UIT DE RIJNSTREEK VAN M'N BOEKENTAFEL Uit de Landbouwwereld 5^1 WOENSDAG 9 MAART 1932 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 8 RIJNSBURG. Bloemenhandel. 't Is den laatsten tijd iets vlugger dan men dat gewoon was en in weerwil van een groot-en aanvoer waren de prijzen ook iets beter dan eenige dagen geleden. Per dozijn werd betaald voor lste kwaliteit: Fred. Moore 1216 ct., Gelo Prins 1520 ct., Hobbema 12—17 ct„ Rijzen de Zon 2027 ct., Herman Schlegel 1114 ct., Couleur de Cardinal 2226 ct., Peach Blossom 1823 ct., Victoir d' Oliviere 15 19 cL, Prins van Oostenrijk 1216 ct., Mu- rillo 1116 ct., Prosperity 1012 ct., Auro ra 1820 ct., Vuurbaak 2226 ct., Cou- ronne d'or 1622 ct, Mac Kinley 1014 ct., Titiaan 1922 ct., Rose luisante 15—20 ct-, Tubergen 2022 cL, Azalea 1317 ct., Elec- tra 22—28 ct., Theeroos 13—19 ct., La Reine 1013 ct., Rose Gris-de-lin 6—9 ct., Mr. v. d. Hoeff 1822 ct., Cramoisie Brillant 710 ct., Flamingo 811 ct., Ibis 1215 ct., Farncombe Sanders 1217 ct., William Pitt 1015 ct-, Elisabeth 1520 cL, Proff. Rau- wenhoff 1419 ct., Bartigon 17—20 ct., Wil liam Copland 13—18 ct„ City of Haarlem 1620 ct. Narcissen per 100: Laurens Kos ter 4560 ct., Golden Spur 40—55 ct., Poë- ticus Ornatus 25—35 ct., Early Surprise 25— 45 ct., Sion 4050 ct., Victoria 5060 ct., Sir Watkin 25—45 ct. ALPHEN AAN DEN RIJN. Gozonken. Gisternacht is een west lander geladen met zand, toebehoorende aan v. Z. tengevolge van den storm, in den Rijn nabij „de Heul" gezonken. NIEUWKOOP. Verkooping. Heden werd door Nota ris Van der Heijden uit Mijdrecht publiek verkooht de twee huizen in het dorp al hier, bewoond door J. Damen en G. Voor sluis. Zij werden voor de hypotheek opge houden en wel door de Rotterdamsche Hypotheekbank voor de som van 4700. WOERDEN. Poging tot inbraak in een Boerenleenbank. In den nacht van Maandag op Dinsdag heeft te Linsehoten een poging tot inbraak plaats gehad (welke poging echter totaal mislukt is) in het kantoor van de Boeren leenbank aldaar. De inbrekers hadden geen rekening gehoudeD met het feit, dat het kantoor van de nieuwste veiligheidsmidde len is voorzien. Toen wij een en ander ver namen zijn we uitgegaan op een onderhoud met den heer van Dam, die de functie van kassier waarneemt. Zijn huis is geiegen aan den grooten weg, terwijl een der ka mers aan de voorkant is ingericht als kan toor, waar zich ook de brandkast bevindt. Het zal ongeveer half drie geweest zijn toen ik waker werd. vertelde do heer van Dam, door het gedempt ronken van een auto voor de deur. Hoewel het zeer storm achtig weer was meende ik ook eenig ge morrel aan de deur te hooren. Ook mijn vrouw hoorde de auto. Maar omdat er wel meer des nachts auto's voorbij komen hier besloten wo nog even te wachten. Het ge morrel bleef echter aan den gang.'We wis ten niet. of men binne het huis of buiten bezig was. Het was ontzettend donker, daar in de omgeving geen lantaarns blij ven branden. Mijn revolver, die ik altijd bij me hebt 's nachts, wilde ik niet afschie- .ten. omdat dit toch door den storm niet zoo gehoord worden. Toen besloot ik on middellijk de sirene in werking te stellen. In verband met de vele inbraken op kan toren als deze is hier in 't najaar van 1931 een sirene aangebracht aan de schoor steen. Hiermede kan men verbinding ma ken door drie contacten. Een bevindt zich bij de brandkast, een bij de voordeur en een op mijn slaapkamer Bij de destijds plaats gehad hebbende demonstratie bob ben de inwoners van Linsehoten kennis gemaakt met het geluid dat de sirene kan voortbrengen. Toen ik dan ook contact maakte bracht het loeiend geluid van de sirene het heel dorp op de been. Onmiddel lijk hoorde ik de auto zwaar ronken en in volle vaart vertrekken. De veldwachter O. had tegen tweeën nog een ronde gemaakt en alles veilig bevonden. Deze was juist te bed. toen zijn vrouw hem wekte met de woorden: de sirene! Zoo snel mogelijk schakelde hij het licht aan van alle lan- taarns in het dorp. Hiervoor bevindt zich I het schakelbord in zijn huis. Onmiddellijk ging hij met zijn hond op weg. Een groot aantal inwoners was eveneens dadelijk op I de been. Ook de burgemeester van Lin- j scoten was direct ter plaatse en ging da delijk per auto op onderzoek uit, terwijl een der burgers eveneens per ante een andere richting uitging. De politie te Oudewater en Woerden werd gewaar schuwd te einde de wegen te bewaken, waar de bewuste auto zou kunnen passee- ren. Hoewel dus zoo snel mogelijk alle maatregelen waren genomen ter achtervol- gine bracht deze echter geen succes. Tot heden heeft men van de auto nog geen spoor kunnen ontdekken. De inbrekers zijn wel in hun allereerste pogingen gestoord, daar aan het huis nog geen sporen van in braak konden worden ontdekt. Een inwo ner van Montfoort. die nog laat op weg was. had een soort vrachtauto in de rich ting Lonschoten zien gaan bedekt met een zeil. Vermeodelijk heeft men gewacht tot de veldwachter binnen was. Kort nadat de vrouw van den veldwachter het licht in huis had uitgedraaid, zoo vertelde deze, hoorde zij een auto passeeren. Maandag is een der bankdagen. Het was dien avond druk geweest op bet kan toor, maar de meesten hadden geld ge haald, zoodat geen groot bedrag aanwezig was. Begrijpelijkerwijze bracht deze nachtelij ke inbraakpoging groote beweging ia het anders zoo stille dorp. Men vermoedt, dat er nauw verband be staat tusschen deze poging en de serie inbraken inlangs te IJselatein gepleegd. Natuurlijk wordt het onderzoek met kracht voortgezet. ZEVENHOVEN. Geboren Cornelia Josephina, doch ter van P. J. van Leeuwen en Wilhelmi- na Heemskerk. Getrouwd: J. L. Immerzeel en M. Vosmeer. Overleden: Anna Waaijman 69 j. ongeh. Nicolaas v. Tol, echtgenoot van M. de Lange 87 jaar. Het Schild. Apologetisch Maandsohrift. Uitg. der A. V. Petrus Canisius. Het Maart-nummer van het Schild is een nummer van voortzettingen. Niet minder dan drie van de vijf artikelen zijn vervolgartikelen. Een bezwaar behoeft dat niet te zijn, zeker niet voor h+t eer ste artikel, dat van dr. Bender, die zijn serie voortzet over de Huwelijksbeletse- len. Ieder artikel is een afgerond geheel en bevat een stukje kerkelijk: recht, dat onmiddellijk de aandacht van den lezer heeft. Klaar en scherp wordt ook hier uiteengezet het beletsel, dat de H. Wij ding aan een geldig huwelijk in den weg stelt. Niet uit den aard der zaak is het huwelijk den priester, diaken en subdia ken ontzegd, maar krachtens den wil der H. Kerk, die om practisohe redenen het celibaat aan de priesters oplegt, om dat het goed beleven van den gehuwden staat het goed verrichten van den pries terlijken arbeid ernstig zou belemmeren. Behalve de priesterlijke staat vormt ook de kloosterlijke staal een huwelijksbelet sel. Een kloosterling, die de z.g. eenvou dige geloften heeft afgelegd mag niet trouwen, een kloosterling, die de plech tige geloften heeft afgelegd mag en kan niet geldig trouwen. Ter weerlegging van een vaak voor komend misverstand, verklaart de schrij ver, dat deze plechtige geloften alleen worden afgelegd in de oudere klooster orden zooale van de Benedictijnen, Do- minikanen, Jezuieten, Karthuizers enz. en pas mogen worden afgelegd, nadat de betreffende persoon eerst gedurende een proefjaar (noviciaat) en dan nog teens gedurende drie jaren met tijdelijke ge loften het kloosterleven door ondervin ding beeft leeren kennen. Iets minder geschikt voor een vervolg artikel is de beschouwing van pater v. d. Scheer SJ. over Jan Jacques Rous seau. Na een maand zijn wij de begin- beschouwingen grootendeels weer verge ten. Hetzelfde geldt voor het artikel van Zr. Trooster over Terezia van Avila hoewel m mindere mate, daar deze be spiegelingen ook los van het leven van deze heilige hun waarde hebben. Pater Vismans O.P. bespreekt „de be zwaren van andersdenkenden" en ontleedt ze in 'drie categorieën n.l. bezwaren van het verstand, van den wil en van het hart. Iets nieuws is deze indeeling niet. evenmin de aanwij-zing, boe wij daarop moeten rea-geeren. De schrijver noemt zijn betoog zelf „Selbstverstandlichkei- ten", maar het kan toch geen kwaad deze I vanzelfsprekende dingen nog eens te le zen. Men vergeet ze zoo gemakkelijk, vooral de laatste vermaning, dat een Katholiek veel meer ergernis geeft door het niet-beleven van zijn overtuiging, dan door het hoog uitdragen van zijn geloof in die geloofswaarheden, welke dikwijls een bron van vooroordeel zijn bij andersdenkenden. Dolf Ypey, die blijkbaar van Leiden naar Haarlem „verschoven" is, heeft in dit nummer een artikeltje, getiteld „Ver schuivingen", waarin alle 7 Sacramenten meeschuiven op den weg van de wieg tot het graf. Een rijken inhoud hebben tenslotte de rubrieken Op den Uitkijk, Vragenbus en Correspondentie. Een opmerking veroor loven wij ons. De kranten mogen in <hun nieuwsjacht van allen dag niet de be zonnenheid van een maandschrift heb ben, dat zich op een beperkt gebied be weegt, toch zijn speciaal de Katholieke dagbladen dikwijls zeer voorzichtig in hun berichtgeving. Pater Otten toont dit heel aardig aan in een boekbespreking. nJ. over het pas verschenen en terecht zeer geprezen boek van prof. Verhaar „De Moderne Theosophische Beweging". Pater Otten vindt het jammer, dat daar in niet meer konden worden opgenomen de jongste gebeurtenissen rondom Annie Besant'g dood en de definitieve demissie van Krishnamurti. En dan zegt hijDe Katholieke pers gaf over een en ander zoo goed als niets. Dank u, pater, 't is niet bedoeld als 'n compliment maar 't is er tooh een. Want prof. Verhaar reageert er op in hetzelfde Sohildnummer. Annie Besant is niet dood en nvc Wishnnmnrti valt weinig nieuws te vertellen, schrijft hij I kj<ó axai^uouejie pers nad het dus niet zoo ver mis. „Alleen blijkt, dat de nieuws bladen ook thans weer te veef aan sen satiezucht hebben toegegeven door het publiceeren van onjuiste en voorbarige berichten", schrijft prof. Verhaar desal niettemin. Tusschen het verwijt van te weinig en het verwijt van te veel nieuws heeft de Katholieke pers dus blijkbaar den juis- ten middenweg bewandeld. CORRESPONDENTIE UIT „DE KATHOLIEKE MISSIëN". AFRIKA. De Islam ontwaakt. De Islam ontwaakt. De mohammeda nen in Algiers zijn van plan een groot so ciale godsdienstige revolutie te beginnen. De weg, dien ze willen volgen, is niet die van 't volk tot fanatisme op te ruien maar het is een meer moderne methode. Men is begonnen in de scholen met meer intensi teit de Arabische taal te bestudeeren, de nationale taai en de taal van den Koran. Naast het Arabisch vooral de studie der godsdiensten, aardrijkskunde, wisKunde en Fransch. In Algiers zijn veel vereenigin- gen voor dat doel ge-sticht. De belangrijk ste is die van de Ulema-Algerijnen, die zich vooral uitstrekt tot de intellectueelpn. Men koestert hooge verwachtingen van deze vereenigingen. De Islam, zoo zeggen ze, is eens het licht geweest en zal weder om het licht van de civilisatie en vooruit gang brengen. (II Messaia). Een voorbeeld voor Katholiek Spanje. Het anticlericalisme van de nieuwe Spaansche regeering heeft niet geaarzeld zich ook in Bpaansch Guinea te uiten. De inspecteur van het openbaar onderwijs be paalde, dat het kruisbeeld in de scholen van Fernando-Poo moest verdwijnen en hij liet het zelfs gedurende de lesuren uit 'ie schoollokalen wegnemen. De leerlingen echter protesteerden hevig en verklaarden den inspecteur, dat zij heen zouden gaan en niet meer terugikeeren, zoolang het kruisbeeld niet op zijn plaats was terug gebracht. De geheéle bevolking was 't mei de leerlingen eens, liep te hoop en verklaar de, dat zij aanstonds naar den gouverneur zou gaan. Reeds had de inspecteur bevo len ook in andere plaatsen bet kruisbeeld uit de scholen te verwijderen maar hij achtte het raadzaam zijn bevel terug te trekken. (Rev. Miss.) Zend arbeiders in uw wijngaard. Het aantal Priesterroepingen in Belgisch Congo stijgt op een wijze, die ons de schoonste verwachtingen doet koesteren voor de religieuze toekomst van dit land. Van de 84 leerlingen der oatechistenschool van het Apost. Vicar Kivou vroegen 52 om met de studie van het Latijn te mogen be ginnen. Men heeft er 20 aangenomen, de anderen moeten zich eerst voorbereiden op het toelatingsexamen. Alle missies zullen weldra hun klein-seminarie hebben en men is bezig met de oprichting van 4 groote minaries in Congo voor de studie der phi- losophie en theologie. Wanneer men ap deze wijze de inboorlingen ziet streven naar het Priesterschap, dan moet men wel denken aan een wonderbare werking der genade, maar tevens ook dwingt de ijver der Missionarissen onze bewondering af, die zich zooveel moeite getroosten voor de vorming van inlandsche Priesters volgens den uitdrukkelijken wensck van Z. H. den Paus. (Les Miss. Cath.) FILM-NIEUWS EEN G0ETHE-FILM DER UFA. Nu de herdenking van Goethe ter gele genheid van het feit, dat hij honderd jaar geleden overleed, overal in de geheelo wereld binnenkort plechtig plaats vindt, heeft ook de UFA als de grootste filmon derneming, die zooveel in het cultureel belang der bioscoopbezoekers heeft ge daan, gemeend, niet achter te mogen blij ven en op filmisch gebied aan de herden king deel te moeten nemen. De Goethe-film van de UFA zal uit twee deelen bestaan en zal waarschijnlijk in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag, resp. in het Rembrandt Theater, Luxor Palast en Asta Theater in een speciaal daarvoor georganiseerde matinee op 22 Maart, dus op den sterfdag van Goethe, worden vertoond. Over de programma-sa menstelling van deze matinees zullen na dere mededeelingen worden gedaan. De film is ontstaan onder productielei ding van Dr.* Nicholas Kaufmann en on der regie van Dr. Fritz Weudhausen. Zij beperkt zich niet tot de eigenlijke Goetho- plaatsen Frankfurt, Weimar, Leipzig, Je na, Wetzlar, Italië en Bohemen, die heden ten dage nog zoo vaak zoo gaarne bezocht worden, doch bewijst voor alles in toon en beeld door interessante fragmenten uit Goethe's gedichten, hoe levend en friscb de groote kunst van den dichter in het volk voort'bestaat. Citaten en volksliederen, ballades en drama's in korte beelden als een parel ketting aaneengeregen. Het onderwerp is in twee geheel afgesloten en van elkaar onafhankelijke deelen verwerkt, waarvan het eerste deel „Der Werdegang" (De Ont wikkelingsgang) Goethe's leven en wer ken tot aan het eind van zijn Italiaansche reis (17491788) omvat, terwijl het tweede deel „Die Vollendung" (De Voltooiing) het publiek nader brengt tot zijn geweldig le ien en scheppen. De rollen worden als volgt vertolkt: Iphi- genie, Dagny Servaes; Gretchen, Luise Ullrich; Mignon, Els Fink van de Staats- opera te Berlijn; Vrouw Götz, Erika Wag ner; Ballade „Der Rattenfanger" (Muziek van Wolf), gezongen door Willi Domgraf— Fassbender van de Staatsopera te Berlijn; Egmont, Paul Wagner; Götz von Berlichin- gen, Dr. Mederow; als spreker, Theodor Loos, terwijl het muzikale gedeelte berust bij Clemens Schmalstich. Verder werken mede het kinderkoor van de"22ste Charlot- tenburgsche meisjesschool en het dubbel- mannenkwartet van de Staatsopera te Chariot tenburg. De goede naam, dien de UFA op het' gebied van cultureele filmwerken reeds jaren wist hoog te houden zal zeker een waarborg zijn, dat ook dit filmwerk de toets van den meest critischen Goethe-ken- ner zal kunnen doorstaan. Kunstmest in tuinen. Af en toe ontmoet men nog menschen, die meenen, dat tuinplanten groenten dus aparte planten zijn, geheel verschil lend van de landbouwgewassen, die op den akker groeien. Daarom meenen ze dan ook, dat groenten een geheele andere, aparte bemesting moeten hebben; dat deze uitslui tend of het best gedijen in den stalmest. Nu dingen we niet af op den stal of natuur- mest, maar de meening is foutief, dat de kunstmeststoffen niet evenzeer op hun plaats zouden zijn als op akker en weide. Wie niet over stalmest beschikt, neme ge rust kunstmest. Op juiste wijze gebruikt, kan die hem even goede uitkomsten geven als de natuurmest; en wie zijn voorraad stalmest moet aanvullen, kan dit zeer ge schikt doen door bij aanwending van kunst mest, beter zelfs dan door nog natuurmest aan te koopen. Hij zal dan vast goedkoo- per, dus voordeeliger uit zijn, en in den regel een hoogere opbrengst aan groenten verkrijgen, terwijl de producten vaak ook van betere kwaliteit en fijner smaak zullen zijn. In natuurmest komen de planten voeden de stoffen met steeds in de juiste verhou ding voor, d wj. naar de, behoefte der ge wassen, zoodat er voor een bepaald gewas een tekort aan een of andere voedingsstof kan zijn. Die verhouding kan verbeterd worden door aanvulling met kunstmest. DE AVONTUREN VAN EEN VERKEERSAGENTJE. 271. En ook de professor had een welkomstgroet van den koning in ontvangst te nemen. „Hoe gaat het U, koning", vroeg de professor, „en hoe gaat het met den poot van de spin". „Het zaakje is in orde, geleerde man", ant woordde de koning, zeer vriendelijk. 272. De verkeersagent liet nu de maanpaardjes uit de machine komen en de koning keek met verbazing naar de dieren, zonder pootjes, naar die zwevende paardjes, welke hij nog nooit had gezien. „Heb ik van mijn leven", riep de koning uit, „daar heb ik nooit van gehoord". „Er ie veel wat we niet weten", zeide Keesie. Wijl er verschillende kunstmeststoffen zijn, kan men daardoor in de verschillende be hoeften der planten gradueel verschil lend, bedoelen we: het eene gewas heeft méér of minder van deze of die voedings stof noodig dan een ander beter voor zien dan door natuurmest. Wij hebben stik stofmeststoffen: Chili- en kalksalpeter en zwavelzuren ammoniak; phosphorzuur- meststoffen: superfosfaat en Thomasslak- kenmeel; kalimeststoffen: patentkali. kali- zout 20 en 40%, kainiet; en kalkmeststof- fen: gewone, bijtende kalk en kalkmergel. De in den tuin meest gebruikte meststof fen zijn: Chili- en kalksalpeter, snelwer kend; superfosfaat, ook in water oplosbaar; patentkali en kalkmergel. De kalktoestand van den grond, welken men in Groningen kan laten onderzoeken kan overigens het gebruik van andere meststoffen vorderen. "Kainiet wordt in den hof en in den boom gaard niet gebruikt worden: de vele chloorverbindingen zouden kunnen scha den. Een stukje Flora uit de gewijde geschiedenis. Saul.... zat onder het geboomte (1 Sam. 22:6). Volgens verschillende schrijvers moest dit „geboomte" hebben bestaan uit Tamarix articulaia of T gallica. In Pales tine vindt men deze plant aan de oevervan uitgedroogde bergstroomen, in de meest on vruchtbare woestijnen. Zelfs wanneer alle plantengroei door de hitte is verdord, blijft de Tamarisk nog groen. De Tamarix arti- culata is in Egypte somtijds even kolossaal als een eik, en in de Nijldelta zoo overvloe dig, dat ieder dorp een grooter of kleiner getal van deze boomen bezit. Geen ander hout zou dat vap de Tamarisk kunnen ver vangen, zoowel voor brandhout als voor timmerhout; vandaar het Egyptische spreekwoord: „Het zou in de wereld zeer verkeerd gaan, indien de Athlé's ontbra ken". Een der boomen vindt men nog al leen in Babyion, en wordt door de Maho- medanen vereerd, omdat hun profeet zijn paard daaraan vastbond tijdens den aan slag van Hilleh. De Tamarix manifera. een soort, die in de woestijn van den Sin^ï groeit, zweet uit de bladeren suikerachtige, kogeltjes, die door <fe Bedoeïnen zorgvul dig verzameld en als lekkernij gebruikt worden; een gedeelte er van wordt naar Cairo en een ander deel naar de monniken van het klooster op den Sinaï gezonden. Deze laatste beweren, dat het t manna uit den Bijbel is (Exod. 16 13 15). Er is echter in het verhaal in de H Schrift niets, dat doet denken aan het verzamelen dezer stof van de bladeren der boomen; bovendien be- teekent het Hebreeuwsche woord „man" eenvoudig: „wat is het" en is de naam van het „manna" daarvan afkomstig; het heeft dus niets met de gomachtige zelfs- standigheid der Tamariks te maken. De zelfstandigheid in kwestie wordt teweeg gebracht door de steek van een inseet. De samentrekkende bast en bladeren van Ta marix gallica waren officieel en tegen bloedspuwing als zeer werkzaam genoemd. De bladen van T. articulata zijn in het Oos ten tegen miltziekten en de bast eveneens tegen bloedvloeiing in gebruik; eveneens worden de galnootachtige uitwassen en een afkooksel van het hout geneeskundig ge bruikt. Gebroken pooten en vleugels bij kipper*. Om gebroken pooten der kippen te ge nezen, maakt men eerst drie kleine hout- spalkjes, even lang als de gebroken poot; en neemt dan een voldoend langen band van linnen of katoen, ongeveer 1 c.M. breed Het gebroken been wordt gestrekt totdat de beide breukdeelen in elkander passen. De poot wordt met een bandje van boven genoemde stof omwikkeld en vervolgens worden de houten spalkjes daarover vast gemaakt. Deze worden nu door den langen, band omwonden en de operatie is afgeloo- pen. De kip moet vier weken lang afgezon derd gehouden worden, en dan nog twee weken later kan het verband worden afge nomen. De behandeling van een gebro ken vleugel is een voudiger. Het is vol doende den gebroken vleugel in natuurlijke houding tegen het lijf van het dier met een band vast te maken.Deze banden moeten echter onder en niet boven den anderen vleugel doorgaan; de dieren worden dan minder gehinderd door het verband en dit blijft beter vastzitten. Drie weken lang blijft het dier afgezonderd en nog drie we ken later kan 't verband worden afgeno men. Bevuilde eieren. De ervaring leert, en het spreekt ook van zelf, dat eieren, welke er zoo zindelijk mogelijk uitzien gemakkelijker afnemers vinden en ook beter betaald worden dan zulke, die sterk verontreinigd zijn. Daarom worden bevuilde eieren niet zelden door kippenhouders en handelaars afgewas- schen. Dit heeft echter verkeerde gevolgen. Men heeft Bedert lang opgemerkt, dat zul ke afgewasschen eieren niet zoolang goed blijven als eieren, die nooit met water in aanraking zijn geweest. Het beste wat men in zoo'n geval kan doen, is: de legnesten zoo zinde'ijk mogelijk te houdenden de eie ren eenige malen per dag te rapen. Heeft men er dan toch nog bevuilde eieren bij, dan moet men die met een drogen goek afvegen. Sterk bevuilde eieren kan men kort vóór 't gebruik afwasschen. Gedachten: Wie zich heden niet ver betert, wordt morgen nog erger. Een goed geweten is een hemel m het hart. Een kwaad geweten is de getuige, de ge vangenis, de rechter en de straf alles tegelijk Schulden maken vrije menschen dikwerf tot slaven. In een gepast, be scheiden antwoord op een onbescheiden vraag herkent men altijd, een dege'ijk mensch. Br.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 8