Woensdag 9 maart 1932
DE VERSCHILLENDE
POLITIEKE STROOMINGEN.
UIT DE OMGEVING
de leidsche courant
tweede blad pag.
(Van onzen Parijschen diplomatieken medewerker).
PARIJS, 5 Maart 1939.
Den Iaatsten tijd hebben twee soorten
onderhandelingen weer de aandacht ge
vraagd voor den geheelen Europeeschen
toestand en hebben de noodzakelijkheid
aangetoond dat, wanneer men de groote
vredespolitiek wil beoefenen met eerbiedi
ging der verdragen, men volgens een be
paalde methode te werk moet gaan en w^-
ten moet, welk doel beoogd wordt.
Vooreerst bedoe.en wij de onderhande
lingen tusschen de na-buurstaten van Sov
jet-Rusland en de Sovjets, (aan welke
Frankrijk zijn goedkeuring hechtte), en
•vervolgens de eerste gedachten wisselingen
tusschen Tsjecho-Slowakije en zijn bondge-
nooten eenerzijds en Oostenrijk en Honga
rije anderzijds met het doel zoo mogelijk te
komen tot een economische entente.
Men weet, dat de onderhandelingen wel
ke wij het eerst hebben genoemd nog blij
ven steken in een formule, waarover Mos
kou ën Boekarest het niet eens zijn.
Het gaat erom hoe de termen, die be
trekking hebben op de conflicten, welke
tusschen beide landen bestaan of nog kun
nen ontstaan, zullen worden gekozen. Zul
len zij in positieven zin uitvallen of zullen
zij het stilzwijgend voorbijgaan, dat er een
verschil van opvatting bestaat aangaande
het politieke statuut van Bessarabie.
Zoolang men het te Boekarest nog niet
over dezen tekst eens is, zullen Polen. Letr
land, Estland en Finland en zelfs Frank
rijk hunne besprekingen met de Sovjets
niet definitief kunnen afhandelen, ofschoon
de overeenkomst tusschen Frankrijk en
Rusland reedB 24 Augustus j.l. en die tus
schen Polen en 'Rusland op 25 Januari j.l.
geparafeerd is.
Deze bijzonderheden vormen niet het we
ien van de kwestie; van belang is slechts
te weten, of dit soort overeenkomsten nut
tig is en weldadig, ofwel dat het volkomen
overbodige manifestaties zijn. Een deel
van de Fransch^ ~--enbare meening, vooral
aan de rechterzijde, heeft hevig stelling
genomen tegen elk accoord met de Sovjets.
Het betreft hier dagbladen en politieke
kringen, die, schijnbaar om hun vriend
schap jegens Polen aan te toonen, dit land
onder alle omstandicheden lessen willen
geven en beter dan dit land zelf willen we
ten wat strookt met zijn belangen.
Afzien van den oorlog als instrument
van nationale no itiek, zich onthouden van
elk agressief optreden waardoor de inte
griteit en de onschendbaarheid van gebie
den en de politieke onafhankelükhei-d van
de andere partij wordt aangetast: ziedaar
de woorden en opvattingen die heelemaal
geen zin hebben, wanneer zij in betrekking
worden gebracht met een mogendheid als
de Sovjet-Unie welke geen vertrouwen
verdient daar zij tenslotte geen staat, maar
een broeinest van propaganda is. Deze re
deneeringen zijn van een bijzonder karak
ter, dat misleidend zijn zal.
Ik geef toe dat ik. zoo ik door een eigen
aardig toeval werd benoemd tot chef van
den Poolschen Generalen Staf, niet maar
gerust zou gaan sa pen en afzien van mijn
verdedigingsmiddelen in goed vertrouwen
op deze overeenkomst. Maar intusschen het
toekennen van een absolute waarde aan
een overeenkomst en haar reeds van te vo
ren beschouwen als van nul en geener
waarde ligt waarlijk een groote afstand, en
het gezond verstand vindt wellicht nog wel
een middenweg.v
Wat zou voor den huidigen toestand van
Europa bijzonder ernstig en rampzalig
zijn? Dit zou zijn. dat. wanneer de partij
der gewe'dadige herziening in het Reich
de overwinning behaalt, zij onmiddellijk
hier en daar in Europa steun zou vinden.
Zij kan deze vinden in een medeplichtig
heid van den Sovjetstaat, in wraakgevoe-?
lens en irredentisme-bewegingen, in een
slecht gestabiliseerd eri naar verandering
uitziend Centraal Europa, eventueel in een
behoefte aan dolzinnige expansie, welke
Italië zou aanzetten tot een vijandige hou
ding jegens Frankrijk. Neemt men*de derde
van deze mogelijkheden en beschouwt men
deze van naderbij, dan ziet men dat zij niet
erg waarschijnlijk is.
Dat Ttalië ontevreden is en zijn plaats
onder de zon wenscht- uit te breiden is
waar, maar ik betwijfel, of Italië zich daar
om zal werpen in een oorlogsonderneming,
waarbij Frankrijk op zijn minst kan reke
nen op de welwillende neutraliteit van het
Britsche Rijk.
Het tweede gevaar ligt in de houding der
Sovjet-Unie. Hierover plegen de menschen
in het algemeen niet veel na te denken, al
vorens daarover te schrijven. Aan den
eenen kant zeggen zij, dat de Sovjet-Unie
geen staat is als de anderen, aangezien
haar imperialisme niet de triomf van een
politieke macht, doch van een leer wil ver
zekeren^ en aan den anderen kant veron
derstellen zij bij haar oogmerken, die in
overeenstemming zijn met de oude diploma
tieke tradities.
Dit is in strijd met elkaar: ofwel de der
de internationale heeft de overhand in
Rusland en dan zal deze haar uur afwach
ten. het uur namelijk van den chaos en de
besluiteloosheid, want zij zal in dit ge
val nooit haar krachten in den strijd wer
pen om de eene kapitalistische Mogend
heid over den anderen te laten triomphee-
ren; ofwel Stalin is het hoofd van een im
perialistisch Rusland en dan kunnen zijn
verlangens naar gebiedsuitbreidingen, wan
neer Rusland die koestert, slechts betrek
king hebben op Azië of op de Zee-engten.
In elk geval kan men thans niet inzien
wat men zou verliezen bij het sluiten van
een non-agressiepact wanneer het effect
hiervan, zonder de waakzaamheid te doen
verslappen, een herleving met zich zou
brengen van een vertrouwen, dat meer ac
tieve economische betrekkingen in de hand
werkt. De handel tusschen Polen en Rus
land ia op het oogenblik zeer verminderd
daar nog maar twee percent van den Pool-
sche uitvoer naar Rusland gaat. Toch zou
den zekere halfproducten als gietijzer en
bepaalde eindproducten als textielwaren
ingeruild kunnen worden tegen grondstoffon.
Wanneer, een overeenkomst dezen ouden.
handel zou doen herleven, kan men haar
niet nutteloos noemen.
Wat het derde gevaar betreft, n.l. dat
een Duitsche revanche-beweging voor Euro
pa fataal zou kunen worden, dit is te wij
ten aan de nooddruftige en onzekere toe
standen in Centraal Europa. 'Hier is men
aan het werk om verbeteringen aan te
brengen; reeds hebben belangwekkende
conferenties tusschen Hongaarsche en
Tsjechische persoonlijkheden plaats gehad.
Tijdens mijn jongste reis in Hongarije, en
kele weken geleden, maakte het idee snelle
vorderingen in Hongaarsche kringen, zoo
wel in de legitimistische als in de liberale.
Weliswaar schijnt Graaf Bethlen een an
dere politiek to volgen, die er op gericht
zou zijn de kleine entente te dwarBboomen
door een om zoo te zeggen diagonaal loo-
pende alliantie met Italië en Roemenië. De
oud-premier heeft er zelf een begin mee
gemaakt dit plan twee maanden geleden
tijdens een jacht aan Koning Carol uiteen
te zetten, wien hij te verstaan gaf dat een
personeele Unie tusschen Hongarije «n
Roemenië onder Carol's scepter er het ge
lukkige gevolg van zou kunnen zijn.
Maar de meeste Hongaren zijn het hier
niet mede eens. Deze zijn ontgoocheld door
de politieke betrekkingen van hun land
met Italië evenals overigens door de be
trekkingen met al degenen, die Hongarije
hébben trachten te verleiden door het den
onmogelijken droom voor te spiegelen van
een herziening der grenzen in de naaste
toekomst.
Wanneer Polen zich losmaakt van een
instinctief misnoegen, dat van zelf ontstaat
bij de gedachte aan de mogelijkheid, dat
er zich aan zijn Zuiderflank een belangrij
ken statenbond-zou kunnen vormen, zal het
bij eenig nadenken opmerken, dat het daar
een afzetgebied en vooral een omvangrijke
consolidatie zal vinden van zijn territoria.e
veiligheid.
Zoodra Duitschland zou weten dat, in
geval van een conflict met Polen, Oosten
rijk ep Hongarije zich om wille hunner be
langen en uit solidariteit niet in avontu
ren zouden storten, zal Duitschland een
zeer ernstig motief hebben om zich te
oriënteeren naar de gezonde regelen der
wijsheid en met naar die der dwaasheid.
En wie slechts om Polen bekommerd is,
heeft hierin een eersterangs troef.
Daar dus eenerzijds de besprekingen
met Moskou verre van onbelangrijk zijn en
anderzijds een consolidatie van Midden-
Europa een waarborg van werkelijke waar
de beteekent, lijdt het voor mij geen twij
fel of de wijze en helderziende Minister
van buitenlandsche zaken te Warschau,
Zaleski, neemt alle 'kansen waar op beide
terreinen om tot het sluiten van een en
tente te Lomen. Met het oog op de moge
lijkheden van troebelen in Europa mag
men zich niet tevreden stellen met zuch
ten en alarméeren, doch zoodra zich moge
lijkheden voordoen om gunstiger aspecten
te verkrijgen, daaraan met alle krachten
medewerken.
Het zou kortzichtige politiek zijn deze
combinaties in Midden- en Oost-Europa
van belang ontbloot te achten voor de neu
trale landen van West-Europa. Alles wat
aan Europa een weinig stabiliteit kan
teruggeven is een element in den econo-
mischen opbouw, dien, naar wij hopen, vol
gen zal op de wereldcrisis. Een bewoner
van Amsterdam zou kunnen zeggen: laat
Midden-Europa zich orgamseeren, laat men
min of meer platonische verdragen sluiten
met de Sovjets, het zal geen verandering
brengen, noch in de prijzen van de rubber
noch in die van de petroleum in Nedor-
landsch-Indië. Dit is een dwaling II
Uit zulke verdragen en combinaties tyun-
nen weer anderen ontstaan, de angst en
de malaise kunnen er geleidelijk door ver
dwijnen, 150 millioen menschen, die thans
zeer weinig rubber en petroleum gebrui
ken, kunnen zich verheffen tot een levens
peil, waarop het gebruik dezer producten
aan de orde komt. En de bewoner van Am
sterdam zal er van prof i tee ren.
RIJNSATERWOUDE.
De heer Dorrepaal bij Ged. Staten.
In een openbare vergadering van Gede
puteerde Staten van Zuid-Holland is be
handeld het beroep van den heer W. Dor
repaal, lid van den Raad dezer gemeente,
tegen het besluit van den Raad tot toela
ting van J A. de Bruyn, P. Jansen en R.
Kroon, als leden van dien Raad.
Voor de Raadsverkiezing, waarvan de
uitslag van 10 Juni 1931 dateert, bevat
lijst 3 de namen van de volgende candi-
daten: 1. J. A. de Bruyn, 2. P. Jansen, 3.
C. van Tol. 4. W. Dorrepaal, 5. R. Kroon,
6. E. Gecrtsema, 7. Joh. van Iperen en 8.
P. E. Donker. Van dezen werden de eer
ste vier gekozen. De eerste drie echter
hebben niet tijdig hun geloofsbrieven in
gezonden. zoodat hun plaatsen opnieuw
zijn opengevallen Toen zijn benoemd de
nummers 5, 6 en 7. Van deze drie nam R.
Kroon No. 5 zijn benoeming aan, 6 en 7
niet.
Op 10 Augustus 1931 besloot de Raad
tot toelating van R. Kroon.
Reeds had de voorzitter van het cen
traal stembureau in de vacaturen Geert-
sema (6) en van Iperen (7) bij zijn be
sluit d.d. 6 Augustus 1931 benoemd Donker
(8) en de Bruyn (1), den laatste voor de
tweede maal.
Tegen de toelating van Kroon kwamen
eenige heeren in beroep bij Gedeputeer
den, bij wier besluit d.d. 2427 Augustus
1931 het raadsbesluit vernietigd en Kroon
niet als raadslid toegelaten werd, daar de
wijze van benoeminz in strijd was met
art. 17 der Gemeentewet.
Bij Koninklijk besluit d,d, 11 December
1931 is het beroep van den gemeenteraad
tegen het besluit van Gedeputeerden on
gegrond verklaard, o.a. op grond hiervan
dat niet heeft plaats gehad de loting als
bedoeld in art. 42 der gemeentewet.
Door de uitspraak van Gedeputeerden,
bevestigd door de Kroon, zijn alle hande
lingen, gepleegd door den voorzitter van
het Centraal Stembureau van 10 Juli tot
en met 8 Augustus 1931, vernietigd of on
gedaan gemaakt, waardoor wederom in
den Raad ontstonden de volgende vacatu
ren: De Bruyn (l) Jansen (2) en van
Tol (3).
Ook werd bij besluit van Gedeputeerden
d.d. 212 September 1931 ambtshalye uit
spraak gedaan inzake toelating van de
Bruyn, die voor de tweede maal was be
noemd, en het desbetreffende raadsbesluit
d.d 1 September 1931 vernietigd.
Na de uitspraak van de Kroon heeft de
voorzitter een zitting uitgeschreven van
het hoofdstembureau, op 18 Januari '32, in
welke zitting de loting werd gehouden, ah
bedoeld in art. 42 der gemeentewet, waar
van de uitslag was als volgs: 2, 1 en 3.
In de vacature Jansen (2) waren be
noemd de Bruyn (1), in de vacature-De
Bruyn (l), Jansen (2) en in de vacature
van Tol (3), Kroon (5), daar No. 4 reeds
lid van den raad was.
De heer H. van Boeijen, lid van Gedepu
teerde Staten, bracht over deze zaak rap
port uit. in hét licht stellende, dat de be
slissingen van Gedeputeerde Staten en
van den raad onherroepelijk waren, voor
dat het Koninklijk Besluit bekend was, en
dat in den gedachtengang van appellant
Dorrepaal het stembureau ertoe had moe
ten Vovergaan om te voorzien in de vaca
tures. waarop die beslissingen betrekking
hadden. Het hoofdstembureau wachtte
echter op het K.B., omdat dit zou leeren,
hoe de juiste wetstoepassing moest zijn.
De gemeenteraad acht de cpvatting van
appellant, vo'gens welke met benoemin
gen had moeten worden doorgegaan, voor
dat het K. B was afgekomen, weinig
steekhoudend, omdat de benoemingen in
strijd waren met de wet en op den inge
slagen weg niet moest worden voortge
gaan. De Kroon heeft den raad in het
ongelijk gesteld, maar het was evengoed
mogelijk geweest, dat Gedeputeerden in
het ongelijk waren gesteld.
Voor appellant Dorrepaal trad on mr. A.
Korver, advocaat te Alphen aan den Rijn.
Pleiter merkte op, dat de verhoudingen te
R ijnsa ter woud e heel scherp zijn tusschen
katholieken en protestanten in den raad
en <Jat de striid soms fel wordt gevoerd,
maar verklaarde, zelf buiten dien strijd te
staan. Hij ging het gebeurde na en deed
uitkomen dat toen 5, 6 en 7 waren be-
neomd, Rijnsaterwoude te hoop liep en
afgesproken werd. dat allen bedanken zou
den. waardoor het alsnog mogelijk zou
worden, dat vervuld werd de wensch der
kiezers, die immers eerst 1, 2 en 3 hadden
gekozen. No. 5 hield zich echter niet aan
den uitslag van de bespreking.
PI. merkte voorts op. dat, doordat ge
wacht is op het K B. ten opzichte van
lio. 5 van de lijst, de raad eenige maanden
onvoltallig is geweest Toen het K B. af
kwam, waren er 3 vacaturen, maar dat
waren geen gelijktijdig opengevallen
plaatsen als waaron art. 42 der gemeente
wet betrekking heeft. Waarom had geen
loting moeten plaats hebben. Met de lo
ting zou pl. zich nog wel hebben kunnen
verzoenen, maar vergeten is. dat alleen de
volgorde door het lot wordt aangewezen.
Volgens'het stembureau kon No. 3 niet
worden aangewezen, omdat? hij dan in zijn
eigen plaats kwam. maar aldus pl., er was
geen bezwaar om 1, 2 en 3 in de openge
vallen plaatsen te benoemen, aangezien
het lot alleen de volgorde bepaalt. Volgens
pl. was zeer eenvoudig deze oplossing: 1,
2 en 3 moesten komen in hun eigen vaca
tures en nu wijst het lot de volgorde aan.
Op deze wijze waren te voldoen aan den
eisch der wet en aan den wensch der kie
zers. B. en W. zeggen wel. dat gewacht
werd. omdat het K B nog niet was afge
komen, maar de wet schrijft voor, welke
houding de voorzitter van het hoofdstem
bureau heeft aan te nemen.
De burgemeester, de heer J. A. Bakhui
zen, optredende als gemachtigde namens
den raad. wees er op, dat volgens appel
lant Dorrepaal de benoeming van De
Bruyn, Jansen en Kroon bij raadsbesluit
van 18 Februari onwettig is op grond van
het feit, dat voor hun benoeming hebben
bedankt Geertsema (6) en van Iperen (7)
in wier plaatsen Donker (8) en De Bruyn
(1) werden benoemd en tot op heden in
deze beide vacaturen nog niet werd voor
zien. Ook maakte appellant den voorzitter
van het Centraal Stembureau er een grief
van, dat deze begin Augustus de benoe
mingen heeft gestaakt en eerst in Januari
de loting, bedoeld in art. 42 der gemeente
wet, ging toepassen, welke volgens hem
plaats had kunnen hebben van 8 tot 22
Juli.
Spr. gaf een opsomming van de hier
boven reeds vermelde gebeurtenissen en
merkte op, dat het zeer verklaarbaar is,
dat gedurende den tijd, dat de Kroon nog
geen uitspraak had gedaan, geen verdere
benoemingen door den voorzitter van het"
Centraal Stembureau geschied zijn, daai
eerst afgewacht moest worden, hoe de
Kroon uitspraak zou doen. en eerst moest
vaststaan, of de Kroon al dan niet zou
worden toegelaten, voordat met benoe
mingen kon worden doorgegaan. Daarom
twintig millioen
werkloozen.
DE ECONOMISCHE TOESTAND IN
DUITSCHLAND.
Alleen internationale samenwerking zal
de wereld verbetering brengea
(Van een specialen V.D.-corrospondent),
LEIPZIG, 7 Maart 193J.
Het is juist een jaar geleden, dat de pre
sident van de Duitsche KSjksbank dr. Lu
ther, ter gelegenheid van de Leipziger
Voorjaarsme8se een indrukwekkende rede
gehouden heeft over de noodzakelijkheid
van internationale samenwerking om uit
de destijds vooral nog financieele
moeilijkheden te komen. Sindsdien is de
crisis in hevigheid toegenomen, ondanks 't
Hoover-moratorium en juist het omgekeer
de van hetgeen volgens deskundigen noo-
dig is, geschiedde: inplants van interna
tionale samenwerking zijn op economisch
gebied sinds het vorig jaar de tegenstellin
gen nog grooter geworden en hebben tal
van landen ook Nederland maatrege
len genomen, die den internationalen han
del nog meer bemoeilijken.
Van dit alles bemerkt men bij een opper
vlakkige beschouwing van het verloop van
dezo Leipziger Voorjaarsmesse gedurende
de eerste dagen niets
De belangstelling uit binnen- en buiten
land, vooral ook uit Nederland, is grooter
dan men heeft durven hopen. Evenmin
merkt men in Leipzig waar tijdens de
Messe alle politieke demonstraties en op
tochten verboden zijn iets van de gewel
dige politieke spanning in Duitschland, die
elders o&. te Berlijn, reeds aanleiding is
geworden tot bloedige botsingen. Bij nade
re beschouwing blijkt evenwel de geweldi
ge omvang van de economische wereldcri
sis. Want het staat nu reeds vast, dat bij
voorbeeld de aankoopen der Vereenigde
Staten op deze Messe belangrijk minder
zullen zijn dan het vorig jaar, waarvan ook
Nederland zeer zeker den invloed zal on
dervinden, omdat juist hier te Leipzig de
Amerikanen vooral onze Goudsche cera-
miekproducten plegen te koopen.
Nog duidelijker evenwel krijgt men een
inzicht in den werkelijken omvang van den
noodtoestand der geheele wereld
wanneer men met aandacht kennis neemt
van de mededeelingen, die de Oberbürge-
meister van Leipzig dr. Goerdeler, de Duit-
sohe Rijkscommissaris voor de Prijzenvast-
stebing, den journalisten bij de gebruike
lijke entvangst op den eersten avond der
Messe heeft gedaan. Hij heeft ter uitvoe
ring van de hem opgedragen taak, toe te
zien op de vaststelling der prijzen in
Duitschland, een omvangrijke studie ge
maakt niet alleen van den toestand in
Duitschland, doch ook van de economische
omstandigheden in andere landen.
Hoe is de toestand in Duitschland? De
productie is. wanneer men den toestand van
1 Januari 1927 op 100 stelt, tot 1 Januari
1928 gestegen tot een hoogtepunt van 113,
Zij is tot einde 1931 gedaald tot 65. dus in
totaal met 43%. Het Duitsche volksinko
men is gedurende de zelfde periode vermin
derd van 76 tot 55 milliard per jaar. Het
arbeidsinkomen der arbeiders, beambten,
en ambtenaren is gedaald van 43 tot 33
milliard mark per jaar. dus met bijna 25%
en het aantal werkloozen is gedurende den
zelfden tijd gestegen van 1.7 millioen tot 5.7
mil loen. Meer dan een vierde deel der
Duitsche arbeiders en beambten is werk
loos. terwijl nog ongeveer drie millioen ar
beiders slechts gedeeltelijk werken
Dr. Goerdeler zag voor Duitschland de
oorzaak van dezen toestand in den verlo
ren oorlog, waardoor Duitschland behalve
land en inwoners heeft moeten afstaan on
geveer 40 milliard aan goederen en kapi
taal, 13 1/2 milliard aan schadevergoeding
verzocht spr. aan Gedeputeerden, Dorre-
paal's beroep ongegrond te verklaren.
Mr. Korver repliceerde.
De beslissing van Gedeputeerden volgt
later.
HILLEGOM.
De gemeente-secretaris gaat heen.
De gemeentesecretaris, mr. J. B. Sens,
is benoemd tot oomraies-griffier, pl.v. se
cretaris, ter secretaris te Nijme^yn. De
ht er Sens is ongeveer zes jaar to Hille-
gom werkzaam geweest.
N00RDWIJK.
Crisis-comité. Naar aanleiding van
de circulaire van het Nationaal Crisis-co
mité, warain werd mededeeling gedaan,
dat aan landbouwers, tuinders en bloe
misten, welke hiervoor in aanmerking
kwamen, goedkoop© kunstmeststoffen zou
den worden verstrekt, wer ddoor meerdere
leden van de afd. Ned. Mij. van Tuinbouw
en Plantenkunde via het bestuur een aan
vrage ingediend. De uitslag hiervan is
slechts zeer mager, daar een vijfde van
het gevraagde is toegewezen tot een to
taal van 805 kg.
Geboren Elisabeth Maria Rachele,
dochter van E. C. Urlus en M. Gozzi
Anna Theresia, dochter van Q. Warmer-
hoven en A. Vink.
Overleden Antonius Bernardus
Calen 88 jaar wednr. van Ida Meijer
Pieter Kloos 15 jaar, Philomena Catha-
rina van Schoot en 55 jaar geh. met A. v.
d. Veeken Catharina Ruigrok 79 jaar
wed. van A. C. de Graaff Gertruida
Maria v. d. Laar 66 jaar Johanna Ca
tharina Jacoba v. d. Horst 87 jaar.
heeft betaald en tengevolge van de inflatie
het grootste deel van zijn mobiel kapitaal
heeft verloren.
Maar al te graag heeft het buitenland
toen crediet gegeven om er weer boven op
te komen met als resultaat, dat thans een
buitenlandsche schuld van 29 milliard op
hot Duitsche eoonomische leven drukt.
Dr. Goerdeler wees in dit verband op de
absolute, noodzakelijkheid voor Duitsch
land een actieve handelsbalans te behou-'
den, daar anders de buitenlandsche schul
den niet kunnen worden betaald. Geen an
dere mogelijkheid bestaat er vook Duitsch
land op de wereldmarkt te blijven ooncur-
reeren dan door verlaging der prijzen over
de geheele linie en in dit verband gaf bij
een overzicht van de maatregelen, die op
grond van de noodverordening van Decem
ber zijn genomen.
Andere maatregelen, zooals in het bui
tenland zijn genomen, kan Duitschland niet
toepassen. Het loslaten van den gouden
standaard zou den laBt der buitenlandsche?.
schulden, die alle op goudbasis zijn aan
gegaan, nog zwaarder maken. En boven
dien: in Engeland schijnt deze maatregel
reeds te zijn uitgewerkt, want na een korte
periode van daling van het aanta-l werk
loozen is thans weer een stijging ingetre
den.
Als burgemeester van Leipzig gaf hij
eenige schrille cijfers: in het jaar 1931 kon
den de scholen in Leipzig slechts eenmaal
met water cn zeep gereinigd worden. In
1932 zal de maximum-opbrengst der belas
tingen te Leipzig 38 millioen mark bedra
gen, waarvan niet minder dan 34 millioen
of ongeveer 90% noodig is voor de steun
aan werkloozen en armlastigen. Reeds
dreigt in Duitschland het spook, dat men
niet meer in staat; zal zijn, de werkloozen
te voeden.
Doch ook in andere landen is de toestand
niet veel beter. In het jaar 1931 is in Italië
het aantal werkloozen met meer dan 50%
in Frankrijk met meer dan 550% gestegen.
In Amerika bedraagt het aantal werkloo
zen ongeveer acht millioen.
In totaal bedraagt het aantal werkloozen
in de Vereenigde Staten en in de belang
rijkste Europeesohe landen ongeveer twin
tig millioen.
Elk land tracht thans door verschillende
maatregelen den invoer te beperken en
den uitvoer te bevorderen, waarbij echter
uit het oog wordt verloren, da.t hierdoor
de geheele internationale handel wordt be
perkt en de koopkracht verloren gaat. De
wereld zal echter ondervinden, dat het ver
lies aan koopkracht door af te zien van
een vruchtbaar economisch verkeer tus
schen de landen grooter moet zijn en snel
ler intreedt dan de winst aan binnenland-
sche koopkracht kan zijn en bereikt kan
worden.
Al zal dit gif zelf het tegengif voortbren
gen, Dr. Goerdeler gaf als zijn overtuiging
te kennen, dat eenerzijds de koopkracht
moet worden versterkt en niet door het
bijdrukken van bankpapier en dat aan
den anderen kant de politiek de tussohen
de landen verbroken economisohe banden
moe^ herstellen. Internationale samenwer
king is noodzakelijk.
Dr. Goerdeler besloet zijn zeker van his
torische beteekenis zijnde verklaringen al
dus:
„Nog is het uur van den ondergang van
het Avondland niet gekomen. Nog sluime
ren in het Avondland ongekende geeste
lijke en physieke krachten van allerlei
soort, die leven en hun leven willen geven.
Nog heeft het Avondland een schat van er
varingen, welke nog slechts in weinig we-
rolddeelen in dezelfde mate aanwezig zijn.
En hoewel ongetwijfeld gedurende de laat
ste eeuw de positie van Europa tegenover
die van de landen buiten Europa belang
rijk gewijzigd is, toch heeft dit Europa nog
veel te geven en komt mij zijn levenskracht,
wanneer wij het geloof in ons zelf, ieder
volk naar zijn vermogen, bewaren en ieder
voor zich het beste doet, onverwoestbaar
voor 1"
VOORSCHOTEN.
Sport voor werkloozen. De R. K.
Sportvereeniging V. V. L. beeft besloten
in hare vergadering, dat het voetbalter
rein drie middagen in do week ter be
schikking wordt gesteld voor de werkloo
zen om te voetballen en wel Dinsdag,
Donderdag en Zaterdagmiddag. De spe
lers moeten echter zelf voor een bal zor
gen. De leden van V. V. L. hebben na
tuurlijk recht op de heele week, maar zij
moeien zorgen steeds hun oontributie-
kaart bij zich to hebben- Wanneer van
deze beschikkingen misbruik wordt ge
maakt, zal het bestuur van V. V. L. deze
regeling intrekken.
Verloron. Een autopomp, een bank
biljet.
Gevonden. Een ceintuur.
Geboren: Elizabeth d. v. A. Hoger-
vorst en N. Zwaan. Jacobus Antonius
Maria d. v. J. W. Knijnenburg en A. M.
van der Geest, Jacobus Wilhelmina d. v.
L. Klaassen en G. E. Langeveld.
Overleden: J. van der Kooy geb. v.
d. Togt 61 j. A. Brauckman 48 j.
G etrouwd: A. J. Duymaer van Twist
en A. M. Pieron.
Ingekomen: J. van Damme én gezin,
Veurscheweg 21 van 's-Gravenhage. G. J.
Schuitemaker, Loidscheweg 69 van Wasse
naar. D. J. Dolderman en echtgen. Pa
pelaan 166, van Woerden. R. Uilkema,
Leidscheweg 226 van Idaarderadeel. L.
J. Fortien, Schoolstraat lOg, van Amster
dam. C. M. van der Burg, Molonlaan 33a,
van 's-Gravenhage.
Vertrokken: A. M. Bouwmeester
Hillcnaar naar 's-Gravenhago. Moj. F.
Maijer, na.r 's-Gravenhage. Mej. A. M.
Pieron, naar Lisse. J. A. van der Stok,
naar Amsterdam.