m
CAIVEDEIFTS MAYONNAISE
RESTAURATIE VAN DE AYA SOPHIA
Vijfde eeuwfeest van het Gentsche Altaarstuk.
CENTRALE VERWARMING
EïuIS SANITAIRE INSTALLATIES
ZATERDAG 7 MEI 1932
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
PINKSTERZEGEN.
HET MASSAAL MYSTERIESPEL VAN
„DE GRAAL".
De Graalmeisjes en hun leidsters ve
len uwer kennen ze wel zooals ze in hun
aardige uniformen en hun wijde capes langs
de straat gaan, spelen Maandag 16 Mei,
tweeden Pinksterdag in het Stadion te Am
sterdam een massaal leekespel.
De Graal heeft een diep godsdienstige
grondslag en het is voor een christen al
tijd een verheugend verschijnsel te zien,
dat veel jonge menschen met groot enthou
siasme zich aan éen dergelijke beweging
wijden. Het vorige jaar op den 2den Paascn-
dag voerde de Graal haar eerste leeken-
spel op, getiteld „De Koninklijke weg van
het Heilige Kruis'*. Het eerste gedeelte
van dit spreekkoor werd gevormd door het
12de hoofdstuk van het 2de boek der Na
volging van Christus. Het tweede deel
bracht ons een herdenking van de Heilige
vrouwen op den Paaschmorgen bij Chris
tus' Graf en het derde deel paste die hoo-
ge idealen toe op de sociale moeilijkheden
onzer dagen.
Dit jaar zal het spel veel van het vorig
jaar verschillen. Stonden toen ongeveer
3000 medewerksters op het Stadion opge
steld in een prachtig kleurenperk, dat zich
onder het spel niet bewoog, thans zijn er
verschillende rollen en groepen die zich
voortdurend bewegen, handelen en dansen,
en werken er in totaal ongeveer 10.000
meisjes mee.
De verschillende groepen gevormd door
Graalleden uit vele grootere en kleinere
plaatsen van Noord- en Zuid-Holland, Am
sterdam speelt de rol van „De Graal", Rot
terdam de rol van de „Kruiskinderen
Haarlem de rol van de „Bewaarengelen
Alkmaar de rol van de „Seraphs en Che
rubs Deilt de rol van de helscke machten
tenslotte spelen de meisjes uit de kleinere
plaatsen de rol van de Bekeerlingen en
de groep der „Graalkadetten" wordt ook
nog door meisjes uit de voornaamste groo-
te steden gevormd.
Het spel opent met een lied tot den H.
Geest, het Vem Creator. Under dit lied
trekt de Graal van 7 kanten het Stadion
binnen, in het midden van de grasvlakte
vormen zij een zevenpuntige ster, verbeel
dend de 7 gaven van den H. Geest, ledeie
sterrepunt heeft een andere kleur. Rood.
groen, blauw, oranje, zilvergrijs, paars en
geel zien we geschaard rond een geweldige
Graalsohotel, in het midden van het Star
dion opgebouwd.
Wanneer het Veni Creator gezongen is,
bidt de ster:
„Zend Uwen Geest uit en wij worden
herschapen,
En Gij zult het aanschijn der aarde
vernieuwen''.
In dit gebed ligt het verlangen om de
wereld anders te doen worden. De wereld,
alge wend van God, ellendig, hulpeloos en
in zich zelve verdeeld, geen uitweg meer
ziende en het schijnt of de oude wereld de
weg uaar het geluk, d.i. naar het hart van
God niet meer kan of wil vinden. Dat wil
de Graal nu veranderen en vernieuwen.
Na de Graal treden de „Bewaarengelen
in gele gewaden gekleed binnen, zij stellen
zich op rond de wielerbaan en moediger,
de Graal aan in haar pogen, zij raden haar
aan daden te stellen, offers te brengen, lij
dend te beminnen en nooden haar uit tot
een gebed en vragen haar dit gebed uit te
drukken in een godsdienstige dans, zooals
in Oud-Testamentische tijden David voor
do Ark danste.
De ster zingt nu een hymne tot den fl.
Geest en een groote groep meisjes treden
uit de ster en drukken dit gebed uit door
een expressieve dans en ootmoedige geba
ren. De engelen scharen zich nu in een cir
kel rond iedere sterrepunt en bidden beur
telings over iedere groep een gave van den
H. Geest af. 'En de Graal met de engelen
„Daal, daal neder Heilige Geest!"
Dan komt er muziek als van een felle
wind. Seraphs en Cherubs snellen nu bin
nen en brengen hun liefdeboodschap aan
de Graal.
„Hoe IJ streelde, hoe U griefde
Jezus lijden, Jezus Liefde.
Graalleus zij de liefde rood,
Liefde tot in kruis en dood".
De Graal juicht in blijde verbazing:
„De Heilige Geest is bij ons geweest
Wie ook afval of dwaal
Hem getrouw blijft de Graal"
en zacht en innig als een gebed klinkt t:
„Liefde is in den hemel koning,
En onz' zielen zonder tal,
Zoeken daar hun eeuw'ge woning,
Liefde overwint het al!"
Dan spreken zij in enthousiaste bezie
ling over de wonderwerken Gods. En hier
na slaat de Graal op den rand der arena
haar 7 tentenkampen op.
Nu komen al huppelend en springend de
Kruiskinderen binnen, maar ook de hel
scke machten schieten toe, om de kinderen
naar zich toe te lokken. De aanval wordt
echter afgeslagen en de kinderen verlaten
het veld, spelend, zooals ze gekomen wa
in vier gesloten carré s komen nu ietwat
overmoedig de Graalkadetten aangestapt-.
Als zij zioh échter in een vroolijke dans
over het veld willen verspreiden breken de
helsche machten met hernieuwde kracht ;<>s
en trachten Graalmeisjes en kadetten mee
te lokken. Doch met een massaal „neen"
worden zij afgewezen. Dat baat echter
niets. En de aanval hernieuwt zich met
rhytmisch getoover. Nu klinken de alarm
trompetten tot dat een hartroerende bede
tot Maria de aanvallers doet terugdeinzen
Nu ontwikkelt zich tusschen de kampen
een gesprek over de Liefde; uit deze samen-
spreking groeit het verlangen om ook naar
buiten hun innerlijke gevoelens te getui
gen. De kampen mobiliseeren zich en rion-
ten zich met 4 fronten naar het publiek.
De groepen der wereld, die zich op de tri
bunes bevinden, spreken eerst heftig tegen
doch langzamerhand worden zij tot zwijgen
gebracht en door het verhaal van Jezu6
lieldedaden tot algekeele overgave be
keerd. Zij dalen in de arena af en worden
in de kampen verwelkomd en ingekleed-.
Allen tesamen vereenigen zij zich nu voor
de Graalofferande en tenslotte komt de
stem van Jezus de Graal zeggen, dat haar
gebed verhoord is en Hij met haar zal zijn.
Het verbond met Jezus wordt geslotea,
waarna het spel met een massaal Te Deum
wordt besloten.
Een ieder, die ook in een massa-spel
heeft medegewerkt zal kunnen begrijpen,
wat er in deze voorafgaande dagen van
regie en organisatie gevergd wordt om al
les in goede banen te leiden en vlot te la
ten afloopen. Doch de leden en leidsters
van De Graal zetten gezamenlijk hun
schouders onder het werk om op den 2den
Pinksterdag een spel te brengen, dat èn
toeschouwers èn medewerksters nog lang
in het geheugen moge blijven; en de bood
schap Jezus' liefde zal uitdragen in vele
harten, die het wezen van het Christendom
voordien nog nooit tenvolle hadden begre
pen. En hiermee hoopt de Graal dus weer
een stap verder te zetten op den weg der
wereld vernieuwing door liefde en Heiligen
Gee-st. Daarvoor hebben de Graalmeisjes
en leidsters nu eenmaal alles over; en al
leen dit hooge doel stelt hen in staat tot
al de offers van zelfverloochening en in
spanning die zoo'n demonstratie natuurlijk
van alle deelneemsters vraagt.
AYA SOPHIA.
Eenigen tijd geleden heeft de Turksohe
Regeering toestemming verleend om de in
dertijd wereldberoemde mozaieken in de
Aya Sofia, uit den vroegen Byzantijnschen
tijd van hun kalklaag te ontdoen. Het mo
zaïekwerk bestaat uit bonte glasstif-mo-
zaieken op goudgrond en was gedurende
bijna 1000 jaren, van Justinianus tot de in
bezitneming van Constantinopel door de
Turken, het voornaamste ornament dor
kerk. In het jaar 1453 zijn de mozaieken
met kalk bedekt, aangezien de Mohamme-
daansohe religie elke afbeelding van men
schen verbiedt. De restauratie geschied!
onder auspiciën van het Byzantijnsch insti
tuut van Boston, welk instituut zich ten
doel heeft gesteld Byzantijnsch© moskeeëü
to restaureeren. Onder toezicht van den
Amerikaan Whitemore zijn twee Vene-
tiaansohe mozaiek-specialisten sinds eeni
gen tijd bezig de verf van de oude mo
zaieken te verwijderen. Zij hebben hier
mede succes gehad; in een nis in het Zui
delijk gedeelte vau de Moskee zijn prachti
ge bloemen op een achtergrond van goud
te voorschijn gekomen. De mozaieken zijn
onder de verf verrassend goed gebleven en
men hoopt daarom, dat nog meer kostbare
werken der Byzantijnsche mozaiekkunst te
voorschijn zullen komen. Volgens bereke
ning van een Turksche architect zullen de
kosten van deze restauratie ongeveer drie
en een half millioen gulden bedragen. De
Aya Sofia werd gebouwd door Constantijn
Het hoofdmotief uit het altaarstuk, de „Aanbidding van het Lam Gods" (middenstuk, onderste gedeelte)
Morgen zal, zooals wij reeds eerder
meldden, te Gent op plechtige wijze het
vijfde eeuwfeest worden gevierd van de
schepping van het onsterfelijke altaarstuk
„De Aanbidding van het Lam Gods" door
de gebroeders van Eyck. Hoewel de eigen
lijke herdenkingsdag den 6en Mei is,
heeft men den datum van 8 Mei gekozen
om het feest op een Zondag te doen plaats
vinden. Ter gelegenheid van deze plechtige
herdenking zal op Zondagmorgen 8 Mei
in de St. Bavokerk te Gent een Pontificale
H. Mis worden opgedragen, waaronder de
gezangen zullen worden uitgevoerd door.de
Schola Cantorum van de St. Bavokerk,
welk koor een 150 zangers telt. Na de
H Mis heeft er om half twaalf ten Stad-
huize een academische zitting plaats,
waarop o.a. het woord zal worden gevoerd
door prof. dr. W. Vogelsang, directeur van
het Kunstinstituut te Utrecht. Des avonds
heeft er op het St. Baafsplein een kunst
concert plaats, waarna projectie van af
beeldingen van de Aanbidding van het
Lam. De projecties zullen worden bespro
ken door den heer Kan. van den Gheyn en
begeleid door godsdienstige gezangerff uit
gevoerd door de Schola Cantorum. Tij
dens de plechtigheid zal de Kathedraal
verlicht zijn. Over het leven der beide
schilders Hubert en Jan van Eyk is slechts
zeer weinig bekend. Zelfs hun geboorte
jaren zijn niet juist aangeteekend. Alge
meen wordt aangenomen, dat de oudste der
beide broeders, Hubert, geboren werd in
1366 en Jan omstreeks 1386. Hun geboorte
plaats is hoogstwaarschijnlijk het kleine
Belgische plaatsje Maaseyk, waaraan zij
ook hun naam zouden te danken hebben.
Hun vader zou een zekere Josse van Eyck
zijn, óók een kunstenaar, die in oorkonden
van 1391 nog wordt genoemd. Zeker is het,
dat Jan van Eyck, die later de meeste be
kendheid verkreeg, door zijn broer in de
schilderkunst werd onderwezen. Beide
broeders kozen Brugge als woonplaats,
waarom zij ook dikwijls van Brugge werden
genoemd. Na 1420 begaven de beide van
Eyck"s zich naar Gent, ter uitvoering van
het werk „De Aanbidding van het Lam
Gods". Hubert van Eyck stierf hier tijdens
de uitvoering van het werk op 18 Septem
ber 1426hij werd bijgezet in de kathe
draal van St. Bavo. Na zijn dood voltooide
Jan van Eyck het begonnen altaarstuk ver
der. In 1432 kwam dit werk gereed en op
6 Mei van dat jaar werd het meesterstuk
plechtig in ontvangst genomen door de
geestelijkheid van de St. Janskathedraal,
welke later de St. Bavo-kathedraal is ge
worden. Over den eigenlijken oorsprong
van het werk loopen de meeningen nogal
uiteen. Pol de Mont schreef hierover het
volgende: „Ernstige redenen bestaan er
om aan te nemen, dat het werd ontwor
pen, aangelegd, niet zooals men gemeen
lijk aanvoert in het Zuiden, op bestelling
van Filips van Bourgondië of van Jaco
bus Vijdt, maar in Holland, in Den Haag,
op last van den kunstminnenden Graaf Wil
lem IV". Toen deze Graaf gestorven was,
was er twist ontstaan omtrent zijn nala
tenschap, zou het naar Gent zijn overge
bracht, waar het stuk in de werkplaats van
den schilder bleef, totdat deze zelf over
leed en zijn broeder den arbeid overnam.
De veronderstelling, dat de opdracht tot
het werk in Holland zou zijn gegeven,
grondt men op het feit, dat op den achter
grond van het doek de Utrechtsche Dom
toren troont. Hoewel het vrij zeker is, dat
de eerste bestelling voor dit werk aan
Hubert van Eyck werd opgedragen, is het
nog niet gelukt de beide handen zeker te
onderscheiden. Waarschijnlijk zijn de
vleugels van Jan, het middenstuk van Hu-
bert van Eyck. Alles is bewonderenswaar
dig in dit werkdo techniek, die de kleu
ren tot op onzen tijd volmaakt zuiver
deed blijven, het koloriet, dat tegelijk
een streelende teederheid en een buiten
gewone kracht heeft, zonder dat ooit de
harmonie wordt verbroken, de verheven
vroomheid en de volkomen natuurgetrouw
heid van personen en landschap.
Het meesterstuk is eerst sinds 1920 in
zijn geheel te Gent. De buitenluiken be
halve de twee buitenste paneelen, Adam en
Eva voorstellende, waren in 1816 verkocht
aan het Museum te Berlijn. De paneelen
met Adam en Eva bevonden zich te Brus
sel. Door het verdrag van Versailles kwa
men de stukken, welke zich in het buiten
land bevonden weer naar België terug,
waar zij in 1920 weer in de aloude St. Ba
vokerk te Gent werden geplaatst. Het
initiatief tot de plechtige herdenking van
het 5e eeuwfeest van het schilderstuk word
genomen door het Geschied- en Oudheid
kundig Genootschap van Gent.
De St. Baafskerk, waarin zich het beroemde altaarstuk bevindt.
Op het voorplein een monument der Gebroeders van Eyck.
den Groote in de vierde eeuw. Constantijn
wijdde dezen tempel boe aan de Goddelijke
Wijsheid (de hagia sofia in het Grieksoh).
Deze eerste kerk was bijna geheel uit hout
opgetrokken en werd na korten tijd door
een aardbeving verwoest. Constantijn liet
toen een veel grooter en prachtiger kerk
gebouw optrekken, dat echter ook kort na
de voltooiing door rampen werd geteisterd.
Zoo werd deze kerk in minder dan vijftig
jaar tijd tweemaal door brand verwoest
onder de keizers Arcadius en Theodosius.
Ten tijde van Justinianus werd de kerk
nogmaals in de asch gelegd. Na dezen
laatsten brand in 532 gaf Justinianus aau
de architecten Antkemios van Tralies ©n
Isidores van Milet opdracht een nieuwen
tempel op te richten. Vijf jaar lang werk
ten deze bouwmeesters aan de opdracht.
In 558 had de kerk opnieuw van een aard
beving te lijden, tengevolge waarvan de
prachtige koepel instortte. Opnieuw voer
de Isidores van Milet de restauratie uit
en in 564 werd de kerk opnieuw ingewijd.
De verovering van Constantinopel door de
Turken op den 20en Mei 1453 had even
wel de verwoesting van de Sophia-kerk niet
tengevolge; deze Christenkerk werd de
eerste moskee van de Turken en Mahomed
II richtte de kerk voor zijn eeredienst in.
De basiliek van Justinianus onderging
slechts weinige veranderingen ten behoeve
van den nieuwen eeredienst. Van buiten
werden vier minarets aangebouwd, van
I waaraf de geloovigen tot het gebed werden
opgeroepen. Het interieur der kerk leed
toch ©enige schade. Volgens de voorschrif
ten van hun leer verwijderden de Turken
al de afbeeldingen en bestrekon deze met
een dikke laag kalk of verf. Eenige brok
ken van schilderijen en afbeeldingen wer
den in de haast evenwel vergeten. Zoo kan
men in de kromming van het half koepel
dak, waaronder zich het altaar verhief nog
duidelijk een afbeelding van de H. Maagd
mot het Goddelijk Kind aanschouwen, ter
wijl men boven een deur nog een afbeelding
van Christus ziet. De voorwerpen van den
Christelijken eeredienst, welke in de kerk
aanwezig waren, zijn door de Turken door
andere vervangen. Nabij de plaats, waar
vroeger het altaar stond, is een nis aan
gebracht, waarin de koran rust. De eigen
lijke kerk, zonder de voorhal, vormt ©en
rechthoek van 74 bij 79 meter. Boven de
pilaren, die door vier maohtige bogen zijn
verbonden, rust de trotscho koepel, welk©
een doorsnede van 31 meter heeft. De res
tauratie, welke thans in de kerk wordt uit
gevoerd, is niet de eorste. Reeds in 18-17
werd door von Salzonberg een gedeelte van
de kalklaag der muren verwijderd, waar
door enkele mozaieken kondon worden ge-
copiëerd.
BERNARD SCHULTE Voorhout bij Leiden -Teleioon: Sassenheim 4532
HEEBJUK OM IN-HUIS-TE/ HEBBEN