BUITENLAND WOENSDAb 27 JANUARI 1932 TWEEDE BLAD PAG. 5 Uit den Leidschen Raad Eindelijk is de begrooting voor 1932 on der dak. Het heeft veel moeite gekost, vijf zware dagen in December met een nach telijke zitting, totdat het duidelijk werd, dat men niet klaar zou komen. Toen zakte de belangstelling van het kookpunt plot seling onder het vriespunt en de bevroren debatten ontdooiden in de weken van Januari slechts bij stukjes en brokjes. Bij rechts en links was er een merkwaardige eenstemmigheid over het ongewenschte van een dergelijk verloop van zaken, doch terwijl men links verbetering beoogde in den vorm van een verlenging van de spreek gelegenheid, kwam van rechts het denk beeld weer opduiken van een spreektijd- rantsoeneering. Laten wij hopen, dat de partijen bij de a.s. herziening van het re glement van orde overeenstemming kun nen bereiken over een rantsoeneenng. want komt nu de raad in één week niet klaar, een volgend jaar zullen twee weken nog niet voldoende zijn om het noodeloos gepraat te verwerken. Tegelijk met de vaststelling van den be- grootingspost voor den Reinigingsdienst werd het agendapunt inzake de verpach ting van het baggerwerk enz. aan P. Kuyf behandeld. Nu moet men in de modder niet roeren, wat er boven komt is niet frisch. Maar de raad had zioh juist voor genomen, naar hartelust in deze bagger- kwestie te woelen, en aldus reed aller eerst de heer Schüller op het socialistische stokpaardje van eigen beheer door de mod der dat het spatte. Weldra gevolgd door den heer Groeneveld, die de particuliere aannemerij „bedrog en knoeierij" noemde en „afkeurenswaardig gedoe". Het stok paardje trapte vinnig naar wethouder Splinter, doch verdronk tenslotte in een stemming van 19 tegen 13. Een voorstei-Bergers, dat het opnam voor de laagste insohrijvers (de heeren Vreeburg en Lagerberg), die gepasseerd waren omdat zij de noodige bekwaamhe den zouden missen, onderging hetzelfde lot. Ondanks een geheime zitting, waarin vrijelijk kon worden gesproken, bleek de katholieke raadsfractie (met uitzondering van wethouder Tepe) niet overtuigd, dat deze heeren om redenen van minder capa citeiten moesten worden gepasseerd. Het schijnt in deze overigens vrij korte gehei me zitting warm te zijn toegegaan, daar het gerucht der debatten op de gang door drong. Het einde van dit modder-ballet was, dat het voorstel van B. en W. met de stemmen der Katholieken tegen, werd aanvaard en wethouder Splinter onwel was geworden. Het debat in de avondzitting stond op vrij wat hooger peil. Het voornaamste punt was hier de kwestie van het genees kundig schooltoezicht. De heeren Koole, Vos en DonderB drongen aan op uitbrei ding in dien zin, dat het tegenwoordige toezicht meer het karakter zou gaan krij gen van een schakel in het groote geheel van preventieve geneeskunde. Het tegenwoordige stelsel laat zich ka- rakteriseeren als een waken tegen kinde ren, die een besmettingsgevaar voor ande ren zijn; de door genoemde heeren ge- wenschte uitbreiding zou een waken wor den tegen alle gevaren, welke de school kan meebrengen voor ieder kind. In het oude stelsel kan volstaan worden met half ambtelijke schoolartsen, in het nieuwe zou het toezicht moeten worden toevertrouwd aan een vol-ambtenaar-schoolarts, ja mis schien zelfs zou deze arbeid de volle per soonlijkheid van meer artsen vergen. De heer Koole vatte dit onderscheid van stelsel niet; hij pleitte min of meer in het wilde weg voor beter en grondiger onder zoek op school, waarvoor hij een vol-amb tenaar-schoolarts wenschte naast de be staande vier half ambtelijke schoolartsen. De heer Vos drong in een keurige, goed geformuleerde en bondige redevoering aan op de aanstelling van een vol-ambteriaar- alleen. De raad moge bij de debatten over een spreektijd-rantsoeneering deze speech van den heer Vos onthouden; kortheid kan samen gaan met degelijkheid en overtuiging. Gedegen was eveneens de voordracht van den heer Donders, die de zaak grondig bleek te hebben bestudeerd. Meer rekening houden met de waarde van het spreek woord: „In der Beschrankung zeigt sich der Meister" zou de belangstelling in de vrucht van zijn studie ten zeerste ten goe de zijn gekomen. Tegen ieders verwachting in deed de heer Donders geen voorstel om twee vol-ambtenaren aan te stellen, doch vergenoegde hij zich met eenige amende menten ter verbetering van de door B. en W. voorgestelde, gewijzigde verordening op het schooltoezicht, waarin binnen het kader van het oude toezicht naar aanpas sing aan meer moderne denkbeelden is gestreefd. Wij zullen op een en ander bij gelegen heid van de volgende vergadering nader terugkomen; want hoe kan het anders de raad maakte de agenda ook ditmaal niet af, doch hield de verdere behande ling der schoolartsen-kwestie alsmede de interpellatie-Kooistra inzake het instorten van 't hius in de Bouwelouwensteeg aan. T8n slotte nog een enkel woord over de geldleening van een kwart millioen ten bate van een grond-aankoop, waartoe thans besloten is. Veertien dagen geleden dreigde het „windrecht" deze aangelegenheid omver te blazen, doch het bleek een storm in een glas water. De gemeente zal den grond kunnen koopen vrij van windrecht. Ook op de leeningspolitiek van Ged. Staten had den de financieele experts, die twee we ken geleden dit college waren hard geval len over het h. i. onduldbare opdringen van onnoodige gelden, thans weinig meer SPANJE DE JEZUÏETEN VERVOLGING. De toepassing van het ontbindingsdecreet. Het Jesuïetenhuia in San Ignacio de Loyola is sinds Zondag gesloten. De paters hebben reeds alle toebereidselen gemaa,kt, om zich naar België te begeven. Van de grens wordt gemeld, dat de Je zuïeten in grooten getale Spanje beginnon te verlaten. Het meerendeel begeeft zicii, naar men gelooft, naar België, waar zij van plan zouuen zijn om een noviciaat in een kasteel in te richten. Een groot aantal Jo- zuïten, dat te San Sebastian woont, is van plan in die stad te blijven, waar zij als leerkrachten dienst doen. Het eerste bericht over een werkelijke inbeslagneming van eigendommen der Spaansche Jezuïeten bereikt ons uit Aran- juez, dat ruim twintig mijjen van Madrid verwijderd ligt. De gemeentelijke autori teiten hebben de politie bevel gegeven, in de omgeving van het Jezuietenhuis aldaar te surveilleeren en ervoor te waken, dat niets meer uit het gebouw verwijderd wordt. Alleen de superior'en zes paters bevinden zich nog in het huis. Aan een vertegenwoordiger van Havas, die hij in het paleis der nuntiatuur in au diëntie ontving, verklaarde de pauselijke nuntius, mgr. Tedesohini, dat hij reeds Za terdagavond van den tekst van het de creet kennis genoen heeft, nog voordat deze door de pers werd gepubliceerd. De nuntius voegde eraan toe, dat zijn ambt van diplomaat hem echter belet, thans reeds zijn persoonlijke opjnie bekend ie maken. De vertegenwoordiger van Havas her innerde den nuntius eraan, dat volgens een in Spanje zeer verbreide opinie, de goede ren der Jezuïeten reeds lang geleden in veiligheid zouden gebracht zijn door over dracht of verkoop van de eigendommen der orde aan personen, die geen lid der orde zijn. Mgr. Tedesohini antwoordde hierop, dat de materieele schade voor de orde aan zienlijker zal zijn dan men wel denkt. Men vergeet over het algemeen, zeide de nun tius, dat de regeering eenige maanden ge.o- den een decreet heelt uitgevaardigd, waar door de verkoop van eigendommen der or de aan andere personen verboden werd. Mgr. Tedeschini is van meening, dat een der grootste nadeelen aan de orde wordt toegebracht door het verbod, om nog lan ger onderwijs te geven. Tenslotte wees de nuntius er nog op, dat velen ten onrechte gelooven, dat de Jezuïeten-orde invloed heeft op politiek gebied. Als dit het geval was, zeide de nuntius, zou wat thans gebeurt, niet plaats hebben. De societeat van Jesus doet haar invloed slecht^ geiden op godsdienstig ge bied dank zij de deugden en de groote kennis van haar leden. Op sociaal gebied, is haar invloed, als zij bestaat, zeer be perkt. Een interpellatie. De katholieke agrarische afgevaardigde Clairac heeft medegedeeld, de regeering te zullen interpelleeren omtrent het de creet, waarbij de orde der Jezuïten m Spanje wordt ontbonden. De minister van Justitie zal deze interpellatie later in üe week beantwoorden. ONRUST NABIJ VALENCIA. De burgerwacht van Valencia is opge roepen om den opstand in het nabij gele gen Sollana te onuerdrukken. in de vroege morgenuren had zich daar een groep van vijftig man naar het stadhuis begeven, dit bezet en dq bescheiden en het archief uit het venster geworpen en op het dorps- pleintje in brand gestoken. Voortst werd een som van 3.500 peseta's buitgemaakt. De pogingen de kerk in brand te steken mis lukten, wel werd echter het telefoon- en telegraafnet vernield. Een priester werd gewond. De opstand werd spoedig door de burgerwacht onderdrukt en verscheiden perst nen werden gearresteerd. Te Sevilla duurden gisteren de scher mutselingen voort, docht langzamerhand keerde de rust in deze plaats terug. Bij botsingen met de politie werden twee sta kers gewond en zeven personen gearres teerd. Uit Saragona zijn verscheiden cómpa- nieën infanterie, voorzien van machine geweren, naar de provincies Teruel en Huesca vertrokken ter onderdrukking van de communistische ongeregeldheden. AMERIKA NOG VERBITTERDE STRIJD IN SAN VALVADOR. Ook nabij de hoofdstad. Het verbitterde gevecht in San Salva dor tussohen de regeeringstroepen en com munistische opstandelingen duurt voort; de strijd begon reeds twee dagen geleden in de nabijheid van Santana. De opstande lingen zouden de steden La Libertad, Son- sohate en Ahuachapan hebben ingenomen en ook in de nabijheid van de hoofdstad zouden gevechten worden geleverd De re geeringstroepen zouden honderden gevan genben hebben gemaakt. aan te merken. Integendeel werd toege geven, dat de politiek van Ged. Staten toch voorzichtiger was. Zoo leidt kalme be zinning vaak tot beter inzicht. Alleen de laatsten der Mohikanen, de heeren Vos en Coster, wenschten geachte te worden te hebben tegen gestemd. Mr. G. De documentaire Film, L Wat wij er onder moeten verstaan. Is er ee/i principieel onderscheid tus- schen een film over de Heineken's Bierbrouwerijen en Trader Hom? In den laatsten tijd is bij- het filmmin- nend publiek een opvallende belangstel ling ontstaan voor een bepaald soort film: de documentaire. Indien men echter dezen of genen bioscoopbezoeker eens zou vragen: „Hebt u wel eens een documen taire film gezien?", dan moet men met de mogelijkheid rekening houden, dat een liehtelijke verbazing zich zal afteekenen op het gezicht van den ondervraagde, waaruit men dan de conclusie zou mogen trekken, dat deze sterveling bedoeld ge noegen nog niet heeft gesmaakt. Zou men hem echter vragen, of hij Trader Hom of Taboe al gezien had, dan zou het ant woord zeer waarschijnlijk bevestigend lui den. Welnu, waarde lezer, degene, die Trader Hom of Taboe heeft gezien, heeft een documentaire film gezienMen zij ech ter voorzichtig hieruit de conclusie te trek ken, dat een film als Trader Horn of Ta boe of Chang de documentaire film als zoodanig vertegenwoordigt. Een dergelijke voorstelling is een weinig te simplicistisch, want degene, die het praehistorische film pje van de Goudsche Pijpenindustrie heeft gezien, heeft óók een documentaire film gezien en de gelukkige sterveling, die „Berlin" die Symphonie einer Grosz- stadt of Melodie der Welt van Walter Ruttmann, „Rien que les heures" van Ca- valcanti, „De Brug", „Wij Bouwen" of „De Zuiderzeewerken" van Joris Ivens zag, kan ook gerekend worden tot die groep voor wie de documentaire film geen onbekende meer is. Wanneer iemand zioh nu afvraagt, waar om deze films tot de documentaire gere kend worden, dan zal hij bij eenig naden ken tot de verrassende gevolgtrekking kunnen komen, dat zij allemaal dit eene duidelijke kenmerk gemeen hebben, dat zij geen „speelfilms" in de eigenlijke be- teekenis van het woord zijn. Bij voortge zette overpeinzing zal hij echter ook tot de merkwaardige ontdekking moeten ko men, dat speelfilms als „Witte Schadu wen" en „Het lied vaD de Stille Zuidzee" met den charmanten Ramon Novarro welbekend uit de beroemde Ben-Hur ver filming óók tot de documentaire films gerekend worden, althans volgens de Amerikaansche opvattingen. Uit een en ander blijkt wel, dat het be grip „documentaire film" nu niet al te duidelijk en scherp begrensd is. Het is daarom wel interessant eens na te gaan, wat men nu eigenlijk daaronder verstaat. La tón wij ons derhalve eerst eens reken schap geven van den term „documentaire film." Toen Menno ter Braak in een filmono- grafie een definitie trachtte te geven van het begrip „absolute film", zat hij in figuurlijken zin een weinig met zijn han den in het haar, omdat evenals bij de do cumentaire film ook daar een nauwkeuri ge begrenzing ten opzichte van andere filmgenres lang niet gemakkelijk is. Toch was hij niet voor de verwerping van den term absolute film, omdat gangbare ter men niet toevallig zijn, daar zij de weer spiegeling zijn van een zeker gevoelssta- dium der publieke opinie, die altijd een betrekkelijk gelijk heeft. Wij handhaven daarom den term documentaire film en verklappen u al bij voorbaat, dat deze term MEXICO AARTSBISCHOP PER VLIEGTUIG ONTVOERD. Naar uit New-York wordt gemeld, is Ji- minez, de aartsbisschop van Guadalajara (Mexico), waar de godsdienststrijd weer in alle hevigheid is ontbrand, plotseling onder geheimzinnige omstandigheden aan gehouden en per militair vliegtuig naar een onbestemde bestemming ontvoerd. BRITSCH-INDIE DE STRIJD IN BRITSCH-INDIE. Het „reglement" voor Gandhi. Mahatma Gandhi heeft verlof ontvan gen, van thans af iedere week bezoekers te ontvangen, die zich evenwel niet langer dan 20 minuten bij hem mogen ophouden. Toegang hebben slechts verwanten of bekenden, die geenerlei politieke betrek king hebben met Gandhi. Alle gesprekken over politiek zijn verbo den. De mahatma wordt tijdens de bezoeken bewaakt door een gevangenisbeambte. Ernstige spanning tusschen Muzelmannen en Hindoes. Volgens officieele berichten is de toe stand in het Rajourrireani-district (Kasj mir) ernstig en is een sterk detachement troepen naar het tooneel van de onlusten gezonden. Volgens deze berichten zouden 12.000 personen de wapenen hebben opgevat te gen de Hindoes. In een twaalftal dorpen zijn de huizen in brand gestoken. Naar gemeld wordt, zijn de on'.ustei veroorzaakt door Mahomedaansche lee raars in Punjab. eigenlijk een verzamelnaam is, waaronder men de journaal-film, de cultuurfilm, de leerfilm, de sportfilm, de natuurfilm, de industriefilm etc. kan rangschikken. Wat is nu evenwel het kenmerkende in deze films, waardoor men ze opvat als te behoo- ren tot de speciale filmsoort, die men do cumentair noemt? Het antwoord op deze vraag is heel eenvoudig: Dat is het docu ment, dat in meerdere of mindere mate het voornaamste gegeven in dergelijke rolprenten is. Het begrip „document" dient in dit verband opgevat te worden in de zeer algemeene beteeknis van „alles wat tot leering kan dienen". Het is daarom duidelijk, dat op dezelfde gronden een film van de Heineken's Bierbrouwerijen of v. Verkade's Koekfabr. evenzeer tot de docu mentaire film gerekend kan worden als de grootsch opgezette Trader Hom. Zelfs is de vraag gewettigd, welke film het docu ment aiïe genre eerlijker vertegenwoordigt: de imposante Traber Horn of de simpele filmische beantwoording van de vraag: „Hoe ontstaat een glas pils?" of uit welke bestanddeélen is de onvolprezen honing koek van Verkade samengesteld? Wij vestigen hierop wat nadrukkelijk de aandacht, omdat de belangstelling, diè het publiek den laatsten tijd aan den dag legt voor de documentaire film misschien te sterk vereenzelvigd wordt met films als Trader Horn, Taboe, Chang, e. a. Deze films vertegenwoordigen niet het docu mentaire filmgenre als zoodanig. Zij zijn slechts een deel van het geheel, dat de documentaire film uitmaakt. Want lang voordat de Amerikaansche regisseurs v. Dyke, Murnau, Schoedsack, Cooper, Fla herty e. a. hun documentaire film-oeuvre in het leven riepen, waren er al documen taire films door de Ufa vervaardigd, die met den weidschen titel van „Kulturfilm" eerden betiteld. Hun documentaire com positie was veel oprechter dan die van dé Amerikanen. £ij hadden echter één ding tegen zich: Ze waren te wetenschap pelijk, waardoor de gemiddelde bioscoop bezoeker na een kwartiertje er al dr> ge noeg van had. Deze, gedegen documeniaire tilms van de Ufa verstonden helaas niet de kunst het publiek te boeien, wat toch een der eerste eischen van iedere film be hoort te zijn. Maar hoe het ook zij, als re presentatie van het documentaire film genre waren ze veel zuiverder dan de te genwoordige Amerikaansche rolprenten. Waarom zullen wij nog nader aantoonen. Het terrein nu. dat de documentaire film bestrijkt is zeer uitgebreid. Het be perkt zich waarlijk niet tot de binnenlan den van Afrika of een bepaalde groep eilanden in de Stille Zuidzee Het docu ment in dit filmgenre kan zich bijv. bezig houden met de zeden en gewoonten der volkeren, met het planten- en dierenleven, met een benaald onderdeel der industrie (de Philipsfilm van Tvens), met een be paald onderdeel der physica (de kristal films van Mol), met een bepaald deel der maatschappelijke standengroepeering (de Rerum Novarumfilrn van Jan Hin) etc. Maar hoe uiteenloopend de documentaire onderwerpen in deze films ook mogen zijn, zjj stellen zich zonder uitzondering ten doel het publiek tot voorlichting te die nen betreffende bepaalde onder werpen Het gaan zien van deze films be- teekent derhalve zeer vaak een verrijking van den geest, wat in de meeste.gevallen niet van de speelfilm kan worden gezegd. Daarom vinden wij de belangstelling, die men is gaan toonen voor de documentaire film een verheugend verschijnsel. In een volgend artikel zullen wij zien of het mogelijk is voor deze plotseling ontstane belangstelling in wijden kring eenige redelijke gronden aan te geven. H. v. d. DENEKAMP. CHINA OORLOGSDREIGING IN HET OOSTEN Japansche troepen bezetten Charbin. Naar het Japansche telegraafagentschap Sjimboen Rengo meldt, hebben de Ja pansche troepen Dinsdag de buitenwijken 'Ier stad Charbin bereikt. Volgens een nader V. D.-bericht uit Tokio bezette Dinsdagmorgen elf uur de cavalerie van den Japanschen generaal Sisja de Chineezenwijk van de stad Char bin. De binnentrekkende troepen ontwar penden de Chineesche politie en verspreid den zich ook over eenige ander stadsdee- len. De spanning te Sjanghai. Volgens berichten uit Sjanghai is het aantal Chineesche rtoepen aldaar door de troepenconcentraties van de laatste dagen tot 17.000 man gestegen. Het station Cheng Joe wordt door 7.000 man bewaakt, terwijl de overige troepen tusschen de vesting Wang Ko en het Chineesche stads gedeelte opgesteld zijn. De sterkte der Japansche troepen is op gevoerd tot 4000 man, die de belangrijk ste strategische punten van het havenge bied bezet hebben. De toestand is uiterst gespannen. De radelooze raad. Na een korte openbare zitting, waarin eenige minder belangrijke rapporten vvan verschillende commissies werden goedge keurd, ging de Volkenbondsraad gister morgen over tot een geheime zitting, tei voortzetting van de behandeling van het •Japansoh-Chineesche conflict in M lsi >c- rije. Deze zitting werd niet bijge jonri loor den Japanschen en den OJaineescnen ertegen woordiger. Ten aanzien van dit conflict bevindt de olkenbondsraad zich in de grootste uioei- heden. Sommige raacisle.len geven min- >f meer openlijk toe. dat zij niet weten wat zij doen moeten. Engeland en Frankrijk VAN M'N BOEKENTAFEL Warmond voorheen en thans, Deel 2, De voormalige Ridderhof stede te Warmond. Door W C. H. Machèn. Uitgave N.V. „De Leidsche Courant". Dezer dagen verscheen bij de drukkerij N.V. de „Leidsche Courant'.', te Leiden, het eerste stuk van het tn eode deel der „Geschiedenis van Warmond" door W. O. H. Machèn. Het is een kostelijk boek geworden, niet alleen om zijn degelijken inhoud, maar ook om de talrijke afbeeldingen, die er in voorkomen. Het behandelt in hoofd zaak de geschiedenis der voormalige rid derhofstede te Warmond; oudtijds: het „Stienhuys te Warmonde", daarna „Oud Teylingen" en nog later het huis „Look horst" genoemd. Natuurlijk is de geschiedenis van dit huis hoofdzakelijk de geschiedenis der respectievelijke bezitters. Oorspronkelijk werd het gesticht door eeu lid der ver maarde familie van Tej'lingen, die baar naam ontving van het landschap Taglingi, reeds in 866 genoemd onder de goederen van den Dom te Utrecht en gelegen onge veer tor plaatse waar zich thans de be kende ruïne bevindt. De heer Machèn komt tot de conclusie dat een jongere zoon uit deze familie het „Stienhuys" heeft ge sticht en dat een zoon, óf een kleinzoon, althans een nazaat van dezen, die tot grooten welstand was gekomen, het pracht- slot heeft laten bouwen, waarvan nu nog maar alleen de bekende ruïne over is. In elk geval is het „Stienhuys" ouder. De heer Machèn voert nu in zijn boek dit geslacht verder ten tooneele. De genealo gie van Teylingen die ons steeds doet denken aan het proces „Jarndice and Jarn- dice" uit Dickens, heeft verscheidene mar len een punt van onderzoek uitgemaakt; prof. Fruin, mr. Koenen, dr. Obreen en de heeren Craandijk en Wüstenhoff, om an deren nog niet eens te noemen, hebben er hun scherpzinnigheid op beproefd, maar (het moet worden gezegd zonder afdoend resultaat. De heer Machèn, zijn voordeel doende met wat de genoemde heeren te berde hebben gebhacht, géén critiek spa rende waar dit noodig bleek, heeft in zijn boek de genealogie opnieuw behandeld en, gesteund door een buitengewone kennis van Warmond's verleden, iets gegeven, dat bij een hernieuwd onderzoek onmoge lijk kan worden voorbijgezien. Omstreeks 1200 al bewoond, was het oude stamhuis in 1372 geheel vervallen, doch circa een halve eeuw vroeger hadden afstammelingen een geheel nieuw huis op een andere plaats in Warmond gebouwd, waaraan zij den naam van „Oud-Teylin- gen" gaven. Na door verschillende geslach ten te zijn bewoond, kwam het in het be zit van heer Gerrit van Lockhorst, in 1515 dijkgraaf van Rijnland. Naar dezen werd het slot „Lockhorst" geheeten en werd het door de Mathenesse's en de van Wasse- naer's tot woonstede gekozen. In 1663 werd eigenaar de bekende Hieronymus van Beverninck deze liet Lockhorst ge heel verbouwen en maakte er een 17de eeuwsche lustplaats van. Hoe het er vóór dit jaar uitzag i« nog te zien op een schilderij van Jan Steen „de Kippenhof". Jan Steen woonde van 1656 tot 1660 te Warmond. Na opnieuw meermalen van eigenaar te zijn veranderd, werd het huis door den laatsten bezitter, P. J. Tijken, in 1824 ge heel geslooptop de plaats waar het een maal zijn torens verhief, staan nu de kalk ovens van den heer A. Tegelaar. Het boek van den heer Machèn is rijk geïllustreerd, niet alleen met afbeeldingen van de oude ridderhtofstad, maar ook met fraaie portretten, waarvan eenige ons nim mer onder de oogen kwamen. Voorts met reproducties van „de Kippenhof" en van de herberg „de Zwaan" en van de „Ker mis te Warmond", alle geschilderd door Jan Steen, terwijl ten overvloede een paar afbeeldingen van het huis, waar de ge noemde artist te Warmond woonde, aan het g'ehcel zijn toegevoegd. Wij wensehen den 71-jarigen geschied- vorseher geluk met de verschijning van dit boek, een kostelijke bron voor Warmond's verleden, en spreken gaarne den wensch uit dat het hem gegeven moge worden zijn werk gheel voltooid te zien. Mogelijk een vrome wensch in deze dagen, waarin het geld voor dergöliike doeleinden maar zeer schaars is te vinden De uitgever zorgde voor een behaaglijk gewaad en voor een prettigen druk. W. M. O. REGT. Alphen aan den Rijn. zouden er niets voor voelen om de sancrie- maatregelen van art. 15 van het Volken bondspact tegen Japan toe te passen. Voorloopig zal men daarom waar schijn, ijk tegenover de scherpe verwijten en voor stellen van den Chineeschen vertegen-voor- digor in den Raad, verwijzen naar liet on derzoek. dat op het oogenblik door de Volkenbondscommissie van militaire at- taché's in Mandsjoerije wordt ingesteld. Aangezien de enquête-commissie, die eerst naar Washington is vertrokken in Ma.ids- joerije zal aanvangen, zal de Volkenbnnds- raad zich pas in zijn Mei-zitting niet het resultaat van dit onderzoek kunnen bezig houden. Hierdoor zou Japan tiH winnen en is de Raad voorloopig bevrijd van de zeer moeilijke taak, een beslissing te ne men. De geheime zitting van den Volken bondsraad over het Japansch-Chinee<che conflict duurde twee en een half uur. Be sloten werd, dat de particuliere besprekin gen met den Japanschen en den Chinee schen vertegenwoordiger te Genèvo hervat zouden worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 5