23ste Jaargang No. 7142 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN DE PROTECTIONISTISCHE PROEFNEMING. - BINNENLAND DONDERDAG 3 MAART 1932 e £cicbelie0oii^omt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij Toornitbetaling Voor Leiden t9 cent per week 12.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week 12 60 per kwartaal Franoo per poet f2.95 per kwartaal liet Gedlustreerd Zondagsblad is roor de Abonné's ver- krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij ▼ooruit betaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele ran het tarief berekend. Kleine advertentiën, ran ten hoogste 30 woorden, betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en rerhnur, koop en rerkoop f 0.50. regel, waarin V Onze cultuur. In Rotterdam en in Den Haag zijn co- mité's gevormd, om met het noodige eer betoon te ontvangen een.Italiaansch bokser, genaamd Camera. Deze oomité's bestaan uit sporfcmenschen. In Den Haag zalhet ontvangst-comité morgenmiddag met den hoogen 'gast een tocht door de stad maken, 's avonds is er een „voorstelling", waarna, meenen we, ook hier, evenals te Rotterdam, den heer Camera een souper wordt aangeboden. De heer Camera komt in ons land niet zoo wordt gemeld om te vechten, „maar toch zullen zijn 1 ronde-tegenstan ders ongetwijfeld eenige zware minuten moeten doorstaan"! Natuurlijk, daar betalen de menschen voor en daarvoor worden de boksers be taald. Wat zou er aansport te zien en te genieten vallen, als er geen boksers in enkele demonstratie-partijtjes murw wer den geslagen! Het „Volk" spreekt sarcastisch over Oarnera, als over den „held dezer cultuur- rijke dagen". Inderdaad, de cultuur onzer dagen biedt verheven en verheffende aspecten 1 „De luister der rechtschapen heid". De Februari-aflevering van het paeda- gogisch maandblad „Dux" (eigendom en uitgave van het R. K. Centraal Bureau voor Onderwijs en Opvoeding te 's-Gra- venhage) bevat een artikel over de welle vendheid. Daarin wordt stelling genomen tegen de bewering, dat de wellevendheid in vele ba rer uiterlijke vormen in strijd is met de „christelijke eerlijkheid". De schrijver wijst er op, dat bij een Christen de wellevendheid een dieperen grond moet hebben dan het uiterlijke. Dan kan zij een christelijke deugd wor den: „Dan wordt het „christelijke eer lijkheid" tegenover geen enkel mensoh onverschillig te zijn: want hij is mijn naaste en „gij zult hem liefhebben als u zelf", en dan zal het steeds „aange naam zijn met hem kennis te maken." Dan wordt het „christelijke eerlijk heid" den verfoeiden vijand vriende lijk tegemoet te treden: want we moe ten zegenen, die ons vervloeken. Dan wordt het „christelijke eerlijk heid" alle overheid te eeren, vant: „geef den keizer, wat des keizers is". M. a. w. de beleefdheid, die voor den christen een christelijke deugd i®, heeft haar steun- en uitgangspunt in de onmisbare deugden van nederig heid, zelfbeheersching, naastenliefde en gezags-erkenmng. Zóó zullen de spreek- en handelwij zen, de gebruiken en plichtplegingen, hoe conventioneel en willekeurig ook uit eigen aard, de aangenomen vor men zijn in de beschaafde wereld, waardoor men zijn zelfverloochening, zijn eerbied, zijn welwillende naasten liefde anderen openbaart. Zóó alléén is de wellevendheid in waarheid, gelijk Sint Thomas ze noemt de „decor honestatis", de luister der rechtschapenheid. Dat hieruit blijkt de paedagogische waarde der wellevendheid, behoeft niet nader te worden bewezen." Wie zóó de wellevendheid beschouwt zal niet uit een zekere verkeerde demo cratie het omgangsleven willen nivelleeren. TEGEN DE MALAISE. In dezen tijd geven vele winkeliers een bewijs voor de stelling, dat zij een sociaal nuttig werk verrichten. Door een doeltreffende reclame vesti gen zij de aandacht op de goederen, die zij verkoopen, en werken zoo mede om 't economisch leven voor verdere inzinking te behoeden voorzoover dat in hun macht ligt. Het publiek zal zich- gaarne laten trekken naar die zaken, die nog in de gen tijd blijk geven van frissche energie. Het einde der lange vrijhandelsperiode. Tarieven als „wapen" bij onderhandelingen. Herovering der binnenlandsche markten. Groote belangstel ling voor de Britsche jaarmarkt. LONDEN, 29 Februari 1932. Morgen vangt Engeland om de woor den van Mr. Neville Ohamberlain te bezi gen zijn „nieuwe loopbaan" als een pro tectionistisch land aan. De tariefwet, deze maand door het Lagerhuis goedgekeurd, treedt in werking. Drie kwart eeuw lang heeft vrijhandel de Britsche staatkunde theoretisch be- heerscht; eerst de wereldoorlog maakte inbreuken op de praktijk van Cobden's be ginselen onvermijdelijk, maar jaren na het sluiten van den vrede nog was het vrij handelsprincipe den Engelschen zoo heilig, dat in 1923 de Conservatieven een zware stembusnederlaag leden omdat zij het waagden ermee te willen breken, en dat zij een jaar later hun groote overwinning op de Labourpartij alleen konden behalen door elke toepassing op tarieven uit huu verkiezingsprogram weg te laten. Zelfs in October van het vorige jaar heeft de Nationale regeering het beginsel van protectie niet aan de kiezers voorge legd. Mr. MacDonald vroeg, zooals men zich herinneren zal, om een „dokters-man daat". Evenmin als een geneesheer van te voren zegt, welke middelen hij zal toepas sen om den zieke te genezen, aangezien dit niet alleen afhangt van de diagnose, maar ook van de omstandigheden en van de verdere ontwikkeling van het geval, evenmin wilde de Nationale regeering zich binden. Zij vroeg om vertrouwen. Zij vroeg om een mandaat, het handelsevenwicht ie herstellen, maar de patiënt m dit geval het door de kiezers vertegenwoordigende land had niet het reoht te beslissen door welke middelen dit herstel moest wor den doorgevoerd. De kiezers stemden dus niet vóór pro tectie; maar nog veel minder stemden zij ertegen. Zij wisten dat het voornaamste middel bestaan zou uit het heffen van ta rieven ter beperking van den invoer. De groote meerderheid wist ook dat die tane ven, aanvankelijk slechts ten doel hebbend een einde te maken aan een tijdelijken noodtoestand, hoogstwaarschijnlijk de voorboden zouden zijn van een zich gelei delijk ontwikkelend protectionistisch stel sel. In den loop der Lagerhuisdebatten heb ben liberalen de verwachting te kennen gegeven, dat als de nieuwe tariefwetgeviag haar uitwerking gehad heeft, d.w.z. als het evenwicht tusschen in- en uitvoer hersteld is, het land opnieuw zal terugkeeren tot TTij handel. Wij gelooven dat dit niets anders is dan een illusie. Veeleer het tegendeel is waar schijnlijk. Missen deze tarieven, die een proef-ondervindelijk karakter dragen, hun uitwerking, dan is het mogelijk dat bij de eerstvolgende Lagerhuisverkiezingen hot volk zich voor herstel van de oude vrij handelspraktijk verklaren zal. Brengen zij daarentegen de economische herleving, welke het kabinet ervan verwacht, dan zullen zij zelfs honderdduizenden twijfe laars bekeeren tot protectie. Het morgen in werking tredende alge- meene tarief is niet het eigenlijke protec tionistische deel van de fiscale hervorming. Het beoogt zoo\eel mogelijk de handels balans in evenwicht te brengen, en, voor zoover dit niet lukt, zal het in ieder geval vele millioenen voor de schatkist afwerpen ;en komt de „meest begunstig- Engeland aan .oet met betrek kleurstoffen, in sies met betrek- in den vonn van invoerrechten. De eerste schreden op den weg van principieel pro tectionisme zullen gezet worden door de tariefcommissie, welke, behoudens goedkeu ring door het Parlement, supplementaire tarieven zal hebben vast te stellen in over eenkomst met de behoeften van elk bedrijf. De Engelsche tarief wetgeving treedt in werking op een tijdstip van voorbeeldelooze internationale crisis. Dit is, zoo wij ons niet vergissen, een voordeel, bezien van het standpunt der Britsche regeering. In het buitenland heeft men, naar uit ver scheidene dagbladartikelen gebleken is, al te veel waarde gehecht aan de verklarin gen van mr. Chamberlain, mr. Runciman en anderen, volgens welke de tarieven ge bruikt zullen worden als „wapen", bij iet voeren van onderhandelingen met andere landen. Men heeft gezngd: Wat kan En geland doen! In bijna alle handel olausule betreffende de natie" voor. li Duitschland concessii king tot den invoer ruil voor Duitsche coi king tot motoren (wijlnoemen willekeuri ge artikelen), den zullen Engeland en Duitschland diezelfde concessies moeten doen aan alle landen, waarmede zij han delsverdragen hebben op den voet van „meest begunstigde «natie", zonder dat die landen een tegenprestatie hebben te ver richten. Dit ia echter slechts zeer gedeel telijk waar. Landen kunnen elkaar vrij ge makkelijk voordeelen toestaan met betrek king tot die artikelen, die zij alleen of m hoofdzaak exporteeren, zooals bloembol len (Nederland), radio-artikelen (Neder land en Duitschland), boter en kaas (Ne derland, Denemarken, Zwitserland en Frankrijk). Het voornaamste evenwel is, dat de Engelsche tarieven niet ten doel hebben althans voorloopig niet den Britschen export te bevorderen, doch den import te verminderen. Wat gezegd ge worden is omtrent het gebruik van de ta rieven als onderhandelingswapen moet niet te ernstig opgenomen worden. De Brit sche industrie heeft de laatste jaren een groot deel der binnenlandsche markten verloren. Het voortduren der wereldcrisis zal haar niet beletten deze te herovereu, indien de tarieven doeltreffend blijken te zijn. Gelukt haar dit, dan zullen, zelfs in dien de export blijft afnemen, honderd duizenden arbeiders werk krijgen. Het was in dit verband dat wij de internationale crisis, van Britscb standpunt bezien, een oogenblikkelijk voordeel noemden. De koopkracht der Engelschen ofschoon ver minderd, is in veel geringer mate aange tast dan die der ooncurreerende volken. Per hoofd der bevolking wordt hier veel meer geld uitgegeven dan in Duitschland, Frankrijk en de meeste kleinere landen. Herovert de Britsohe industrie de eigen markten, dan krijgt zij een voorsprong op de buitenlandsche concurrenten, die op hun eigen markten, veel minder plaatsen kunnen. Dit is, naar wij meenen, de groote be- teekenis der morgen in werking tredende tarieven. Men vatte dit alles evenwel min of meer „in de voorwaardelijke wijs" op. als het lukt; als de praktijk aan de theorieën blijkt te beantwoorden.... KONINKLIJKE BESLUITEN. Notaris. Bij Kon. besluit is benoemd tot notaris binnen het arrondissement Tiel, ter stand plaats de gemeente Druten, J. C. M. Knitel, candidaat-notaris te Boxmeer; tot notaris binnen het arrondissement Arnhem, ter standplaats de gemeente Bhe nen, J. G. van Rhijn, candidaat-notaris te Amersfoort. Burgemeester. Bij Kon. bes'uit is aan M. baron van Randwijck, op zijn verzoek, met ingang van 1 Mei 1932, eervol ontslag verleend als bur gemeester der gemeente Rossum, met dank betuiging voor de langdurige diensten, door hem in die betrekking bewezen. DE CRISIS-INVOERWET 1931. En de export van onze bloem bollen en snijbloemen naar Denemarken. De Kamer van Koophandel voor Haarlem en omstreken heeft aan den minister van Arbeid, H. en N. een adres gezonden, waar in zij dezen verzoekt den contingenteerings- maatregel van Deensch vleesch zoodanig te wijzigen, dat de vrienschappelijke betrek kingen tusschen Denemarken en ons land niet verder gevaar loopen. Adr. zou het voorts in hooge mate op prijs stellen indien in het vervo.g belanghebbende exporteurs gelegenheid zouden verkrijgen bezwaren, welke bij hen bestaan, tijdig kenbaar te ma ken, wanneer nieuwe contingenteerings- maatrege.en moeten worden genomen. In het adres wordt er op gewezen, dat door den bestreden maatregel Denemarken als belangrijk afzetgebied voor bloembollen en snijbloemen dreigt verloren te gaan. Zoowel de bol'enstreek als Aalsmeer zouden daardoor onoverkomelijke schade lijden. EERSTE KAMER. Vergadering van Woensdag 2 Maart. RIJKSBEGROOTING. ALGEMEENE BESCHOUWINGEN. De Voorzitter doet een beroep op de Kamer om de uiterste beknoptheid te betrachten wegens den weinigen beschik baren tijd. De heer Diepenhorst (A.-R.) be toogt dat het crisisbeleid de voornaamste taak thans is van het Kabinet. Spr. kan geenszins instemmen met de critiek op de Rogeering ter zake van haar streven om invloed te oefenen ook op do particuliere loonen. Loonsverlaging is noo- dig, niet grooter en niet minder dan de omstandigheden vereischen. Nog maar kort stond Nederland met Denemarken, Zweden en Engeland wat het loonpeil be treft, bovenaan, wat zich nog sterker af- teekent thans door de valutiuverhoudin- gen. (Geroep: zeer juist.) Nu is de Neder landsche loonstandaard de hoogste van Europa. Onder de huidige omstandigheden is toch behoud van het bedrijfsleven de eerste noodzakelijkheid. Zoo ziet het ook de Regeering, Hooge loonen zijn slechts mogelijk als ze rusten op reëelen grond slag.. Veeleer acht spr. van belang het in tact houden van sociale maatregelen, waar aan Nederland zoo rijk isen dit hangt weer af van een goede loonpolitiek. De heer v. Embden (V. D.) vraagt zich af of de Kamer in deze zorgelijke tijden wel critiseeren moet. De leuze „in geen ge val een ministercrisis" doet in ons land te genwoordig opgeld verleden week echter heeft ze een achttal Tweede Kamerleden van de katholieke fractie niet beinvloed bij hun stemmen over het Kortingswetje. Het werd geen crisisliberale Kamerle den snelden als reddingsbrigade te hulp en schaarden zich achter de regeering. Tegenover de crisis mogen we ons niet bepalen tot passiviteit en tot alleen tijde lijke maatregelen. Bij alles wat gedaan moet worden om de fouten der tegenwoor dige productiewijze weg te nemen, mag haar kern niet worden aangetast. Dat de regeering zich in hoofdzaak tot een passieve houding bepaalt, kon spr niet geodkeuren. Er valt internationaal heel wat meer te ordenen dan munt- en geldwezen; er wordt te veel overgelaten aan particu liere conferenties. In nationalen zin is de regeering te passief ten opzichte van het bankwezen. Spr. heeft verder als bezwaar tegen de regeering, dat zij voorspelt een blijvende verlaging van het levenspeil, dat dan ook tot uitdrukking moet komen in de begroo tingen der publieke lichamen. Waarop srrondt zich deze pessimistische stelling Er ligt toch een groote potentieele pro ductiviteit gereeJ om zich te ontplooen. Spr. komt op teeen de verlaging der sa larissen van het Rijkspersoneel. Waren er geen andere middelen geweest om de be grooting sluitend te maken, *dan had moe ten worden berust. Een opoentenheffing van 10 pet. op de inkomstenbelasting met ingang van 1 Mei a.s. zou de 7 millioen op brengen, die de regeering nu alleen van de ambtenaren heeft gehaald. Hier betreft het een ambtenarenbelasting, die de regeering heeft ingesteld. Spr. betoogt verder, dat Nederland be last is met een veel te kostbaar defensie- apnaraat. De heer v. d. B e r g h (V. B.) deelt mede, dat de omstandigheden zijn fractie er toe hebben geleid, af te zien van politieke be schouwingen. Spr. zal dus ook niet ingaan op de politieke onaangenaamheden van den heer Van Embden. Wat betreft de oorzaken en het karak ter van de crisis, merkt spr. op, dat er meer op aankomt, hoe we uit die crisis komen. Van zekere zijde is in het Voor loopig Verslag aangedrongen op Staats toezicht op het bankwezen. Spr. betoogt, dat de macht der bankiers veelal overdre ven voorgesteld wordt, ook in zake het al of niet toestaan van credieten aan de ge meenten. Het gaat er eerder om of de geldbelegger de vrije beschikking zal hou den over zijn dikwijls zuur verdiende spaarpenningen. Bovendien zijn particu lieren gewoonlijk voorzichtiger in hun fi nancieel beheer dan de vaak hogelijk eg- prezen overheidsorganen. Ook deze hebben de tering naar de nering te zetten en zich eventueel te onthouden van het sluiten van leeningen. Trouwens, de problemen van het geldwezen zijn in dezen tijd moei lijker dan ooit. De regeering acht het te recht geen verbetering als de leiding van het bankwezen aan de Overheid overging. De positie onzer banken is ook zooveel be- /it nummer Destaai uit drie bladen VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. De Chineezen trekken terug, waardoor men hoopt, dat de vredeskansen zullen stij gen. (Buitenl. 2e blad). Het door bandieten ontvoerde kind van Lindbergh nog niet teruggegeven. Een hoo ge losprijs gevraagd. (Buitenl. Berichten im blad). BINNENLAND. In de Tweede Kamer wordt een bespre king gehouden over de werkverschaffing. (2de blad). De Eerste Kamer Is met de Begrooting bezig, (lste blad). Het einde van de staking in de Twent- sche textiel-industrie wordt nabij geacht. (lste blad). Een adres van de Kamer van Koophan del voor Haarlem en Omstreken aan den minister van arbeid over den uitvoer van bloembollen en snijbloemen naar Denemar ken. (lste blad). In de vergadering van de contact-com missie voor het mijnbedrijf is gisteren o.m. de oohanden loonsverlaging in bespreking geweest (lste blad). Een mislukte overval on een kaslooper te Amsterdam. (Gem. Berichten, 3de blad) Brand In den grooten voorraad stroo van de stroocartonfabriek Erica II te Oostwold. (Gem. Berichten, 3de blad). De moord oo den rijksveldwachter Top te Kerkdriel. (Rechtz„ lste blad). ONZE ENGELSCHE CORRES PONDENT VESTIGT DE AANDACHT OP DE TA RIEFMAATREGELEN VAN ENGELAND Bladz. 1 ter dan die in andere West-Eurooeesche landen. Controle door de centrale bankin stelling op het particuliere bankwezen is hier te lande niet noodig. Ten opzichte van de handelspolitiek ver klaart men dat de liberalen voorstandera van vrijhandel zijn gebleven, ook al hebben ze in abnormale omstandigheden als bij het contingenteerineswetje hun steun aaji dé regeerin«r gegeven. De heer Wibaut (S, D.). bespreekt de alvemeene financieele politiek. Wat het bankwezen betreft, en de taak van de Nederlandsche Bank, betoogt spr. dat de gemeenten, aan welke in October door de Nederl. Bank credieten waren ge weigerd, de crisis niet hebben doen ont staan. Op de open markt konden die ge meenten niet terecht. De bevoegdheid van de Nederlandsche Bank tegenover open bare lichamen is naar spr.'s meening niet houdbaar; spr. vraagt dienaangaande het oordeel van de reeeering. Deze heeft dien aangaande .voor de gemeenschapsbelangen te waken. De vergadering wordt te 5.10 verdaagd tot hedenochtend elf uur. HET CONFLICT IN DE TWENTSCHE TEXTIELINDUSTRIE. NAAR HET EINDET De Alinelosche Fabrikanten-Vereeniging heeft een nieuwe conferentie gehouden met de vier textielarbeiders-organisaties betrokken bij de loonsverlaging, welke de werkgevers willen invoeren. In deze confe rentie zijn nadere voorstellen geformuleerd, welke gunstiger voor de werknemers zijn. Zij houden m een verlaging voor de ar beiders, werkende bij de bedrijven voor ex port van 8procent voor loonen boven de 30.— (geautomatiseerde getallen), 7 yK procent voor loonen boven 30.(niet geautomatiseerde getallen), 6 pet. voor loo nen van 26.50 tot 30.5 pet. voor loo nen van 20.tot 26.50, en 2 pet. voor loonen beneden 20. Voor de bedrijven, die werken voor het binnenland, geldt de volgende verlaging: 5 pet. voor loonen boven 20.en 2 pefc. voor loonen beneden 20. De verwachting is, dat deze voorstellen door de arbeiders-organisaties zullen wor den aanvaard en dat hiermede een conflict in de Almelosche Textielindustrie zal wor den vermeden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 1