HET EUCHARISTISCH
ZIEKENTRIDUUM
AGENDA
STADSNIEUWS
GROOTE DEELNAME VAN ZIEKEN.
WOENSDAG 6 JULI 1932
DE LEIDSCHE COURAN1
EERSTE BLAD PAG. 2
PATER DR. J. J. A. BERNSEN O.F.M. t
VOOR DE WETENSCHAP EEN
GROOT VERLIES.
Er staat niemand klaar om de door hem
ledig gelaten plaats in te nemen.
Dr. I. M. wan der Vlerk, ©en der Leidsche
collega's van wijlen pater Bernsen, her
denkt in het jongst verschenen nummer
van „Geologie en Mijnbouw" (16 Juni '32)
den pas verscheiden Franciscaan:
ln de „Maasbode'' van Maandag 6 Juni
is in een voortreffelijk artikel er op gewe
zen, welk een edel mensch, welk een groot
paedagoog er van ons heengegaan is. Het
zij hier de plaats, nog eens de wetenschap
pelijke verdiensten van den overledene naar
voien te brengen.
Bernsen is toch geworden, naast mej. dr.
Sclireuder, de grooto kenner van onze fos
siele vertebraten-fauna. Want na zijn pro
motie curn laude, aan de Gcmeente-univer-
si teit te Amsterdam over „The geology of
tlio Teglian Clay and its fossil remains of
Rhinoceros", heeft dit onderwerp hem niet
meer losgelaten. Behalve overblijfselen van
Rhinoceros, zijn er toch in de klei van Te-
golen nog tal van andere fossiele wervel
dieren gevonden. Bernsen heeft niet gerust,
alvorens hij ook deze met uitzondering
van Conodontes en Castor, welke mej.
JSchreuder bewerkte onderzocht en be
schreven had.
Zoo zien wij dan in het Natuurhistorisch
Maandblad, orgaan van het Natuurhisto
risch Genootschap in Limburg, 'n reeks van
artikelen verschijnen onder den titel „Ein
Revision der fossilen Saugetier-fauna aus
den Tonen von Tegelen".
Mot het werk van mej. Sphreuder over
Conodontes en Castor van Tegelen en met
Bernsens eigen opzienbarende publicatie
„Un a fossil Monkey found in the Nether
lands", is hiermede een overzicht gegeven
van al het materiaal, dat in Tegelen ge
vonden is en dat zich hoofdzakelijk in het
Museum te Maastricht en Teyler's Museum
te Haarlem bevindt. Dat hij dit werk, wat
hem zoo na aan het hart lag, waarvoor hij
studiereizen naar Londen, Parijs, Lyon en
Bazel ondernam, heeft kunnen beëindigen,
moet hem tot dankbaarheid gestemd heb
ben.
Doch naast de vondsten van Tegelen
kwamen er nog tal van andere fossiele wer
veldieren in Bernsen's handen. Ik bedoel
n.l. het materiaal, dat bij het graven van
het Rijn-Twente-kanaal, bij het baggerwerk
in Maas en Waal, bij het visschen in de
buurt van Breskens, etc. te voorschijn ge
bracht werd en hoofdzakelijk in het Rijks
museum van Geologie te Leiden is onder
gebracht. Het lag in de bedoeling van den
overledene hiervan ©en uitvoerige beschrij
ving te geven. Helaas heeft tie vroegtijdige
dood hem dit belet. Des te dankbaarder
mogen wij echter daarom zijn, dat dr. Bern
sen op 19 Maart j.l. voor de leden van ons
genootschap in een voordracht reeds een
overzicht heeft kunnen geven van de be-
teekenis, welke deze vondsten voor ons
hebben. Ieder, die hierbij tegenwoordig
was, moet getroffen zijn door zijn glashel
dere, systematische en bo-venal enthousias
te wijze van voordragen.
Naast het onderzoek van fossiele wervel
dieren van Nederland, heeft Bernsen zich
ook bezig gehouden met die uit Indië. Hij
was nd. in October 1930 benoemd tot as
sistent aan de Rijksuniversiteit te Leiden
en werd werkzaam gesteld aan de collec
tie, welke in de jaren 18691S94 door ion
toenmaligen officier van gezondheid Eug.
Dubois, destijds gedetacheerd bij den
Dienst- van het Mijnwezen, bijeengebracht
is. Deze collectie had reeds een lahgen lij
densweg achter den rug. De ©enige honder
den, in 1895 naar het Rijks Geologisch Mi-
neralogisch Museum gezonden kisten ble
ken een zoo uitgebreiden voorraad te be
vatten, dat het noodig was het materiaal
op te slaan in een apart daarvoor gehuurd
perceel. De directeur van het museum, prof.
Martin, heeft het verzoek van den Minister
om de collectie te bewerken echter gewei
gerd en Zijne Excellentie voorgesteld den
vinder zelf naar Holland te doen komen
en niet dit werk te belasten. Dit is dan ook
geschied. Doch thans, 37 jaren na aan
komst, heeft nog steeds geen uitvoerige
beschrijving het licht gezien. Intusschen is
reeds een Duitse he expeditie, onder leiding
van mevr. Selenka, naar Java geweest. Zij
heeft haar resultaten in een lijvig boekwerk
neergelegd en Duitsche musea met Javaan-
sehe fossielen gevuld. En ook de Indische
Geologische Dienst heeft, vooral de laat
ste jaren, naarstig fossiele werveldieren
en daarenboven nog st-ratigraphische gege-
■vens verzameld. Hierdoor heeft de col
lectie Dubois wel wat in beteekenis inge
boet. Toch moet men het apprecieeren, dat
curatoren van de Leidsche Universiteit een
eindo hebben gemaakt aan de gebrekkige
opberging van de verzameling zij was
sinds 1895, zeker niet tot haar voordeel,
her- en derwaarts gesleept en haar lie
ten onderbrengen in een gedeelte van het
Oud-Academisch Ziekenhuis. Tevens wer
den kasten beschikbaar gesteld voor op
berging en uitstalling en, last not least,
werd een bekwaam organisator als Bernsen
als assistent aangewezen.
Het werk, dat hier door den overledene
verricht is kan moeilijk onderschat worden.
"Welk een geduld, welk een inzicht, welk
een ijver was er niet noodig om in deze
slecht geordende en slechts gedeeltelijk ge-
etikelteerde collectie orde te scheppen. En
dit alles moest geschieden in de uren, die
hem buiten zijn ieeraarsambt nog vrij ble
ven. Doch Bernsen wist dit klaar te spe
len. En hoe! Had de dood hem niet ver
rast, zoo was in den loop van Juli de ca
talogus geheel gereed gekomen. Dat Bern
sen dit ondankbare en veelal vervelende
werk op zich heeft willen nemen, kunnen
wij niet genoeg waardeeren. Hij heeft de
wetenschap daarmede een zeer grooten
dienst bewezen. En mocht de tijd nog eens
aanbreken, dat er publicaties over deze
collecties verschijnen zullen, dan zal het
een eerezaak zijn om den naam Bernsen
de plaats te geven, die hem toekomt. Tra
gisch is he't, dat bijna op het tijdstip, waar- 1
op de moeizame doch noodzakelijk voorbe
reidende werkzaamheden konden plaats
maken voor de meer aangename, Bernsen
ons verlaten moest. Doch ongetwijfeld heeft
een scherpzinnige geest als die van den
overledene ook tijdens het uitzoeken en
rangschikken van het materiaal reeds me
nige belangrijke vondst gedaan, reeds me
nige verrassende conclusie kunnen trekken.
Dit blijkt trouwens reeds uit het bovenge
noemde artikel in de „Maasbode".
„Zijn scherp vorschersoog", zoo lezen wij
daar^„had nog net een vondst gedaan, wel
ke hij zelf van meer dan gewone beteekenis
scheen te achten voor een van de gewich
tigste strijdkwesties der palaeontologie".
Dat men hiermede de kwestie van de af
stamming van den mensch bedoelt, ligt
voor de hand. Doch het is hier niet de
plaats vooruit te loopen op deze merkwaar
dige nieuwe ontdekkingen in een oude col
lectie. Ongetwijfeld zal prof. Dubois niet
nalaten de nagedachtenis van zijn scherp-
zinnigen medewerker te eeren door hier
over t.z.t. wereldkundig te maken, wat
thans nog slechts aan enkelen bekend is.
Het verscheiden van dr. Bernsen is voor
de wetenschap een groot verlies. Temeer
waar we nog zooveel van hem te verwach
ten hadden en er niemand klaar staat om
de door hem ledig gelaten plaats in te ne
men. Doch in de harten van zijn vele vrien
den zal de herinnering aan deze eenvoudi
ge, hartelijke, gemoedelijke persoonlijkheid,
aan dezen diepzinnigen denker, aan deze
nobele figuur in het priestergewaad voort
blijven leven.
LOTISICO.
De briefjes waardeloos?
De in den Lotisicobond vereenigde
hoofdagenten deelen ons mede, dat zij van
af heden hun verdere medewerking niet
meer zullen verleenen voor den verkoop der
z.g. H.O.V.-briefjes.
De reeds verkochte briefjes nemen geen
deel aan de trekkingen en kunnen bij
hoofdagenten eit agenten, bij wie het pu
bliek ze gekocht heeft, worden ingeleverd
tegen inontvangneming van het betaalde
bedrag.
Nadere inlichtingen zijn bij de verkoo-
pers in te winnen.
Het is dus in ieders belang, reeds ge
kochte briefjes onmiddellijk bij den ver-
kooper tegen geld in te wisselen.
R.-K. Grafische Bond.
In hotel Boschlust te Zeist houdt bo
vengenoemde bond haar jaarvergadering,
onder leiding van den algemeenen voorzit
ter Ghr. J. v. d. Dries, uit Utrecht.
In z'n openingswoord zeide spr. o.a. dat
de bond nog nimmer onder zulke slechte
omstandigheden was bijeengekomen.
De toestand der binnenlandsche indus
trie heeft ook de grafische bedrijven voor
groote moeilijkheden geplaats, welke zich
scherp afteekenden in een vrij snel en
sterk oploopend werkloosheidscijfer. Was
dit aantal in begin 1921 pl.m. 140, het
laatste verschenen overzicht geeft reeds
het cijfer van 352 werkloozen aan.
Hierbij gevoegd ruim 150 leden, welke
het vak hebben verlaten, maakt dit onge
veer 15 pet. van het totaal ledental uit.
Spr. ging de beroeringen na, welke de
oorzaak waren van de contract herzie
ning van 1930 om tót de conclusie te ko
men, dat een algemeen typografen con
flict zeer diep in het maatschappelijk le
ven zou ingrijpen, maar dat dit geen re
den was. om daarmede elke mogelijkheid
van een conflict uit te sluiten.
Wij erkennen aldus spr. dat de
doelstelling onzer organisatie, slechts in
het uiterste geval mag worden bevorderd
door een staking en dat zij beter bevorderd
kan en mag worden, indien dergelijke al-
gemeene conflicten vermeden kunnen
worden.
Ook de vaktechnische ontwikkeling der
leden blijft de volle belangstelling der be
sturen hebben. Wij moeten ook denken
aan de vaktechnische ontwikkeling der
werkloozen. Zoo eenigszins mogelijk moe
ten daartoe cursussen worden ingericht, die
deze ontwikkeling kunnen bevorderen. In
opdracht van het hoofdbestuur heeft het
vakkundig bureau een daartoe strekkend
plan aan de afdeelingen en studieclub
voorgelegd.
Vervolgens kwam het jaarverslag als
mede het financieel verslag 1931 aan de
orde, welke z.h.s. werden goedgekeurd.
De verkiezing der drie hoofdbestuursle
den. wegens periodiek aftreden van de hee-
ren H. Cox, Maastricht; W. Langenhuizen,
Eindhoven en M. L. A. Schuts, Amsterdam
had tot resultaat, dat alle drie herkozen
werden.
Hierna kwamen de diverse voorstellen
van het hoofdbestuur aan de orde. Z.h.s.
werd het voorstel A. t.z.t. Verplaatsing van
het hoofdkantoor van Utrecht naar Am
sterdam, evenals punt B. dat voorstelt, in
dien de stand der werkloozenkas het noo
dig maakt, de bijdrage der werkloozenka-s
te verhoogen, punt C. Nieuwe contributie
regeling en punt D. uitkeering van zieken
geld tijdens werkloosheid, aangenomen.
Punt E. het besluit tot opheffing van
de vrijstelling van contributiebetaling bij
ziekte of ongeval, gedurende de periode
dat het lid 100 pet. uitkeering van zijn loon
ontvangt, waarbij door het hoofdbestuur
een concept voorstel was ingediend, werd
na gehouden stemming met 2288 tegen 1437
aangenomen.
Vervolgens is de beurt aan de voorstel
len der verschillende afdeelingen: Na eeni-
ge discussies konden de aanwezigen zich
met het hierop uitgebrachte praeadvies
van het hoofdbestuur vereenigen.
Aan het slot van dezen eersten <jag,
sprak namens het R.-K. Werklieden Ver
bond de heer Veldman eenige propagan
distische woorden. De heer Hofman voerde
namens de Christelijke Typografenvereeni-
ging het woord.
HET RAPPORT-WELTER.
Eerst de volgende week publicatie.
Nog steeds is men met de teohnische
verzorging van het rapporUWelter niet ge
reed. De publicatie, die eerst deze week
werd verwacht, is dan ook vertraagd en
zal nu waarschijnlijk in het begin of ein
de van de volgende week geschieden.
R.-K. Schoenwinkeliers en schoenmakers
patroons.
Ten Venlo wordt de algemeene jaar
vergadering van den Ned. R.-K. bond van
schoenwinkeliers- en schoenmakerspa-
troonsvereenigingen gehouden.
Aan deze jaarvergadering was een in
teressante vaktentoonstelling verbonden,
die Zondagmiddag om 12 uur officieel
werd geopend door den burgemeester van
Venlo, mr. B. Berger.
Na een ontvangst ten stadhuize door
B. en W. van hoofdbestuur en aanwezige
bondsleden werd 's middags de twaalfde
jaarvergadering van den R.-K. Ned. Bond
geopend door vice-voorz. J. Damkers uit
Den Bosch.
Vervolgens werden jaarverslag van den
secretaris en financieel verslag van den
penningmeester goedgekeurd en de be
grooting 1932 ongewijzigd aangenomen.
Voor de vijfde maal wordt thans in de
St. Josephkerk, te Leiden, het Eucharis
tisch Zieken-triduuf gehouden.
Voor de vijfde maal. Een lustrum dus.
Voor de vijfde maal is de St. Josephkerk
in feestgewaad gestoken, met overvloed
van bloemen versierd om de talrijke zie
ken, die wederom drie dagen van aller
hoogste vreugde gaan beleven, in een zoo
feestelijk mogelijke sfeer te kunnen bren
gen.
Het is een feest voor zielen en harten,
een Eucharistisch feest van' innerlijke blij
heid, maar alles wat daaromheen staat,
kan zooveel ertoe bijdragen, dit feest te
vermooien en de luister ervan te verhoo
gen.
Het comité, dat zich met de versiering
heeft belast, heeft daarvoor ook weer dit
jaar op uitnemende wijze gezorgd en het
kerkgebouw in feestgewaad gestoken, zoo
dat allen, die nu de kerk betreden, aan
stonds de stemming van dit heel bijzon
dere Eucharistische feest over zich voelen
komen.
Langs de muren is een mooie versiering
van bloemen aangebracht. Achter in de
kerk staat het Mariabeeld in een zee van
licht gehuld. Zelfs het koor is smaakvol
versierd.
Het treffendst is ook nu weer het hoofd
altaar in het priesterkoor versierd met
bloemen en licht.
Een schat van rozeroode rozen ligt over
de communiebanken uitgespreid.
Het is een riikdom van kleuren en licht,
dat uit schijnt 'te gaan van het tabernakel,
waarop heel dit Eucharistisch feest gecon
centreerd is en dat allen in een blijde en
gelukkige stemming brengt.
Hedenmorgen om 8 uur begon het ver
voer der talrijke zieken naar de St. Joseph
kerk vanuit de stad en de wijde omgeving.
Vanaf dat uur reden de autos met de wib-
gele vlaggetjes af en aan, de zieken bren
gend naar dit groote, jaarlijksche zieken-
feest.
Er komen er meer dan tweehonderdvijf
tig uit Leiden en omgeving.
Er zijn zieken uit Langeraar en Wasse
naar, Noordwijkerhout, Voorhout, Noord-
wijk, Warmond, Sassenheim, Lisse, Reeu-
wijk, Hazerswoude, Zoeterwoude, Rijpwe-
tering, Roelofarendsveen, Voorschoten,
Leidschendam, Stompwijk enz.
Daarvan zijn er 190 liggende patiënten,
zoodat de bedden nu het grootste gedeelte
der Kerk in beslag nemen.
Het is al over" half tien, ale de laatste
zieken de Kerk worden binnengedragen.
Zooals steeds is ook nu weer alles tot in de
finesses door het comité voorbereid en ge
regeld, zoodat reeds de eerste morgen in
de volmaakste orde verloopt. De zusters
en verpleegsters en de dames van het co
mité hebben intusschen ook weer de han
den vol bij de verzorging der zieken en
het ongelooflijk vele, wat daarvoor noodig
is.
Het weer schijnt deze keer niet mede te
werken, maar wat deert dat.
Het regent buiten en het is wat donker
in het kerkgebouw, maar de zee van licht
die vanaf het Priesterkoor de bloemen be
straalt geeft aan alles een innigen en blij
den glans.
De openingsplechtigheden.
Om half tien heeft de openingsplechtig
heid plaats.
Het koor zet op plechtige wijze het Veni
Creator in en de Celebrant der H. Mis, die
zoo aanstonds zal worden opgedragen, komt
Onder de verschillende voorstellen, die
verder werden behandeld, kwam o.m. de
wenschelijkheid van een onderzoek van
Rijkswege naar den schadelijken invloed
voor de gezondheid van het dragen van
rubberschoenen ter sprake.
Aangedrongen werd bij het verstrekken
van schoeisel van overheidswege de rub
berschoenen uit te sluiten.
In de namiddagvergadering, waar o.a.
de voorzitter van den R.-K. Limb. Midden
stand aanwezig was, sprak de directeur
van het Hanzebureau Haarlem, Mr. P. G.
H. Bach over: naar organisatie van het be
drijf op publiekrechtelijken grondslag.
Spreker besprak uitvoerig de wensche-
lijhkeid van publiekrechtelijke bedrijfsor
ganisatie, vooral in deze econmisch
moeilijken tijd. De productie en distribu
tie moeten geregeld worden. Omdat tot nu
toe iedere leiding en regeling daarbij ont
brak, is het bedrijfsleven op het oogenblik
ontwricht.
Na een bespreking over een uniforme re
geling bij het verstrekken van diploma's
aan leerlingen-schoenmakers, werd de ver
gadering tot Dinsdagmorgen verdaagd.
Na de H. H. Missen werd gistermorgen
de vergadering voortgezet,, waarop o.m.
de heer Dinnewever, maatschoenmaker en
leeraar Akte Np, Den Haag, een inleiding
hield over: welke eischen kan de leek stel
len aan maatschoenen.
met diaken en sub-diaken de zieken zege
nen. Ook de draagstoelen worden met de
daarvoor bij de Kerk voorgeschreven gebe
den gezegend.
Vóór de H. Mis wordt het H. Sacrament
ter aanbidding uitgesteld, waarna het H.
Misoffer aanvangt.
Deze plechtige H. Mis wordt opgedragen
door Mgr. Th. M. P. Bekkers uit Voorscho
ten, met assistentie van Rector R. Reijnen
als diaken en kapelaan J. Verkleij uit
Stompwijk als sub-diaken.
Op het Priesterkoor heeft pastoor J. C.
Vijverberg plaats genomen.
Plechtiger en indrukwekkender nog is nu
in dit milieu van zieken dit H. Misoffer.
Lange rijen witte ledikanten staan er
nu in de Kerk, alleen zieken, die met aan
dacht het plechtig H. Misoffer volgen, dat
zij al te lang moesten missen.
Geruisehloos bewegen zich de verpleeg
sters tussohen de zieken, hier en daar de
helpende hand reikend bij een zieke, die
haar hulp noodig heeft.
Na het Evangelie bestijgt de welesrw.
heer Rector R. Reijnen den kansel om de
zieken voor <Je eerste maal tijdens dit
Eucharistisch Zieken-triduum toe te spre
ken.
Als tekst heeft hij gekozen de woorden,
die Christus sprak bij het graf van Lazarus.
Haec infirmitas non est ad mortem, sed
pro Gloria Dei. Deze ziekte is niet ten
doode, maar voor de glorie van God.
Thans zijn wij wederom, aldus de gewijde
redenaar en wel voor de vijfde maal sa
mengekomen voor een zieken-triduum.
Op dezen Woensdag zijn weer samenge
stroomd in deze kerk, toegewijd aan St.
Joseph, op den dag van St. Joseph, die in
de Litanie genoemd wordt solarium mi-
serorum, spes aegrotantium, de troost der
ongelukkigen, de hoop der zieken.
Het ia indrukwekkend te zien een kerk
gebouw vol kranken en bij het zien daar
van, zou ik over .uwe hoofden heen die dui
zenden anderen, die ook in de wereld
zwoegen met hun kruisen als armoede en
werkloosheid, wel willen toeroepen: Komt
hier en ziet en ge zult gelaten uw kruis
dragen. Want u heeft God nog gelaten de
groote schat der gezondheid.
Maar nu rioht ik mij tot u dierbare zie
ken en luistert aandachtig, want ik ga de
groote vraag voor u behandelen: Welk nut
heeft het, dat ik ziek benï
De gewijde redenaar vergeleek hierna
twee zieken met elkaar.
Vooreerst de lamme van Oapharnaum,
die door het dak in het huis gebracht
werd, waar Jezus was en wiens geloof zoo
groot was, dat Christus hem genas en de
H. Ludwina van Schiedam, die 38 jaren
lang op het ziekbed lag tot aan haar dood.
Deze tegenstelling, aldus de gewijde re
denaar, is voor ons het raadsel. Maar de
oplossing van dat raadsel is niet van deze
wereld, zij ligt in de eeuwigheid.
Gij weet niet, dierbare zieken, tot welke
van de twee categorieën gij behoort.
Maar juist omdat wij het niet weten,
gaan wij dezer dagen met groote aandacht
bidden tot God, bidden met geloof en ver
trouwen om genezing. En mocht het zijn,
dat de genezing u niet beschoren is, aan
vaard dan uw ziekte en uw lijden met ge
duld.
Zeg dan met vol verti'ouwen den Zalig
maker na: Deze ziekte is niet ten doode,
maar voor de glorie van God.
Weest geduldig in uw lijden, wees niet
veeleisohend, mor niet en klaag niet.
Denk dan in moeilijke oogenblikken aan j
de H. Luduina van Schiedam. Zie dan naar
het kruis en vraag aan Jezus genade, hulp j
en steun om uw lijden geduldig uit Zijn
hand te aanvaarden. I
LEIDEN.
Dinsdag. R. K. Vereeniging van Gezins
hoofden, ledenvergadering, Hotel
„Den Burcht", 8.15 uur.
Dinsdag, Donderdag, Zaterdag. Vincentius-
Bibliotheek, geopend 's avonds van
7.308.30 uur.
De avond-, nacht- en Zondagdienst der
apaotheken, wordt van Maandag 4
tot en met Zondag 10 J-uli a.s. waar
genomen door: apotheek A. J. Donk, Doe-
zastraat 21, telefoon 1313 en apotheek G.
D. Reijst, Steenstraat 35, telefoon 136.
Bedenk, dat gij, als gij met Jezus het
Kruis hebt gedragen, ook met Hem zult
verrijzen tot blijde glorie en heerlijkheid.
Hierna werd het H. Misoffer voortge
zet en na de consecratie kwam het plech
tige oogenblik van de uitreiking der H.
Communie.
Langs de talrijke bedden met zieken gin
gen pastoor J. 0. Vijverberg en kapelaan
L. Gudde met de ciborie n de hand om den
Koning der Koningen te brengen in de
zielen der zieken.
Aandachtig werd het H. Misoffer door
de zieken gevolgd, waarna de zegen met
het Allerheiligste werd gegeven.
De handoplegging.
Om twaalf uur had de altijd indrukwek
kende plechtigheid der handoplegging
plaats.
Na de uitstelling van het Allerheiligste
Sacrament en het zingen van de hymne
Pange Linqua werd 'het gebed voor een
aflaat gebeden, waarna kapelaan B. Dor-
beck een korte, treffende aanbidding deed
ter inleiding van de plechtige handopleg
ging.
Deze handoplegging geschiedde door
den zeereerw. heer Pastoor J. C. Vijver
berg en de weleerw. heeren kap. B. Dor-
beck, kap. L. Gudde, kap. H. Bangert en
kap. J. Verkleij en door de weleerw. Paters
J. Jorna, \V. v. d. Bosch en H. Buschman.
Alle zieken werden door ieder van hen
de handen opgelegd, terwijl het koor de
hymne Rex Clemenrissime zong.
Dat waren weer die plechtige en indruk
wekkende oogenblikken, dat al die pries
ters biddend langs de rijen der zieken gin
gen, hun allen de handen opleggend en-God
smeekend om hun herstel.
Een korte dankzegging besloot deze tref
fende plechtigheid waarna wederom rte *«-
gen met het Allerheiligste werd gegeven en
een lied tot St. Joseph werd gezongen.
Om twee uur had het plechtig Lof en
ziekenzegening plaats, waaronder kapelaan
H. Bangert een predicatie hield.
Men deelt ons nog mede, dat morgen
(Donderdag) een tweetal bestuursleden van
het Eucharistisch Ziekentriduum te Am
sterdam en Vrijdag de zeereerw. heer A.
J. A. van Meel, Pastoor van de Sacra
mentskerk te Breda een gedeelte van dit
Eucharistisch Ziekentriduum zullen bijwo
nen.
Heden- en morgenavond zal de St. Jo
sephkerk van half acht tot negen uur voor
belangstellenden te bezichtigen zijn.
BLOEMPJESDAG
„HERWONNEN LEVENSKRACHT".
De liefde wacht de gelegenheid
tot weldoen niet af, maar zoekt
ze; ducht ze niet, maar smacht
er naar; ontvlucht ze niet,
maar grijpt ze aan.
Zondag 17 Juli a.s. zal hier ter stede
wederom de jaarlijksche bloempjesdag wor
den gehouden ten bate van
„Herwonnen Levenskracht".
Ik meen mij ontslagen te mogen achten
hier in den breede uiteen te moeten zet
ten wat „Herwonnen Levenskracht" is en
welk doel zij nastreeft.
Genoeg zij het hier te mogen constatee-
ren, dat de R.-K. Vereeniging „Herwon
nen Levenskracht" algemeene bekendheid
bezit en waardeering geniet en in d© be
strijding der tuberculose een voorname
plaats inneemt.
Dat haar werk en hare uitzendingen
naar het sanatorium „Berg en Bosch" te
Apeldoorn in ruime kringen wordt ge
waardeerd.
Juist hierom heb ik gaarne de taak op
mij genomen langs dezen weg een
dringend beroep
to doen op do medewerking van een
leger van jonge dames.
Dezer dagen zijn door ons oomité een
aantal uitnoodigingen verzonden aan hen,
die ook bij vroegere gelegenheden ons
ter zijde stonden.
Wij hopen en vertrouwen, dat niemand
van hen ons verzoek zal weigeren en bin
nen den kortst mogelijken tijd vele bereid
verklaringen bij ons bestuur zullen binnen
komen.
Maar ook tot die jonge dames, die nog
geen uitnoodiging ontvingen of nog nim
mer aan een bloempjesdag medewerkten,
richt ik het dringend verzoek:
„Helpt Zondag 17 Juli a.s. mede bij on
zen bloempjesdag!"
Offert dien dag enkele uurtjes op voor
INDRUKWEKKENDE PLECHTIGHEDEN.