STADSNIEUWS KERKNIEUWS WILT U IETS WETEN? IpiNSDAG 4 OCTOBER 1932 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 15 ic GEMEENTERAAD. 611 VERBETERINGEN IN DEN BURCHT. Geraamde kosten: 30.000. ei Zooals B. en W. in hun voorstel in zake verlenging van de pacht van den Burcht !c. a. voor het jaar 1932/33 mededeelden, fwas bij hun College de vraag in onderzoek [of het aanbeveling zou verdienen aan de èotelgelegenheid te dezer stede uitbreiding r"!te geven door het gebouwencomplex ge schikt te doen maken voor een exploitatie "ials hotel-café-restaurant in modernen zin. Teneinde de financieele zijde van dit ^vraagstuk voldoende te kunnen beoordeelen ^hebben B. en W. eon verbouwingsplan met doen opmaken en hebben zij daarna verder doen voorlichten door Pde Commissies van Fabricage en van Fi- "pancien. 1 De totale kosten van verbouwing tot een [hotel en café-restaurant, dat naar de g'eischen des tijde kan worden geëxploiteerd gjmet inbegrip van de kosten van inwendige inrichting, worden geraamd op f 135.000. f 140.000.—, 1 Aanvankelijk stond de Commissie van Fabricage'niet geheel afwijzend tegenover een volledige inrichting tot hotel-café-res- taurant, doch bij nadere overweging aar zelde zij toch, gelet op de genoemde bedra ggen, zonder meer tot de verbouwing te ad- jj/viseeren en gaf zij te kennen, op het oor- deel van de Financieele Commissie prijs te stellen, alvorens definitief advies uit te brengen. Laatstgenoemde Commissie ontraadde de verbouwing; op verschillende gronden betwijfelde zij, dat in Leiden dringende be hoefte aan meerdere hotelgelegenheid zou bestaan. De kans op een behoorlijk rendee- rend hotel achtte zij daarom al zeer gering en het zou naar hare meening niet gemoti veerd zijn, en zeker niet onder de huidige tijdsomstandigheden, tot een zoo kostbare verbouwing over te gaan. Toen derhalve bij de Commissie van Fi nanciën uit geldelijk oogpunt overwegende" bezwaren bleken te bestaan, kon ook de Commissie van Fabricage geen vrijheid vin den de stichting van een modern hotel c.a. te bevorderen en sprak zij als haar oordeel uit, dat van eene verbouwing daartoe voor- loopig moest worden afgezien. Het College van B en W. is eveneens deze meening toegedaan; sedert de ont vangst van het desbetreffend rappcttt heeft de ongunstige financieele toestand der ge meente zich bovendien nog zeer verscherpt, zoodat het zeker op dit oogenblik niet ver antwoord zou zijn tot een dergelijke be langrijke kapitaalsuitgaaf te besluiten. Moeten dus ook naar de meening van B. en W. de omvangrijke verbouwingsplannen voorloopig blijven rusten, wel bestaat er o.i. alle aanleiding, om een anderen maatregel te treffen, waardoor wordt voorkomen, dat het bezit van de gemeente te zeer in waar de daalt en waardoor dit bezit ook weder op peil kan worden gebracht, waarop een behoorlijke rente is te verkrijgen. Bij den Ii toestand, waarin het complex thans ver keert, is toch de pacht, die bedongen kan worden, zeer laag en onvoldoende en dat terwijl hier ter stede zeer zeker verschillen de behoeften bestaan, waarin de Burcht c.a., na het aanbrengen van verbeteringen, zou kunnen voorzien; B. en W. wijzen j slechts op geschikte vergaderlokalen enz. Met het oog hierop achten B. en W. het wel verantwoord, den Raad voor te stellen eenig nieuw kapitaal in- het complex te ste ken en de noodige verbeteringen, waaron der centrale verwarming, in het complex aan te brengen. De kosten van een en ander worden, re kening houdende met eventueele tegenval lers, die bij de uitvoering van voorzienin gen aan een oud complex als „de Burcht" niet uitgesloten zijn, overeenkomstie het advies van de Commissie van Fabricage, ge raamd op f 30.000.— in totaal. BETERE HUISVESTING voor Bank van Leening, Maatschappelijk Hulpbetoon en Armenraad. Zoowel de Gemeentelijke Commissie voor Maatschappelijk Hulpbetoon als de Gemeen telijke Bank van Leening hebben behoefte aan meer ruimte, om den dienst behoorlijk te kunnen doen functioneeren. De crisis-omstandigheden hebben deze bij uitstek sociale instellingen met werk overleden en haar een abnormaal grooten omvang gege ven, Deze omstandigheid brengt mede, dat men bij haar huisvesting rekening dient te hou den met de mogelijkheid, dat eerlang de werkzaamheden minder omvattend zullen zijn, zoodat het niet aangaat voorzieningen te tref fen, die zich blijvend baseeren op de huidige situatie. Dit in aanmerking nemende, hebben B. en W. gezocht naar een oplossing, die zoo min mogelijk kosten medebracht en die tevens te verantwoorden zoude zijn, ook al ware geen crisis ingetreden. Immers het valt niet te ontkennen, dat ook zonder deze abnormale omstandigheden de toestand niet kan worden gehandhaafd. De Gemeentelijke Commissie voor Maat schappelijk Hulpbetoon was al reeds van het begin af niet zeer ruim gehuisvest. Naast de kamer van de Secretaresse was er niet anders dan een vertrek, bestemd voor de uitbetaling van de steungelden en de be spreking met steunaanvragers, en een lokali teit, waar de ambtenaren, belast met de ad ministratie en het uitschrijven van de rappor ten, hun werk konden verrichten, Het wacht lokaal voor de ondersteunden of steunaanvra gers heeft voor den inwendigen dienst uiter aard geen beteekenis. Practisch brengt deze indeeling mede, dat in het eigenlijke werk vertrek alle bezigheden dienen te worden ver richt en dit tevens moet dienen als wachtlo kaal voor al degenen, die om andere redenen dan eigen steunaanvrage den dienst bezoeken. Het inwinnen van telefonische informaties, het overleg met bezoekers, voorzoover niet door de Secretaresse zelve te woord gestaan, het administrative werk en het opstellen van de rapporten dient alles plaats te vinden in dat ééne, wel diep, doch betrekkelijk smal en laag van verdieping zijnde vertrek, hetgeen buitengewoon stagneerend werkt en de belan gen van den dienst schaadt. Hier komt bij, dat jaarlijks de „stock" van rapporten en dossiers, vooral in den laatsten tijd, aanzienlijk toeneemt, zoodat er een nij pend tekort aan archiefruimte is ontstaan. Bij de Bank van Leening zien we, dat er een doorloopende vermindering is van de pan- denbeleening, doch daartegenover een groei van de afdeeling geldleeningen en pensioen- voorschoten, Deze laatste vorm van geldelijke bulp vereischt een geheel andere outillage en inrichting, dan het bedrijf der pandenbelee- ning. Immers vergt dit laatste vooral groote ruimte voor opberging der panden, het bedrijf der geldleeningen brengt mede meer behoefte aan administratievertrekken en spreekgelegen- heid. In dit opzicht is het gebouw van de Bank van Leening zeer misdeeld. Waar nu de ge meente goed doet, zoowel om economische als om sociale redenen, het volkscrediet eer door geldleeningen dan door pandenbeleeningen te helpen, is er alle aanleiding om deze natuur lijke metamorphose van het karakter van de Bank van Leening niet door bouw-technische belemmeringen tegen te gaan, doch deze eer der door een behoorlijke onderbrenging van de afdeeling geldleeningen in de hand te wer ken. Voor deze afdeeling heeft de dienst slechts de beschikking over een smalle gang, tevens wachtruimte, en één administratiever- trek, hetgeen uiteraard geheel onvoldoende is, zoodat de kamer van den Directeur meesten tijds aan haar eigenlijke bestemming wordt onttrokken en tevens gebruikt wordt, om de geldleeners te bedienen. Dit alles moge voldoende zijn, om de nood zakelijkheid van het treffen van voorzienin gen, ook afgezien van de huidige tijdsomstan digheden, aan te toonen. Om een redelijke en weinig kostbare oplos sing hiervoor te vinden, was het noodzakelijk de beschikking te verkrijgen over de beneden vertrekken van de ambtswoning van den Di recteur van de Bank van Leening, welke zich in dit gebouw bevindt. De Directeur was be reid deze ter beschikking te stellen, hetgeen echter medebracht, dat hij diende te verhui zen, omdat het overblijvende gedeelte voor hem dan niet meer te gebruiken was. Dit is inmiddels gebeurd. De gemeente kreeg hier door dus ook ter beschikking het bovenge deelte van de Directeurswoning en heeft zich toen in verbinding gesteld met den Armen raad, teneinde na te gaan, of deze wellicht daarin kon worden gehuisvest. Ook dit blijkt na het aanbrengen van eenige voorzieningen mogelijk, zoodat deze overbrenging ten gevolge heeft, dat voor den Dienst van Maatschap pelijk Hulpbetoon van de daarboven gelegen bovenwoning gebruik kan worden gemaakt, waar nu de kantoren van den Armenraad in zijn gevestigd. Aan den dienst der Gemeentewerken is ver zocht te willen nagaan, welke maatregelen in verband met deze plannen dienden te worden getroffen en welke kosten dit met zich zou brengen. In drie afzonderlijke rapporten van resp. 29 Juni, 29 Juli en 20 September 1932, is het re sultaat te onzer kennis gebracht. Het rapport van 29 Juni 1932 betreft de ver bouwing van de Bank van Leening. Deze ver andering zal de afdeeling geldleeningen de beschikking geven over een behoorlijke wacht en loketruimte, een ruim en doelmatig kan- toorvertrek met opbergruimte en spreekver- tiek, benevens een kamer voor administratie en een Directeurs- en Commissielokaal. De kos ten hiervan worden geraamd op f 4000. Bij de Commissarissen der Bank van Leening vonden deze plannen geen onverdeelde instemming, blijkens hun mede overgelegd schrijven van Juli j.l. De tegenstanders waren van oordeel, dat aldus een niet afdoende en weinig bevredi gende oplossing werd verkregen, Intusschen is de Directeur van oordeel, dat op deze wijze zijn dienst zeer behoorlijk wordt gehuisvest. Ook wij meenen, dat het aanbeveling verdient deze oplossing onder de huidige omstandighe den met beide handen te aanvaarden en eerst een definitieve voorziening te overwegen, wan neer meer normale tijden zijn aangebroken en de ontwikkeling van dezen dienst, mede in verband met het afnemen van de pandenbe- lcening, beter kan worden beoordeeld. Het rapport van 29 Juli 1932 behandelt de verandering in het perceel Mare no. 15 van den Dienst van Maatschappelijk Hulpbetoon, terwijl tevens eenige voorzieningen worden aangegeven ten opzichte van het voormalige IJkkantoor, dat thans als stempellokaal in gebruik is. Het maken van een verbinding tusschen de nu bij den Armenraad in gebruik zijnde ver dieping en de benedenwoning, waarin Maat schappelijk Hulpbetoon is gevestigd, vordert een uitgave van plm. 450, terwijl de aan te biengen veranderingen in het voormalige IJk kantoor kosten zullen veroorzaken ten bedrage van plm. 325. De kosten van inrichting der in gebruik te nemen lokalen met bijkomende voorzieningen, op de wijze als gevraagd door de Secretaresse van Maatschappelijk Hulpbetoon, worden be groot op 1360. Voor het treffen van deze voorzieningen dienst dus een bedrag van 2135 te worden uitgetrokken. 4 Het rapport van 20 September 1932 ten slot te behandelt de huisvesting van den Armen raad in de verdieping boven de Bank van Leening. De daarin aangegeven oplossingen hebben de volle instemming van B. en W.j al zijn zij wel van oordeel, dat wellicht op sommige pun ten bij de uitvoering bezuiniging mogelijk is. Aangezien deze aangelegenheid echter beter tijdens de uitvoering kan worden beoordeeld cd bespreking hierover met den Armenraad noodig is, meenen B. en W. de berekende ra ming te moeten overnemen, zoodat uit dezen hoofde het geraamde bedrag van 3000 moet worden beschikbaar gesteld. Tenslotte zij nog opgemerkt, dat nader zal worden onderzocht, of wellicht op weinig kost bare wijze in een verwarming van het wacht lokaal voor de steuntrekkenden van Maat schappelijk Hulpbetoon en een scheiding van deze ruimte in een afdeeling voor mannen en vrouwen afzonderlijk kan worden voorzien. Eveneens is het de bedoeling van B. en W. nader met den Armenraad te overleggen om trent de door deze instelling aan de gemeente te betalen huur. De subsidie voor de kinderbewaarplaatsen aan de Langebrug. Bij Raadsbesluit van 3 Augustus 1931 werd aan de „Vereeniging tot verzorging van kleine kinderen" ten behoeve van de kinderbewaar plaats aan de Langebrug over elk der jaren 1930 en 1931 een verhoogde subsidie van 1000 toegekend. Blijkens haar in de Leeskamer ter visie lig gend adres, verzoekt het bestuur der vereeni ging om ook voor het jaar 1932 de subsidie op dat bedrag te bepalen. De overgelegde begrooting voor 1932 toont, aldus B. en W., de noodzakelijkheid van be stendiging van de verhoogde subsidie wel aan. Een vergoeding. Bij de behandeling van het afwijzend prae- advies van B, en W. op het verzoek van F. N. Schroder om hem een schadeloosstelling uit de gemeentekas toe te kennen wegens de stop zetting van zijn personenveerdienst over het Galgewater werd een voorstel van den heer van Eek aangenomen om aan verzoeker een uitkeering van 500 in eens te verstrekken. In verband met deze beslissing bieden B. en W. ter vaststelling aan een begrootings- staat, dienst 1932, ter verhooging van den post voor den brugbouw met 500 en daartegen over van den post „Geldleening" met gelijke Het inlichtingenbureau aan het Stationsplein. In verband met een voorgenomen verjfroo- ting van de rijwielloods aan het Stationsplein, waardoor het bestaande inlichtingenbureau zou moeten v/orden verwijderd, zou de Ver eeniging tot Bevordering van het Vreemdelin genverkeer gaarne een nieuw inlichtingenbu reau doen bouwen op het terrein van de Ne- derlandsche Spoorwegen, kadastraal bekend, Gemeente Leiden Sectie L. No. 310, gelegen tusschen „Zomerzorg"en den spoorwegovergang Aangezien de mogelijkheid niet is uitgeslo ten, dat met het oog op eene verbetering van den verkeerstoestand ter plaatse, het nieuwe gebouwtje binnen afzienbaren tijd weder zou moeten verdwijnen, zou de vereeniging, alvo rens tot den bouw over te gaan, er prijs op stellen de verzekering te ontvangen, dat ver plaatsing van het gebouwtje binnen de eerst volgende tien jaren niet geëischt zal worden en zoo neen, dat eene regeling getroffen werd, waarbij eene vergoeding wordt toegekend voor het geval vroeger verplaatsing noodig mocht blijken, Bij de met de vereeniging ter zake gevoerde onderhandelingen heeft de vereeniging zich bereid verklaard het gebouwtje meer achter waarts te plaatsen in of althans zooveel mogelijk in een aangegeven geprojecteerde nieuwe rooilijn en tevens om het gebouwtje op eerste aanzegging van B. en W. te verwijderen indien de gemeente, voor het geval deze ver wijdering binnen de eerstvolgende tien jaren mocht plaats hebben, aan de vereeniging eene vergoeding betaalt ten bedrage van 1/10 ge deelte van de werkelijke bouwkosten (tot een maximum van 1/10 van ƒ75000) voor elk vol jaar, dat van de bovenvermelde periode van 10 jaren nog niet zal zijn verstreken. Door deze regeling wordt bereikt, dat het gebouwtje eventueele plannen tot verbetering van den verkeerstoesthnd ter plaatse niet zal belemmeren. Een andere geschikte plaats voor het gebouwtje is in de omgeving van het sta tion bezwaarlijk te vinden, terwijl de aanwe- zigheid van een inlichtingenbureau van deze voor de gemeente nuttige vereeniging ook in die omgeving ten zeerste gewenscht is en de toezegging van de zooeven genoemde vergoe ding wettigt. ANDREO CSEH IN LEIDEN. Andreo Cseh, een Hongaarsch. geestelij ke uit Roemenie, die zicii geneei aan de propaganda voor Esperanto wijden mag, komt m Leiden een cursus geven, op uit- noodiging van de drie samenwerkende ver- eenigmgen. Andreo Cseh, iemand van wondere gao ven, weet zijn talenten op buitengewone wijze te gebruiken. De Nederlandsche taal is bij niet machtig, hij gebruikt alieen Es peranto. Leerboeken blijven in zijn cursus sen verre. Tien weken duren zijn lessen, twee avon den per week, twee uur per avond. In dien tijd komen de deelnemers zoover, dat zij niet enkel de grammatica kennen, welke overigens zeer eenvoudig is, maar boven dien in staat zijn eenvoudige gesprekken te voeren, vlot en vloeiend in zuiver Espe ranto. Het hoofd schudden en volstaan met een verklaring van niet mogelijk, daarmede is de scepticus er niet! De openbare proefles van 11 October a.s., toegankelijk voor iedereen, stelt elk in de gelegenheid zelve een idee te vormen over de werkwijze van Andreo Gseh. V oor Leiden zal zijn komst een experi ment zijn. Een experiment althans voor hen, die den eenvoudigen, sympathieken en geestigen geestelijke nog niet kennen. Want voor wie hem kent is er geen sprake meer van experimenteeren. Voor hen is zijn komst in Leiden een uitbreiding van zijn succes. Toen Andreo Cseh in 1920 zijn eersten cursus begin in Sibiu (Hermannstadt) in Tran&sylvanië, voor een gehoor dat uit ver schillende nationaliteiten bestond, was hij zich weinig bewust dat zijn eigen manier van les geven zou uitgroeien tot een mach tig hulpmiddel in de verbreiding der inter nationale taal. En dat is het geworden buiten twijfel. In verschillende landen gaf hij tal van cursus sen: Amerika, Duitschland, Estland, Hon garije, Zweden. En hoe hij ook optrad, of dat was zooals in Berlijn en Potsdam, op uitnoodigiijg van het Pruisische ministerie van Binnenlandsche Zaken, of zulks ge schiedde, zooals in Budapest en Krakow, op instigatie van de gemeentebesturen, dan wel gevolg gevend aan den aandrang der Regeering zelve, zooals in Estland, overal werden zijn cursussen een succes van meer dan gewone beteekenis. In eigen land was het Arnhem waar An dreo Cseh herhaaldelijk zijn ongeëvenaar de cursussen gaf. Nog dezen zomer wap perden de esperanto-vlaggetjea vier weken lang van alle trams, tijdens de cursussen welke Andreo Cseh en zijn landgenoot, de advooaat Sigismundo Progano, daar gaven op het buiten Presikhaaf, thans Esperan- to-domo, door het Arnhemsch gemeentebe stuur aan het Internacia Cseh-Lnstituto de Esperanto afgestaan. Hoeveel waardeering ligt alleen in deze daad al opgesloten! Aangifte kan reeds thans geschieden aan het adres Comité-Cseh-cursus, Cobetstraat 70, waar inlichtingen gaarne worden ver strekt, eveneens op schriftelijke aanvrage. De openbare proefles zal ook worden be zocht door den heer Denz, een neger-espe rantist uit Suriname. Na de pauze zal tus schen Andreo Cseh en hem een eenvoudig interview plaats hebben, dat reeds dan door ieder te volgen zal zijn. Overal wint Esperanto terrein, in het buitenland, in eigen land, in onze eigen stad. De vereenigimgen groeien snel. Maar nog steeds niet snel genoeg. Het stemt dan ook de samenwerkende vereenigiingen dank baar, dat zij Andreo Cseh zelve bereid vonden een cursus in Leiden te geven en dat zij een uitgebreid Comité van Aanbe veling konden verkrijgen waarvan de sa menstelling is als volgt: Mr. A. van de Sande Bakhuyzen, Burgemeester der ge meente. Mr. A, F. L. M. Tope, Wethouder der gemeente. Prof. Dr. J. H. Zaayer, Rec- tor-magnificus Rijks-Universiteit. Prof. mr. R. Kranenburg, lid van de Eerste Kamer der S. G. Prof. dr. O. O. Berg, Hoogleeraar Javaansch Taal- en Letterkunde. Dr. D. E. Bo<seelaar, Rector v. h. gymnasium. Dr. P. C. van Arkel, Directeur Ohr. H.B.S. Pater B. de Goede O.F.M., Directeur R. K. H.B.S. Dr. J. C. Schalkwijk, Directeur Gem. H.B.S. J. Baak Jzn., Inspecteur v. h. Lager Onderwijs. Drs. H. Sohilp, Direoteur Chr. Kweeksohool voor Onderwijzers. H. van Slooten Jr., Directeur Gem. Kweekschool voor Onderwijzers. Mevr. G. van der Hoe- ven-Fockema Andreae. Mevr. H. W. B. van Itallie-van Embden, lid van de Tweede Ka mer der S. G. Mevr. M. Nieuwenhuiis-von Uxküll Giildenbandt. J. W. Henny, Direc teur-Hoofdred. v. h. Leidscli Dagblad. Ir. W. J. Modderman, Chef van Exploitatie der N. Z. H. T. M. Mr. dr. P. O. Knibbe, Se cretarie Kamer van Koophandeljen Fabrie ken. A. van den Eelaart, Directeur van het Post-, Telegraaf- en Telefoonkantoor. R. J. Meijer, Commissaris van Politie. Pater Godfried Dolle O.F.M., Leeraar R. K. H.B.S. BEGRAFENIS DR. J. BRUINING. Onder groote belangstelling had Zater dagmorgen de teraardebestelling plaats van dr. J. Bruining, Op „Rhijnhof" hadden zich tallooze col lega's e-n oud-collega's uit deze gemeente en naburige plaatsen, zelfs uit het geheele land verzameld, alsmede vele hoogleeraren van de Leidsche Universiteit,w.o. Prof. van ltallie, w.n. rector magnificus, afge vaardigden van de afdeeling Leiden van de Ned. Mij. tot bevordering der Geneeskunde, van de Leidsche Universiteitsraad en van de Vereeniging tot bestrijding der Tuber culose. Wij merkten voorts nog o.a. op bur gemeester mr. A. van de Sande Bakhuyzen, oud-wethouder Aug. L. Reimeringer, do directrice van het Diaconessenhuis, mej. v. d. Brink, dr. Holwerda, directeur van het Rijksmuseum, alsmede ontelbare vrien den uit stad en land. In de stoet reden, behalve de familieleden mede, prof. Po lak Daniël uit Groningen, prof. Kuenen, mr. Meylink uit Amsterdam, prof. Gosses uit Groningen en dr. de Jong alhier. De kist was bedekt met eenige bloemstukken, o.a. van de afd. Leiden der Mij. tot Bevor dering der Geneeskunde en van de Ver eeniging tot Bestrijding der Tuberculose. Ook vele patiënten en oud-patiënten waren aanwezig. Nadat alle aanwezigen zich rond de groeve hadden geschaard, trad allereerst prof. Kuenen naar voren, die uit naam van allen sprak, om de groeve verzameld. Wij treuren, zoo zeide hij, omdat een goed mensch is heengegaan. Hij was ons allen een vriend en trouwen helper, een man, die ons allen tot voorbeeld was. Bruining vereenigde in zich gaven van hoofd en hart, die hem tot een bijzonder mensch maakten, Een diepe ernst was een der grondtrekken van zijn karakter en deze, gepaard aan zijn uitstekend ver stand, deden hem reeds in zijn studiejaren boven anderen uitsteken. Zijn oprechtheid en onkreukbare eerlijkheid gaven hem het vertrouwen van allen, die met hem in aan raking kwamen. Niet minder eerlijk was hij tegenover zichzelf en hij kende den twijfel aan eigen kennen en kunnen. Dit gaf hem den drang to verdere studie en tot beter oordeel door uitgebreider onder zoek. Hard studeerende, zich meer en meer beperkende tot het gebied der inwendige geneeskv.Jide, wist hij zich in Leiden een ziek steeds uitbreidende practijk te vor men, doch daarenboven wist hij door zijn groote kennis en volstrekte eerlijkheid het onbeperkte vertrouwen van zijn collega's te winnen en zien wij hem als consiliarius in Leiden zelf en in omgeving door velen geraadpleegd. Namens den Leidschen artsenkring zij den overledene een laat sten groet gebracht. Dankbaar zijn wij Bruining voor het rerk, dat hij als Bestvrs' Vereeniging tot Bestrijding der Tubercu lose heeft verricht, dankbaar zijn hem de vele patiënten, dien hij heeft weten te helpen. Nooit had hij zooveel voor zijn patiënten kunnen ziin, indien hij niet naast zijn ernst, dorst naar kennis en onkreukbare eerlijkheid tevens een hart had bezrten, vol iefde voor zijn mede- men&c! on. Daardoor gevoelde men zich veilig bij hem en men zocht hom niet alleen als heeler van lichamelijk lijden, maar ook ah raadgever voor alle moei lijkheden, die het leven brengt. Zoo was hij de echte arts, die weet te genezen waar het mogelijk is, weet te steunen waar het noqdig is, weet te troosten waar het wordt gevraagd. Wij allen, zijn patiënten, zijn vrienden ear zijn collega's zullen hem in dankbaar heid blijven gedenken en wij treuren om dat een goede en oprechte vriend en kun dige helper in den nood, een werkelijk goed mensch te vroeg van ons is heen gegaan. Als tweede spreker voerde het woord prof. Gosses uit Groningen, namens de vrienden uit den studietijd. Spr. schetste dr. Bruining als een eerlijk, onbaatzuchtig en eenvoudig mensch, die sinds zijn jeugd steeds hetzelfde is gebleven. Diep onder den indruk strooiden de aanwezigen bloemen in het graf, terwijl een zoon van den overledene dank bracht voor de belangstelling. DR. N. J BEVERSEN. t Dr. N. J. Beversen, oud-rector van hot stedelijk gymnasium alhier is Zondag ete Voorburg overleden in den ouderdom van 71 jaar. De begrafenis zal Woensdag op de alge- meene begraaf plaats te Voorburg plaats hebben. Aan de „N. R. Crt." ontleenen we de vol gende levensbijzonderheden. Geboren in 1860 te Kampen, waar zijn vader Lutersch prodikant was, verhuisde hij spoedig naar Dordrecht, Aan het Dordt- sehe gymnasium verwierf hij het eind diploma. Na zijn eindexamen in 1878 stu deerde hij klassieke letteren te Leiden, volgde o.a. de colleges van Cobct en Cor- nelissen, was toen al journalistiek werk zaam en werd na zijn doctoraal-examen met succes te hebben afgelegd, benoemd tot leeraar aan het. gymnasium to Oor- cum. Lang bleef hij daar niet. Na vol tooiing van zijn commentat.io de L. Luoulli vita et moribus, waarop hij in 1888 aan.de Leidsche universiteit promoveerde tot doc tor in de klassieke letteren, volgde spoe dig zijn benoeming tot leeraar aan het Sted Gymnasium te Arnhem. In 1899 volg de zijn aansteling tot conrector van het gytnnaBium te Zwolle. Toen, naar ik meen, in 1908, dr. ter Haar, Zwolsche rector, naar Delft vertrok, was Beversen de aantrewe- zen man om hem op te volgen. Slechts twee jaar bleef hij nog te Zwolle zoo- al s hij zelf vaak zeide do boste en ge lukkigste jaren zijns levens. De academiestad, het wetenschappelijke leven, hot trroote rectoraat lokten hem in 1910 naar Leidon, welks gemeenteraad dr. Beversen tot opvolger van dr. Punt be noemde, Na den doftigen, hoogs-t bekwamen van der Mey, die bij velen nog met grooto waardeering herdacht wordt, na Punt, met zijn stille gesloten natuur (hij was niet ge heel gezond) kwam de drukke, begaafde kunstzinnige Beversen, die ziin stempel heeft gedrukt op het oude Leidsche gym nasium. 18 jaar lang heeft hij door hui selijke omstandigheden bezwaard hot steeds moeilijker wordende rectoraat ge voerd. Door de moeilijkheden, die de oor log den gymnasia bracht, leidde hij zijn school met succes heen. In de Zwom-inr. „Do Zijl" zijn gedurende het tijdvak 1 Mei1 Oct. in totaal 93148 baden genomen tegen 49849 in 1931. In het tijdvak van 1 Mei—1 Oct. zijn in totaal in de Zwem-inr. „De Zijl" 1356 schoolbo den genomen, tegen 747 in 1931! 0. L. VROUW VAN DEN POLDER. Zondag heeft Z. H. Exc. Mgr. J. D. J. Aengenent, Bisschop van Haarlem met groote plechtigheid de beeltenis en het altaar van O. L. Vrouw van den Polder onthuld. Vroeger jaren was de beeltenis te Vrouwenpolder in eere. De oude 15de eeuwsohe schilderij is thans opnieuw geplaatst in een nieuw al taar, dat door Haarlems Bisschop is ge? zegend en in gebruik gesteld in de pa rochiekerk van Middelburg. In harmonie met den Renaissancisti- schen bouwtrant van de parochiekerk van Middelburg, een typische „water staatskerk", is het altaar in een mo dernen barokstijl ontworpen die voor de hoofdvormen een groote vrijheid en rijkdom tieliet maar waarbij een ftamaak van oude voorbeelden werd vermeden in de vormgeving der details draagt heb altaar een geheel nieuw en hedendaagsch karakter terwijl ook de bij de uitvoering van het werk toegepaste werkwijze ge heel op nieuwe technieken van dezen tijd berust. Het altaar ia ontworpen door de edelsmeden Brom en uitgevoerd in hun werkplaats te Utrecht. Pastoor W. Dessing. Op medisch advies is de zeoreerw. heer W. Dessing, te Haarlora-Noord^ ter verpleging opgenomen in de Mariastich- ting te Haarlem. Volstrekte rust is voorgeschreven. Vraag: Op welk terrein speelt heb voorloopig Nod, Elftal op 5 Oct. te Rot terdam. Zou ik voor dozen wedstrijd nu al kaarten kunnen verkrijgen 1 Antwoord: Op het Sparta-terrein (Spangen), te 3 uur. Kaarten zijn aan heb terrein verkrijgbaar. Of er voorverkoop is, weten we niet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 15