N.V. LEIDSCHE EXPLOITATIE MIJ. VAN ONROERENDE GOEDEREN VRIJDAG 29 APRIL 1932 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 11 DE VERTROUWENSCOMMISSIE VAN OBLIGATIEHOUDERS KLAAGT OVER DE ONDERVONDEN MEDEWERKING. ER ZUN „LEKKEN"! De heeren Kort en Mr. Nord Thomson willen aftreden. Gisterenmiddag te 2 uur werd in Kras- napolsky te Amsterdam een algemeene vergadering gehouden van de 5.5 pet. obli- gatiehouders der N.V. Leidsche Exploita tie Mij. van Onroerende Goederen, zulks ter bespreking van mededeelingen van de commissie uit obligatiehouders betreffen de een transactie tot verkoop van onroe- rend goed en van verdere voorstellen der commissie. Deze vergadering was uitgeschreven op verzoek van obligatiehouders, vertegenr woordigende 1/5 van het uitgegeven obli gatie-kapitaal. De Trustee, notaris M. G. Bon, heette de aanwezigen welkom en zeide, dat deze vergadering was uitge schreven ten einde enkele mededeelingen te doen en de moeilijkheden der laatste weken te bespreken. De voorz., deelt mede, dat vertegen woordigd is een kapitaal van 118.500, uit brengende 109 stemmen. Hierna werd door notaris Bonga het proces-verbaal der vorige vergadering voorgelezen, hetwelk onveranderd werd Vervolgens kreeg mr. G. H. E. Nord Thomson het woord om namens de oom missie een en ander mee te deelen over hetgeen tot nu toe is gedaan. Spr. wijst er in de eerste plaats op, dat het de heer de Kort is, die het grootste aandeel heeft in de werkzaamheden der commissie, daarna komen de heer Paarde- kooper en spr. Spr. kan de merveilleuse mededeeling doen, dat de toestand der Mij. wat de liquiditeit betreft, aanmerkelijk is ver beterd sedert 29 Maart. Na gereleveerd te hebben hoe de com missie tot stand is gekomen, herinnerde spr. eraan, dat de vergadering van 5.5 pet. obligatiehouders het voorstel tot het ver- leenen van een moratorium tot 1 Januari 1933 goedkeurde, doch de vergadering van 6 pot. obligatiehouders gaf geen uitsluitsel betreffende dit moratorium, zoodat daar omtrent nog niets verzekerd is. De commissie is erin geslaagd een be langrijke transactie af te sluiten en hoe wel deze nog niet notarieel is bekrach tigd, is zij reeds door beide partijen ge- teekend. Spr. legt dan een lijst van actvia en passiva over, waarin de gedane transac ties zijn verwerkt. Deze cijfers zijn van den toestand na notarieel transport van tot stand geko men overc mkomsten. Zij volgen hier: Actief Boekwaarde van de huizen 1.910.568.86, idem in aanbouw 75.000.— totaal 1.985.568.86; boekwaarde terrei nen 518.768.78, idem terreinen in aan koop 13.250, totaal 532.018.78; Hypo theken u. g. 48.933.waarvan dubieus 13.930.50, totaal 35.002.50; materialen 500.Kantoorinventaris 260.90; De biteuren: Leiden Autoboxen-Garage 29.171.17, diversen 6886.64, totaal 36.057.81, waarvan dubieus 35.694.14, is 363.67; kas en giro 377.55; te verreke nen wegens borgstelling 5000.N.V. Alboma rekening courant 40.000.de pot bij commissie uit de 5.5 pet. obligatie houders 6650.Contanten uit afgeslo ten transacties 33.000; effecten volgens beurskoers per 26 April 1932 80.000.—; Saldo verlies 135.279.81. Totaal bedrag 2.854.022.07. Opmerkingen: Het te verwachten ver lies in de Dochter-Maatschappij is reeds in deze balans verwerkt. Het hoofd „N.V. Alboma rekening-courant" stelt voor het bedrag, dat kan vrijkomen bij verkoop be zit Dochter-Mij., na aflossing van de daarop rusten hypotheken. Passief Geplaatst kapitaal 557.500 le hypotheken 1.597.897.2e hypothe ken 55.500.Rotterdanusche Bank 13.000.storting op verkoopcontracten 2701.89; Gem. Eigendom 23.530. Spaarfonds 1633.02 6.5 pet. obligaties 2000.—t, 6 pet. obligaties 43.250.5.5 pet. obligaties 268.000.—. (Hierin begre pen 73.000.obligaties, waarop de ver plichting zou rusten tot terugname, over een aantal jaren verdeeld. Dit jaar zou terug genomen moeten worden 31.000. Totaal 313.250; waarborgen huurders 1540.68; opgenomen gelden 34.920.71; bouwcrediet opgenomen 44.844.80; nog te betalen aan aannemer 28 huizen 26.160.nog te betalen rente en kosten bouw idem 1500.verschuldigde koop sommen 13.250.—; crediteuren 8668.97; divïdent onopgevraagd 595; verschotten Trustee, waaronder voor rechtskundige adviezen 650.1500.loopende ren te hypotheken 27.850.loopende rente obligaties 10.600.loopende rente ge leend geld 580.Diverse Honoraria P. M. Totaal 2.854.022.07. De exploitstiebegroot.ing was door de Commissie als volgt samengesteld: Hypotheekrente huizon: le hypotheek 76.000.2e hypotheek 2500.—, totaal 78.500.Hypotheekrente terreinen: le hypotheek 10.700.2e hypotheek 770. totaal 11.470; obligatierente 17.465. bankrente en provisie 9000.rente ge leend geld 3700.totaal 30.165; on derhoud i9.000.; belastingen 12.000. assurantie 3000.reiskosten 500. incassoloon 3000.water 2000. advertenties 1000.salarissen 15.000; algemeene onkosten 6000.kosten hy potheekvernieuwing 2500.Totaal 184.135.—. Huur huizen 152.000.huur terrei nen 4600.totaal 156.600.rente hypotheken 1500.nadeelig saldo 26.035. Totaal 184.135.—. Hierdoor 1 omt er een contant bezit van 113.000, waarmede kunnen worden afge lost de renten hypotheek, Rotterdamsche Bank, Spaarfonds en enkele andere, ter wijl er een contant bezit van 75.000 over blijft. In den staat der passiva komt nu niet voor een post rente van 40.000, zoodat de liquiditeit der Mij. aanmerkelijk ver- betérd is. Tenslotte deelt spr. mede, dat toen de heer Kort in Januari en Februari aan de zaak kwam er een tekort was van zeven ton, terwijl er nu een bedrag aan contan ten aanwezig is. Het is nu zaak in de eerste plaats een kring van koopers aan de Mij. te binden. Dat zal de Mij. verstevigen. Er zullen maatregelen genomen moeten worden om deze koopers te laten koopen tegen inlevering der obligaties. Deze re geling moge eenigszins willekeurig lijken, de commissie heeft gemeend aldus te moeten handelen en het is van belang, dat de obligatiehouders vertrouwen stellen in de commissie. De oommissie is er in geslaagd met den heer de Cler, die de commissie daarbij be langeloos terzijde heeft gestaan, tot over eenstemming gekomen. De commissie meen de, dat dit niet belangeloos mocht geschie den. Wanneer de heer de Cler hetzelfde werk doet als de Commissie, komt hem dezelfde vergoeding toe als de commissie leden zullen ontvangen. Do commissie heeft besloten daarvoor een willekeurig bedrag in depot vast te stellen en heeft uitgetrokken 20.000. Hoe daarvan door de obligatiehouders zal kunnen worden bijgedragen, is nog niet met zekerheid te zeggen. Die kwestie van de honoreering is echter niet opgelost, het is een academishe kwestie geworden, in verband met het feit, dat spr. en de heer Kort hun commissie-lidmaatschap ter be schikking stellen. Door de inspanning der laatste weken, door de sfeer van het zaken doen met zoo vele kopstukken, die bij de afwikkeling betrokken zijn, is het onmogelijk verder te werken en dreigt de gezondheid der le den eveneens te zullen lijden. De heer Kort had daarom aan commis sarissen geschreven, dat de toestand ver anderen moest, wilden zij rustig kunnen doorwerken. Commissarissen zeiden, dat zulks na de aandeelhoudersvergadering zou afgehandeld worden, doch tot heden is er niets gebeurd. Bovendien constateert spr-, uit hetgeen de laatste dagen in de te Leiden verschij nende bladen is gepubliceerd, dat er „lek ken" zijn. De commissie-leden, die het heel best met elkaar kunnen vinden, konden niet zoo gauw iets weten, of enkele uren later was het aan de dagbladen bekend. De heer de Cler: Geen vage beschul digingen, namen noemen! Mr. Nord Thomson: Dat zijn geen vage beschuldigingen; ik constateer alleen, dat er „lekken" zijn. Ook die publicaties, waarin de leden der commissie dikwijls met de Mij. vereen zelvigd werden, hebben nadeelige gevol gen gehad voor den heer Kort en spreker. Een en ander heeft er tenslotte toe ge leid, dat zij besloten hebben te bedanken. De heer Paardekooper, die een rustiger leven heeft en zioh in die drukke bezig heden niet zoozeer heeft laten meeslepen, blijft gelukkig aan. Notaris Bon zeide hierop, dat hij het heengaan van de heeren Nord Thomson en Kort als 'n sohok had aangevoeld, voor al omdat de indruk naar buiten heel slecht moet wezen. Spr. noemt het besluit funest en zou niet anders willen dan dat er een modus kon worden gevonden om dit besluit te doen veranderen. De heer de Cler betoogt, dat de schuld volgens mededeeling van den directeur in Januari niet zeven ton bedroeg, doch vier en halve ton, waartegenover stond een maandelijksche inkomst van 20.000. Wat het heengaan van de heeren Kort en Nord Thomson betreft, spr. is van oor deel, dat zij dit niet kunnen doen, omdat zij het vertrouwen hebben van obligatie- houders en commissarissen. Bovendien meende spr., dat mr. Nord Thomson de commissarissen hier buiten had moeten laten. Ten aanzien van het exploitatie-tekort van 27.000, zegt spr., dat dit eerst weg gewerkt moet worden. Is dit gelukt, dan kan men verder gaan. Wanneer de rente- gevende goederen aan obligatiehouders worden verkocht, dan blijft de Mij. over met het. „zaksel", met gronden, die geen rente opbrengen. Mr. Nord Thomson is van meening, dat hij niets onbehoorlijks aan het adres van commissarissen heeft gezegd. Maar spr. acht het onmogelijk, dat de commissie blijft voortwerken met directie en com missarissen tegenover zioh. De heer Kort deelt hierop mede, dat er in Januari een schuld was van 756.460. terwijl er door de verschillende transacties nu aan contanten is een bedrag van 113.000. Wat de samenwerking met commissaris sen betreft, zegt spr., dat de groote rompslomp bijv. voor het teekenen van contracten, het onmogelijk maakt rustig te werken. De heer O. D. Wesseling te 's-Graven- hage brengt hulde aan de commissie voor haar werk en speciaal aan mr. Nord Thomson, die zoo kort en zakelijk den stand van zaken heeft weergegeven. Spr. is van oordeel, dat men de paarden achter den wagen heeft gespannen. De aan deelhoudersvergadering had niet na, maar voor de vergadering van 5.5 pet. obli gatiehouders gehouden moeten worden. De aandeelhoudersvergadering had boven dien een zeer onbevredigend verloop. Spr. vraagt wat de cijfers van deze ver trouwenscommissie voor waarde hebben en of men zich moet houden aan de on verantwoordelijke commissie of aan de wettelijke commissarissen der Mij. Wanneer het voorstel tot meerdere liquiditeit wordt aangenomen, dan ziet spreker gebeuren, dat een obligatiehouder die zeer bij de Mij. geinteresseerd is, de beste bezittingen uit de Mij. koopt. Aan den voorzitter der trustee vraagt spr. wat hijzelf ervan denkt als deze of gene bij de Mij. komt en zegt-: Geef mij dit of dat huis in de Breestraat. Verder vraagt spr. hoe de positie van den heer Paardekooper wordt, indien bei de andere heeren bedanken. Dan zijn er nog de 6 pot. obligatiehou ders, die per 1 Juli met hun bezwaren kun nen komen. Dat gevaar moet afgewend worden. Verder ziet spr. niet in, dat de obligatie houders door de gedane transacties er zooveel beter van zullen worden. De heer Kort: Anders was het faillis sement aangevraagd. De heer Wesseling: Misschien ware het beter geweest, want dan had men ineens geweten met welke crediteuren men te doen had. Spr. besluit met een hartelijk woord van dank aan de commissie De heer Kort geeft dan een voorbeeld over een gedane verhoor, waaruit blijkt, dat niet het beste uit het bezit wordt ver kocht. De heer Heering formuleert dan nog eens de voorstellen der commissie van het in gediend ontslag van de heeren Nord Thom son en Kort. In tegenspraak met hetgeen de heer de Cler meent, is spr. van oordeel, dat de commissie in haar besluiten niet on derworpen is aan commissarissen en direc tie. De Mij. is vastgeloopen en de obligatie houders hebben een commissie benoemd tot behartiging hunner belangen. De heer de Cler: Uw belangen. De heer Heering: Die belangen zijn ook die der maatschappij en de commissie be hartigt die beider belangen. Daarom zou spr. ook willen vragen of de heeren Nord Thomson en Kort op hun besluit willen te rugkomen en onder welke condities. De heer Paardekooper, lid der commis sie, zegt, dat er steeds volkomen overeen stemming tusschen de leden heeft bestaan. Alleen bestond er eenig verschil over de salarieering. Hun heengaan zal de Lem- vog noodlottig worden, waarom spr. alsnog op hen een beroep doet aan te blijven. Spr. geeft daarbij mede namens een der com missarissen de verzekering, dat onmidde- lijk na deze vergadering overlegd zal wor den op welke voorwaarden kan worden voortgewerkt. De heer de Cler betoogt, dat inderdaad, de beste goederen uit het bezit zullen ver kocht worden. Spr. zou willen voorstellen bij loting een bedrag aan obligaties te willen aflossen en deze in te koopen tegen onroe rende goederen. De voorzitter antwoordend op het betoog van den heer Wesseling, die sprak over den hoogen druk van verantwoordelijkheidsge voel, zegt, dat het mogelijk is, dat met een of andere transactie wordt misgetast, maar daar staat tegenover dat de commissie en spr. zoo eerlijk mogelijk de belangen be hartigen willen. Uitdrukkelijk wil spr. 'de heeren Nord Thomson en Kort verzoeken alsnog niet weg te loopen. Spr. vraagt welke eischcn de heeren stellen om aan te blijven. De heer Kort betoogt in antwoord hier op, dat er een sfeer van wantrouwen heerscht, die zich ook op deze vergadering demonstreert en dat werkt eloopend. Niet vergeten moet worden, dat spr. niet min der dan twaalf of dertien bazen heeft, die hij allen moet hooren, alvorens een voor stel kan worden uitgevoerd. De heer Wesseling voegt zijn verzoek bij dat van den voorzitter. Willen zij niet. dan rest de vergadering niet anders dan hun honorarium te bepalen. Blijven zij, dan moet daarnaast staan de volle medewerking van den heer de Cler als adviseur van de directie. De heer de Cler zegt zijn medewerking niet te zullen weigeren, maar de directeur is op zijn stoel gezet door de aandeelhou ders. Zij hebben er hem nog niet afgehaald en niemand zal dat doen, zoolang spr. het kan verhinderen. Eerst directie en com missarissen, dan komt de commissie. Mr. Nord Thomson wijst erop, dat hij het als geen gunst wil beschouwen commissie lid te zijn om de zaken van de LEMVOG te behartigen. Integendeel, de gunst is aan de Mij. Zij zal er de vruchten van dragen. Onder de gegeven omstandigheden denken de heer Kort en spr. er niet aan terug te treden. Deden zij het wèl, dan zou de ver gadering zeggen dat zij geen kerels van ka rakter waren. De heeren Nord Thomson en Kort wil len daarop weggaan, doch de heer Paarde kooper vroeg nogmaals het woord en be toogde, dat er in de toekomst slechts sa menwerking mogelijk is, indien de commis sie het volle vertrouwen heeft. Mr. Nord Thomson beaamde dit en ant woordde op een vraag van den heer Wes seling, dat de commissie nimmer de ver antwoording van zaken heeft willen aan vaarden. Zij is een commissie van advies en of de directeur nu eens wat vroeger of later komt, zulks naar het oordeel van de com missie, maar zij zal den directeur, of beter gezegd den heer de Cler, niet van zijn etoel halen. De heer Kort betoogt nog, dat hem door commissarissen een plaats is aangeboden als gedelegeerd commissaris en als direc teur. Hij heeft het niet gedaan, omdat hij den heer v. Zijp niet wil verdringen. De heer Heering waarschuwt de verga dering voor de moeilijkheden die er ont staan als de heeren weggaan. Het mora torium is tot stand gekomen doordat com missarissen en directie zich aan de commis sie hebben overgegeven. Gaan de heeren weg, dan staat het moratorium op losse schroeven. Mr. Nord Thomson betoogt naar aanlei ding hiervan, dat hier een groote rechts- verantwoordeüjkheid aan hun heengaan vastgekoppeld wordt. Spr. zou het proces verbaal der desbetreffende vergadering er nog eens opwillen naslaan om te zien, of het moratorium verleend is aan de commissio of aan de leden dier oommissie. Alleen wanneer hun een schema wordt overgelegd op basis waarvan kan worden voortgewerkt wil spr. overwegen op zijn besluit terug te komen. In geen geval wil hij den schijn op zich laden, dat hij van de omstandigheden misbruik heeft willen maken. De heer Meyers is van oordeel, dat de leden der commissie hun bevoegdheden to buiten zijn gegaan en dat zij den directeur niet gelaten hebben op de plaats, die hem rechtens nog toekomt. Als spr. om feiten gevraagd worden, zegt hij, dat de commissie gesproken heeft over een „dievenbende" op de Mij. en dat do directeur uit zijn directiekamer is gezon den, toen de heeren vergaderden. De heer Paardekooper antwoordt hier op. dat de commissie nimmer over „dieven bende" heeft gesproken. Wat het buiten de directiekamer houden van den directeur betreft zegt spr., dat dit was voor een per soonlijke bespreking tusschen de commissie leden. Do heer Kort zegt, dat h ij het woord „dievenbende'* gebruikt heeft toen hij in den eersten tijd op het kantoor was. De heer Heering doet dan een bemidde lingsvoorstel en verzoekt de heeren Kort en Nord Thomson hun ontslag-name een week in beraad te willen houden, in wel ken tijd de Treestee, notaris Boon, midde len overweegt, of een vruchtbare samen werking in de toekomst mogelijk zal zijn. De voorzitter onderschrijft dit verzoek nogmaals, waarop de heeren Kort en Nord Thomson op hun besluit terugkomen. (Ap plaus). Hierna werd een actueele mededeeling gedaan door den heer Paardekooper, die zeide, dat de commissie machtiging vroeg om in overleg met de directie en commis sarissen en trustee voorstellen te doen tot het doen van transacties met inkoop van obligaties, indien daarmede de belangen der maatschappij zijn gediend De vergadering hechtte hieraan haar goedkeuring, waarop de bijeenkomst werd gesloten. Wat anderen er van zeggen Winkelsluiting te Leiden. Geaehte Pedactie. Verzoeke vriendelijk plaatsing van het volgende Zooals men in het Raadsverslag heeft kunnen lezen, van de laatst gehouden vergadering der Gemeenteraad, zijn alle voorstellen inzake de Winkelsluiting voor deze Gemeente, door den Raad verwor- pen. Ziehier eenige argumenten: „toch al slechten tijd voor zakendoen, geringen omzet". M.i. een reden te meer i tot een ruimere opvatting der sluitings uren voor de winkels; immers bij groote drukte zou het juist bezwaarlijk zijn. „Vroeger sluiting zou de stad voor be zoekers onprettig maken"Dus moe ten dan daarvoor zoovele personen bun tijd offeren om het voor bezoekers pret tig te maken. „Kwesties die belanghebbenden zelf moeten regelen".... Ja, indien zulks mo- j mogelijk ware! Dan zou ook de geheele I Rijkswet voor de Winkelsluiting overbo- i dig zijn, evenals de Arbeidswet en nog i zoovele wetten en bepalingen. Maar ook hier geldt: ach, waren alle men- schen wijs, enz. Waarom kon de Donderdagmiddag-, alsmede de Zaterdagavond-negenuur-slui ting voor Kapperszaken geen genade vinden? Dit toch was door do belang hebbenden zelf verzocht, o.r. de kappers patroons het zakenverband méér nog voe len dan andere winkeliers, aangezien de moesten van hen steeds zelf in de zaak aanwezig moeten zijn ten gerieve hunner klanten. Wat in zoovele andere plaatsen mogelijk i6 ook in Leeuwarden in de Gemeenteraad aangenomen 12 April zou dat in Leiden niet mogelijk zijn? Als er binnenkort door de kappers weer een verzoek aan den Raad zal wor den voorgelegd, nojjens den vrijen mid dag en do vervroegde Zaterdagavondslui ting, laat ons hopen dat het alsdan een stemmenmeerderheid moge verwerven en daardoor de kappers nog dezen zomer van deze verordening kunnen profiteeren. Met dank voor de opname. Belanghebbende. Financiën en Economie DE TWENTSCHE BANK N.V. - Div. 4 (v.j. 6K) pet Aan het verslag over 1931 ontleenen wij het volgende: Konden wij in ons vorig jaarverslag bij den terugblik over 1930 geen opwekkenden toon doen hooren, te minder is daartoe aan leiding bij de beschouwing van het achter ons liggende jaar. Wat wij toenmaals schre ven kunnen wij letterlijk, maar dan geac centueerd, hier herhalen. Geen enkel deel van het uitgestrekte gebied van hot eco nomische leven bleef bevrijd van den steeds zwaardoren druk der depressie, en aller wegen nam de algemeene maiLaise scher pere vonnen aan. Onder den ban van het onopgeloste vraagstuk der herstelbetalingen is er van terugkeerend vertrouwen tusschen de be trokken volkeren nog geen sprake, doch ziet men meer en meer elk land zich terug trekken in zijn economisch isolement. Hot vrije goederenverkeer wordt aan allen kant tegengehouden door hoog opgetrokken ta- riefmuren, en bedacht op het behoud vun nationale industrieën en andere belangrij ke bostaansbronneu doen ook de landen, die tot dusverre het vrijhandelsbeginsel hoog hielden, mee aan het nemen van pro tectionistische maatregelen en het toepas sen van oontingenteeriugen. Ook in ons land heeft de crisis steeds dieper doorgewerkt. Door den geweldigen prijsvaJ van alle artikelen ziet onze indus trie onder zwaren druk van hooge looncn en sociale Lasten hare afzetmogelijkheden geleidelijk inkrimpen, met als gevolg ver meerderde werkeloosheid. De belemmeringen aan don uitvoer in den weg gelegd, gepaard aan valuta-concur rentie, vormen oen voortdurende bedrei ging van onze exportbedrijven. De toestand in de scheepvaart, reeds ja ren slecht, is nog verergerd door de waar dedaling van het Pond en het verder in krimpend wereldverkeer. Bij dit alles moet nog gevoegd worden, dat ook in ons lndië de crisis zich steeds ernstiger doet gevoelen, waardoor een be langrijke bijdrage aan ons volksinkomeii komt te ontvallen. Het spreekt wel vanzelf, dat het bank bedrijf den terugslag ondervindt van oen zoó algemeene depressie, als dio wij thans doormaken; op onze balans komt deze tot uiting in een teruggang dor telling en in een belangrijk lager winstcijfer. De winBt- en verliesrekening toont in vergelijking met die over 1030 een terug gang in baten aan, welke op e>en enkele uitzondering na alle winstbronnen betreft. Mindere gebruikmaking van crodiet als gevolg van de algemeene malaise, en an derzijds vaak de practisohe onmogelijkheid, om voor onze ruime liquide middelen be legging te vindon, deden de rentewinst met ruim 400.000.dalen. Dezelfde inkrimping van omzetten kwam tot uiting in een lagere winst op provisio- rekening tot een bedrag van bijna 200.000. De steeda scherper vormeu aannemende vertrouwenscrisis leidde ter effectonbcurze in hot tweede halfjaar zoowel tot voortge zette koersdaling als tot sterke inkrimpiug der omzetten. In het emissiebedrijf kon zelfs in dat tijdperk vrijwel van een volko- meu stagnatie gesproken wordeu. Niette genstaande de effectenprovisie zich nage noeg pp het peil van het voorafgaande jaar wist te handhaven, leidde de koersdaling van de effecten in eigen bezit en de uit komsten der effectenarbitrage tot een la gere winst der effectenafdeeling ten bedra ge van 885.000. Engagementen in Ponden beïnvloedden de resultaten onzer Vreemde Wissel- en Ar- bitrageafdeelingon ten gngunste; niettemin bleven de resultaten boven die van het vooraigaande jaar. De acute crisistoestand, welke zich in den loop van den zomer ontwikkelde en veelvuldige en groote wijzigingen in hot Engclsche bankdisconto teweegbracht, om te culmineeren in de opschorting der wer king van den gouden standaard door En geland, veroorzaakte diepgaande fluctua ties in de geld- en discoutomarkteu en in <le koersen der korte schatkist waarden in Londen. Een en ander had oen ongunsti- gen invloed op de resultaten van do firma B. W. Blijdcustein en Co., zoodat over 1931 geen winstuitkecring kon plaats hebbou. De debetposten der winst- en verliesre kening, hoewel onderling verschillen ver- toonende, geven in totaal ongeveer hetzelf de eindcijfer als de gelijknamige over 1930. Niettegenstaande de opening van nieuwe kantoren in den loop van het verslagjaar, werd aan salarissen en tantièmes ruim 200.000.minder betaald, veroorzaakt door Lagere plaatselijke tantièmes. Aan «le Bijzondere Reserve vond dit jaar geen do tatie plaats. Uit hoofde van remboursoredictcn en kassa-voorschotten, op korten termijn ver- ötrekt aan eenige der groote Duitscho ban ken, alsmede wegens verstrekte crodieten aan handel en industrie overwegend oude relaties betreffende, is onze instel ling voor oen bedrag van 10.022.000.bij do hiervoren genoemde Stilihalte-overeen- komst betrokken. Met de overige landen van Centraal Europa, waar zich transfermoeilijkhoden hebben voorgedaan, beloopen onze engage menten een bedrag van nog geen 50.000. De winst- en verliesrekening wijst een saldo winst aan van 1.938.580.23, waarvan wij, in overleg met commissarissen, voor stellen overeenkomstig al. 3 van art. 9 on zer statuten 287.500.23 op nieuwe rekening over te brengen. Na rcservccring van een bedrag voor de to betalen-dividend- en taticmebclasting, komt bij verdeeling volgens do bepalingen der statuten ter depositie van aandeelhou ders 1.583.080, waaruit een dividend kan worden uitgekeerd (met inbegrip van het reeds uitbetaalde interimdividend ad 2 pCt.) van 4 pCt. (v. j. 6><) over het in con tanten gestorte kapitaal.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 11