HET PAD LANGS DE KLIP. ZATERDAG 14 MEI 1932 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 13 DE AFGELOOPEN WEEK IN HET BUITENLAND Eindelijk zekerheid. Na 2*4 maand van martelende onzekerheid heeft het ongelukkige echtpaar Lindbergh einde lijk zekerheid gekregen. Het kind is dood. Het was reeds lang dood, want het lijkje verkeerde in een dergelijken toestand, dat er uit af te leiden valt, dat het ongeveer twee maanden in de open lucht moet heb ben gelegen. Het drama is ten einde, doch heel de we reld ziet nu uit naar het naspel, dat zich in de rechtszaal zal moeten afspelen en waarin deze ongehoorde misdaad op ge rechte wijze zal worden vergolden. Uit deze laffe wandaad spreekt een der gelijke laagheid, dat het iemand een oogen- blik duizelt bij de gedachte, dat er mede- menschen zijn, die tot zoo iets in staat blijken. Dat er menschen zijn, die kinderen ont voeren om een losprijs in handen te krij gen, is jammer genoeg niets bijzonders. Dat is honderden malen voorgekomen, zon der dat er veel aandacht aan werd besteed. Verklaarbaar, hoewel monsterachtig wreed, is ook het feit, dat de bandieten den armen kleine gedood hebben, uit vrees voor ont dekking. Het is mogelijk, dat zij angstig geworden door de geweldige ruchtbaarheid, welke aan het feit is gegeven, en doordat letter lijk iedereen aan de opsporing van de baby medewerkte, geen anderen uitweg meer zagen, dan het kind te dooden en het lijkje in een bosch te verbergen. Dat is allemaal afschuwelijk genoeg, maar de mogelijkheid is toch niet uitgesloten, dat de ontvoerders, nu zij zich eenmaal in het schuitje hadden laten lokken door het vooruitzicht van een gemakkelijk te behalen buit, door den maalstroom der gebeurtenissen zijn meege zogen. Maar onze verontwaardiging bereikt haar toppunt, als wij zien, hoe het geval door de gewetenlooze schurken wordt uit gebuit. Maandenlang wordt de ongelukkige Lind bergh aan het lijntje gehouden, ofwel door de ontvoerders zelf, die dan ook al wisten, dat het kind dood was en ondanks die we tenschap doorgingen met hun pogingen om hun slachtoffer af te zetten ofwel door anderen dan de ontvoerders, die dan mis bruik trachtten te maken van de angst der ouders, hoewel zij het kind niet hadden en het ook niet konden teruggeven.^. Zelfs de beruchte bandietenleider Al Capone, die zoo graag het air aanneemt van een gentleman-boef, heeft munt trachten te slaan uit de affaire, gelukkig te vergeefs. Hij zou het kind terugbezorgen, als men hem uit de gevangenis los liet; want zijn aanhangers hielden het kind vast, tot men hem zou los laten! 'n Mooi heerschap. Ge lukkig is de politie niet zoo dom geweest, dat zij daarin vloog. Het geheele geval is aangepakt door de Amerikanen met echt Amerikaansche be hendigheid om uit alles munt te slaan. De sensatie-kranten hebben er tot het uiterste van geprofiteerd. Zij belegerden Lindbergh en rapporteerden al zijn bewegingen; als er niets meer te rapporteeren viel, lieten zij de baby ontdekken in Londen of Parijs, alleen om de belangstelling weer op te ra kelen. En de halve onderwereld probeerde geld van Lindbergh af te troggelen, voor gevende dat men in verbinding stond met de ontvoerders. Een hoog denkbeeld van de moraal in Amerika geeft deze affaire allerminst. Doumer. t Een tweede moord-geval, dat de wereld in rep en roer heeft gebracht, is de waanzinnige daad van den Rus Gor- goelof, die aan het einde van de vorige week president Doumer dood schoot. Pure krankzinnigheid,*gelijk staande met het werk van 'n Matuschka, die treinen liet ontsporen alleen voor de grap! Men zoekt naar diepere motieven, maar het is moeilijk aan te nemen, dat deze daad door een koel berekenend verstand op touw ia gezet. De uiterst rechtsche partijen beschuldi gen de bolsjewieken en de communisten schreeuwen, dat het een valstrik is van de anti-bolsjewieken om den communisten vijandige maatregelen uit te lokken. Zoo beschuldigt de een den ander, maar het is niet in te zien, van welk nut deze daad aan welke partij of geestesstrooming ook zou moeten zijn. Een oud man werd het slachtoffer; zijn dood brengt geen verandering teweeg in de politiek van Frankrijk, noch van eenig an der land. Op zijn plaats is een ander geko zen, onverwijld. Le president est mort, vive le president, de president is dood, leve de president. De doode is met al de pracht van een na tionale uitvaart ten grave gedragen en rust thans naast zijn vier zoons, die allen hun leven gaven voor Frankrijk. En onze deelneming gaat uit naar de weduwe, die zoovele dierbaren moest offeren. Nog meer dooden. Het zijn wel treurige berichten, welke deze week uit Frankrijk kwamen. Behalve Doumer heeft dit land ook Albert Thomas te betreuren, den directeur van het Internationaal Ar beidsbureau te Genève. Een goed willend mensch, met edele bedoelingen, en een harde onbaatzuchtige werker. Daarnaast valt nog te memoreeren de dood van ongeveer 30 slachtoffers van de inetortingsramp te Lyon. De burgemeester van Lyon, die bij het reddingswerk tegenwoordig was, heeft in middels een overwinning behaald bij de verkiezingen. Hij, of althans zijn richting, was de groote opposant tegenover Tardieu en zijn aanhang. Tardieu heeft dan ook uit den uitslag der jongste Kamerverkiezingen zijn conclusie moeten trekken en heeft aan den nieuw gekozen president der Fran- sche Republiek het ontslag van zijn kabi net aangeboden. Anders is deze ontslag aanbieding een gewone formaliteit, doch ditmaal was het ernst. Bij alles wat viel in Frankrijk, was ook het huidige ministerie-Tardieu. Binnenkort zal Frankrijk waarschijnlijk een meer links georiënteerde regeering krijgen, al valt daarvan nog weinig te zeggen in verband met het feit, dat de partijgroepeering in de Fransohe Kamer altijd onzekere speculaties biedt. Wat zal de nieuwe Fransche regeering er van terecht brengen? Belangrijke interna tionale conferenties staan voor de deur, conferenties, waarbij Frankrijk offers zal moeten brengen. „Ons ministerie", zoo constateerde Tar dieu in een schrijven aan president Lebrun triomfantelijk, „is er trotsch op een gezon den toestand achter te laten; een rustig en goed-georganiseerd Frankrijk; een gewaar borgde veiligheid; een productie, welke te gen do wereldcrisis beschermd is; een werkloosheid, welke twintig maal kleiner is dan die van onze buren; een ongeschon den en bijna onaantastbare franc; een bij tijds aangenomen begrooting; een openbare schuld, welke den laatsten tijd met twin tig milliard francs is gedaald; een vredes- en herstel politiek, welke bijna eenstemmig door de partijen wordt gesteund". Inderdaad Frankrijk is er wel bij geva ren, althans van eng nationalistisch stand punt bekeken. Maar de wereld is minder tevreden over de politiek van Tardieu. Waarschuwing. Een flinke waar schuwing, ook en vooral aan het adres van Frankrijk, heeft de Duitsche rijkskanselier dr. Brüning in zijn jongste rede in den Rijksdag gegeven. Terzake van de herstelschulden sprak dr. Brüning een even duidelijke en onomwon den taal. Het reeds in Februari ingenomen non-possumusstandpunt onderschreef bij nogmaals nadrukkelijk, waarbij hij deed uitkomen, dat er van betalingen door eeni- ge Duitsche regeering noch nu, noch later, sprake kan zijn. Het voordeel van zulk een ondubbelzin nige taal, welke den Hitlerianen wel uit het hart gegrepen schijnt, is natuurlijk, dat bet buitenland, waarmede Duitschland straks te Lausanne te zamen zal komen om een' mm regeling te treffen, welke den weg moet be reiden voor het herstel, wil de wereld niet nog dieper in het economisch moeras weg zakken, thans niet in twijfel behoeft te ver- keeren omtrent het Duitsche standpunt. Ten aanzien van het probleem der ont wapening onderstreepte de rijkskanselier met grooten nadruk den Duitschen eisch tot algemeene ontwapening en rechtsgelijkheid, waarbij hij oa. herinnerde aan de woorden van den Italiaanschen minister van buiten- lansche zaken Grandi, n.l. dat een weinigje goede wil voldoende zou zijn om de ontwa peningsconferentie te doen slagen. Waar aan hij de woorden toevoegde (die onge twijfeld in hoofdzaak tot Frankijk gericht waren), dat „men nu eindelijk in regeo- ringskringen, die dit weinigje goeden wil niet weten te toonen, moeten zien, dat een mislukking van de conferentie de erg^e politieke en economische gevolgen zou heb ben". Moge Frankrijk deze laatste waarschu wing goed ter harte nemen. SPORT VOETBAL R. K. FEDERATIE. HOLLAND—DUITSCHLAND. Op 5 Juni a.s. te Arnhem. Zooals wij reeds mededeelden worden duizenden belangstellenden voor bovenge- noemden wedstrijd te Arnhem verwacht. De aanvragen voor entréekaarten van buiten Arnhem is verrassend groot en nog voortdurend blijven bestellingen binnen- loopen, welke steeds zoo spoedig mogelijk worden uitgevoerd. Doch ook in Arnhem zelve wordt de komende, landenkamp druk besproken, niet slechts in Katholieke krin gen, doch door alle sportliefhebbers. Het is nu reeds zeker dat het Arnhemsch Comité van voorbereiding zal kunnen bo gen op een groot succes en wanneer dan bij den wedstrijd ook het bij een landenwed- strijd zoo prettig aandoende enthousiasme van het publiek niet ontbreekt, dan zal 5 Juni een groote propaganda-dag zijn voor de R. K. Sport. Wij meenen goed te doen erop te wijzen. dat het terrein om half twee wordt geopend en dat de wedstrijd om 3 uur aanvangt. Vóór den wedstrijd en tijdens de rust zal de Arnhemsche R. K. Harmonie „St. Gre- gorius" met pittige en vroolijke marschen het publiek bezig houden. Het Vitesse-terrein is fraai gelegen, het speelveld is first-class terwijl de tribunes de toeschouwers in staat stellen den wed strijd behoorlijk te volgen. Zooals reeds is medegedeeld zijn de gereserveerde zitplaat sen op de overdekte tribune reeds alle weg. Nog enkele zitplaatsen vóór de overdekte tribune waren j.l. Zondag nog over. Wie op 5 Juni Holland-Duitschland wil bijwonen bestelle spoedig kaarten bij den heer A G .v Dalen, Paulstraat 107, Arn hem Postrekening 181322. Na ontvangst van het bedrag, vermeerderd met 30 ets. portokosten, worden de govraagde kaarten voorzoover nog beschikbaar, zoo spoedig mogelijk per aangeteekenden brief toege zonden. R. K. S. V. „Leiden". Maandag zullen alle elftallen binnen de bekende lijnen komen. Te 2.30 uur speelt ons eerste elftal de uit gestelde revanche-match tegen S.J.C. en daar op 29 Mei a.s. do Rood-Zwarten om een zilveren bal tegen Graaf Willem zullen uitkomen, is dit een prachtige oefenwed strijd. Leidenaren, allen dus aan den start! Ons tweede elftal zal een fietsron naar Zoctcrwoude maken; vertrek 1.15 uur van af de Douzastraat. Leidcn-reserves, ook voor U is do oefening hoogst nuttig! Het derde elftal zal een tocht door do bloembollenveldcn maken en wedstrijd tegen S J.C. spelen. Vertrok 12.15 uur van af den Haarlemmertrekvaart. Veel succes l ui Ten slotte onze juniores, zij spelen om 1 uur tegen de dito's van Teylingen en zul len danig partij dienen te geven, want, het eerste is ook aanwezig! Wedstrijdprogramma voor a.s, Maandag. Oefenwedstrijd Noord-Zuid te Geleen. Om het kampioenschap. S. D. O. U. C.Santpoort Eerste klasse A. Kerkrade—R. K. O. N. S. Eerste klasse B. UnionGennep. DIOC. HAARL. VOETBALBOND. R. K. Sportvereeniging „Meerburg" Zoeterwoude (H.R.). Maandag, 2en Pinksterdag, belooft voor onze spelers een drukke dag te worden. Immers vier van de vijf elftallen zullen irt het veld komen om diverse vriendschappe lijke wedstrijden te spelen. De junioren spelen om 2 uur op het Sport park „Zuidwyck" aan de Maaldrift een wedstrijd tegen een sterke K WD. combi natie jun. Alle elftallen van R.W.D, wisten in de competitie een goede plaats to bereiken; dat deze elftallen dus een sterke combina tie kunnen vormen, ligt voor do hand. Onze junioren zullen dus allo krachten moeten inspannen om een zoo goed moge lijk resultaat te behalen. Meerburg 3 speelt om half één thuis tegen het voorloopig junioren-elftal van het District Leiden. Dit elftal, waarin uitstekende krachten schuilen, bewees in de door haar reeds ge speelde wedstrijden, van behoorlijke kwa liteit te zijn. Het derde zal derhalve al haar krachten moeten inspannen om een nederlaag te ontkomen. De laatste wedstrijden was het dorde echter goed op dreef, zoodat we een span nende strijd verwachten. Meerburg 2 speelt na een lange rust periode oveneens thuis en wol tegen S.J.C. 4. In de competitie lieten de Noordwijkers zich als prettige tegenstanders kennen. We hopen dat het Maandag eveneens een aan gename wedstrijd zal worden. Wat do kan sen betreft, lijkt ons Meerburg 2 wel iets sterker, hetgeen ook in de competitie be wezen is. Niettemin moeten de onzen do tegenstan ders niet onderschatten, daar de S.J.C.-ers ongetwijfeld alles in het werk zullen stel len, beide puntjes mee naar huis te nemen. De wedstrijd begint om half drie. De abusievelijk voor Meerburg I vastge stelde wedstrijd voor de eerste ronde van ,.De Leidsche Courant-beker" gaat niet door. De Warmonders zijn n.l. wegens Ker kelijke redenen verhinderd uit te komen. Een en ander is wel jammer, daar de afwer- werking van het programma hierdoor een aanmerkelijke vertraging ondervindt. In den Haag gaat de strijd om een plaats in de eerste klasse voort. S.D 0. I ont vangt op eigen terrein Olivoo I. Met be langstelling zullen we de verrichtingen van 5.D.C. in de verdere wedstrijden gade slaan. O.i. hebben ook de Hagenaars tegen het sterke Oliveo I geen kans zelfs ook maar één puntje te veroveren. Zaterdagmiddag voetbaltraining om half drie. Ook bijzonderheden betreffende de vriendschappelijke wedstrijden worden tij dig aan de bekende adressen bekend ge maakt. I Opgaaf nieuwe leden uitsluitend aan het Secrctariaut Nieuwe Rijn 92, Leiden. R. K. S. V. A.S.C. Het bestuur van A.S.C. hoeft de laatste vergadering besloten om den clubavond, a.s. Donderdag 19 Mei te houden om halfacht in het Patronaat.. Alle leden worden ver zocht in grooten getale op to komen zoo wel dames als hoeren, schooljongens en meisjes worden niet verwacht. A.s. Maan dag is cr geen gymnastiek in verband met Tweeden Pinksterdag. A.S.C. speelt 2dcn Pinksterdag een vriendschappclijkcn wedstrijd tegen Lcidon II op liet A.S.C.-tcrroin, aanvang te 2.30 uur. Leiden II is voor ons al een oude te genstander. Wij zijn altijd gowend een pret- tigen wedstrijd te spelen wat natuurlijk nu ook weer verwacht wordt. Dus A.S.C.-sup- porters, het zal de moeite waard zijn naar deezn wedstrijd te komen kijken. R. K. Voetbalvereeniging „D.O.S.". Voor Tweeden Pinksterdag is het volgen de programma vastgesteld: 1 uur: D OS.-jun.—A.K.-jun. 3 uur: D.O.S. ILisso I. 1 uur. A.K. IID.O.S. II te Langeraar. FEUILLETON. Uit het Engelsch van J. S FLETCHER. 27) „Juist, op die plek?" vroeg Mr. Drayne droog. En zich volkomen bewust, dat hij de getuige in het nauw had gedreven, ging hij zitten zonder antwoord op zijn vraag af te wachten. Een pijnlijke pauze volgde. Mevrouw Stanbury ging uit de getuigenbank weg. Sindal verliet zijn plaats achter de tafel, voegde zich bij haar en Marston en hij I begonnen een fluisterend gesprek. De coroner keek op van zijn papieren en richtte den blik naar de politie-autoritei- ten en Mr. Drayne. „Het komt mij voor, dat we thans aan een geschikt punt zijn gekomen om het in quest te verdagen", meende hij. „Het is duidelijk, dat er belangrijke punten opge helderd zxillen moeten worden en daarom. Een van de juryleden, een eenvoudige werkman, die de verhooren met gespan nen oplettendheid had gevolgd, stond op en vroeg de aandacht van den coroner, die zijn zin afbrak en den man vragend aan keek. „Mr. coroner', begon het jurylid op be slisten toon zijn boersch dialect sprekende, «voor er verder gepraat wordt over verda gen zou ik wel graag nog een paar vra gen beantwoord willen hebben. Kan dat?" „Ieder van de gezworenen, heeft het recht de vragen te stellen, die hem nuttig en noodig voorkomen", antwoordde de coroner. „Dan zal ik zoo vrij zijn er een paar te doen", verklaarde het jurylid. „Ik zou wel graag wat meer willen weten over me neer Pike daar. Ik zie zijn kosbjuffrouw juffrouw Lightowler, in de zaal zitten. Laat u haar in de getuigenbank ko men, mr. coroner, om de vragen te beant woorden. die ik haar zal doen. Juffrouw Lightowler", ging hij voort, toen de be jaarde juffrouw, tot haar niet geringe ver- bazing voor het getuigenhekje ontboden was", juffrouw Lightowler, meneer Pike is j al een poos bij u in den kost nietwaar? i Daarom wilde ik wel eens van u hooren of het waar is, wat hij straks over die nachtwandelingen vertelde De getuige keek schuw van haar kost ganger naar den ondervrager. „O zeker, dat is woord voor woord waar", antwoordde zij. „Meneer Pike sliep slecht den laatsten tijd, en de dokter heeft hem gezegd te gaan wandelen voor hij naar bed ging. Daar weet ik van." „Dat is dan in orde", zei het jurylid. „Maar nu wat anders, juffrouw Lightowler. Slaapt u zelf nogal goed „Nou, niet zoo erg best", antwoordde de oude vrouw", ik ben niet zoo jong meer en dan gaat het met heb slapen meestal niet meer, zooals je wel zoudt willen." „Hebt u Pike -Maandagnacht of eigen lijk gezegd, Dinsdagochtend hooren thuis komen „Ja zeker." „Hoe laat was dat? Weet u het nog prc- „Het was twee uur. Ik hoorde hem binnenkomen, en stak het licht aan om op de hangklok in mijn kamer te kijken." Het jurylid wenkte de getuige dat ze kon weggaan en wees met een gebiedend- uitgestrekten vinger naar Pike. „Ga terug naar die bank daar", com mandeerde hij. „U zei straks dat u me neer Etherton tot de fabriek gevolgd was ent hem naar binnen zag gaanom kw'art vóór eene, zoowat. Nu moet u mij eens vertellen, jongeman, wat u uitgevoerd hebt tusschen kwart vóór eenen en twee uur, toen juffrouw Lightowler u hoorde thuiskomen." Pike wierp een woedenden blik op zijn ondervrager en keek van hem naar den coroner. Maar deze luisterde rustig toe, met neergeslagen oogen en Pike begreep, dat hij geen hulp van deze autoriteit te verwachten had. „Vooruit", drong het jurylid, „voor den „Ik ging nog een eind wandelen", was het norscbe antwoord. „Waarom „Omdat ik weer klaar wakker was ge worden", snauwde Pike. „Waar ging u heen?" „De hei op". „U wandelde nog vijf kwartier?" Pike knikte alleen maar, en het jurylid ging weer zitten, met een sluw, achter dochtig glimlachje naar do elf gezwore nen. „Die kerel weet ook heel wat meer dan hij wil loslaten.ve:Haarde hij duidelijk verstaanbaar. „Diar durf ik miju kop on der verwedden." Do coroner fluisterde inmiddels druk met de officieele personen die om hem heen zaten en richtte zich toen tot de jury. „Ik 6©horsch het inquest tot vandaag over veertien dagen, heeren", deelde hij mede", en inmiddels. Toon de coroner zijn formeele verklaring geëindigd had, stroomde do eetzaal van de „Grange" langzaam leeg. In opgewonden gesprek over hetgeen het onderzoek aan het licht had gebracht, begaven de toe hoorders zich in groepjes naar buiten. Sin- dal die zich met moeite losgemaakt had van een paar mensehen, die een gesprek met hem trachtten aan te knoopen, slaag de er in den nieuwen baronet te berei ken, Hij tikte hem op den arm on beduid de hem mee te gaan. HOOFDSTUK XII. Hulp van buitenaf. De advocaat nam Marston mee naar de hall en keek om zich heen, als om naar een rustig plekje te zoeken, waar zij onge stoord konden praten. De jongeman, zijn bedoeling begrijpend, opende de' deur van Sir Cheville's wapenkamer, waar hij met Sindal binnenging. Zoodra de deur weer gesloten was, wendde do advocaat zich op ernstige toon tot hem. „Sir Marston", zei hij, „deze zaak ont wikkelt zich in een richting, die niemand van ons verondersteld had. Ik mag u niet verhelen, dat ik niet optimistisch gestemd ben. Na de verklaringen dor doktoren is er geen twijfel aan. dat uw oom door ge el Ipleging nm het leven is gekomen t gezegd, hij is vermoord. Ik had er al een vermoeden van, dat dit van den aan vang af het uitgangspunt van do politie was, daarom hebben ze Drayne erbij ge haald. Wij moeten van onzen kant ener gieke maatregelen nemen: dat is mijn stellige overtuiging." „Drommels", viel Marston onthutst uit. „U wiltr toch niet zeggen, dat er verden king tegcn_ mijn moeder bestaat? Dal. zou ik haast uit uw woorden opmaken...." „Het is moeilijk om op dit oogenblik met zekerheid te zeggen wat ze precies vcronderslelen of wie er verdacht wordt", antwoordde Sindal, „maar ok vrees, dat we er niet aan behoeven te twijfelen, dat zij uw moeder er van verdenken, iets te we ten, dat zij verzwegen heeft. Het kan zijn dat zij aannemen, dat zo Sir Cheville's lichaam vond en zich meester heeft gc- maakt van de vermiste paiperon, of ook dat ze in samenwerking in een of andere vorm van haar en mr. Etherton vermoe den." „De veronderstelling is belachelijk", viel Marston verontwaardigd uit. „Onmogelijk in één woord." „Niets is belachelijk of onmogelijk in gevallen als dit, niets," verklaarde de ad vocaat; „in ieder gewal beschouwt de po litie het zoo. Als die verdenking heeft op gevat tegen uw moeder of tegen haar en meneer Etherton samen, zal zij zich met alle kracht aan haar theorie vastklemmen, en ze zal niets onbeproefd laten om, vóór het inquest hervat wordt, een bewijs voor hun vermoedens to contrueeren. Wij moe ten op alle eventualiteiten bedacht zijn en om de politie den wind uit do zeilen te nemen, staat er maar één mogelijkheid voor ons open." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 13