23ste Jaargang DONDERDAG 25 FEBRUARI 1932 No. 7136 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN BINNENLAND KEERT HET GETIJ? eÊciddelieCou/ta/nt DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Voor Leiden 19 cent per week f 2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week f260 per kwartaal Franco per post f 2.95 per kwartaal Het Geïllustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 oent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 oent, met Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cent per Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, wa betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur verhuur, koop en verkoop f 0.50. regel. Dit nummer bestaat uit drie bladen V De aanneming van het z.g. Kortingswetje. „Met meer voldoening dan de katholieke Kamerfractie kan minister De Geer op den uitslag terugzien: hij is de triomfator". Aldus besluit in de „Volkskrant" de be kende, scherpzinnige schrijver van de drie starren zijn beschouwing over de aanne ming van het z.g. Kortingswetje. De laatste woorden schijnen ons niet gelukkig gekozen. Minister de Geer i s Dinsdag in de Tweede Kamer triomfator geweest, en hij is het niet geweest. Hij i s het geweest in dien zin, dat hij een wet, welke hij achtte in 's lands belang, zag aan vaard, ondanks veler aanvankelijke tegen stand. Hij is het niet geweest in den zin, waarin men gewoonlijk deze kwalificatie verstaat, n.l. dat hij niet zoozeer door zijn tegenstanders te overtuigen en tot ander inzicht te brengen in de zaak, waarover het ging, als wel daar middelen buiten die zaak staande, heeft bereikt, wat hij berei ken wilde. Bij een „triomfator" denkt men aan overwonnenen, veel meer dan aan over tuigden. En wij hebben toch geen reden, om niet aan te nemen, dat de Kamerleden, die Dinsdag vóór hebben gestemd, dit hebben gedaan, omdat zij ten slotte, na discussie en overweging tot de overtuiging waren gekomen, dat, alles te zamen genomen, de aanvaarding van tie voorgestelde wet was in 's lands belaag. Wij kunnen techter met de „Volkskrant" instemmen, als zij schrijft, dat minister De Geer op den uitslag der discussie en stem ming met meer voldoening kan terugzien, dan de katholieke Kamerfractie. Twee leden van de fractie hadden t e- g e n de wet gesproken, de heeren Gose- ling en van Vuuren; vooral eerstgenoemde was er mordicus tegen, hij heeft ook te gengestemd, terwijl de heer v. Vuuren, die bij de repliek zweeg, zijn stem aan het ontwerp heeft gegeven. En niemand van d& fractie had zich als voorstander van het ontwerp doen kennen, de aanneming bepleit of verklaard. Terwijl wij dus van uit de Katholieke fractie hooren spreken tegen en uitsluitend en (wat den heer Goseling betreft: heel fel) tegen, is het resultaat, dat de groote meerderheid der fractie voor stemt. Voor een dergelijke houding kan een re delijke verklaring zijn; wij zien daarin dan ook geen reden, om zonder meer het beleid der tractie in deze te diskwalificeeren Maar: wetend, wat wij nü weten, en wij kunnen niet meer weten, kunnen wij den Dinsdag voor onze Tweede Kamerfractie toch niet een gelukkige dag noemen 1 KATHOLIEKE SCHIPPERSBOND. Een schrijven met eenige wenschen aan de regeering. Dinsdagavond vergaderde de Katholieke Schippexsbond in hotel Coomans te Botter dam en besloot met algemeene stemmen zich tot de regeering te wenden teneinde inwilliging te bekomen van de navolgende wenscnen Verdeeling van het beschikbare scheeps- vervoer tusschen particulieren en reede- rijen en wel pond-pondsgewijze; afkondiging van een moratorium voor de schippers van schepen, die tengevolge van den heerschenden nood niet in staat waren hypotheken en renten af te lossen; renteloos voorschot voor de schippers van scüepen, die tengevolge van de sinds twee jaren heerschende malaise wegens gebrek aan kasmiddelen niet in staat zijn hun bedrijf te hervatten; een rijkssteunregeling voor de via het Centraal Bevrachtingskantoor charteren de schepen tot aan het tijdstip waarop zij een reis kunnen aannemen; invoering van Zondags- en nachtrust; afschaffing, subsidiair vermindering vau de bestaande scheepvaartrechten en in voering van een uniform-charter. De andere vier schippersorganisaties, die gelijktijdig vergaderden, besloten in denzeifden geest. Optimisme, evenals een jaar geleden. De toe stand aanzienlijk verbeterd. Kan de wereld pro- fiteeren van een Engelsch herstel? Op den goeden weg. De Bank of England bevestigt het vertrou wen in de toekomst. LONDEN, 22 Februari '32. The turn of the tide Keert het getij Deze vraag is sinds den aanvang van het jaar ontelbare malen uitgesproken geworden. Haar stellen, be- teekent tot op zekere hoogte ook: haar be vestigen, zij het nog zoo schuchter en aar zelend. De economische en financieele medewerkers der dagbladen de presidenten der groote banken en handels- en verkeers ondernemingen in hun jaarverslagen, bren gen allen diezelfde vraag te berde: Keert het getij Zijn wij over het ergste heen? Gaan wij, langzaam maar zeker, een her stel tegemoet? En met „wij" bedoelen zij natuurlijk op de eerste plaats Engeland, maar tevens ook Europa en de wereld. Want sommige beroepspolitici mogen zich al overgeven aan de illusie, dat Engeland, of in elk ge val het Britsche Gemeenebest, een van alle andere naties onafhankelijke eenheid vormt, de mannen der practijk weten be ter. Geen land, geen volkengemeenschap, hoe machtig ook, en hoe rijk aan hulpbron nen, kan hebben op een duurzaam herstel indien ook niet de rest der wereld zich aan de klauwen der depressie ontwor stelt. Keert het getij? Met meer hoop dan ooit in den loop der laatste maanden is deze vraag de vorige wéék gesteld geworden. De Engelschen zijn als individuen en als volk, optimistisch van aard; in hun nationaal gesternte stel len zij een vertrouwen dat hun, zelfs in de donkerst-e tijden, belet aan de mogelijkheid eener catastrophe te gelooven. Hieraan ontleenen zij ongetwijfeld een niet geringe moreele kracht. Het uitblijven, onder wel ke omstandigheden ook, van al wat naar een paniekstemming zweemt, heeft her haaldelijk de verbazing opgewekt van vreemdelingen, die ernstige crises in an der landen meegemaakt hadden. Het „sau- ve qui peut!" van het individu, dat voor de gemeenschap zulke noodlottige gevolgen kan hebben, wordt hier nimmer gehoord. En de voornaamste oorzaak hiervan ia dat de Engelschman vertrouwt in zijn land en in al wat Engelsch is. De goudstan daard wordt opgeschort en het pond ster ling 1 verliest in minder dan geen tijd het vierde deel van zijn internationale waarde. Welk een gelegenheid tot directe en indi recte valuta-speculatie; tot verrijking van den enkeling, maar tot verarming van de samenlevingWelk een gevaar voor na- niek, zich uitend in den uitvoer van kapi taal en den verkoop van ponden en Brit sche fondsenMaar het zelfvertrouwen van den Engelschman, d.w.z. zijn vertrouwen in zijn land, het Britsche crediet, het Brit sche geld, kortom: Engelands onmiddel lijke toekomst, blijft ongeschokt. Beschul dig hem van national en* hoogmoed, wan neer hij zegt: onze gedeprecieerde ster ling is beter dan de goudmark, de Zwit- sersche frank en zelfs dan de Hollandsche gulden of de Amerikaansche dollar, maar erken dan tevens de heilzame gevolgen van zulk onwankelbaar zelfvertrouwen. De binnenlandsche waarde van het pond is in al die maanden onaangetast gebleven. Het leven is niet duurder, maar veeleer min der duur geworden. Tal van landen heb ben Engelands voorbeeld gevolgd, en den goudstandaard opgegeven, zich feitelijk plaatsend op een sterling-grondslag. Enge lands crediet is hersteld. Buitenlandsche centra, die in September onder leiding van Amsterdam en Parijs Britsche fondsen bij masa's op de markt wierpen, beleggen thans hun overvloedig geld in diezelfde fondsen, welke sinds den aanvang van het jaar onnoemelijk in waarde gestegen zijn. Dat de maatregelen, zoowel door de re geering als door de bank-autoriteiten ge nomen, een zoo krachtig financieel heJstel mogelijk gemaakt hebben, zal niemand ontkennen, maar welke uitwerking zouden die maatregelen gehad hebben, indien het volk zijn zelfvertrouwen, zijn koelbloedig heid en zijn gemeenschapszin niet bewaard had 1 Elke week leggen de Rijksinkomsten- sta ten getuigenis af van de schitterende opkomst der belastingplichtigen, die hun belastingen met 50 tot 100 pet. verhoogd, prompt betalen onder omstandigheden veel moeilijker dan in één der vorige ja ren. Reeds heeft mr. Neville Chamberlain, de kanselier der Schatkist, te kennen ge geven, dat het geweldige deficit plaats ge maakt heeft voor een aanzienlijk over- Onze Londensche correspondent meent in dezen gedeprimeerden tijd een optimisti sche beschouwing te mogen geven over de naaste toekomst. Zijn beschouwing is gefundeerd op feiten. schot; een belangrijke belasting-verlaging is in uitzicht gesteld. Het onverwoestbare Engelsche optimis me viert een schoonen triomf. Maar datzelfde optimisme geeft ook her haaldelijk het aanzijn ?an verwachtingen, die wreed teleurgesteld worden. „Het getij keertroept men uit. En dienzelfden vreugdekreet hoorden wij hier een jaar geleden. Negentien-honderd-één-en-dertig, 't nood- lottigste dit hopen wij althans) jaar in de economische geschiedenis onzer eeuw, be gon in een vlaag van optimisme. Op de goederenmarkt stegen de prijzen de noteeringen op de meeste afdeelingen der effectenbeurs liepen opmet Frank rijk en Amerika werden onderhandelingen gevoerd over het vraagstuk der gouddistri butie de economische toestand in de Vereenigde Staten verbeterde zich; de werkloosheid in Duitschland ging hard achteruit; de vooruitzichten in de rubber wereld begonnen minder ongunstig te wor den <le restrictie-maatregelen tegen de overproductie van petroleum schenen niet zónder uitwerking te zullen blijven. Brit sche ministers en Britsche geld- en han delsmagnaten hielden blijmoedige redevoe ringen en Britsche journalisten schreven blijmoedige artikelen. Thans weten wij waarop dit alles uitge- Ioopen is, en wij meenen goed te doen hieraan te herinneren. Zooals men thans met vertouwen de vraag stelt: „Keert het getij zoo riep men een jaar geleden met niet minder vertrouwen uit: „Het ergste is achter den rug In werkelijkheid moest het ergste nog komen. Maar ofschoon wij de laatsten zijn die het zouden wagen in de toekomst te blik ken, kunnen wij toch één ding met groote stelligheid zeggen: Wat Engeland betreft, is de oogenblikkelijke positie onvergelij kelijk veel gunstiger dan een jaar geleden. Of de fiscale wetgeving zal leiden tot commercieel herstel, moeten wij afwachten, maar dat Engeland zich bevindt op den weg naar het financieel herstel, is aan niet den minsten twijfel meer onderhevig. En dit is van onberekenbaar belang voor heel de wereld. Een algemeene economische wederople ving is afhankelijk van factoren; zij is evenwel onmogelijk zonder een hechten financieelen grondslag. Maar er bestaat een wisselwerking. De meerdere of minde re hechtheid van dien grondslag immers hangt op haar beurt weer af van het open bare vertrouwen in het crediet en in de onmiddellijke toekomst. Van dit vertrou wen is de Beurs de beste „barometer". Vergelijken wij de eerste zeven weken van dit1 jaar met die van 1931, dan treft het ons hoezeer het weerstandsvermogen der Beurs toegenomen is. Ook dit jaar heeft reeds menigen slechten dag gekend, maar heftige reacties hebben zich nog niet voorgedaan. Laten wij de aan zooveel an dere invloeden onderhevige producten-aan- deelenmarkten buiten beschouwing, dan kunnen wij constateeren, dat op de meeste- belangrijke effectenmarkten (met binnen landsche sporen als voornaamste uitzonde ring) het prijsniveau sinds eind December veeleer gestegen dan gedaald is. Zelfs op de producten-aandeelenmarkten is de toon niet steeds ongunstig geweest. Zoo staan de toonaangevende petroleum-aandeelen ver in sommige gevallen omstreeks 20 pet. boven het peil van 31 December. Ofschoon 1931 met uitbundiger enthou siasme begon, en ofschoon de hoop eenige maanden lang levendig gehouden werd, waren toen in de tweede helft van Febr. de voordeelen, in den loop der eerste we ken behaald, op bijna ieder gebied reeds lang weer prijsgegeven. Van een herstel „bij too verslag", van een plotselingen „boom" is in het geheel geen sprake. Alles gaat heel langzaam, en vaak zelfs stug; men moet ook in het gunstigste geval nog op menigen tegenslag bedacht zijn, maar één ding is duidelijk: op het oogenblik bevindt Engeland zich voor het eerst sinds veel jaren op den rechten weg. De vorige week heeft het bestuur van de Bank of England het disconto, dat bij de intrekking van den goudstandaard ver hoogd was van 4 tot 6 pCt., weder ver laagd tot 5 pCt. Velen hadden zulk een be sluit reeds vroeger gewenscht en zelfs ver wacht, maar, toen het uitbleef, hadden zij niet gehoopt, dat het vóór April zou ko men. De Beurs, toch reeds ©enigszins ge stimuleerd door de nieuwe Amerikaanscne goudpolitiek en door een zeer bescheiden doch veelzeggende koerswijziging van de Banque de i-rance, werd door de disconto- verlaging ten zeerste bemoedigd, en de marktwaarde van Britsche leeningen groei de in weinige dagen tijds met veie mil- lioenen ponden aan. Financieel-technisctie onderwerpen worden in deze brieven niet te berde gebracht, en van een beschouwing over de mogelijke gevolgen der disconto- veriaging of over de wenschelijkheid of waarschijnlijkheid ©ener meuwe verlaging, willen wij ons dus onthouden. Maar dit feit, verreweg het belangrijkste van de ai- geloopen week, verdient ook de aandacht van hen, die niet op de hoogte zijn van of belangstellen in „financiën'. Het bestuur van de Bank of England is ©en zeer ge heimzinnig college, waarvan men echter éen dmg met zekerheid weet ,n.l. dat het uiterst voorzichtig is, en deze deugd, naar veier meennig, zeils tot een ondeugd over drijft. De Bank zou het disconto niet ver laagd hebben indien zij met, menschelijker- wijze gesproken, de zeaeriieid had binnen afzieubaren tijd niet gedwongen te zullen zijn het opnieuw te moeten verhoogen. Engeiands centrale bank, de voornaam ste instelling van dien aard ter wereld, en tevens in zexeren zm ©en universeel obser vatorium voor handel en economie, heeft, door het disconto te verlagen, stilzwijgend te kennen gegeven, dat zij de algemeene vooruitzichten gunstiger beoordeelt dan ooit sinds den aanvang van het vorige jaar, toen het disconto op 3 stond, maar op dit lage peil niet gehandhaafd kon worden. Zoo hierdoor de indruk, dat Eugeland zich op den weg naar net herstel bevindt, van de meest gezaghebbende zijde beves tigd wordt, dan dient men meruit met zon der meer de conclusie te trekken, dat ©en algemeen herstel op komst is. Dit is mo- geiijk, maar volgt uit het bovenstaande met noodzakelijkerwijze. Waarom niet? Omdat wij nog niet be- ooraeelen kunnen hoever in het allergun stigste geval Engelands herstel, mdien het aanhoudt, gaan zal. Wij moeten m aanmer king nemen, dat de economische acnter- stand van dit land slechts gedeeltelijk hot gevolg was van d© algemeene wereldde pressie en dat het ©en haif jaar geleden relatief veel verder achterop geraakt was dan de meeste andere toonaangevende lan den. Het kan thans op weg zijn dien ach terstand in te halen door middel van fi nancieele. reorganisatie, bezuiniging, fisca le wetten, hetgeen wil zeggen, dat 't bin nen aizienbaren tijd in een gedeprimeerde wereld een gunstiger plaats zal innemen, dan het kort geleden deed. indien b.v. de export van andere landen naar Engeland aineemt doordat de Britsche producten, dank zij den tarieven en de depreciatie van den sterling, op de binnenlandsche markten concurreeren kunnen, dan zal de economische toestand in Engeland een aanmerkelijke verbetering gaan vertoonen, terwijl daarentegen in ooncurreerende lan den de werkloosneid zal toenemen. De we reldcrisis blijft dan ten volle bestaan, en Engelands eigen herstel zal door die cri sis binnen enge grenzen beperkt worden. Maar het kan ook het symptoom zijn van ©en meer algemeen herstel, of, zoo dit niet het geval ié, kan het tot een meer alge meen herstel den stoot geven. Het is vooral deze laatste mogelijkheid, waarmede ernstig rekening gehouden moet worden. Zelfs voor Engelands voornaam ste concurrenten, zooais Duitschland, is, op financieele gronden, het economisch her stel van dit land ©en noodzakelijkheid. Een kleiner land, zooals Denemarken, dat groo- tendeeU leeft van den uitvoer naar Enge land, zou een bankroet tegemoet gaan in dien Engeland in moeilijkheden geraakte, half zoo groot als die waarmede Duitsch land te kampen heeft. Persoonlijk vereeni gen wij ons met de meening van hen, die volhouden dat Europa indirect meer v< deel zal trekken uit een Engelsch herstel dan het er indirect, in den vorm van ver minderden export, aan verliezen kan. Het vorige jaar hebben de optimisten den invloed, dien de internationale gebeur tenissen op Engeland konden uitoefenen, onderschat of veronachtzaamd. Het zou een groote fout zijn dezen thans opnieuw te verwaarloozeii. Algemeen neemt men aan, dat de internationale problemen, juist door de kritieke phase, wélke zij doorge maakt hebben, een minder storenden in vloed zullen uitoefenen dan in 1931, maar met verkiezingen m de drie grootste lan den Frankrijk, Duitschland en Amerika in het vooruitzicht, zou het wel heel stoutmoedig zijn iets te willen voorspellen. Doch hoe de loop der zaken ook zijn mo- VOORNAAMSTE NIEUWS BUITENLAND. Gisteren hield de Duitsche Rijksdag weer een zeer rumoerige zitting. (Buitoni. 2e blad). De strijd rondom Sjanghai. (Buitenl. 2e blad). Builen- en longenpest op Java. (Ned. Oost-lndië, 2de blad). Oost-Indië). BINNENLAND. Weer een smokkeldrama aan de grens. Een jongeman gedood. (Gem. Ber. 3de blad). SPORT EN WEDSTRIJDEN. Sir Malcolm Campbell bracht het we- rolduursnelheidsrecard voor auto's op ruim 408 K.M. (Sport 2de blad). De Europeesche Bitjartkampioenscnap» pen te Hillegersberg begonnen. (Sport 2de blad). OPTIMISTISCHE BESCHOU WINGEN VAN ONZEN LONDENSCHEN CORRES PONDENT Bladz'. 1 HOE HET LEIDSCHE CRISIS- COMITé WERKT Bladz. 6 LEIDSCH CRISIS-COMITÉ. Leerlingen R.K. H. B. S. 4.25 plus 5.25 ge, de meening wint veld dat Engeland» versterkte positie, gepaard aan een lichte in<lustrieele verbetering in Amerika, op zichzelf reeds ©en waarborg zal zijn tegen wereldschokken gelijk die, welke het af- geloopen jaar gekenmerkt hebben. Moge dit inzicht juist zijn, en, zouden wij eraan willen toevoegen, mogen ande re volken, die in energie, vindingrijkheid en werkkracht zeker met bij de Engelschen achter staan, beseffen hoeveel dezen in moeilijke tijden te danken hebben aan hun onverwoestbaar optimisme en hun aange boren gemeenschapszin. INITIATIEF VAN TUINARCHITECTEN. Bereid honoraria met 50 pet. te verminderen. In een bijeenkomst van leden van de Nederlandsche Vereeniging voor tuin- en landschapkunst en de Bond van tuinar chitecten, verklaarden vele leden zich be reid om bij werken, die met werkloozen worden uitgevoerd, ter bestrijding van de crisis, een reductie van 50 pet. op het ho norarium, zooals dat in de tabel van den bond is bepaald te verleenen. O.a. werd hierbij gedacht aan aanleg van parken, begraafplaatsen, sport- en speelvelden, be planting van wegen enz. Het secretariaat van den bond (Berg en Dalscheweg 371, Nijmegen) zendt op aanvrage gaarne een lijst van de desbetreffende tuinarchitecten toe. „Volk". DE CONTINGENTEERING VAN DEENSCH VLEESCH. Een gevaar voor den bloembollenexport? De Haarlemsche Kamer van Koophandel besloot Dinsdagavond, een adres te zen den aan den Minister van Arbeid, waarin wijziging gevraagd wordt van den contin- genteeringsmaatregel voor Deensch vleesch In het adres wordt o.m. opgemerkt, dat de positie van Aalsmeer bedreigd wordt, daar Denemarken per inwoner en per jaar een grooter hoeveelheid bloembollen dan eenig ander land betrekt. Door het contingenteeringsbeluit dreigt een belangrijk afzetgebied van een bij uit stek nationaal product verloren te gaan en dat juist in een tijd, waarin de handel in bloembollen, die vrijwel geheel afhan kelijk is van buitenlandsche afnemers, met groote moeilijheden te kampen heeft. Verder wordt in het adres gevraagd, belanghebbende exporteurs in de gelegen heid te stellen, hun bezwaren tegen nieu we contingenteeringsmaatregelen tijdig kenbaar te maken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 1