ZATERDAG 16 JANUARI 1932 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 3 AFDLELING LEIDEN R. K. DIOC. VROUWENBOND Den 21en Jan. vieren we de H. Agnes. Eén van de jongste martelaressen is wel de H. Agnes, die om haar geloof reeds op 13-jarigen leeftijd in 304 vermoord werd. Ze •was het eenige kind van zeer rijke ouders; ze had nog nauwelijks de school verlaten of tal van Bomeinsohe jongelingen dongen naar haar hand, waaronder ook de zoon van den stadsprefect. Op zekeren dag zond hij ihaar de kostbaarste juweelen en beloofde haar groote rijkdom, zoo zij haar toestem ming gaf. Zij antwoordde: ,.Ga weg van mij, Hij, Wien ik mijn liefde geschonken heb, over treft alle koningen en keizers, als bruid schat geeft Hij mij de he-melsche glorie". De jongeman gaat heen en begrijpt niets van deze taal. Na onderzoek komt het uit, dat zij behoort tot het gehate volk der christenen. Zij wordt voor den rechterstoel gevoerd en prijsgegeven aan de willekeur van een aantal heidensche jongelingen. God staat haar bij, niets deert haar, het hemelsche licht dat haar omstraalt, maakt allen blind, ook het vuur dat haar daarna moet ver slinden wijkt in tweeën en zij blijft onge deerd. De stadsprefect ontstak in woede en liet haar met een zwaard doorboren, waar op zij stierf. Op den 8en dag na haar overlijden kwa men haar ouders op haar graf bidden in den nacht. Eensklaps zien ze een groep maagden, om seven door een schitterend licht, en in 't midden bemerkten ze hun dochter aan wier rechterzijde een sneeuw wit lam gaat. Dat was het lam Gods. Agnes speekt: .,Gij ziet, dat ge mij niet moet be- weenen, want ik ben opgenomen in het ge zelschap der zaligen". Daarop verdwijnt de etoet. De H. Agnes, wier naam in 't Griekseh lam beteekent, wordt afgebeeld in een wit met goud doorstikt kleed (zooals haar ouders haar gezien hadden) en een sneeuw wit lam aan haar zijde. Tevens is dit lam het symbool van haar onschuld. OFFICIEELE MEDEDEELINGEN. Ledenvergadering op Donderdag 21 Janu ari 1932 des avonds te kwart over acht in de Kleine Stadsgehoorzaal. 1. Opening. 2. Notulen. 3. Jaarverslag secretaresse. Thee. 4. Jaarverslagen onderafdeelingen. Verrassingen. 5. Voortzetting Jaarverslagen. 6. Verkiezing bestuursleden. 7. Bond vraag. 8. Sluiting. Excursie. Dinsdag 19 Januari gaan we op excursie naar Botterdam. 34 dames ne men eraan deel. We verzoeken de deel neemsters vooral op tijd aanwezig te zijn, uiterlijk kwart vóór een aan het station. De trein vertrekt te 12.53. Demonstratie. Vrijdagavond 22 Januari ten S uur zal in het concertgebouw „Con cordia" op de Steenstraat een demonstratie gegeven worden door de Verkade's fabrie ken uit Zaandam. Zie rubriek Leidsche Courant van 2 Januari 1.1. Uitnoodigings- kaarten met recht op drie introducties zul len U worden toegezonden. Deze avond wordt alleen voor den B. K. Vrouwenbond gegeven. „SANCTA VERONICA". Dank zij de vele goede gaven, die dezer lagen weer bij ons bezorgd zijn, zijn we weer in staat gesteld, om veel goede te doen aan degenen, die in stilte lijden. We ontvingen o.a. een mooie partij wol. Harte lijk dank aan al die goede gevers en geef sters, die zich voor ons werk interesseeren en meevoelen met al die menschen, die 't juist in dezen tijd zoo moeilijk hebben. Mochten er steeds meer komen, die helpen meewerken, helpen offeren om 't mooie doel, wat we voor oogen hebben, de stille armen te helpen, te bevorderen. Gaarne zien we Uw hulp tegemoet. Dames, misschien kunt U wat vrije tijd afstaan, om een of ander kleedingstuk voor ons te ma-ken, en indien dit niet mogelijk is, steun ons dan door uw offertjes. Wij re kenen op U. IS EEN KINDERZIEL ONTVANKELIJK VOOR HET GOEDE? Een dezer dagen een coupé binnenstap pende op weg van Botterdam naar Leiden, viel mijn oog op een opengeslagen nummer van het „Panorama" door een der reizigers achteloos neergeworpen. Om den tijd te dooden bladerde ik de aflevering door en wag weldra verdiept in een alleraardigst Kerstverhaal wat ongeveer op het volgende neerkwam en wat in dezen donkeren tijd die ons nog zoo aan Kerstmis herinnert in den geest van het Kindje in de kribbe ter harte genomen kan worden. Een jong getrouwd echtpaar vond de INTERPAROCHIEELE Deze rubriek verschijnt des Zaterdags om de veertien dagen. Brieven, vragen en mededeelingen te richten aan één der redactieleden: Mejuffrouw Jo van der Laan, Kijnsburgerweg 20, Leiden; Zr. 1. van den Abeelen, Willem de Zwijger laan 25, Uegstgeest; Mevr. FehmersBoerKnottnerus, Warmonderweg 37. Kerstviering zonder kinderen, die met trip pelende voetjes en verheugde stemmetjes rond het Kerst stalletje en de bont gekleur de boom zouden staan, maar een halve kerstviering. Kinderen geven vreugde aan dit zoo bij uitstek huiselijke feest. Een advertentie werd geplaatst om een arm kindje eenige heerlijke Kerstdagen te bezorgen. Vele brieven kwamen en een werd uitverkoren, een jongettje van 10 jaar, die door een niet al te prettig uitzienden vader gebracht werd, die het norsche jon getje nog eenige goede wenken aangaande zijn gedrag meegaf. Omringd door vriendelijkheid en liefde ontdooide bet kind spoedig en kende zelfs na eenige dagen het avondgebedje, hem door zijn tijdelijke pleegmoeder geleerd, geheel van buiten. De kerstavond met een overvloed van speelgoed, zooals een 10-jarig jongenshart maar verlangen kan, zette de kroon op alles. Zijn avondgebedje: „Heer bewaar ons voor alle onheil dezen nacht" klonk inniger, den laatsten avond in 't gast vrije huis, hoewel het kind toch een onrus- tigen indruk maakte. Tegen 12 uur werden Mijnheer en Me vrouw gewekt door gedruisch. Op de over loop over de trapleuning hangende hoorden ze aan de voordeur een bibberend stemme tje: „Nu ik laat je der niet in. Ze bennen goed voor me geweest. Ik doe hei niet, je ken me doodslaan, ik doe de deur niet open Arme kleine hengel, die door zijn zoo- genaamden vader geprest was, verraad te plegen, maar door de ondervonden goed heid en liefde sterk stond, toen de verzoe king kwam. De rest van het verhaal kunt u zich denken. In deze sombere tijd van brommende on tevreden menschen deed het mij goed weer eens herinnerd te worden aan het feit, dat goede, liefdevolle daden hun uitwerking niet missen, al zal de uitslag niet altijd zichtbaar zijn, als het hierboven geschertste. In dezen geest moeten we elke gave, groot of klein, schenken en daarbij op de eerste plaats aan het kind denken, hetwelk toch in geen enkel opzicht schuld heeft aan de zen. voor ons allen zoo moeilijken tijd. Z. v. d. ABEELEN. THEEMIDDAG. De tweede theemiddag werd gehouden op 14 Jauari in de bovenzaal van „De Turk". Kwam het door de vele zieken of door het weinig aantrekkelijk onderwerp, dat de opkomst zoo bedroevend was, Wij weten 't niet. Laten we echter direct eraan toe voegen. dat de stof buitengewoon boeiend was Vele menschen zeggen: „nu ja, we heb ben de radio, we halen de mooiste muziek op zeer eenvoudige manier in huis, wat zal ik mij en de kinderen nog vermoeien, om muziek te leeren". Daar is iets van waar. Maar hier ging het over Greg, muziek. Er werd ons in korten tijd een helder over zicht gegeven over de plaats van het Greg, muziek in de geschiedenis. Spreker liet ons vooral veel hooren. Mu ziek moet worden gehoord. Achtereenvol gens werden er op een schitterende gramo- foon platen afgedraaid, die stuk voor stuk een deel van de muziekgeschiedenis inhiel den. 't Klonk ons zeer uitheemsch Game- lang-muziek, Magam-, Synagogale- en Grieksche muziek. Van het Seikiloslied uit voerde spreker ons naar 't Gregoriaansche Hosanna filio David van Palmzondag. Nu hooren we Gregoriaansch als de zui vere eenstemmige muziek. Nog meerdere voorbeelden werden ge hoord. Met notenvoorbeelden in de hand volgden wé de tekstdeclamaties van een voudige en versierde Gregoriaansche ge zangen. Ten slotte hoorden we de meerstemmig heid met als hoogtepunt Palestrina. 't Was in éen woord een heerlijke middag en de aanwezige dames hebben volop ge noten. De brandweerman voldoen aan het ver zoek van zijn vrouw om de borden te wasschen. ADOLF KOLPING. XXIV. Waar dient een hospitium voor? De/.e vraag wordt dikwijls gesteld en wij herin neren ons nog felle cntiek op de „Deutscne Hospitiums" omdat.... de criticus er niets van begreep. Bovendien moeten wij reke ning houden met Duitsche toestanden. Ter voorlichting gaf Kolping in Augustus 1852 een brochure in het licht onder den titel „Eür ein Geselleh-Hospitium". Hierin legt hij den nadruk op de „wanderschaften" der Duitsche gezellen, die van stad tot stad trekkeu om werk. Zij vinden dan in de plaatsen, waar zij werk krijgen, een Hospi tium met een zoo noodzakelijke katholieke sfeer. De ouders kunnen gerust zijn; buitea den w erktijd is hun jongen veilig. (Ook Am sterdam en den Haag, Nijmegen en Alk maar, hebben thans hun Gezellen-Hospi tium). Maakte hij dus mdruk met den bouw van zulke kusthuizen-in-het-groot, tegel ij k smeedde hij het ijzer voor zijn dierbare vereeniging. Wij zullen zijn hoofdgedachte hier weergeven. Het oude handwerk in den tijd ier gilden, had een gouden bodem. De Kerk hield de maatschappij in liefde vereenigd, de gilden bloeiden. ALaar de Kerk werd de macht in de maatschappij ontnomen. Eigenbelang en fel egoisme vormden on samenhangende massa s, de goede harmo nie moest wijken en de gelden verdwenen. Koud egoïsme verhinderde den werkman zijn blik te vestigen op het leven hierna maals. ïussehen meester en knecht had een droeve scheiding plaats en er ontstond een klove, die niet meer te vullen was. in plaats van hartelijkheid kwam onverschil ligheid en voor het gezag kwam het go- weld in de plaats. De schuld lag bij beide partijen, de grootste waarsobijnlijk bij de meesters. Zij vergaten hun plicht als va der en leider, zij sneden het tafellaken ,tu3- schen zioh en de gezellen in tweeën. Juist toen zoo alles verbroken was, brak de Fransohe revolutie uit. Zij bracht, behal ve de verkoop der goederen beneden prijs, ook de vrije uitoeiemng van het beroep. De bazen schoten als paddestoelen uit den grond te voorschijn en de gezellen, eertijds als kind in huis, waren voortaan werkne mers m de koudste zin van het woord. Dat bij zulke toesbanden de band van het chris telijk leven tot den laatsten draad werd verscheurd is duidelijk. Kolping beschrijft dan, uit eigen erva ring en door de feiten voorgelicht, hoe de gezel allerlei baliast in de werkplaats mee bracht en. daar godsdienstig en zedeujk verwoestingen aanrichtte, waarvan het scherpste toezicht de oorzaak niet kon ach terhalen. Er waren er, die alle sohandalen op hun duimpje kenden en de holle phra- sen tegen den godsdienst, waarmee de 18e eeuw pronkte, uitspuwden. Het sohijnt mij toe, aldus Kolping, dat de tijd der heidenen misschien geen erger gruwelen kende en ieder denkend mensch kan de natuurlijne gevolgen op zijn vingers uittellen. Kolping beschrijft de godslasterlijke gesprekken en het „gooien met vuil" naar de Kerk en hare bedienaren en dan spreekt hij de har de en ontzettende stelling uit: „Ik heb in de groote werkplaatsen geen enkel fat soenlijk gezel aangetroffen, maar ware monsters van zedeloosheid en er was geen enkele meester, die er zioh in het minst om bekommerde". Buiten den arbeid heet het dan: soort zoekt soort, en de gezel moet maar ergens een onderkomen zoeken. Vervolgens ont stond ©en losse, onheilspellende omgang met het vrouwelijk geslacht. Wat huwelij ken komen er dan en wat geslacht groeit daaruit op. Maar de gezel viel in die toe sband, want uitgestooten uit de familie werd hij de Herberg binnengejaagd. Wat er uit die menschen is gegroeid, daarover konden de geestelijken, de Vincentius-ver- eenigingen en de politie uitsluitsel geven. De toes land was hopeloos. S. M. DURF TE LEVEN! 't Is wel eens noodig-in dezen zorgelij- ken tijd de menschen. boe te roepen: duif te leven! Vooral als we bedenken hoe een groote massa werkwilligen geen werk kan vinden door de bijkans wanhopige in ternationale toestanden. Tolmuren optrek kend, verdragen op handelsgebied verbre kend, elkander belemmerend, dat is de we reld van heden.*'t Is donker om ons heen, donkterte alom. Ia de redding nabij? Eén weet het! Kerstmis hebben wij gevierd en schoon, wonderschoon, mooier en sterker dan ooit sohoten de lichbundels hun stralengloed in de donkerte van onzen tijd. Wondere poë zie, verheffende kracht, het Kerstfeest van 1931. 't Was geen lamp van 1000 kaars en geen een van millioenen. 't Was de rijzende zon van Gods liefde, de gouden zon van vrede, die 19 eeuwen lang over dc wereld schijnt en 't was op dat Kerstfeest dat wc .sterker dan ooit om vrede vroegen en o;n welvaart en maatschappelijk herstel. Is de redding nabij? Eén weet het! 't Nieuwe jaar is begonnen en daarbij is een nieuwe hoop op betere tijden in de menschheid gevaren. Want och, daar is nog altijd een klein vlammetje van hoop en met vertrouwen begonnen we het nieuwe jaar. En de Katholieken wenschten elkan der een „zalig nieuwjaar". Ziet, dat is een wensch voor ons leven en werken, maar een wensch in de fijnste zin. Want iederen dag, ieder uur, elke minuut moeten wij be nutten voor onze eeuwige zaligheid. Die wensch begrijpen en er naar leven, dat is practisch Katholicisme! Is er iets harder noodig dan daadwerkelijk Christen-zijn? 't Is de redding der wereld! God verlaat de Zijnen niet en wie leeft binnen de grens van zijn geboden, die werkt zichzelf rijk met Gods genade. In onzen tijd wat minder klagen en meer bid den, en 1932 is ons tot nut en vredo. Mensch, durf te leven! SEVERUS. VR00LIJKHEID. Als pelgrims gaan wij door 't leven. Steeds voort. Zoekend het geluk 1 En als wij om ons heenzien, dan zou men denken: „Men heeft het geluk gevonden!" Ja waar lijk, want dag in dag uit hoort men muziek en de mensch vermaakt zich in dans en spel, lacht en praat en waant zioh zijn eigen schepper. En toch, zou men hen af zonderlijk vragen: Vriend zijt gij gelukkig? dan komt 't er uit: „Ik lach om m'n leed tot zwijgen te brengen. Zij, die in uitgela tenheid, vroolijk schijnen, worden van bin nen dikwijls verteerd van ooirust. Maar wij, zonen van Kolping. is vroo lijkheid ook voor ons 'n holle klank? Of is zij voor ons een ideaal?! Wij hebben haar van Vader Kolping gehad als een devies. Dus moeten wij de vroolijkheid in ons leven tot uiting brengen en op tijd weten te ge bruiken. Om dit te kunnen, moet men voor al bedenken, dat haar grondslag de in nerlijke vrede is. Als wij die bezitten, zullen wij vanzelf optimisten zijn, en als blijde zangers door 't leven kunnen gaan. Onze vroolijkheid moet dan ook hoog staand zijn. En dit wordt zij, door wat wij in onze vereeniging krijgen aan ontspan ning. Dan denk ik aan tooneel-, muziek-, zang, spel, sport- en nog meer afdeelingen in onze vereeniging. Dit verrijkt en veredelt ons karakter, en wij van onzen kant zullen onze balenten dienstbaar maken tot voor deel van .de gezellen en bloei onzer ver eeniging. Vooral in deze benarde tijden, kunnen wij zoo goed optimisme gebruiken. Dit vooral is onze plicht, om een zonnetje te zijn voor onze omgeving. Wij hebben niet voor niets 'n bundel liederen om ons hart eens te luchten. Laat dan klinken onze Kolpingsliederen, daar waar gij ze zingen kunt, 't zal u zelf maar ook anderen 'n verlichting zijn in deze donkere tijd. Al kunnen wij niet in Duitsche stijl met ons gereedschap trekken door stad en land, Langs '8 Heeren wegen, zingend ons lied en werkend voor ons brood, toch kunnen wij ook ons hart luchten, door veel maar vooral goed te zingen. M'n slot aan de Kolpingsboys, onze jong ste afdeeling. Deze vooral zal de vroolijk heid bij ons jongeren losslaanl Sport is nu eenmaal 'n eisch geworden in den tegen- woordigen tijd, en op zijn tijd haar be oefend, goed voor geest en hart. Succes! Moge jullie spel, vooral goed spel, veel bij dragen tot groei en bloei van onze vereeni ging. Tabé! 'n Kolpingsbroeder. VASTENAVONDFEEST. Ons jaarlijksoh Vastenavondfeest wordt gevierd Zondag 24 Januari &.s. In de ko mende week zullen de programma's, die te vens als bewijs van toegang dienen, worden thuis bezorgd. Door de Gezellen beneden de 21 jaar moeten zij Dinsdagavond a.s. worden afgehaald. Bij de Programma's is ingesloten een cir culaire mededeelende de voornaamste wij zigingen, die in onze feestviering zijn aan gebracht. JAARBOEKJE 1932. Van de frissehe en fleairige laatste uit gave van ons Gen braai-bur eau het Jaar boekje 1932 zijn nog enkele exemplaren bij den huismeester verkrijgbaar. Behalve weekkalender en allerlei gegevens die mooi doen zien de innerlijke en uiterlijke groei van het Kolpingswerk in ons Vader land prijsvraag, postbarief enz. bevat dit jaarboekje ook een tweetal artikeltjes. Bizondere aandacht vragen wij voor het eerste: Een ideale Vereeniging, door oud- Centraal-Praeses van Adriohem. K0LPINGS BOYS. Zondag 24 Januari zal de officieele ope ning plaats hebben van ons Sportterrein aan de Kanaalweg. Door het eerste elftal van de Kolpings Boys zal een wedstrijd gesp>eeld worden, tegen#K.M.D. van de Kai- wijksche Gezellen. Aanvang twee uur. DAM COMPETITIE. Het zou mooi zijn als deze competitie voor het Vastenavondfeest kon worden be ëindigd. Daarom worden vooral zij, die nog veel beurten achter staan, dringend ver zocht door getrouwe opkomst deze week dezen achterstand spoedig in te halen. Ook Zondagavond zal de gelegenheid worden opengesteld in de competitie te spelen. KALENDER DER WEEK N.B. Als niet anders wordt aangege ven dagelijks Gloria, geen Credo. De ge wone Prefatie. ZONDAG 17 Jan. 2e Zondag na Drie koningen. Mis: Omnis terra. 2e gebed v. d. H. Antonius. Credo. De Prefatie v. d. Allerh. Drieënheid. Kleur: Groen. Al is de kerstkribbe weer verdwenen uit onze huiskamers en onze kerken, naar het voorbeeld van onze moeder de H. Kerk mogen wij toch den voor ons geboren Zaligmaker niet vergeten. De H. Kerk houdt ons voor ons te verblijden over de geboorte van Christus. Dat de ge- heele aarde juiche en lofliederen zinge en Christus aanbidde (Introitu?) en de En gelen des hemels met ons loven God, Die Zijn Woord (Christus) gezonden heeft om ons van den ondergang te red den". (Graduale; Alleluja-vers). Wat heeft God toch veel voor onze zielen ge daan (Alleluja; Offertorium). Bidden wij om deel te hebben aan de vele vruch ten der mensohwording van Gods Zoon: de vergiffenis der zonden (Stilgebed), de kracht om goede werken te doen, zooals het Epistel die opsomt CPostoommunio Epistel) in één woord om het hoogste goed van den Vredevorst: den waren vrede de? harten. Wij kunnen deze niet genoeg te waardeeren gave van Christus verwachten; Hij kan ze ons geven, Hij, Die God is, zooals Zijn eerste wonder zoo duidelijk leert. (Evangelie). MAANDAG 18 Jan. Feest van St. Pe trus' Stoel te Rome. Mis: Statuit. 2e ge bed v. d. H. Paulus; 3e v. d. H. Prisca, Maagd en Martelares. Credo. Prefatie v. d. Apostelen. Kleur: Wit. Na het ontvangen van de gave der ta len trokken de Apostelen van elkander weg om volgen? Christus' bevel het H. Evangelie te gaan verkondigen aan de volkeren. De H. Petrus vestigde zijn Bisschopszetel eerst te Antiochië, later te Bome, waar St. Petrus ook gestorven is. Vandaag eert de H. Kerk den H. Pe trus als Bisschop van Bome. DINSDAG 19 Jan. Mis v. d. H.H. Ma- rius en Gezellen, Martelaren: Justi. 2e gebed v. d. H. Canut, koning; 3e ter eere van Maria (Deus qui salutis). Kleur: Rood. WOENSDAG 20 Jan. Mis v. d. H.H. Fabianus en Sebastianus, Martelaren: Intret. Kleur: Rood. Van den H. Fabianus, die Paus An- theru? den Stoel van Petrus opvolg de, vermeidt de geschiedenis weinig. Een der geschiedschrijvers verhaalt, dat, toen volk en geestelijkheid te Bome verga derd waren om een Paus te kiezen, een duif uit de lucht neerdaalde en zich plaatste aan het hoofd van Fabianus. Dit voorval vereenigde alle stemmen op Fabianus, die, ofschoon vreemdeling en geen kerkelijk persoon, het bestuur der Kerk op zich moest nemen. Sebastianus was van zijn jeugd af aan een ijverig christen. Hij werd soldaat ondanks zijn afkeer van den soldaten stand om de martelaren te kunnen hel pen en bemoedigen en velen heeft hij ook geholpen tot de martelkroon. Niet wetend, dat Sebastianus christen was, heeft keizer Diocletiaan hem bevor derd, om zijn wijsheid en moed tot hoofd van een afdeeling lijfwacht. Als zoodanig heeft Sebastianus veel groote diensten aan de Kerk bewezen tijdens de ver volging onder genoemden keizer. Als christen bekend geworden verweet de keizer hem zijn ondankbaarheid en 'ge lastte, dat hij door boogschutters met pijlen zou worden doodge?choten. Sebas tianus was echter, zooals men meende, niet dood en werd liefderijk verpleegd en genas. Hij hield zich niet verborgen, maar zijn groote ijver voor de zaak van Christus deed hem den keizer ontmoe- tij, wien hij in vrijmoedige taal verweet zijn onrechtvaardig gedrag jegens_ de christenen. Diocletiaan liet Sebastianus gevangen nemen en in het renperk slaan met stokslagen. Zoo verwierf de H. Se bastianus den martelkroon den 19den of 20en Januari 2S8. DONDERDAG 21 Jan. Mis v. d. H. Agnes, Maagd en Martelares: Me exspec- taverunt. Kleur: Rood. Al? christinne moest Agnes voor den rechterstoel van den stadsprefect te- reohtstaan. Eerst werd zij gevleid, daar na bedreigd met martelingen, maar het bekoorlijke kind van dertien jaar bleef standvastig. Zij werd veroordeeld tot den brandstapel, maar de vlammen weken terug en deerden haar niet. Omdat Ag nes zoo standvastig bleef werd zij ten slotte ter dood veroordeeld. Rustig hoor de Agnes haar vonnis aan. Toen zij daar als een onschuldig lammetje midden on der het volk stond, weenden velen uit medelijden met het lieve kind. Zelfs de beul werd zóó getroffen, dat hij wei gerde zijn beulswerk te verrichten. Daar om sprak Agnes tot hem: „Waarom talmt gij? Vrees niet mij te dooden, want de dood is voor mij het begin van een nieuw leven". Hierop vermande zich de beul. Agnes bad nog even, boog het hoofd achterover en ontving den doodelijken steek. Een stroom van het zuiverste bloed stortte zich over het kind. Dat was de wijding, waardoor de Heer Jesus Agnes maakte tot zijn bruid en bloed getuige. VRIJDAG 22 Jan. Mis v. d. H.H. Vin- oentius en Anastatius, Martelaren: Intret 2e gebed ter eere van Maria; 3e voor Kerk of Paus. Kleur: Rood. ZATERDAG 23 Jan. Mis van den derden Zondag na Driekoningen: Adorate 2e gebed v. d. H. Raymundu?; 3e v. d. H. Emerentiana, Maagd en Martelares; 4e voor den Paus. Credo. Prefatie v. d. Allerh. Drieëenheid. Kleur: Groen. IN DE KERKEN DER E.E. P.P. FRANCISCANEN: Alles als in bovenstaande kalender, behalve: DINSDAG. Mis v. d. Z.Z. Thomas van Cori en Gezellen, Belijders: Confiteantur. 2e gebed v. d. H.H. Marius en Gezellen; 4e v. d. H. Canut. Kleur: Wit. Amsterdam. ALB. M. KOK, pr.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1932 | | pagina 6