DONDERDAG 7 JULI 1932 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 10 GEMEENTERAAD VAN ALKEMADE De Raad dezer gemeente vergaderde Woensdagmiddag ten 2 uur. Voorzitter de heer P. de Jong, wethouder. Tegenwoordig alle leden. Na opening der vergadering met het gebruikelijke gebed worden de notulen van do vorige vergadering gelezen en on veranderd vastgesteld. De voorzitter doet voorlezing van een ingekomen schrijven van den heer Burge meester, waarbij deze bericht door onge steldheid verhinderd te zijn deze vergade ring te preside eren. De winkelsluiting. Aan de orde is thans de agenda: lo. Vaststelling verordening tot afwijking van bepalingen der winkelsluitingswet. De voorzitter doet voorlezing van het prae-advies van Burgemeester en Wethou ders, waarbij B. en W. voorstellen aan den aandrang door vele neringdoenden, vee houders en tuinders uit deze gemeente uit geoefend om een verordening in het leven te roepen om in verband met heb feit, dat in deze gemeente algemeen de gewoonte bestaat om tijdens den duur van den zoo- genaamden „zomertijd" niettemin zooveel mogelijk te handelen alsof gold de tijdre- geling naar de middelbare zomertijd in Am sterdam, tegemoet te komen. Zij stellen derhalve voor, dab gedurende den tijd, dat de wettelijke tijd met een uur is vervroegd de winkels gedurende een uur langer open te houden alzoo tot 9 uur (Zomertijd). De heer Clemens bepleit een langer open houden der winkels, ook dee Zondags voor de neringdoenden te Kaag in verband met de watersport. De voorzitter merkt op, dat dit ver zoek uit moet gaan van de neringdoenden ter plaatse. B. en W. kunnen dan bij den Baad men een voorstel komen. De heer de Koning zegt, dat het hem tot groote vreugde strekt, da t B. en W. met een seizoenbepaling in den Tvaad komen, want er blijkt werkelijk hiervoor behoefte te be staan, omdat vele neringdoenden door de winkelsluitingswet schade in hun bedrij ven ondervinden. Voorts vraagt spr. of na het sluitingsuur aan binnenkomende schip pers winkelwaren mogen worden verkocht. De voorzitter kan hierop geen positief antwoord geven, doch spr. zal aan de hand van de wet dit later onderzoeken. (De bepalingen van de winkelsluitingswet zijn ingevolge art 3 niet van toepassing op den verkoop en aflevering van waren ten behoeve van binnenkomende, uitgaande en doorgaande schepen). Hierna wordt z. h. s. de verordening vastgesteld. De voorwaarden van stroom- levering door Leiden. 2o. Voorstel van B. en W. bot verlenging van de bestaande stroomleveringsovereen- komst met de gemeente Leiden. B. en W. herinneren er aan, dat in de raadsvergade ring van 27 April 1932 mededeeling werd gedaan van een schrijven van de Stedelij ke Lichtfabrieken te Leiden waarbij deze gemeente verzocht werd tot storting van een bedrag groot 2338.46, wegens min dere stroomo-pbrengst gedurende het jaar 1931, dat door deze gemeente was gega randeerd voor de kabel gelegd onder Oud- Ade. De garantie was gesteld voor 3 jaren, zoodat Alkemade aan Leiden in die 3 ja ren moet betalen ruim 7000.Wegens den minder gunstigen toestand van deze gemeente hebben B. en W. gebracht om van deze garantie af te komen. De directie van de Lichtfabrieken, met wie herhaalde lijk hierover is geconfereerd, is bereid aan de gemeente Leiden voor te stellen de ga rantie te doen vervallen, mits het bestaan de contract met 6 jaren wordt verlengd, terwijl zij bovendien bereid zijn een ge deelte van de Oude-Wetering ter lengte van 267 Meter gratis aan te sluiten. B. en W. stellen den Raad voor op het aanbod in te gaan. De heer Bontje vraagt of de gemeente bij verlenging van het contract niet in con flict komt met de studiecommissie, die thans een onderzoek instelt naar den afloop der contracten. Het lag in de bedoeling van deze commissie de contracten zoo gauw mo gelijk te laten afloopen, om dan met een zooveel mogelijk uniform contract voor de buitengemeenten te komen. De heer Los vraagt hoeveel K.W.U. de ingezetenen van Leiden afnemen. Spr. wijst op de gemeente Rijnsaterwoude, waar het licht slechts 0.22 per K.W.U. kost. De heer Rotteveel acht het tijdperk van verlenging te lang. Spr. acht de verlenging niet in het finantieel vqordeel van de ge meente en zou gaarne zien, dat alsnog ge tracht werd de andere deelen van de ge meente eveneens van electrisch licht te voorzien, desnoods nog met een lager ta rief voor heel de gemeente. De heer van Dooren vindt de opzet goed gedacht, doch spr. is bevreesd, dat het voordeel dat thans behaald, zou kunnen worden, later wel eens een groot nadeel zou kunnen zijn. Men moet hier alloreerst rekening houden met de andere gemeen ten. Spr. vraagt of het niet mogelijk i>s in het contract een begunstigings-clausule op te nemen daarop neerkomende, dat, wan neer de omliggende gemeenten over eeni- gen tijd profiteeren van verlaging, Alke made hierin ook zal deelen. De heer de Koning gelooft, dat Leiden wel happig zal zijn om de overeenkomst met 6 jaren te verlengen. Spr. ziet hierin allereerst voordeel voor Leiden. Het ge middelde verbruik per woning schat spr. op 100 tot 250 K.W.U. per jaar. Rekent men op 1000 aansluitingen en het tarief wordt met 2 cent verlaagd, dan beteekent dit een minder door de ingezetenen te betalen stroom prijs van minstens 5000.per jaar. De heer Rietbroek kan meegaan met het voorstel van den heer Rotteveel om bij Leiden te probeeren ook de andere deelen der gemeenten als Zevenhuizen en de Zwarteweg onder Oud-Ade van electrisch licht te voorzien. Nu de weg nog niet geheel is gerecon strueerd bestaat hiervoor nog zonder ex tra kosten gelegenheid. Na dien zal het wellicht rnec-r geld kosten. De heer Heemskerk klaagt over het hoo- ge stroomtarief vooral bij het dubbeltarief. De heer Rennings vraagt of 0.20 op de verbruikers in het Lageland reeds zijn ver haald geworden. De voorzitter antwoordt ontkennend. De heer Los zou eerst over meer gegevens wensohen te beschikken, want hij is nog niet overtuigd, da-t alle mogelijkheden zijn overwogen geworden. Spr. stelt voor het voorstel voorloopig te rug te nemen en dit te behandelen in een volgende vergadering. De heer Verweij is hier niet op tegen, wellicht komt dan in deze zaak meer licht. De heer Rotteveel is eveneens voor aanhouding. Besloten wordt hierna het voorstel van B. en W. aan te houden tot de volgende ver gadering en B. en W. uit te noodigen nog nader met Leiden hierover in onderhande ling te treden. De reclames schoolgeld en de wijziging van de gemeentebegrooting gaan zonder op- of aanmerkingen onder den hamer door. Evenzoo den slaat van oninbare en nog te verhalen posten. De lagere tuinbouwschool moet nog wachten. Tot de ingekomen stukken behoorden o.m. een schrijven van de R. K. Ver. tot verschaffing en bevordering van onderwijs ten behoeve .van den land- en iuinbouw- stand in het Bisdom Haarlem, houdende mededeeling dat een lagere tuinbouwschool eerst zal worden gesticht zood.ra de eco nomische omstandigheden alhier hiervoor de gelegenheid bieden. De voorzitter deelt mede, dat B. en W. gezien de huidige tijds omstandigheden het niet raadzaam achten thans een dergelijke school te stichten. Hoe wel de organisatie van den L. T. B. en ook de gemeente op behoud van deze school prijs stellen, is verzocht geworden de stich ting van de school uit te stellen. Het be stuur van genoemde vereeniging heeft zulks goed gevonden en heeft zich nader met den Minister in verbinding gesteld. Aon het R. K. Schoolbestuur van Oud- Ade worden op grond van de wet op het Lageronderwijs de noodige gelden beschik baar gesteld voor uitbreiding van de speel plaats en den aanleg van de drinkwater leiding in de school. De vorige aanvrage was afgewezen op grond, dat het schoolbestuur abnormaal hooge eischen stelde aan deze verandering van inrichting. Thans heeft het de kosten tot meer dan de helf teruggebracht. De heer Los vraagt of de kinderen ook voor den aanvang van de schooltijden gebruik maken van de speelplaats. Spr. is ervoor, indien de gemeente hier niet gebiedend kan opbieden, toch een wenk in deze richting te geven. Met het oog op het verkeer acht spr. dit gewenscht. De voorzitter zegt met den wensch van den heer Los rekening te zullen houden. De steunregeling wordt velengd tot 6 Augustus e.k., nadat dc heer Hoogenboom nog had gevraagd om hieronder ook te doen begrijpen de bouwvakarbeiders, daar de mi nister ook deze categorie van arbeiders heeft- opgenomen. De voorzitter merkt op, dat het gemeentebestuur reeds herhaalde malen zich tot den Minister heeft gewend. De motie-Kortenhorst is weliswaar aange nomen, doch tot op heden is nog niet be kend of de minister deze motie heeft over genomen. Het verzoek van een aantal ouders' van leerplichtige kinderen uit de Kaag om op grond van art. 13 der Lager- onderwijswet vergoeding uit de gemeente kas te ontvangen, wordt wederom in han den gesteld van B. en W. om prae-advies, omdat het onderzoek nog hangende is. In beroep op een beslissing van Gedeputeerden. In bespreking komt vervolgens de be slissing van heeren Ged. Staten op het be roep van het bestuur der vereeniging voor christelijk nationaal schoolonderwijs te Oude-Wetering tegen heb raadsbesluit d.d. 14 October 1931, waarbij afwijzend werd be schikt op het verzoek van dat schoolbestuur om toekenning van gelden voor de veran dering van inrichting zijner school. Voor stel van B. en W. om tegen de beslssing van het Ooilege van Ged. Staten in beroep te gaan. De heer Verweij vraagt hierover het woord. Spr. vindt het jammer, dat de Bur gemeester ongesteld is en dat hij daardoor de vergadering niet kan bijwonen, daar de voorzitter het middelpunt van de strijd uit maakt. Spr. heeft het genoegen gehad dc open bare zitting van het College van Ged. Sta ten medegemaakt te hebben en kan met voldoening constateercn dat de vergade ring, die onder leiding stond van den heer Commissaris der Koningin, op een hoog za kelijk peil stond. Zoowel de verdediger optredende namens het schoolbestuur als die van de gemeente waren zakelijk in hun betogen, hoewel aan het eind van het ver weerschrift, toen de houding van den in specteur werd gelaakt, het betoog van het gemeentebestuur wel wat in waarde heeft verloren. Wat er ook van zij, thans is uit gemaakt, dat het gemeentebestuur in strijd met de wet heeft gehandeld en zooals te voorzien was de zaak heeft verloren. Spr. wijst op een bericht in de „Nieuwe Leid sche Courant", waarin op de beslissing wordt gewezen en waarbij wordt geconsta teerd, dat de verhouding tusschen dit schoolbestuur en het gemeentebestuur niet prettig is. Het gemeentebestuur heeft door zijn houding zijn prestige doen verloren gaan, en reeds viermaal heeft het in be- roepzaken het onderspit moeten delven. Spr. beschouwt dan ook het beroep als niet «teokhouden en noemt het een groote dwaasheid om thans nog gebruik te maken van beroep. Spr. gaat in den breede de wettelijke grond van deze zaak na en komt tot de conclusie, dat de Raad zich met de interne aangelegenheid niet had mogen be moeien. De Raad had slechts zijn medewer king behooren te verleenen, terwijl het Col lege van B. en W. nader met het schoolbe stuur na de beslissing in overleg had moe ten treden. Overleg overeenkomstig de wet heeft in deze niet plaats gehad. Spr. waar schuwt dan ook den Raad om hier in beroep te gaan. Het schoolbestuur is tot onderhan deling in deze bereid. Typeerend is, dat de aanvragen van al de andere schoolbesturen zijn ingewilligd. Wat de schoolbesturen ge vraagd hebben, hebben zij gekfegen, alleen tegen dit schoolbestuur is de raad gekant. De heer Los kan niet meegaan met het gesprokene door den heer Verweij waar deze zegt, wat de andere schoolbesturen gevraagd hebben, hebben zij ook gekregen. In dit verband wijst spr. op het schoolbe stuur van Nieuwe-Wetering en Oud-Ado Door overleg zijn de bedragen belangrijk teruggebracht. Bovendien waren deze schoolbesturen veel soepeler in hun eisehen. Spr. is er voor om met het schoolbestuur van Oude-Wetering nogmaals te conferee- ren ten einde langs minnelijken weg een oplossing te vinden. De heer Verweij stelt de waardeerende wóórden van den heer Los op prijs, doch wijst erop, dat dc raad zich met de cijfers niet heeft in te laten. De heer Heemskerk zou gaarne zien, dat dc heer Verweij aan toonde, dat de Raad in strijd met de wet heeft gehandeld. De heer Rotteveel merkt op, dat overleg met de schoolbesturen is gepleegd geworden op de conferentie d.d. 10 Juli 1931. De heer Verweij ontkent zulks. De heer van Dooren vindt de zaak zeer eenvoudig. De ongemotiveerde aanvrage door het schoolbestuur gesteld om 2300 te vragen voor waterleidingaanleg is oor zaak dat de Raad deze aanvrage op grond van abnormale eischen heeft afgewezen. De secretaris krijgt hierna het woord en zet in een breed betoog uiteen het verloop van deze zaak. S'pr.. betwist het standpunt van den heer Verweij als zcxu de raad zich niet mogen inlaten met de kosten. De Raad is wel degelijk daartoe bevoegd en de reeds hierover gevallen Kon. Besl. hebben bewe zen, dat een gemeenteraad wel degelijk de aanvrage mag afwijzen op grond van abnor male eischen. Spr. haalt aan eenige citaten uit den commentaar van de heeren Labau en Ligt voet, hoofdambtenaren aan het de partement van onderwijs, die duidelijk doen uitkomen, dat een schoolbestuur dat aan het schoolgebouw hoogere eischen stelt, dan ter plaatse of in de omgeving als nor maal gelden, verwachten kan, dat in geval van conflict zulke eischen als abnormaal worden afgewezen. Dat dc eischen te ver gingen is voldoende komen vast te staan uit het schrijven van den bouwkundig inspec teur van het Lager onderwijs, die het aan tal closets en urinoirs tot op de helft te rugbrengt. Spr. kan dan ook niet begrijpen, hoe de heer Verweij bij zijn bewering blijft, dat de raad in deze aangelegenheid iets onwettigs heeft gedaan. Voorts komt spr. op het gezegde van den heer Verweij als zou het gemeentebestuur reeds vier maal de slag verloien hebben met het schoolbestuur. De eerste kwestie ontstond toen gelden werden gevraagd voor het zevende leerjaar. Deze aangelegenheid was zoo uiterst belangrijk, dat toen de gemeen te deze zaak won de gemeente Rotterdam hierdoor verplicht werd de reeds verstrek te gelden van de schoolbesturen terug Ie vorderen. De tweede kwestie betrof de vaststelling'der vergooding ex art. 101 over 1928. De kosten op geheel wettelijken grond vastgesteld op 6.19 per leerling, werden bij beroep door Ged. Staten gebracht op ruim 11.In beroep voor de Kroon werd op billijkheidsgronden gezocht naar een oplossing en werden de kosten van de open bare lagere school te Nieuwe-Wetering van af 1 Mei tot 31 December door den Minis ter geraamd aan de hand van de uitga ven gedaan in het tijdvak 1 Januari tot 1 Mei Met de werkelijke kosten overeenkom- I stig de wet werd hier dus geen rekening gehouden en de kosten per leerling werden gebracht op S.08. Spr. stelt de heer Ver- weij de vraag of het schoolbestuur ook hier kon spreken van een overwinning. De der- I de kwestie gold. dat de Minister had ver geten bij de vaststelling der vergoeding rekening te houden met- de 0.50 per leer ling voor administratiekosten en hoewel het gemeentebestuur wist, dat ook een fout was gemaakt, had het toch nog niet het recht om de 0.50 per leerling bij te betalen, om dat het bestuur bij Kon. Besluit gedwongen werd aan het schoolbéstuur een som ineens uit te betalen. Nadat revisie door het schoolbestuur was gevraagd, herzag do Mi nister zijn besluit. Ik geloof niet, aldus de secretaris, dat hier gesproken kan worden, dat het gemeentebestuur hier iets verloren had. En thans bij de vierde kwestie ziet het gemeentebestuur zich in het ongelijk gesteld, omdat Ged Staten zich nu een maal op het standpunt stellen, dat, wan neer de stukken in orde zijn, de gevraagde medewerking behoort te worden verleend. Spr. is bij het in beroep gaan niet bevreesd, dat deze zaak als verloren kan worden be schouwd, mede gelet op het advies van den bouwkundig adviseur, die onomwonden schrijft, dat „inderdaad de eischen door het schoolbestuur te ver gingen". Ook het overleg heeft naar behooren plaats gehad. Spr. wijst op het schrijven van het schoolbestuur d.d. 25 Augustus 1931, waaruit blijkt, dat het schoolbestuur niet bereid, was zijn gedane aanvrage in te trekken, ten einde in overleg met inspec teur, school- en gemeentebestuur te komen tot gemeen overleg. De heer Strijk, als wethouder, wil niets liever dan deze zaak in der minne oplos sen. Met de andere schoolbesturen is toch op de alleraangenaamste wijze onderhan deld. Als het schoolbestuur tot overleg bereid is en er kan een bevredigende op lossing gevonden worden, dan kan het be roep nog ingetrokken worden. De Raad kan nu het schoolbestuur zich niet heeft uitge sproken, niets anders doen dan in beroep gaan. Met 12 tegen 1 stem wordt besloten tegen de beslissing van Ged. Staten in beroep te gaan. Dc heer Verweij stemde alleen tegen. Bij de bespreking verfwerk Burgemees terswoning werd besloten een publieke aanbesteding te houden. De rondvraag le verde weinig belangrijks op, waarna de voorzitter de vergadering sloot. SASSENHEIM. Winkelstand. Het pand van den kruide nier Den Boer aan de Hoofdstraat is aange kocht door de firma Albert Heyn, om daarin een winkel te vestigen. Geboren: Andrie3, z. van A. Eykel- kamp en H. M. Wintershoven. Lena Ma ria, d. van N. van der Kwaak en B. C. Bet te. Cornelia Adriana Aletta, d. van J. P. A. Kieberl en A. M. van der Velde. Lau rens Jan, z. van G. E. van den Berg en J. C. van den Heuvel. Elisabeth Maria, d. van S. 0. Rotteveel en E. M. J. Vintges. Pieternella Gijsberta Cornelia, d. van A. van Nieuwkoop en H. van der Meij. Hen- drina Maria Erna, d. van J. J. Kipping en E. L. Bitter. Gevestigd: E. van der Veen en gezin van Leiden. J. Bette en echtgen. van Haarlemmermeer. Mej. A. L. de Jong van den Haag. Wed. Verhoef en gezin van Meerkerk. Vertrokken: Mej. J. E. van den Berg naar den Haag. Mej. M. Schrama naar Woubruggc. W. W. Meijer naar Te- gelen. Mep. W. T. van de Riet naar Gro ningen. Mej. M. E. M. Elferink naar Doniawerstal. H. J. Kaper en gezin naar Schiedam. WARMOND. Ouden van dagen. Gisteren brachten een 400-tal ouden van dagen uit 's Graven- hage, in een 80 particuliere auto's een be zoek aan deze gemeente. De eigenaar van Meerrust, de heer L. Kemper, had aan het comitc aangeboden deze oudjes geheel kosteloos eenige ververschingeu te mogen aanbieden, van welk aanbod natuurlijk een dankbaar gebruik gemaakt werd. Om half elf arriveerde de groote stoet van auto's, die onder leiding stond van den Hoofdin specteur van het Verkeerswezen te 's Gra- venhage, den heer Snethlage. Mede waren ter ontvangst aanwezig Burgemeester en Wethouders. Dat de oudjes genoten heb ben behoeft voorzeker geen betoog. Werkloosheid. Volgens mededeeling van het Bureau der Arbeidsbemiddeling al hier stonden op 25 Juni j.l. als geheel werk loos ingeschreven 24 personen en als ge deeltelijk werkloos 10 personen. TER-AAR. Crisis-steun. Op den daartoe vastge- stelden dag hebben zich 99 houders van melkvee ten Gemeentehuize vervoegd tot hei. in ontvangst nemen der steunbedragen over een termijn van 3 weken. Er werd uit betaald ruim 4 duizend gulden. Geboren: Cornelia, d. van O. van Leeuwen-Voordouw. Willem, z. van P. van Eijk-van Oeveren. Anna Maria, d. van M. Pieterse-van Kin te. Wilhelmina Anna, d. van M. W. van Tol-Zandvliet. Overleden: G. Boer 55 j., echtgen. van F. M. Rijneveld. Gevestigd: A. v. d. Pol van Nijkerk. B. Kuiprij van Nijkerk. M. J. Hoogen boom van Amsterdam. Vertrokken: C. A. Verlaan naar Noordwijk. A. M. Hartveld naar Nieuw- veen. J. Olij naar Nieuwer-AmsteL J. C. v. d. Pijl naar Amsterdam. RIJNSBURG GEMEENTERAAD De Raad dezer gemeente kwam Dinsdag avond in openbare vergadering bijeen. Afwezig waren met kennisgeving de heeren D. Knijff en J. den Haan. De vergadering werd door den voorzitter, den burgemeester, met gebed geopend, daar na werden de notulen der vorige vergadering gelezen. Op voorstel van B. en W. werd z.h.s. beslo ten instemming te beluigen met een adres van de Algemeene Vereeniging van Bloembollen cultuur, waarbij aan de Regeering steun wordt verzocht voor de bollenkweekers, in den vorm van hét beschikbaar stellen van gelden voor den opkoop ter vernietiging van overproduc tie aan tulpen- en narcissenbollen. De heer T. Kralt wenschte mede te deelen dat hij vóór het voorstel van B. en W. is, hoewel het voor hem niet vast staat, dat er in de bollen overproductie is, maar dat hij de huidige moeilijkheden veeleer aan de alge meene wereldcrisis wijt. Wilde men voor spe ciale Rijnsburgsche belangen een steunrege ling aanhangig maken, dan is spr. er niet van overtuigd, dat adressanten den thans gevraag- den steun eveneens zouden verleenen doch spr. wil een royaler standpunt innemen, Ingekomen was een adres, onderteckend door 42 winkeliers, waarin verzocht wordt, de winkels tot 10 uur geopend te mogen houden. Waar in het adres geen enkele bijzondere omstandigheid en geen enkel argument is aan gevoerd, meenden B. en W, te moeten voor stellen, op dit adres afwijzend te moeten be schikken. Een eventueel volgend, meer ge argumenteerd verzoek zullen B. en W, zeer zeker in ernstige overweging nemen. B. en W. stelden thans voor invoering van een steunregeling, waarmede de Minister heeft verklaard, zich te kunnen vereenigen. De heer van der Gugten vroeg, of invoering dier regeling verplicht is. De voorz. en wethouder Scboneveld zetten uiteen, dat deze niet volgens de wet verplicht is. maar dat B. en W., gezien dc omstandig heden, de regeling noodzakelijk achten, al is wethouder Schoneveld er principieel ook tegen De heer Van Duijn was eveneens in prin cipe tegen steun en zag liever werk, maar waar de gemeente niet dagelijks werk kan geven en dit in het pafticulier bedrijf niet te krijgen is, juichte hij het voorstel toe. De heer Kralt meende, dat de algemeene toestand lot steun dwingt, De omstandigheden, speciaal voor een groote groep van de bevol king zijn heel anders, dan den vorigen win ter. Spr. wilde daarom geen regeling voor eenige weken, maar een van langen termijn, opdat men met zekerheid kan weten op welk bedrag te rekenen valt, hetzij groot of klein. De heeren G. van Delft en dr. H. G. Jon ker sloten zich aan bij het door den heer Kralt gesprokene. Na eenige verdere discussie werd het voor stel van B. en W. met alg. st. aangenomen. Hierna sluiting.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 9