DE WREKENDE
GERECHTIGHEID.
WOENSDAG 3 AUGUSTUS 1932
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 7
GEMENGDE BERICHTEN
ONGELUKKEN.
MOTORFIETS OVER DEN KOP
GESLAGEN.
De berijder levensgevaarlijk gewond, zijn
zoontje minder zwaar.
Gistermiddag omstreeks half vier reed
een Duitscher met zijn motorfiets met op de
duo zijn ongeveer 12-jarig zoontje op den.
Rijksweg Nijmegen's Hertogenbosch na
bij de Pegelbrug te Grave. Plotseling ge
raakte hij in het opgebroken gedeelte van
den weg met het gevolg, dat de motorfiets
over den kop sloeg. De Duitscher werd
zwaar gewond en in levensgevaarlijken toe
stand naar het ziekenhuis te Grave ver
voerd. De jongen, die minder zware ver
wondingen opliep, werd eveneens in het
ziekenhuis opgenomen.
AUTO TEGEN EEN TURFWAGEN
GEREDEN.
Twee gewonden.
Uit Zwolle meldt men aan de „N.R.C."
De geasfalteerde rijksweg ZwolleMep-
pel bleek na voltooiing weer voor auto's
zeer gevaarlijk. Door slippen kwam een
groote reeks ongeluken voor. Dit voorjaar
zijn pogingen gedaan, hierin te voorzien
door aanbrenging van een stroeve laag. Een
korten tijd hielp dit, maar thans is deze
weg bij natheid weer even gevaarlijk als
tevoren.
De heer Gjaltema, uit Groningen, reed
met zijn auto met een redelijke snelheid
in de richting Zwollehij moest plotseling
vaart minderen en remde, waardoor de
a-uto een volledigen slag om maakte en
met het achterstuk tegen een met een
paard bespannen turfwagen sloeg. De drie
op dien wagen zittende schippers werden
er af geslingerd. Eén kwam er goed af,
maar de beide anderen, A. Veldman en J.
Striker, uit Zwolle, moesten naar een zie
kenhuis worden overgebracht. Vooral de
toestand van Veldman is bedenkelijk. De
auto en de turfwagen werden vrij ernstig
beschadigd.
AUTO-BOTSING.
Goed afgeloopen.
Op den Haarlemmerweg onder Halfweg
is gistermiddag door het gevaarlijke z.g.
„snijden" een auto uit Rotterdam, waarin
vier personen zaten en welke werd bestuurd
door ir. H. in botsing gekomen met den
auto van den bioscoopdirecteur D. uit Am
sterdam, in welken auto eveneens vier per
sonen zaten. De auto van ir. H. reed met
zeer groote snelheid en verliet plotseling
met een groote S-bocht de file, komende
uit de richting Haarlem. De wagen kwam
recht op den auto van den heer D. aan. De
heer H. remde toen krachtig, met het ge
volg, dat de auto slipte en dwars voor den
Amsterdamschen auto kwam te staan,
waarna deze laatste in volle vaart den auto
uit Rotterdam aanreed. Beide voertuigen
werden ernstig beschadigd. Geen der acht
inzittenden kreeg eenig letsel. Procesver-
beel is tegen den Rotterdamschen automo
bilist opgemaakt. Met een
zijn de auto's weggesleept.
VERZILVEREN
VAN COUPONS
reu ioi vO
DE EXPLOSIE TE EMMERIK.
Nog 4 zwaar gewonden.
Omtrent de ontploffing, welke gister
morgen hier in de chemische fabriek van
de Nederlandsche firma Noury en.v. d.
Lande plaats had en waarbij twee personen
om het leven kwamen, kan nog gemeld
worden, dat vier personen, waaronder het
kind van een der arbeiders, zwaar gewond
werden.
DOOR ZIJN PAARD
OMVERGELOOPEN.
Een landbouwer gedood.
Maandag haalde de Landbouwer P. Ro
vers te Geffen zijn paard uit de weide.
Eensklaps werd het dier schichtig en
sloeg op hol, waardoor R. tegen den grond
werd geworpen en een eind meegesleurd.
Met een zware hersenschudding werd de
man opgenomen en naar zijn woning ver
voerd, waarna hij enkele uren later is over
leden.
VERDRONKEN.
Bij de familie is bericht ontvangen, dat
de 12-jarige F. de Vries, uit de Potgie
ters straat te Vlaardingen gistermorgen te
Rockanje bij het zwemmen is verdron
ken.
De 8-jarige A. B. L.; gewoonde heb
bende aan boord van het in de Maashaven
te Rotterdam liggende binnenschip „Ver
trouwen'' is gistermorgen bij het spelen
over boord geslagen en verdronken. Het
lijkje is opgehaald en aan boord gebracht.
Een fietsendiep gesnapt.
Gisteravond had de administrateur J. H.
uit de Jersijnstraat te Rotterdam verge
ten zijn fiets en die van zijn vrouw bin
nen te zetten. Toen hij omstreeks 11 uur
het schuren van een fietsstuur langs den
gevel hoorde, schoot hem te binnen, dat
de fietsen nog buiten stonden. Maar hij
vond daar nog alleen maar zijn eigen fiets
staan. Hij stapte dadelijk op en reed op
goed geluk, in de richting van den Beu-
kejsdijk. Daar zag hij vele menschen te
fiets, van wier er één verbazend vlug reed.
Hij zette dezen haastigen man na en
haalde hem in. Weldra merkte hij, dat de
ander op een damesfiets reed en spoedig
herkende hij ook de fiets van zijn vrouw.
Zonder wat te zeggen bleef hij den fieteen-
dief volgen, die zonder iets te merken den
Diergaardesingel opreed. Op het Kruis
plein gekomen, greep de heer H. den ander
opeens beet en begon luid om hulp te roe
pen. De dief wist zich los te rukken,
sprong van de fiets en vluchtte terug den
Diergaardesingel op. De heer H. zette
hem na, daarin bijgestaan door een voor
bijganger, die zich over de damesfiets ont
fermde. In de Batavierenstraat ontmoette
men een agent, die den vluchteling wist te
grijpen. Het bleek de 21-jarige losse-werk-
man J. M. de J. te zijn. Hij bekende de
fiets te hebben gestolen. De man is opge
sloten.
Diefstal bij de posterijen te Zwolle.
Op het postkantoor te Zwolle kwamen
herhaaldelijk kastekorten voor. Sedert
eenigen tijd werd verdenking gekoesterd
tegen den gehuwden commies W. G. B.,
die nogal royaal leefde. Hij was belast met
de kassiersafdeeling, waaronder ook de af
rekening met de bijkantoren valt. Dezer
dagen is B., die een inkomen van 3600
heeft, geschorst.
Inbraak.
Bij de weduwe v. d. Hengel te Stouten-
burg is in den nacht van Maandag op Dins
dag ingebroken en 6000 aan papieren geld
ontvreemd.
DE ROOFMOORD TE 0NSTWEDDE.
HOE HET MISDRIJF WERD
GEPLEEGD.
Om zestig gulden spaargeld.
De daders van den gruwelijken roofmoord
op den bijna 80-jarigen alleenwonenden ar
beider Huyting re Onstwedde zijn, zoo
als wij reeds meldden, gearresteerd. Het
zijn een 18-jarige timmerman en een 21-ja-
rige bakkersknecht, die beiden hebben be
kend den moord te hebben gepleegd. Een
van hen is een kleinzoon van het slachtof
fer. Bij hun verhoor hebben zij verteld
hoe zij den ouden Huyting hebben over
vallen.
De „Maasbode^' vermeldt hieromtrent do
volgende bijzonderheden:
De daders hadden te zamen afgesproken
om den ouden man eerst te dooden en daar
na van zijn geld te berooven. Daartoe zijn
bij Vrijdagavond tusschen 8 en 9 uur aan
zijn woning gekomen, die zeer eenzaam is
gelegen, zoodat zij geen vrees behoefden
te koesteren te worden opgemerkt. Zij heb
ben den ouden man, die zich reeds ter ruste
had begeven uit zijn bed geklopt, wat ge
makkelijk ging omdat de oude Huyting zijn
klemzoon, die langen tijd bij hem inwoon
de, zeer goed kende. Huyting heeft enkele
kleeren aangetrokken, de deur ontsloten en
de jonge menschen binnengelaten. Een kort
gesprek volgde en daarna hebben de beide
daders den ouden man plotseling aangeval
len. Zij hadden een scherpen beitel meege
bracht en hebben he® daarmee een vijftien
tal steken toegebracht, die allen met vrij
groote hevigheid zijn toegebracht. Hot
slachtoffer heeft zich vermoedelijk hierbij
nog wel verzet, maar tegen beide jonge
mannen kon hij geen sterken weerstand
bieden,. Welk aandeel ieder der daders
gehad heeft, staat nog niet vast. Vermoe
delijk hebben beiden den beitel gehanteerd.
Toen Huyting geen teekenen van leven
meer gaf, hebben zij de kasten doorzocht
om te probeeren iets van hun gading te
vinden. De geldtrommel was spoedig ge
vonden, geopend en hieruit hebben zij, naar
zij hebben verklaard, een bedrag van 60
ontvreemd. Zij hebben daarna het perceel
verlaten, zonder de deur te sluiten en heb
ben nog eenige cafe's bezocht te Nieuw-
Buinen. Den volgenden dag, Zaterdag,
heeft de kleinzoon gewoon de werkzaamhe
den op het karwei volbracht, waar hij weid
gearresteerd.
De omgeving is zeer onder den indruk
van dit afschuwelijk gebeuren en vooral nu
blijkt, dat een kleinzoon van den ouden
man zijn grootvader op zulk een beestach
tige wijze van het leven heeft beroofd, is
de verontwaardiging algemeen. Huyting
was wel eenigszins zonderling, doch hij was
toch aigemeen bekend als een oppassend
arbeider, die zijn leven lang hard heeft
moeben werken. Hij had vermoedelijk eenig
geld overgehouden en hierop moeben de da
ders het hebben voorzien.
Dit geld was geborgen, in een gewoon
blikken trommeltje met een halfrond dek
seltje, waaraan een lip, die over een kram
sloot. Daaraan was een hangslot bevestigd.
Gebleken is, dat de kram was geforceerd,
zoodat vaststaat dat het den daders om
geld te dooen ie geweest. Hoewel men eerst
aannam, dat er een bedrag van omstreeks
150 in het trommeltje aanwezig is ge
weest, is het zeer goed mogelijk, dat de
daders waarheid spreken, als zij beweren
dat zij slechts 60 hebben gevonden.
Ten huize van het slachtoffer zijn brie
ven gevonden, welke er op wijzen, dat den
ouden man was gevraagd gelden te zenden
aan familieleden. Sedert het overlijden der
tweede vrouw van Huyting was de ver
standhouding met de familie nimmer har
telijk,
In het voorjaar is ook reeds getracht een
aanslag op den ouden man te doen. Huyting
heeft toen, nadat hij gerucht had gehoord,
op de deur gebonsd en de daders daarmee
op de vlucht gejaagd. Van dezen aanslag
heeft de politie geen kennis gekregen.
„Tel."
UIT DE RADIO-WERELD
Programma's van Donderdag 4 Augustus.
Huizen, 296 M.
8.009.15 en 10.00 Gramofoonplaten.
10.15 Ziekendienst.
10.45 Gramofoonplaten.
11.30 Godsd. Halfuurtje.
12.15 Orkestconcert.
2.00 Gramofoonplaten.
3.003.30 Vrouwenhalfuurtje.
4.00 Zeemansuurtje o.l.v. Ds. L. D. Poot,
m.m.v. Mevr. C. v. d. Berghvan Lunteren
(zang) en Sipke Duyf (orgel).
5.00 Cursus handenarbeid voor de jeugd.
5.45 Cello-recital J. \V. van Otterloo.
Aan den vleugel: Mej. L. ter Hoeve.
'6.45 Knipcursus.
7.00 Declamatie door A. Holfland.
7.45 Ned. Chr. Persbureau.
8.0011.00 Concert Muziekvereeniging
„Ridderkerk's Fanfare" o.l.v. A. J. de
Maare en Dubbel Mannenkwaret „Harmo
nie" o.l.v. L. C. Keereweer. Oa. Ouv. „Le
Calife de Bagdad", Boieldieu en Ballet-
Suite, Popy.
9.009.30 K. D. Koning: Oogstgebruiken.
10.00 Vaz Dia-s.
11.0011.30 Gramofoonplaten.
Hilversum, 1875 M.
Uitsl. A.V.R.O.-uitzending.
8.00 Gramofoonplaten.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonplaten.
10.30 Concert door de „Palermo Min
strels".
11.00 Kookpraatje.
11.30 Vervolg ooncert.
12.30 Gramofoonplaten.
I.30 Pianorecital Jos. van lElooy.
2.00 Voordracht door Mevr. M. Meunier-
Nagtegaal.
2.30 Pauze.
2.45 Gramofoonplaten.
4.00 Ziekenuurtje.
5.00 Dansmuziek uit Hotel „Central",
Den Haag.
6.00 Gramofoonplaten.
6.30 Sportpraatje door H. Hollander.
7.00 Vioolrecital Boris Len&ky. Aan den
vleugel: Egb. Veen.
7.00 Causerie doqr Dr. C. de Marees van
Swinderen.
8.00 Concert door leden van de „Italiaan-
sche Opera" en het Omroeporkest o.l.v. V.
Marini. O.a. Uit „Rigoletto", Verdi en uit
„De Paarlvisschers", Bizet. In de pauze:
De rekenknustenaar Prof. Krieger.
10.15 Vaz Dias.
10.30 Omroeporkest o.l.v. Willem Knik
ker. O.a. Ouv. „Zampa", Herold en „Lotus
bloemen", wals, Ohlsen.
II.0012.00 Dansmuziek uit Café-Rest.
„Hamdorff", Laren.
Daventry, 1554 M.
10.35 Morgenwijding.
10.5011.05 Tijdsein berichten.
12.20 Orgelspel Edward OHenry.
1.20 Sherperd's Bush Paviljoen Orkest
oJ.v. H. Freyer.
2.20 Eisteddfod Plechtigheid uit Port
Talbot te Wales. Toespraak door Lloyd
George.
3.20 Kerkdienst.
4 05 Muziekles.
4.25 Laddie Olarke's Hotel-Orkest.
5.35 Kinderuurtje.
6.20 Berichten.
6.50 Liederen van Wolf door Winifred
Radford (sopraan) en Summer Austin (bari
ton).
7.10 7.40 en 7.50 Voordrachten.
8.20 „Suitable Songs" bew. en leiding:
Gordon MoConnel. M.m.v. Solisten. Revue-
Koor en BBC-Theaterorkest o.l.v. Jos. Le
wis.
9.20 Reirchten en lezing.
9.55 Concert door Kate Winter (sopraan)
en Angus Morrison( piano). O-a. Fantasie in
C kl. t. KV 475, Mozart.
10.5012.20 BRC-Dan8orkest o.l.v. Henry
Hall.
„R a d i o-P a r i s", 1725 M.
8.05; 12.50 Gramofoonplaten.
j 5.05 Concert uit het Amerik. Conserva
torium te Fontanebleau. Orgelspel door
Marcel Dupré.
7.20 Gramofoonplaten.
8.20 Radio-tooneel. „La Pie borgne", van
René Benjamin. -
9.05 Walsenprogramma. O.a Goldregen,
9.50 Opera-muziek O.a. Uit „Si jétais
roi", Adam en „Mignon", Thomas.
10.5011.20 Gramofoonplaten.
Kalundborg, 1153 M.
12.202.20 Concert uit Rest. „Wivex".
3.505.50 Omroeporkest o.l.v. W. Meyer-
IR'adon. M.m.v. K. J. Klinge (zang) en C.
Schnedler-Meyer (piano-begel.)
8.20—9.20 Omroeporkest o.l.v. W. Meyer-
Radon. 0.a. 2 Hongaarsche dansen, Brahms
10.0511.05 Deensche muziek door strijkl
kwartet. O.a. 2de Strijkkwartet in c kl. t„
Op. 8. L. Nielsen.
11.0512.50 Dansmuziek uit het Industrie
Rest.
Langenberg, 472 M.
7.258.20 Ooncert uit Bad Hamburg o.l.v.
Holger.
12.201.35 Gramofoonplaten.
I.502.50 Concert o.l.v. Eysoldt. M.m.v.
Milli Engelmann-Gillrath (sopraan) en K.
Delseit (pianobegel.).
5.20—6.35 Concert door Klare Hansen,
sopraan; H. Pensis, viool; H. Haas, piano
en J. Ingenbrandt, piano.
8.20 Gramofoonplaten.
8.55 „Wir Indianer", literair-muzikaal
programma.
10.4012.20 Dansmuziek o.Lv. Eysoldt.
Rome, 441 M.
9.05 Concert door het Roma-Kwartet m.
m.v. L. Graziosi (piano). Oa. Kwintet in f
kl. t., Op. 34, Brahms. In de pauze: Radio-
tooneel. Na afloop: Gramofoonplaten.
Brussel 508 en 338 M.
508 M.: 12.20 Gramofoonplaten.
5.20 Omroep-Klein-Orkest o.l.v. J. Kumpe
6.50 Gramofoonplaten.
8.20 Debussy-concert door Omroeporkest
o.l.v. Meulemans.
9.20 Symphonieconcert in de Kurzaal,
Ostende, o.l.v. Fr. Rasse. M.m.v. René Mai-
son (zang). Hierna: Gramofoonplaten.
338 M.: 12.20 Gramofoonplaten.
5.20 Omroeporkest o.l.v. A. Meulemans.
6.50 Gramofoonplaten.
7.00 Schola Cantorum o.l.v. E. v. d. Velde
8.20 Omroeporkest o.l.v. J. Kumps.
9.2Ö Concert in het Casino te Knooke o.l.
v. K. Candael m.m.v. Mevr. Olympo Garcia
Frappa (zang).
II.00 Gramofoonplaten.
Z e e s e n, 1636 M.
8.50 Tweede acte van „Lohengrin", opera
van Wagner. Dirigent: Elmendorff. Regie:
Hermann Merz.
10.05 „Wer rettet Anna?" hoorspel van H.
Brandt.
10,40 Berichten.
11.05—12.20 Dansmuziek uit Hamburg
o.l.v. Fritz Gartz.
„O moeder, nu kunnen wij niet baden.
De zee is -bezet".
FEUILLETON.
Naar het Duitsch
(N adruk verb oden).
37)
„Ach neen. We spraken toch over Wal-
ther Sartorius?"
„Dat is al wel een kwartier geleden
je moet wel veel om hem geven. Maar
ik wil je wat zeggen, kindAls iemand
vandaag je vader op straat van achteren
overviel en hem met een mes of zoo ern
stig verwonde, zou je dan met zoon schurk
of met iemand van zijn familie nog verder
iets te maken willen hebben?"
„Neen, natuurlijk niet! Maar dat is toch
ook geen vergelijking, die opgaat. Het
heele conflict tusschen vader en den
ouden heer Sa-rtorius gaat toch maar om
een verschil van meening over de water
leidingplannen."
„Zoo, om een meeningsverschil Maar
je weet dan ook nog niet wat Sartorius
gisteren gedaan heeft. In de gemeente
raadsvergadering, waar de beslissing over
de plannen moest worden genomen verde
digde hij zijn plan. En toen de tegenstan
ders zich beriepen op de door je vader
daartegen aangevoerde argumenten, toen
heeft hij den moed gehad, in bedekte ter
men weliswaar, maar die toch voor ieder
een verstaanbaar waren, te insinueeren,
dat dokter Ruthardt waarschijnlijk voor
zijn agitatie zou zijn betaald en alles tegen
beter weten in geschreven had. Is dat nu
niet precies hetzelfde of liever veel erger
dan als een struikroover een argeloozen
wandelaar uit een hinderlaag overvallen
Nu gelukkig waren er in de vergadering
mannen, die een dergelijke lasterlijke be
schuldiging tegen je vader niet zonder
meer toelieten. Naar eenige getuigen ons
meedeelden, heeft Stadsraad Sartorius
niet veel pleizier beleefd van zijn laffen
aanval. Hij moest aanhooren, dat hem
harde waarheden werden gezegd en ten
slotte werd ook zijn voorstel nog met
groote meerderheid van stemmen verwor
pen. Maar zijn daad blijft er evenwel
schandelijk om. Degenen die uw vader me
dedeelden wat er was voorgevallen, rie
den uw vader aan den eer-roover ter ver
antwoording te roepen."
De kleine vrouw had zich onder het
spreken opgewonden, doch op Margare-
tha's gezicht stond ongerustheid te lezen.
„En zal vader dat doen?" vroeg zij in
ademlooze spanning.
„Neen, dat ligt niet in zijn aard. Toen
de heeren hem spraken over het indienen
van een aanklacht en dat hij eerherstel
moest eischen, heeft hij alleen gezegd
Stadsraad Sartorius heeft zooeven be
wezen, dat hij een vlegel is en met vle
gels wil ik niets te maken hebben, noch
ten goede noch ten kwade De ande
ren zullen wel gedacht hebben, dat daar
mee de zaak voor hem uit was. Oók
tegen mij heeft hij over de 'zaak niet meer
Gesproken. Maar ik ken hem en ook als
hij niets zegt, kan ik zijn gezicht lezen.
Het heeft hem diep getroffen, dat zeg ik
je, en het zal een heelen tijd duren voor
hij er overheen is. Want Sartorius was
zijn vriend, en als je vader van iemand
die zijn vriend geweest is, moet zeggen
dat hij een vlegel is, dan kost hem dat
een stuk van zijn hart. Nu zul je wel
begrijpen, waarom hij je verboden heeft
om te gaan met iemand, die bij Sartorius
thuis hoort."
„Ja moeder, en het is goed dat u mij
alles verteld hebt. Nu weet ik. hoe ik mij
te houden heb, mocht hij het nog een
maal wagen, mij te naderen."
De groote mand was tot aan den rand
gevuld. Mevrouw Ruthardt trok een cape
mantel aan waar ze nog heel wat pakjes
onder kon verstoppen; staande dronk zij
nog haastig een kop koffie en ging dan,
gevolgd door het heimelijk zuchtende
dienstmeisje, -op weg naar haar „armen-
practiik", zooals dokter Ruthardt dat
noemde.
Droeviger en treuriger dan zij in langen
tijd geweest was, ging. Margaretha aan
haar huishoudelijke bezigheden. De brief
met het onbekende handschrift was zij
heelemaal vergeten en eerst eenige uren
later werd ben er door het ritselen van
het papier aan herinnerd. Heel niet
nieuwsgierig haalde zij hem voor den dag
en scheurde de enveloppe open. Maar
wat zij nu las was wel in staat haar ten
hoogste op te winden.
Het schrijven luidde:
„Hooggeachte mejuffrouw
Alvorens ik deze stad waarschijnlijk
voor altijd verlaat', ben ik genood
zaakt een uiterst pijnlijke, doch helaas
onafwijsbare plicht te vervullen. Een toe
val waarvoor ik op het oogenblik het
noodlot allesbehalve dankbaar ben, heeft
mij tot medehandelende persoon in een
aangelegenheid met zeer ernstige gevol
gen gemaakt. Het is mogelijk, dat ik daar
bij van het begin af aan niet geheel en al
correct ben opgetreden, maar hot onge
twijfeld vergefelijk verlangen een door mij
hooggeacht persoon zwaar, misschien on
herstelbaar, leed te besparen, kon de
zwakke bedenkingen van mijn geweten
aanvankelijk wel tot zwijgen brengen. Eerst
mijn pas kortelings genomen besluit weer
de wijde wereld in te trekken, plaatst mij
voor de noodzakelijkheid, zonder rekening
te houden met het verdriet, dat ik anderen
daarmee moet aandoen, de strenge gebo
den van de plioht te volgen.
Het is mij helaas onmogelijk mij op
papier duidelijker uit te drukken over dit
treurig conflict en zijn oorzaken, maar
het feit dat ik u er mee waag lastig te
vallen, zal u reeds duidelijk maken om
wien het gaat. Inderdaad staan de be
trokken personen u zoo na, dat eenig
leed, dat hen zou treffen, ook u niet on
beroerd zou laten. De gedachte dat u dan
misschien in mij de oorzaak van het on
geluk zoudt zien en mij nog meer zoudt
verachten als zonder dit toch reeds het
geval is, maakt de situatie voor mij on
dragelijk. Gij zoudt me geen beter bewijs
van uw edelmoedigheid kunnen geven,
dan door mij in de gelegenheid te stellen
met u persoonlijk te spreken voor ik in
deze zaak een beslissende stap ga doen,
die zoo noodlottige gevolgen zou kunnen
hebben, dat ik hem daarom reeds gaarne
zou hebben vermeden, als men mij de
mogelijkheid daarvan kon aantoonen. Men
zegt dat vrouwenharten in zulke gevallen
beter raad weten dan het verstand van
mannen, die door plichtsbesef worden ge
dreven. Misschien vermag uwe kinderlijke
liefde werkelijk den reddenden uitweg te
ontdekken, dien ik tevergeefs heb gezocht.
Wees er van verzekerd, lieve juffrouw,
dat niemand daarover meer verheugd zou
zijn dan ik, die u en de, uwen van gan-
8cher harte allo goeds toewenscht.
Maar de tijd dringt en ik kan er niet
aan denken u te bezoeken in het huis
van uw vader daar dan alles, wat ik tot
het laatse oogenblik diep geheim zou
willen houden, bekend zou worden. Daar
om ben ik zoo vrij u te vragen nog van
daag mij een onderhoud elders t-oe to
staan. Ik zal u hedenmorgen tusschen
elf en twaalf uur opwachten in de straat
buiten de wallen, waar ik u op den dag
van mijn aankomst in Waldenberg voor
het eerst heb ontmoet. En ik geef u mijn
eerewoord, dat ik over niets anders spre
ken zal dan over deze zaak. Als gij niette
genstaande dit alles niet komt en voor elf
uur geen antwoord aan „den Koning van
Spanje" hebt doen bezorgen, dan neem
ik aan, dat u me daardoor stilzwijgend
machtigt te handelen zooals mijn plicht
mij voorschrijft en ook daarvoor zal ik u
dankbaar zijn, omdat ik dan de gedachte
aan de onvermijdelijke gevolgen van deze
handelwijze ten minste zonder pijnigend
zelfverwijt zal kunnen dragon.
Met oprechte hoogachting,
uw dienaar
Rudolph Sandory*'.
(Wordt vervolgd).