INGEBRUIKNEMING VAN DE NIEUWE RIJNZICHTBRUG Mooie verbinding van Haagweg en Morschweg DE 136STE BRUG IN LEIDEN. Onder groote belangstelling zoowel van offieieele zijde als van den kant der be woners van het Haagweg- en het Morsch- wegkwartier is gistermiddag om half vijf do^groote nieuwe Rijnzichtbrug, die de verbinding vormt tusschen Haagweg en Morschweg in gebruik genomen. Tegen dien tijd verzamelden zich tal van genoodigden in het aan den Morschweg- gelegen wijkgebouw der Gereformeerde Kerk, waaronder waren Mr. A. v. d. Sande Bakhuijzen, Burgemeester van Lei den, de wethouders J. Splinter, T. Goslin- ga en Mr. A. Tepe, bijna alle leden van den gemeenteraad, de heer P. Boot Sr. en Mr. Dr. P. G. Knibbe namens den Kamer van Koophandel, de gemeente-secretaris Mr. Dr. van Strijen, de dijkgraaf en de secretaris van Rijnland Mr. P. A. Pijnacker Hordijk en Mr. J. Slagter, en vele hoofden van gemeentelijke diensten. Nadat een kopje thee was gepresenteerd nam de wethouder van fabricage, de heer J. Splinter het woord. De bouw van de brug en de voorbereiding. Het is mij een aangename taak om al vorens tot de offieieele opening van de nieuwe brug over het Galgewater, de Rijn zichtbrug, wordt overgegaan U een korte uiteenzetting van de geschiedenis van de totstandkoming van die brug te geven. Immers, door de totstandkoming van de nieuwe verbinding tusschen het Haagweg- kwartier en het Morschwegkwartier, welke tevens de verbinding van die stadswijken met de binnenstad zeer ten goede komt, zal eindelijk worden voorzien in een reeds lang gevoelde behoefte. Zoowel in als buiten den Gemeenteraad werd al geruimen tijd geleden het groote belang van de totstandkoming van eene verbinding tusschen genoemde wijken be toogd en naarmate beide wijken zich uit breidden, werd dit belang grooter jïn grooter. Ook het Dagelijksch Bestuur der ge meente was overtuigd van de noodzake lijkheid van het maken van eene brug, welke de beide dichtbevolkte wijken ge makkelijker met elkander en met het ove rige deel van de stad zou verbinden. Het vraagstuk van de voorziening in die verbinding was echter niet gemakkelijk op te lossen, omdat de.gemeente niet de be schikking over de voor den brugbouw be- noodigde gronden had. Reeds lang poogde dan ook het Ge meentebestuur de hand te leggen op de voor het maken van een brug genoodigde gronden, welke pogingen eindelijk met succes werden bekroond. Bij Raadsbesluit van 6 Mei 1929 werden terreinen aan den Haagweg en aan den Morschweg aange kocht voor een te bouwen brug. Toen die gronden eenmaal in het bezit van de gemeente waren gekomen is on verwijld met de voorbereiding van den brugbouw aangevangen, en, nadat bij Raadsbesluit van 2 September 1930 voor den bouw een bedrag van 132.500 be schikbaar was gesteld, werd spoedig met de daadwerkelijke oplossing van het karakter te geven. U zult het ongetwijfeld op prijs stellen om enkele mededeelingen betreffende de nieuwe brug te vernemen. Bij het opmaken van de plannen en de uitvoering daarvan moest overleg worden gepleegd met de Nederlandsche Spoorwe gen, omdat de opritten van de nieuwe brug vraagstuk een aanvang gemaakt. Wel is er dus aanleiding om de open stelling van de brug, naar welker totstand koming door velen zoo lang en reikhalzend werd uitgezien een eenigszins feestelijk zouden komen te liggen binnen een af stand van 8 m. vanuit de spoorbaan, ten gevolge waarvan voor den geheelen bouw vergunning van de Nederlandsche Spoor wegen vereischt was. Aanvankelijk gaven de Spoorwegen de voorkeur aan het maken van een draai brug. Aangezien echter een draaibrug, wegens den langen duur van openen en sluiten, niet meer op haar plaats is in een dicht bebouwd stadsgedeelte met een druk ver keer, alsmede om redenen van technischen aard, werd door de Directie van Gemeen tewerken de bouw van een enkele ophaal brug voorgestaan, met welke oplossing de Spoorwegen zich tenslotte vereenigden. Hierna gaf spr. eenige cijfers betreffen de den bouw, verschillende verhoudingen en de inrichting der brug. In verband met de onmiddellijke nabij heid van de Spoorbrug moeten speciale beveiligingsmaatregelen worden genomen. Deze maatregelen bestaan voorloopig uit het seinen met vlaggen, terwijl de brugwachters van de nieuwe brug met die van de spoorbrug telefonisch zijn verbon den. De definitieve regeling zal nader door den Minister van Waterstaat worden be paald. De brug mag, ingevolge de door de Spoorwegen verleende vergunning slechts geopend worden als de Spoorbrug geopend is. Aan den bouw is medegewerkt door de volgende aannemers: Th. L. J. Zitman te Leiden, die den onderbouw verzorgde de N.Y. Wernink's Beton Maatschappij, die de betonnen brugdekken maakte; de N.V. Kloos Zonen, te Kinderdijk aan wie het maken van den ijzeren boven bouw werd opgedragen; de N.V. Haarlemsche Machinefabriek v.h. Gebr. Figec, die het maken van de bewegingsinrichting aannam L. P. Janssen, te Leiden, die de leunin gen, hekken en lichtmasten op de opritten leverde; J. J. L .Koet, te Leiden, die het schilder werk heeft verricht De uitvoering van het werk had een vlot verloop. Hierna bracht spr. dank aan de aanne mers, de autoriteiten van de Spoorwegen, van den Provincialen Waterstaat en van het Hoogheemraadschap van Rijnland, die allen medewerkten om het werk tot een goed einde te brengen. En zoo is dan, onder de bekwame lei ding van den Directeur van Gemeentewer ken deze verbinding tot stand gekomen, tot groote voldoening van het Gemeente bestuur en van de bewoners van de stads gedeelten aan den Haagweg en den Morschweg. Ik wil niet eindigen, dan nadat ik na mens het Gemeentebestuur een woord van dank heb uitgesproken aan allen die aan het tot standbrengen van de verbinding hebben medegewerkt, en die er op eenige wijze voor hebben zorg gedragen, dat het werk zoo voorspoedig is verloopen. In 't bijzonder moge in dit verband wor den genoemd de Ingenieur bij Gemeente werken, den heer D. Y. Lem, onder wiens directe leiding het werk is uitgevoerd en de heeren Barentsen, Hoofdopzichter en Peenstra en Van der Mark, beiden tech WOENSDAG 18 MEI 1932 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 5 DE NIEUWE RIJNZICHTBRUG TE LEIDEN. De autoriteiten be- treden de brug na de opening". Voorop de Burgemeester en de wethouder van Fabricage. nisch ambtenaar bij den dienst van Ge meentewerken. Ik eindig met het uitspreken van den wensch, dat de brug eene verdere ontwik keling van de betrokken stadswijken zal bevorderen. En nu verzoek ik U vriendelijk Hoogge achte Burgemeester de verbinding tusschen het Hoogweg- en Morschwegkwartier door het neerlaten van de brug tot stand te brengen. Hierna nam de Burgemeester het woord. In Leiden 136 bruggen. Na dank te hebben gebracht aan het kerkbestuur voor de beschikbaarstelling der zaal, ving de burgemeester aldus aan. Gelukkig, Mijnheer dc Wethouder van Fabricage, dat niet ieder werk dat hier ter stede in de laatste jaren is uitgevoerd door den dienst van Gemeentewerken, een officiëele functie medebrengt. Het open oog dat U keeft voor de noodzakelijkheid in deze gemeente publieke werken uit te voeren, gepaard met uw laai doorzettings vermogen zouden in de periode van uw wethouderschap talloozc gelegenheden opgeleverd hebben om de publieke aan dacht op even zoovele verbeteringen te vestigen. Het verheugt mij dat u ditmaal eens een uitzondering heeft willen maken en ik eens getuigen mag van de waardee ring die wij koesteren voor de goede zor gen die u voor onze gemeente aan den dag blijft leggen. En wanneer ik U daarvoor dank, dan mag ik daarbij U zoudt niet anders wmschen ook het geheel van het kundige corps dat u daarin terzijde staat, in begrijpen. Verder sluit ik mij gaarne aan bij de woorden van dank die U richtte tot al die genen die de tot staudkoming van dit werk hebben helpen bevorderen. Ik mag daar bij ook met dank vermelden de zeer ge waardeerde medewerking die de Directeur van Markt- en Havendienst verleende. Het geschenk dat u ons heden brengt is een brug l nog wel een beweegbare, waar aan wij den naam Rijnzichtbrug hebben gegeven, een naam, gekozen, omdat zij ligt tegenover de straal van dien naam, die herinnert aan het nu verdwenen bui tenhuis en die verder inderdaad een zeei fraai gezicht op den Rijn geeft. Mag ik mijnerzijds eenige wellicht be langwekkende cijfers van stedebouwkundi gen aard voegen bij do door u genoemde, die de technische beteekenis van de brug in het licht stelden? Dit jongste geschenk van Gemeentewer ken heeft zeer vele goede hoedanigheden, biedt zelfs technische nieuwigheden, maar het kan niet bogen op orginaliteit. Wat het bureau van Gemeentewerken ditmaal geproduceerd heeft kan toch moei lijk als een nieuwigheid voor Leiden ge kwalificeerd worden. Inderdaad, Leiden is op het gebied van bruggen zeer wel voor zien en goed gesorteerd. Het is zeer de vraag welke gemeente in Nederland en vermoedelijk in de geheele wereld rijker aan bruggen voorzien is dan Leiden. Amsterdam en Leiden ontloopen elkaar zeer weinig en staan in bruggen- rijkdom verre aan de spits van dc Neder landsche Gemeenten. De Rijnzichtbrug is de 13Gste brug in onze stad en onder de zen behoort zij tot de groep der beweeg baren, waarvan zij het 30ste exemplaar is. Het aantal vaste bruggen bedraagt 91 en een vijftiental, waaronder bijv. Wilhelmi- na- en Spanjaardsbrug, liggen wel in deze gemeente, doch, zijn althans, gelukkig, in onderhoud bij anderen. Een meer merkwaardig dan voordeelig bezit. Toch denke men niet licht over de eischen die dit meer merkwaardig dan voordeelig bezit aan de gemeentelijke finan ciën stelt. De bedieningskosten, en ge woon licht onderhoud slaan voor 102.000 's jaars op de begrooting (ongerekend de sociale lasten). Drukken de bedieningskosten van al deze bruggen reeds zeer zwaar op het ge meentelijk budget, de verzorger van de stadsgelden zou mij terecht verwijten, in dien ik niet- ook wees op de zeer zware kapitaalsuitgaven, die deze noodzakelijke kwalen met zich brengen en die op hun beurt geen geringe jaarlijksche uitgaven voor rente cn aflossing na zicli sleepen. In de korte spanne tijds die ik hot voorrecht heb hier werkzaam te zijn ge weest, is voor vernieuwing van oude brug gen of nieuwbouw ruim 6 ton uitgegevon en volgens de begooting voor dit jaar kosten bruggen en hunne bediening ons ongeveer 200.000.'s jaars. Waar nu nog daarbij komt dat er 19 bruggen zeer dringend om verbetering of vernieuwing vragen zal het u niet verwonderen, dat ik aan het Colle ge van Burgemeester en Wethouders bob voorgesteld dit vraagstuk cons in studio to nemen en met. belangstelling zie ik do resultaten van dit onderzoek, dat zich niet uitsluitend op technisch gebied beweegt, doch ook van economischen aard is, tege moet. De Rijnzichtbrug zal thans wat de toe gang tot het havengebied onzer gemeente betreft de rol gaan vervullen die tot nu toe op de Haagbrug cn de Blauwpoorts- brug rustte. De eerste gedachte om deze brug te nvilcen is ons ingegeven door de zorg, die wij eenerzijds hadden voor een onvoldoen de bezetting van een openbare school aan deze zijde van den Rijn, en do behoefte aan een openbare school aan gene zijde. Tegelijk kon deze brug ook voor bijzon dere scholen het rccrutecringsterrein ver dubbelen. Dit was evenwel niet uitsluitend de reden waarom wij tot den bouw over gingen. Een brug op dit punt brengt een aanzienlijke verbetering op verkeersge bied in het Westelijk stadsdeel. Dit steeds zich uitbreidende Westerkwartier werd over een te grooten afstand door den Rijn in twee doelen gescheiden zonder onder linge verbinding Westelijker dan de Bos- tclbrug en al bestond er behoudens wat onderwijsbelangen betreft nu geen na gesproken behoefte aan een nauwere ver binding dier twee declen onderling, er zal voor beide een aanzienlijke verbetering komen, ten aanzion van de verbindingen niet andere stadsgedeelten. De practijk zal voor een groot deel moeten aantoonen welk geniale deze verbinding zal opleve ren en het zou zelfs der moeite waard zijn om eens na te gaan welk gebruik er van gemaakt wordt. Uit stedebouwkundig oog punt kan m. i. oen dergelijk onderzoek wel van belang zijn. Vast staat reeds nu, dat het Haagwegkwartier een zeer gewenschle vluggere verbinding krijgt niet het Sta tion; het verkeer in hot Noordeindo zal eenige beperking kunnen ervaren; wie uit de richting Den Haag komend 't gevaar wil mijden door een langdurige opening van den Haagbrug te worden opgehouden, zal door het Morsehkwartier een wellicht gunstiger reis naar het Stadscentrum kun nen maken. Ik houd mij overtuigd, dat deze brug welkom zal zijn aan tal van Leidenaars, het zij arbeiders, winkeliers, bestel- en bezorgdiensten, wellicht ook vervoerders van personen, als een verkor ting van de af to leggen afstanden. Om al deze redenen, Dames en Heeren, meen ik de gemeente geluk te mogen wen- sclien met het volbrachte werk en gaarne zou ik thans overgaan tot de opening van dc brul?, waren het niet, dat deze juist open staat. Waar nu deze brug alleen in gesloten toestand de boven geschetste verbetering tot werkelijkheid kan bren gen, zou ik gaarne den Directeur van Gemeentewerken, wiens dienst dit werk tot ons aller tevredenheid zoo vlot en zoo kunstig heeft uitgevoerd, willen verzoeken of hij do verbinding tot stand wil brongen en ons toonen, dat met een enkele hand beweging het voetgangers- en rijverkeer, dan wel de scheepvaart op hun wenken bediend kunnen worden. Tk noodig u uit met mij dit te gaan aanschouwen en dan gezamelijk ons naar dc overzijde te be geven. Dank van de bouwers. Vervolgens sprak de heer D u f o u r na mens de bouwers van de brug en bracht daarbij dunk^aan Wethouder Splinter voor de vriendelijke samenwerking, die tc dan ken was aan de goede organisatie van Publekeo Werken en vooral ook aan do medewerking van «Ion Directeur. De zeer geringe correspondentie, die bij de tot standkoming van dit werk is gevoerd be wijst de goedo voorbereiding ervan. Spr. brengt vooral dank hiervoor, dat bij do bouw van deze brug do gelegenheid is gegeven een nieuwe constructie toe te passen en daar een nieuwe constructie steeds risico met zich brengt, was hierbij vooral het vertrouwen van Publieke Wer ken noodig, waarvoor spr. den dank der bouwers betuigt. Spr. zeide tenslotte, te ho pen, dat de nieuwe Rijnzichtbrug tot in lengte van jaren tot volle tevredenheid van het gemeentebestuur cn van Publieke Werken zal funotionccren. Kcm 'ns over de brug! Hierna begaven alle aanwezigen zich naar dc nieuwe brug, die eerst door den directeur van P.W., den heer Ir. de Blauw werd geopend en weer gesloten. Aan beide zijden va dc brug, zoowel op den Morsch weg als aan den Haagweg was de belang stelling zeer groot, en het medoleven met deze gebeurtenis bleek ook wel hieruit, dat niet alleen <le brug met talrijke vlag gen was versierd, maar dat ook van ver schillende huizen in do omgeving de drie kleur wapperde. Dc nieuwsgierigen werden echter door de politie op een afstand gehouden. Nadat de directeur van Gemeentewer ken de brug weer had neergelaten wan delde het gezelschap over do brug, heen en weer, waarbij do fotografen hun werk verrichten. Toen dit was geschied, werd de toegang tot de brug vrijgegeven en onder hevig gejuich stormde de talrijke jeugd de brug over, spoedig door de oudere bewoners dier buurt gevolgd. Direct daarop reden ook dc eerste auto's over de brug, wat natuurlijk eveneens on der groote belangstelling der jeugd vooral geschiedde. De genoodigden begaven zich daarop weder naar heb wijkgebouw der Gerefor meerde Kerk, waar de eerewijn word ge presenteerd en geklonken werd op do pas- geopende nieuwe Rijnzichtbrug, de prachti ge verbinding tusschen twee stadsgedeel ten. KERKNIEUWS Pater H. van Dijk O.P. t In den ouderdom van 77 jaar is gister middag in de pastorie der Zecrccnv. Pa ters Dominicanen aan de Nassaulaan te Alkmaar, waar hij sinds 1927 woonachtig was, overleden de Zecreerw. pater H. A. B. van Dijk O.P. emerituj#-j>astoor to Leeuwarden. De op li. (Foto Slcgtcnhorst.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 5