvinisten gold het als
een plicht van de regeering, het Katholi
cisme uit te roeien. Zóó dachten ook de
predikanten en de „preciesen" der regen
ten. Vooral van de predikanten zijn de
plakkaten uitgegaan. De rekkelijke regen
ten moesten de predikanten te gemoet ko
men, omdat deze het calvinistisch volk
achter zich hadden en' de -vurige Calvinis
ten vormden de groote stuwkracht in den
strijd tegen Spanje. Zij wilden echter ook
de Katho ieken niet al te lastig vallen.
Dat het den Calvinisten te doen was om
de alleenheerschappij, blijkt uit hun ver
volging der Remonstranten, die zeker niet
staatsgevaarlijk waren. Vóór 1579 was 7/8
der bevolking nog Katholiek. De Katholie
ken hebben de Spaansche dwinglandij toen
even heftig bestreden. De tijdgenooten er
kennen dit ook.
In 1581 hebben de Staten-Generaal den
landsheer verlaten, de souvereiniteit een
voudig verlegd van 'hem naar zichzelf. Dit
was een zuiver calvinistische daad, omdat
de Staten-Generaal een katholiek souve-
rein niet meer boven zich wenschten. Voor
de katholieken was zulk een daad niet ge
oorloofd. Deze tijd van pijnlijke onzeker
heid duurde echter slechts tot het Bestand
in 1609. daar toen Spanje feitelijk, zij het
nog niet rechtens, do Repub iek als zelf
standigen staat erkende. Nadien oefenden
de Staten het gezag uit. De Congregatie de
Propaganda Fide te Rome zond in den tijd
van het Bestand en later nog eens het uit
drukkelijk bevel, dat de geestelijken in de
politiek neutraal moesten blijven, zich uit
sluitend moesten wijden aan de godsdiens
tige be'angen van het volk. Ook de oversten
der Jesuieten vaardigden voor hun paters
een zelfde bevel uit. Principieel was de
houding der katholieken dus niet staatsge
vaarlijk.
Hoe was dan de feitelijke houding der
katholieken?
De katholieke leeken hebben de Span
jaarden niet willen helpen, anders waren
zij een groot gevaar geweest voor de partij
van Oranje. Dat blijkt b.v. uit het beleg
van Leiden, waar zij onderhandelden met
Valdez om plundering te voorkomen, maar
niet de stad uitleverden, geen landverraad
pleegden. Toen Valdez weigerde tegen
Requesens' advies, bleven zij mee door
strijden.
WASSENAAR.
EEN FRAAI OSTENSORIUM.
Voor de Kapel van Pension St. Willibrord
De goudsmid A. van Berkel te Utreoht
heeft voor de kapel van het bekende
Pension „St. Willibrordus" te Wassenaar
een fraai ostensorium ontworpen en uit
gevoerd, dat opnieuw bewijst hoezeer de
devotie, die den heiligen vaten een zoo
schoon en waardig mogelijk aanzien wil
geven, in dezen moeibjken tijd nog le
vend is. De niet gemakkelijke opgave
voor den goudsmid hie'd o.a. in, dat een
groot getal juweelen. diamanten en bril-
lanten, geschonken door een onbekenden
gever, in de versiering moesten worden
opgenomen. Daarbij waren een groote
diamant van bijna twee karaat, saffie
ren, en een zeer groote parel.
De heer van Berkel heeft al deze
kostbaarheden op passende wijze in zijn
constructie weten te verwerken.
Dit ostensorium is in een vrije, nieuwe
vormgeving uitgevoerd, die niet aan een
bepaalden stijl herinnert. De greep is
versierd met gestyleerde lelies en de
nodus is uit een fraai-gekleurde agaat
vervaardigd. Boven de leliën, boven allo
reinheid uit, straalt in een gloed van
vlammen en stralen en omgeven door de
kostbaarste steenen, brillanten en saffie
ren, de heilige hostie in de blanke luna.
In de greep van luna is het Christus
monogram uitgeslagen. In de omranding
van de luna ziet men verder zonnebloem
motieven, die de zucht naar God in hot
hart symboliseeren. Het hart van de
zonnebloemen is van fraaie topazen. Bo
ven deze omranding, die aan de boven
zijde aan weerskanten nog een aanze.sol
heeft van versiering met edelstesnen.
verheft zich een kruis, dat eveneens rijk
met juweelen is bezet en waarin o.a, de
grootste diamant is verwerkt. Op den
VOORNAAMSTE NIEUWS.
BUITENLAND.
Het rapport van de commlssle-Trip ter
voorbereiding van de Economische We
reldconferentie (2de blad).
Resolutie aangenomen inzake de 40-uri-
ge arbeidsweek. (2de blad).
In Noord-China is het te koud om te
vechten. (2de blad).
BINNENLAND.
De regeling van tien uitvoer van bloem
bollen. (4de blad).
In Duitschland is een verhooging van in
voerrechten op verschillende landbouwpro
ducten afgekondigd. (Laatste Berichten).
Verkeersongelukken te Utrecht, Lonna-
ker en Oosterhout. (Gem. Ber. 3de blad).
Twee exploitanten van een gemeentelijk
veilinggebouw te Amsterdam gearresteerd
wegens knoeierij. (Gom. Ber. 3de blad)
De bekroningen van Avicultura. (L. en T.
lste blad).
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
De jubileum schaatswedstrijden van den
K.N.S.B. te Davos. (lste blad).
kapel van het Pension „St. Willibror
dus".
Zeker is het ook nog een felicitatie
waard, dat zoo korten tijd na de vesti
ging van het Pension dit reeds zulk een
kostbaar bezit het zijne mag noemen.
voet van den monstrans lezen we het
„Ecee Panis Angelorum Factus Cibus
Viatorum".
De edelstecnen, die vooral om de luna
een bijzonder rijke werking geven, zijn
op de zilveren vcrsieringsvlakken a jour
ingezaagd. Zoo werkt alles race om van
dit ostensorium een knap stuk smoel
werk en een kostbaar versierd vaatwerk
te maken, dat een rijk bezit is voor de