CODE NO. 2.
ZATERDAG 27 FEBRUARI 1932
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. f
door EDGAR WALLACE.
De „Geheime Dienst" is een merkwaar
dig departement en van de merkwaardige
mannen die er hun dienst vervullen was
Schiller zeker niet de minst-merkwaardige
Hij was een schrandere, jonge Zwitser,
met een bijna hartstochtelijke belangstel
ling voor vreemde talen. Hij kende alle
duistere elementen van Londen, duister
van politiek standpunt dan en was daar
door een bruikbaar werktuig van den op
persten chef. Sir John Grandon. Toch werd
Schiller buiten het „groote 6pel" gehou
den, hoeveel moeite hij ook deed om erin
to komen. Maar als onderdaan van een
vreemde mogendheid, al was het dan ook
geen groote, had hij geen kans.
Op een of andere mysterieuze manier
was Schiller er achter gekomen dat Reg
gie Batten was doodgeschoten, toen hij in
München betrapt was bij het oopieeren
van de mobilisatie-orders van het Veer
tiende Beiersche legercorps. Zijn dood
was volgens de officieele lezing natuurlijk
het gevolg van een noodlottig ongeval.
Maar wat Schiller niet wist, was dat Bland
de onderdirecteur van den dienst, op het
kantje af ontsnapt was.
Toen Bland weer op het bureau terug
kwam. vroeg Schiller direct om een on
derhoud.
Bland hoorde hem glimlachend aam en
zei vriendelijk:
U vergist U, Mr. Schiller, ten opzich
te van Mr. Batten. Die had mets met on
zen dienst uit to staan en dus kan ik U
zijn functie niet geven. Hij is het slachtof
fer geworden van een vliegongeluk.
Schiller boog beleefd. Neemt u me
niet kwalijk. Sir, zei hij, dan ben ik
verkeerd ingelicht.
Toen probeerde hij het op etm andere
manier en deed een weloverlegden aanval
op den Chef. Sir John was echter ook geen
kind, vergrijsd in den dienst als hij was.
Het gewicht van zijn verantwoordelijk
ambt culmineerde in „Code no. 2", een
document dat geen sterfelijk oog dan het
zijne ooit had aanschouwd. Ze lag op den
bodem van de brandkast in zijn privé-kan-
toor, in een met meteal beslagen band,
bladzijde na bladzijde in zijn eigen keurig
handschrift.
Code no. 2 is een buitengewoon geheim
staatsstuk. Het is de code die de „groote
agenten" gebruiken. Ze is niet gedrukt, er
bestaan geen gesohreven copieën van, de
inhoud wordt geleerd onder leiding van
den Chef in hoogst eigen persoon. De
mannen die Code no 2 kennen, beroemen
zich niet erop; hun leven hangt aan een
zijden draad, zelfs in vredestijd. Ze leven
overal verspreid in de wereld en waar zij
zich bevinden is slechts aan drie mannen
in het Yereenigd Koninkrijk bekend, waar
van twee niet eens tot de „Secret Service"
behooren.
Sir John mocht Schiller graag lijden.
Hij vertelde hem van zijn vroegere avon
turen en Schiller luisterde dan steeds met
gespannen aandacht. Hij was een zeer
presentabel jongmensch en Sir John invi
teerde hem vaak bij zich thuis. Bij een
van deze bezoeken bracht Schiller ter
loops Code no. 2 ter sprake. Hij sprak er
over op een toon. alsof hij er een heele-
boel van wist en Sir John liet- zich verlei
den om op het onderwerp in te gaan. Hij
vertelde zijn gast dat de Code in een
brandkast in zijn privé-bureau werd be
waard. dat zij uit een aantal losse bladen
bestond, die tot zijn groote ergernis steeds
door elkaar lagen. Hij had iederen dag de
code noodig en liet het laatst gebruikte
blad dan steeds bovenop liggen, zoodat er
van de alphabetische volgorde^ niet veel
overbleef.
De jonge man had met een onschuldig
gezicht het voorstel gedaan om iederen
avond in zijn vrijen tijd in Sir John's bu
reau de bladen van de code weer in de
goede volgorde te leggen, maar de ander
had welwillend geglimlacht en gezegd dat
het niet noodig was.
Op een dag liet Bland zijn assistent
Grigsby vragen om even in zijn werkkamer
te komen.
Die Schiller, begon hij, is zoo op
het oog een aardige jongen en heel bruik
baar, maar ik vertrouw hem niet.
Hij is bezig een nieuw draadloos ont
vangtoestel uit te vinden en hij heeft de
baas ervoor warm weten te maken. Den
beelen dag prutst hij eraan in zijn eigen
kamer en 's avonds brengt hij het ding
raar het bureau van Sir John en dan wordt
het plechtig in de brandkast weggesloten.
Het is natuurlijk te dwaas om te veronder
stellen dat dat ding het is zoowat zoo
groot als een beschuitblik in die stijfge-
sloten kast kwaad kan in verband met de
code, maar toch is er in de hëele historie
iets dat me niet aanstaat
Grigsby haalde de schouders op. Ik
zal niet ontkennen dat Schiller een pien
tere baas is, maar ik kan me toch moeilijk
voorstellen, dat hij een draadloos ontvan-
toestel kan construeeren dat geheime stuk
ken leest en verraadt in een gesloten
brandkast!
Maar Bland was niet overtuigd. Hij stuur
de een boodschap naar May Prince en die
kwam direct. Een slank, lenig meisje, dat
er uitzag als achttien en in werkelijkheid
tien jaar ouder was, met aardige, verstan
dige grijze oogen en een sterken, energie
ken en toch niet onvriendelijken mond.
Ik heb je laten komen, May omdat
Schiller in de gaten moet worden gehou
den. De volgende week krijg je hier aan
Dezer dagen werd in Engeland begra
ven de beroemde Engelsche roman
schrijver Edgar Wallace, die tijdens een
verblijf te Hollywood aldaar overleed.
De tallooze romans van dezen ro
mancier en zijn talrijke novellen zijn
over de geheele wereld bekend. Wij
geven hier ter zijner nagedachtenis een
zijner spannende novellen uit den groo-
ten wereldoorlog.
't departement je ontslag wegens plichts
verzuim. Dan doe je of je vreeselijk ver
ontwaardigd bent en vertelt aan Sohiller,
met wien je zorgt in geregeld contact te
blijven, dat ik een beest van een vent ben
en dat ik een hoop geld heb verloren bij
de rennen. Ik zal je een paar rekeningen
van bookmakers bezorgen en die laat je
hem op een discrete manier zien.
Moet hij U afpersen.
Voor zoover ik kijk op zijn karakter
hob, zal hij dat niet doen. Maar hij zal
vertrouwen in ruil voor vertrouwen geven,
snap je. Tot ziens 1 En met een knik van
begrijpen verliet May het bureau.
Het scheen geruimen tijd te kosten
voor Schiller's uitvinding voltooid was.
Maar hij was steeds vol enthousiasme over
de mogelijkheden die zij opende en hij
was erin geslaagd iets van zijn geestdrift
op den Chef over te brengen. In zijn vrijen
tijd zat hij altijd aan zijn toestel te wer
ken en geregeld iederen avond om vijf mi
nuten voor zessen bracht hij het myste
rieuze kistje naar de kamer van Sir John,
waar hij zijn last neerzette op het ijzeren
rooster dat de eenige plank van de brand
kast vormde, waarna de kast zorgvuldig
gesloten werd. En May Prince wist niets
bijzonders te vertellen.
Drie dagen vóór den fataJen eersten
Augustus, die de' hel in Europa ontketen
de, ging Bland naar de kamer van Sohiller
om hem iets te vragen over een dienst-
aangelegenheid. Bland kwam niet dan bij
hooge uitzondering in de kamers van zijn
ondergeschikten, maar deze zaak was van
te vertrouwelijken aard per telefoon
af te doen.
Schiller's kamer was op slot en Bland
klopte ongeduldig. Direct werd de deur
geopend en Schiller ontving den adjunct-
directeur met een vriendelijken glimlach.
De tafel was bedekt met- spoelen draad,
electrische batterijen, gereedschap en
schroeven, maar van hetontvangtoestel
was geen 6poor te bekennen.
Zoekt u naar mijn wonderdoos? vroeg
de Zwitser, toen hij zag dat Bland onder
zoekend in de kamer rondkeek. Die staat
op het oogenblik in een kast.
Bland luisterde niet; hij stond recht
op. mot zijn gezicht opgeheven., en snoof.
Er was een vaag-zoetige geur in de ka
mer, de lucht van kamfer en nog wat.
Schiller keek met half-gesloten oogen op
merkzaam naar zijn bezoeker.
H'm, was alles wat Bland zei. Hij
draaide zich om en verliet het vertrek.
Toen hij weer in zijn bureau kwam lag
er een telegram in cijferschrift op zijn tafel
gebracht tijdens zijn korte afwezigheid.
Hij ontcijferde het en last
„Schiller is agent van de Centrale
Mogendheden. Hoofd van de afdeeling
voor geheimschrift. Heb bewijzen.
MAY.'
Bland trok haastig een lade van zijn
schrijfbureau open, greep een automatisch
pistool en rende de trappen weer op.
Schiller's deur stond thans open; de vo
gel was gevlogen.
Hij had het gebouw niet door den hoofd
ingang verlaten, maar een van de beamb
ten had hem door een zijdeur naar buiten
zien gaan en gehoord dat hij gejaagd een
rijtuig aanriep.
Bland ging naar zijn kamer terug en
belde de politie op. Hij gaf het signalement
van August Schiller en verzocht alle ver
trekkende treinen en booten in het oog
te houden en als het mogelijk was den
vluchteling te arresteeren.
Het is een vervelende geschiedenis,
zei Sir John, toen het nieuws hem werd
meegedeeld, maar ik geloof niet dat hij
iets van beteekenis kan hebben meegeno
men. Heeft hij zijn uitvinding achtergela
ten?
Die heeft hij bij zijn overhaast ver
trek tnoeten laten staan, zei Bland grim
mig. Ik heb dat ding in handen en als u
het goedvindt zullen we vanavond eens
kijken wat er gebeurt.
Maar u denkt toch niet?
Bland knikte ernstig. Ik heb hot nog
niet uit elkaar gehaald, omdat ik er eerst
een proef mee wil nemen, maar ik heb
met een microfoon geluisterd en het staat
vast dat er een uurwerk inzit. Het tikt
bijna onhoorbaar, maar ik heb het geluid
toch kunnen vaststellen. Het komt me voor
dat we het toestel op zijn gewone plaats
moeten zetten, de brandkast openlaten en
dan maar eens afwachten.
Sir John voelde in dit voorstel een on
uitgesproken afkeuring van zijn gedrag te
genover den Zwitser, maar zijn plichtsbe
sef was te groot dan dat hij zich tegen het
voorstel van zijn onderchef wilde verzet
ten. Om zes uur werd de doos in de brand
kast gezet.
Is dat de plaats waar hij altijd stond?
informeerde Bland.
Ja, ik zette hem altijd op het ijzeren
rooster.
Precies boven Code no. 2. Ik zie het!
U hebt gelijk, zei de directeur lang
zaam en nadenkend. Nu herinner ik me
opeens dat toen ik op een keer de doos
een beetje aan den kant had gezet, Schiller
hem naar het midden schoof wat ik toen
nogal brutaal van hem vond.
De beide mananen schoven een paar
armstoelen aan en gingen voor de open
brandkast zitten. Hun geduld zou bijna
eindeloos op de proef worden gesteld. Het
werd acht uur, negen uur, tien uur; er ge
beurde niets.
Ik geloof dat het waanzin is, wat we
hier doen, zei Sir John wiens geduld uit
geput raakte, toen de klok op den schoor
steenmantel kwart voor elf sloeg.
Zoo lijkt het, antwoordde Bland,
maar wacht U nog eens af.... Kijk
Sir John keek; zijn mond wijd-open in
ontzetting.
Recht onder de doos lag Code no. 2 in
een leeren band, waarvan de hoeken voor
de duurzaamheid met metaal waren ver
stevigd.
Langzaam rees de band van het boek
omhoog voor de verbijsterde oogen van de
beide toeschouwers. De band verhief zich
tot hij recht overeind stond en met het
boek zelf een hoek van 90 graden vormde.
De beide mannen hoorden een klik en
het inwendige van de brandkast werd ver
licht door een groenig schijnsel. Het licht
scheen op de.bovenste bladzijde van de
Code en bleef daarop ongeveer een minuut
rusten. Toen doofde het uit en de kaft van
het boek viel omlaag.
Bland floot even nadenkend. Daarop
lichtte hij de doos behoedzaam uit de
brandkast en zette hem op het schrijfbu
reau van zijn chef. Hij onderzicht den on
derkant lang en nauwkeurig,' zette het
toestel toen weer neer.
Code no. 2 is in handen van den
vijand, Sir, kondigde hij aan.
De dag was aangebroken toen ze hun
onderzoek voltooid hadden.
Het grootste deel van het 'inwendige
van de doos bleek te worden ingenomen
door een paar accumulatoren. Die lever- I
den den stroom voor een sterke electro-
magneet, die de met metaal beslagen kaft
van de oode oplichtte en voor de kleine
lampjes, die de in het toestel verborgen
camera juist genoeg licht verschaften om
eon duidelijke opname tot stand te bren
gen. Het uurwerk diende natuurlijk om
op den door den spion gewenschten tijd
de magneet in werking te stellen, de lam
pjes te ontsteken en de lens van de camera
te openen en te sluiten.
Mijn vermoeden, dat er een foto-toe
stel in het spel was^ zei Bland, werd op
gewekt toen ik in zijn kamer de lucht van
films in mijn neus kreeg.
Sir John, bleek en uitgeput, knikte.
Zie, dat je de boel in orde krijgt.
Bland, zei hij dof. Aan het eind van het
jaar zal ik ontslag nemen. Ik word te oud
voor dit werk.
Hij liep onrustig de kamer heen en
weer en vervolgde:
Het leven van dertig mannen is in
Schiller's hand; hun namen en adressen
staan in de oode. Ik vrees, dat hij die
heelemaal gezien heeft. Ik ben zoo onvoor
zichtig geweest, dat ik de volgorde van de
bladzijden bijna iederen dag veranderd
heb en de schurk is bijna negen maanden
aan het werk geweest. Vrijwel iederen
avond lag een ander blad bovenop.
Ik zal mijn best doen, Sir, was alles
wat Bland zei.
Schiller was veilig en wel verdwenen
voor de oorlog was verklaard. Hij was in
Holland gezien en in Keulen gesignaleerd.
Er was geen gelegenheid meer om de code
te veranderen en de mededeelingen van
de agenten begonnen reeds binnen te ko
men.
Bland deed een stouten stap. Door be
middeling van een vertrouwd agent in
Denemarken, wist hij met Schiller in ver
binding te komen en deed hem een hoog
bod als hij zich van iedere actie wilde ont
houden. Maar Schiller was niet te koop-
De Deensche bemiddelaar telegrafeerde:
Schiller ontvangt een enorm bedrag
van de vijandelijke regeering voor het
ontcijferen van draadlooze mededee
lingen van uw agenten. Hij is de eeni
ge die de oode kent.
Bland bood in een nieuw telegram even
eens een enorm bedrag.
„Ontmoet me in Holland", eindigde de
denêche.
En het antwoord van den brutalen mees
ter-verspieder luidde: „Ontmoet me in
België en we zullen zien.
Een krankzinnig voorstel, want België
was door de Duitschers bezet, maar Bland
had vaker in zijn leven voor heete vuren
gestaan. Hij stopte een langen glas-dolk
in zijn handtasch en vertrok denzelfden
'avond nog naar het Vasteland.
- Hij kwam door de achterdeur België bin
nen en na een omslachtige reis, waarbij
natuurlijk de grootste omzichtigheid ge
boden was belandde hij op de plaats waar
Schiller hem rendez-vous had gegeven: in
het estaminet ..De Gouden Leeuw" in Ha-
zebruille. een dorp aan den weg van Gent
naar Rijssel.
- U bent een dappere kerel, Mr. Bland,
complimenteerde Schiller hem. en ik zou
wel willen dat ik aan uw verlagen kon
voldoen. Maar dat kan ik tot mijn spijt
niet.
Waarom liet je mij dan hier komen?
Dat zal ik u zeggen. Ik heb een ze
kere oode in mijn bezit; ik heb die com
pleet op enkele gedeelten na. Om u do
waarheid te zeggen; ik mis drie blandzij-
den hoeveel moet u ervoor hebben?
Bland wist zich bij deze grandiose bru
taliteit uitstekend te beheerschen en vroeg
rustig:
Voor welke oode heb je zooveel inte
resse?
No. 2. Ik dacht....
Bland viel hem in de rede. Oode no.
2, zei hij terwijl hij van zijn bier dronk.
(Hij was verkleed als een Belgische boer),
dat is natuurlijk onzin.
Jij noch ik kennen code no. 2; de oode
die jij gestolen hebt was no.3.
Schiller liet een lachje van meerder
heid hooren.
Als u in Londen terug bent, zei hij,
vraag dan uw chef maar eens of „Aga-
ta" niet beteekent: Er worden trans
portschepen geladen op Borkum.
Dat kun je toevallig hier of daar op
gevangen hebben, zei Bland geringschat
tend.
Vraag hem dan of „outique" niet wil
zeggen: „De Keizer ie naar Dresden ge
gaan", ging Schiller kalm voort.
Bland keek hem peinzend aan. Je
weet veel vriend.! zei hij na een lange
pauze.
Een poosje later kwam de eigenares van
het estaminet binnen.
Bland zat kalm aan een groote boereche
sigaar te zuigen, zijn ellebogen op de tafel
gesteund.
De vrouw wierp een glimlachenden blik
op de gestalte van Schiller.
Hij is moe, zei Bland, terwijl hij zijn
glas leegdronk, laat hem maar door
slapen. Zorg dat ze hem niet storen.
Sohiller lag languit op de bank aan het
einde waarvan Bland zat; zijn gezicht was
naar den muur gekeerd en bedekt met een
grove, blauwe zakdoek.
Ze zullen hem niet storen, zei de
vrouw, terwijl ze het geldstuk aannam dat
Bland haar reikte.
ALs hij wakker wordt, zei Bland bij
de deur, zeg hein dan dat ik naar Gent
ben gegaan.
Drie uur later nam een Duiteche land
stormsoldaat, die zijn avondkoffie kwam
drinken, de blauwe zakdoek weg van 'het
gezicht van den slaper en stotterde:
Gott!....
Schiller was dood en was al drie uur ge
leden dood geweest. En het duurde een
heelen tijd eer de dokter de punt van den
glasdolk in zijn hart vond.
Een week later stond Bland zich op zijn
kamers te verkleeden voor bet diner' toen
Grigsby bij hem kwam binnenvallen. Bland
was dien middag na een lange en moeilijke
reis van zijn Belgisch „uitstapje" terugge
komen en was nog niet op de hoogte van
het laatste Londensche nieuws.
De code is in Londen, deelde Grigsby
lakoniek mee.
Bland keek zijn bezoeker vragend aan.
Zoodra Schiller dood was, vertelde
deze laatste verder, werd door de auto
riteiten in Brussel een telegram naar Val
paraiso gestuurd, dat we hebben onder
schept en dat wa,9 geadresseerd aan een
zekeren Von Hooch; hier heb je het.
Hij haalde een stuk papier uit zijn por
tefeuille en legde het op tafel. De tekst
was in het Spaanscb.
Schiller's kamers in Londen
luidde de telegrafische boodschap.
Dat wordt een puzzle, zei Bland.
Schiller heeft de code niet overgeschre
ven, daar was hij veel te snugger voor. En
toch moet hij de autoriteiten de garantie
hebben gegeven dat het geheim niet ver
loren zou gaan ale hij kwam te vallen.
Waarschijnlijk hebben ze afgesproken dat
hij een derde persoon dat zal deze man
in Zuid-Amerika wel zijn ervan op de
hoogte zou brengen hoe de code verborgen
is. Misschien is het fotografisch facsimile
onder zijn particuliere papierenmaar
dat zou toch onvoorzichtig geweest zijn,
eindigde Bland peinzend en onvoldaan.
Maar boe dan ook, voorkomen moeêt
worden, dat de code opnieuw in handen
viel van den vijand. Het onderzoek op
Schillers kamers in Soho had echter niet
veel resultaat. Veertien dagen achtereen
waren de schranderste mannen van den
geheimen dienst op Schiller's étage aan
het werk, sloopten meubelstukken uit el
kaar, braken vloeren op, in het kort, ze
lieten om zoo te zeggen, „geen steen op den
anderen" maar vinden deden ze niets.
Ik durf er een eed op te doen, dat
er wat moet zijn, verzekerde Bland.
We moeten iets over het hoofd gezien
hebben. Waar is May Prince?
Heeft op het oogenblik een belang
rijke afdeeling op het hoofdbureau van de
oensuur.
Vraag of ze hier komt.
May k<vam met iets van triomf.
Ik dacht wel dat u me tènslotte zou
laten halen. Ik had u een hoop moeite kun
nen besparen.
Bland putte zich uit in excuses.
Ik heb je schandelijk verwaarloosd
May. Weet je wel dat ik niets meer van je
gemerkt heb nadat je me dat telegram
over Schiller hebt gestuurd?
Ze knikte.
Sohiller is dood, hè? Je krijgt een
hoop onder de oogen bij de oensuur. On
schuldige Hollandsche brieven, met be
richten tusschen de regels, die met on
zichtbare inkt geschreven zijn en die aan
het licht komen als je ze met het juiste
chemische procédé behandelt. Schiller was
een merkwaardige jongen; zijn vader was
één' van de grootste geleerden van Zwit
serland.. Hij was blind, wist u dat?
Bland vertelde haar van de code no. 2
zooveel als noodig was, maar ook geen
woord meer. Hoe wist je overigens dat
hij een agent van den vijand was? vroeg
hij tenslotte.
Ik ontdekte z ij n code, antwoordde
het meisje geheimzinnig.
Samen met de beide mannen ging May
Prince naar de étage in Soho. De vloeren
waren dichtgemaakt en de kamers zagen
er weer bewoonbaar uit. May maakte een
rondgang over de flat en ten slotte ging zo
terug naar de eetkamer.
Dit is de kamer waar de code is, zei
ze beslist.
Het was een aardige kamer, in warme
donkerbruine tinten gehouden. De muren
waren behangen met papier, waarop een
eenvoudige dessin op een bruinen achter
grond met de hand geschilderd was en
de lambriseering was in een daarmede
harmonieerende kleur. Aan de zoldering
hing een electrische lamp en daar keek
May terloops naar.
Die hebben we eraf gehad en de lara-
briseering is ook los geweest, vertelde
Bland, maar we hebben niets gevonden.
Wilt u me een paar minuten hier al
leen laten? vroeg May.
De beide mannen trokken zich terug,
maar ze waren nauwelijks de kamer uit
of het meisje liep ze achterna, haar oogea
stralend door de vreugde van de ontdek
king.
Ik heb het, hoor! Ik had het wel ge
dacht!
Waar is het? vroeg Bland snel en
stom-vei baasd.
Wacht even. Wanneer verwacht u
dien man uit Zuid-Amerika?
Morgen. De kamer zal natuurlijk be
waakt worden en hij zal geen kans heb
ben om hier rond te snuffelen.
We zullen kijken! Ik denk dat er
morgen een heel vrijmoedige en openharti
ge bezoeker uit Valparaiso komt en ik ver
zoek u vriendelijk me te laten roepen als
hij er is. Wilt u weten hoe hij heetl Hij
heet Raymond Viztelli....
Wel allemachtig, weet je dat allang?
vroeg de verbijsterde Grigsby.
Het meisje schudde het hoofd;
Ik kwam er achter toen ik daar net
alleen in de kamer was maar wat ik u
verder vertel is giswerk. Ik denk dat hij
zijn hulp zal aanbieden om de oode te ont
dekken; hij za) u vertellen dat er een ge
heim paneel in den muur en dat het da
gen zal duren om de code te vinden. En
ik vermoed ook dat hij u zal vragen om bij
zijn onderzoek tegenwoordig te zijn.
Dat hoeft hij niet speciaal te vragen,
dat - gebeurt ook zonder zijn verzoek, zei
Bland eenigszins geprikkeld. Maar ik
vind dat je erg geheimzinnig doet, May,
al moet ik toegeven dat ik geloof dat je het
bij het rechte eind hebt.
Voor ze wegging had. May nog een kort
onderhoud met de kamer verhuurster.
Mr. Schiller heeft zelf de decoraties
in de eetkamer gemaakt, nietwaar?
Ja, miss.
En hij heeft de huur vooruit betaald.
Zbker miss.
En hij heeft gezegd dat er niets aan
de kamer moest gebeuren tot hij terug
kwam?
1 Zoo is het precies, miss.
Dat dacht ik wel, besloot May filoso
fisch.
Den volgenden morgen om tien urn* werd
Bland, in zijn bureau een visitekaartje over
handigd
Senor X. Bertramo Silva
stond er op en in een hoekje was geschre
ven:
uit Valparaiso.
Bland belde en even later kwam Grigsby
en May in de kamer.
De bezoeker werd binnengelaten. Het
was een stevige, kleine man met een punt
baard, die vloeiend Engelsch sprak. Hij
viel met de deur in huis.
Ik zal heel openhartig tegen u zijn,
Mr. Bland, zei hij.
Bland gaf May een snellen blik en hij
zag een triomfantelijk lachje in de oogen
van het meisje, omdat haar voorspelling
al direct uitkwam.
Ik ben een tijdlang agent van de Cen-
tralen geweest. De bedoeling was dat men
niet buiten Zuid-Amerika een beroep op
mijn diensten zou doen behalve in één bij
zonder geval. Maar een paar weken gele
den kreeg ik een telegram, dat onderschept
werd door de Britsche autoriteiten. Uit dit
telgram begreep ik, dat het eenige geval
waarvoor ik mijn hulp ook in Engeland
zou moeten verleenen, zich had voorge
daan. Ik moest namelijk nasporingen doen
naar een zeker document en de plaats
waar dat verborgen was, stotnd in het be
wuste telegram aangegeven. Direct na mijn
komst ben ik nu bij u gekomen om u te
zeggen, dat ik het spel opgeef en niet lan
ger in dienst wensch te zijn van de Cen
trales Lk heb genoeg van dat gevaarlijke
werk en ik wil u zooveel mogelijk helpen
om het bewuste document te ontdekken. Ik
hoop dat u mij daarna zult toestaan naar
Zuid-Amerika terug te keeren.
B.and was buiten zichzelf van verbazing.
Het was al emaal precies zooals May voor
spel had. Hij keek opnieuw naar het meisje
en zij knikte hem even toe.
U begrijpt dat Uw onderzoek.... be
gon B'.and.
Zal plaats hebben onder toezicht van
de politie, wilt U zeggen, antwoordde de
man uit Valparaiso. Dat is mij ze.fs bij
zender aangenaam.
U wilt waarschijnlijk direct beginnen?
veronderstelde Bland.
Hoe eerder hoe liever.
Eén oogenb'ik!
Het was het meisje dat thans sprak.
U hebt een heel goed geheugen, Se
nor?
Een ondeelbaar oogenblik week de ge
noeglijke g.imlach uit de oogen van de
vreemdeling.
Ik heb een uitstekend geheugen. Ma
dame, antwoordde hij kort.
Zij gingen met elkaar in een taxi naar het
huis in Soho en betraden de woning.
Hebt U een theorie? vroeg Biand toen
ze in de hall stonden.
Ja. antwoordde de Zuid-Amerikaan
snel, ik denk dat het document verbor
gen is in een holte in den muur achter een
i geheim paneel. Het kan wel een week duren