TRAGISCH ONGELUK OP DEN BEWAAKTEN OVERWEG AAN DE VINK MAANDAG 28 DECEMBER 1931 DE LE1DSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 9 Vrachtauto door electrischen trein gegrepen en verpletterd. Bestuurder zwaar gewondmede-inzittende gedood. Aan den vooravond van Kerstmis heeft, zooals wij reeds per bulletin door de stad hebben bekend gemaakt, op den spoorweg overgang nabij de Vink een vreeselijk auto-ongeluk plaats gehad, waarbij een doode te betreuren valt, en een ander zwaar gewond werd. Te omstreeks kwart over vijven Donder dagavond waren A. van der Ham en A. J. van Brecht, beiden in dienst bij de Graanmalerij „Welgelegen" van de firma Wed. N. Schrama aan den Rijndijk te Voorschoten, met him laatste vracht graan en meel, geladen op de vrachtauto op weg naar het dorp. Op den overweg nabij de Vink werd de wagen plotseling door een van Leiden ko menden electrischen trein gegrepen en terzijde van den spoorweg geslingerd. De wagen kwam tegen 'n niet gesloten spoor boom terecht; de lading, bestaande uit een twintigtal zakken meel, schoof van den wagen af en kwam gedeeltelijk op den weg, gedeeltelijk terzijde van de spoorbaan terecht. De trein bleek den wagen bij den motor gegrepen te hebben, zoodat deze geheel verhield werd. De bestuurder van den wagen, Van der Ham, die links in de cabine zat, werd een achttal meters weggeslingerd de naast hem zittende van Brecht nog enkele meters verder. Enkele minuten slechts na het ongeluk kwamen wij op de plaats van het droevig ongeluk aan. Reed's hadden verschillende personen, die op de plaats van het ongeluk voorbij kwamen of in de nabijheid woonden, zich van het gebeurde op de hoogte gesteld en wijdde men vooral zijn aandacht aan de getroffenen. De heer Deen was spoedig met zijn verbandtrommel aanwezig en be gon dadelijk den arm van Van der Ham, die den linkerpols gebroken had te spal ken. Inmiddels arriveerde de Leidsohe poli tie en de Eerste Hulpdienst uit Leiden. Dr. Sohoo constateerde al spoedig, dat het met Van Brecht ernstiger gesteld was dan met zijn collega. Van Brecht was buiten bewustzijn. Hij had een gapende wonde opgeloopen aan het achterhoofd. Nadat hem een spuitje was toegediend verbond dr. Schoo hem het hoofd. Dadelijk was ook de pastorie te Voor schoten en het rectoraat der Paters Fran ciscanen aan den Haagweg van het ge beurde in kennis gesteld en toen de slachtoffers in de auto's waren gedragen werden hun de laatste H. Sacramenten toegediend. Beiden wei-den naar het Diaconessen- buis aan de Witte Singel vervoerd. Daar bleek inderdaad de toestand van Van Brechit zeer ernstig, zoo zelfs, dat er geen hoop op behoud was. Enkele uren na aan komst is hij dan ook overleden. De toestand van Van der Ham bleek, hoewel ernstig, toch nog wel zoo te zijn, dat er alle reden bestond op behoud. Om trent den aard van zijn verwondingen kon men ons 's avonds nog niet veel vertellen. Eerst nadat den volgenden morgen foto's waren genomen, kwam vast te staan, dat hij behalve een gebroken linkerpols drie ribben gebroken had en een schouderont- wrichting had opgeloopen. Tevens was hij in het gelaat vrij ernstig gewond, doordat hij een eind over den grond was gescho ven. De oorzaak van het ongeluk. T Zooals uit het bovenstaande reeds blijkt is het vreeselijk ongeluk het gevolg van het niet gesloten zijn der af sluitboom en van den overweg. De bedienende overwegwachter P. v. d. B., had even voor het ongeluk kort achter elkaar twee treinen doorgelaten en voor den dadelijk daarop volgenden, trein, waarvoor hij op de gebruikelijke wijze te lefonisch was gewaarschuwd, eveneens het sein op veilig gezet, doch om onbe grijpelijke redenen had hij vergeten de afsluit'boomen neer te laten, totdat hij door het vreeselijk ongeluk op zijn nood lottig verzuim opmerkzaam werd ge maakt. De man is gehuwd en vader van zes kinderen. Nadere bijzonderheden. De familie van de verongelukte slacht offers werd onmiddellijk van het gebeurde in kennis gesteld. Beide slachtoffers woonden in Voorschoten, doch de vrouw van v. Brecht was reeds naar haar moeder in Oegstgeest, alwaar het Kerstfeest zou worden gevierd. Zij had de Zondagsohe kleeren van haar man gereed gelegd, op dat hij haar zoo spoedig mogelijk na thuis komst zou kunnen volgen. De man laat behalve zijn vrouw nog twee kinderen ach ter. Van der Ham is eveneens gehuwd en vader van één kind. De trein, die de aanrijding veroorzaakte en een snelheid had van omstreeks 90 km. stopte een paar honderd meter verder. Door den schok wa-s een ruit vernield, de Westinghouse-rem defect geraakt en de wand van den motorwagen eenigszins be schadigd. Behalve de Leidsche politie arriveerde later ook de politie van Voorschoten, be nevens burgemeester Vernëde, onder wiens leiding een onderzoek naar het gebeurde werd ingesteld. Toen dit was afgeloopen kon de electrische trein op eigen kracht, doch met een snelheid van slechts 30 km. naar Den Haag verder gaan. Personeel van Weg en Werken der Spoorwegen was spoedig na het ongeluk aanwezig, om zoodra zulks werd toege staan den weg weer vrij te maken. Het treinverkeer ondervond door een en ander geruimen tijd vertraging. Nog geruimen tijd en eveneens op de Kerstdagen kwamen velen naar de plaats van het ongeluk kijken, dat onder de naaste omwonenden en in het dorp Voor schoten groote ontsteltenis en innig mee leven" met de slachtoffers en hun betrek kingen teweeg bracht. We vernemen nog nader, dat de groen- tenhandelaar L. W., wonend aan den Rijn dijk te Voorschoten, op wel gelukkige wijze aan een ongeluk ontkwam. Hij stond met zijn paard en wagen ge reed om den weg over te steken en naar de stad te gaan, toen hij van verre de auto zag naderen. Hij vond het veiliger deze auto te laten passeeren, hetgeen ge schiedde met het gevolg, dat de wagen op den overweg werd versplinterd en de heer W. op gelukkige wijze den dood ont snapte. GEMENGDE BERICHTEN ONGELUKKEN. SLACHTOFFERS VAN HET VERKEER. ERNSTIGE AANRIJDING TE DEN HAAG. Eén doode. In den nacht van Zaterdag op Zondag omstreeks kwart voor een reed op het Gevers Deynoordtplein te Den Haag, te genover het politiebureau 'en personen-auto op de daar ter plaatse stilstaande blauwe tram (Den HaagLeiden). De auto, be stuurd door den 30-jarigen Hagenaar P. B. reed met volle vaart op den vluchtheu vel, waarbij hij een der conducteurs van de tram en een passagier aanreed. De con ducteur werd licht gewond, maar mej. A. H., een Oostenrijksche, als dienstbode te Den Haag werkzaam, werd zwaar gewond opgenomen en per auto van den Gen. Dienst naar het ziekenhuis aan de Zuidwal overgebracht, waar zij enkele uren na aan komst aan de zware inwendige kneuzingen is overleden. Mej. A. H. was 22 jaar oud en uit Graz afkomstig. De auto is na de aanrijding doorgereden, doch de bestuurder heeft, na dat hij zijn wagen gestald had zich bij de politie gemeld met de mededeeling, dat hij op het Geverfs Deynoodtplein een aanrij ding had veroorzaakt. Alhoewel P. B. niet in kennelijken staat van dronkenschap verkeerde is vrijwel ze ker, dat overmatig gebruik van alcohol oor zaak is van dit ongeluk. De politie maakte van een en ander proces-verbaal op en nam den wagen in beslag. Auto van den dijk geslagen. Op den zeedijk bij Haamstede is op Eersten Kerstdag de vrachtauto van den heer P. ,W. Noordhoek uit Haamstede ge slipt, woardoor het voertuig met grooto vaart van den hoogen dijk afgleed. De. auto sloeg eenige malen overzij, waarbij de bestuurder en zijn knecht uit den wa gen werden geslingerd. De bestuurder P. W. Noordhoek kreeg vrij ernstige verwondingen aan het hoofd; zijn knecht J. Evertse kreeg een diepe beenwond. Beiden zijn naar het zieken huis te Noordgouwe vervoerd, vanwaar zij, na verbonden te zijn, naar hun woningen konden worden overgebracht. Motorongeluk. De ongeveer 20-jarige Hartog uit Scher- penisse en de 27-jarige Hartog als duorij der, zijn gisteren bij de Proostbrug te We- meldinge met hun motorrijwiel geslipt en tegen de brugleuning terecht gekomen. Beiden werden ernstig gewond en in zorg- wekkenden toestand naar het ziekenhuis to Goes vervoerd. Man overreden. Donderdagavond is op den Rijksstraat weg van Moerdijk naar Willemsdorp de 25-jarige H. Roetink uit Rotterdam door een vrachtauto overreden. De man werd ernstig gewond en in zorgwekkenden toe stand naar het ziekenhuis te Dordrecht overgebracht. IJzel op den weg. Ten gevolge van den Donderdag tot ijs neerslaanden regen op de wegen zijn voor al in Oostelijk Noord-Brabant vele auto's aan het slippen geraakt. Op enkele we gen, van Helmond uitgaande, kwamen daarbij meer dan twintig auto's tegen de boomen terecht. De gevolgen beperkten zich meestal tot materieele schade aan de wagens. Uit Boxtel wordt nog aan de ..Msbd." gemeld, dat daar ten gevolge van de glad heid een zware Fiat-auto over den kop sloeg, na eerst tegen een boom te zijn ge slipt. Dc vier inzittendetn kregen nogal ernstige kwetsuren. Gasverstikking. Te Delft is Woensdagavond de 25-jarige J. van Zon, toen hij in zijn woning aaq den Spoorsingel een bad nam, waarschijn lijk door een lekkage in de leiding door gas bedwelmd. De huisdokter kon sleohts den dood constateeren. Een patiënt verdronken. Een patiënt uit het St. Gertrdisge- sticht te Gorkum is Donderdagavond door de duisternis misleid, in 't water geloopen en verdronken. Treinontsporing te Roosendaal. Donderdagavond te omstreeks zes uur zijn eenige wagens op het stationsemplace ment te Roosendaal uit de rails geloopen. Persoonlijke ongelukken hadden gelukkig niet plaats, terwijl de. materieele schade niet zeer ernstig is. Uiteraard heeft dit on geval eenige stagnatie veroorzaakt in den treinenloop, welke in verband met de Kerstdrukte op dit drukke kruispunt van spoorwegen toch reeds vertraging onder vindt. MOORD TE ROTTERDAM. EEN VROUW DOODGESTOKEN. In een café op den Schiedamschedijk. In den nacht van Donderdag op Vrij dag, omstreeks kwart over twaalf, heeft 'n 26-jarige zeeman, een 31-jarige werkster in een café op den Schiedamschedijk zoo danig met messteken verwond, dat de vrouw, nadat zij naar het ziekenhuis aan den Coolsingel was overgebracht, aan de bekomen verwondingen is overleden. De vrouw is Donderdagavond vrij vroeg in het café op den Schiedamschedijk ge komen en later op den avond kwam dc zeeman, met wien zij wel uitging, binnen. Eerst hebben zij beiden een praatje ge maakt en de zeeman vroeg de vrouw met hem mee te gaan, hetgeen zij weigerde. Toen hij haar vroeg dan iets van hem te drin ken weigerde zij dit ook, waarna eon twist ontstond, welke tengevolge had, dat de zeeman de vrouw een slag op het oog gaf. De caféhouder heeft den man toen uit zijn café verwijderd en de zeeman is daarop eenigen tijd bij de pui van het café gaan zitten. Daar ontmoette hij een man, die blijkbaar met de vrouw had afgesproken. De mannen hebben buiten het café met elkaar gesproken, waarna zij hebben be paald, dat de vrouw zelf moest zeggen met wien zij mee wilde gaan. Kort na den zee man is de ander het café binnen gegaan. Toen niet lang daarna de zeeman het café binnenging bestond er geen aanlei ding hem te weigeren. Bij het binnenko men stond de vrouw bij de toonbank. De zeeman legde toen zoo hebben getuigen verklaard zijn arm om de vrouw en hij vroeg haar iets van hem te willen drin ken. Toen de vrouw dit weigerde mengde de andere man zich in het gesprek, en on middellijk daarop trok de zeeman een mes, waarmee hij de vrouw verscheidene steken toebracht. De vrouw viel op den grond en toen heeft de zeeman haar nog eenige malen met zijn mes gestoken. De kastelein, die ijlings was toegeschoten, heeft den zeeman het mes ontnomen en ook het publiek, dat in het café was heeft ge holpen den man te overmeesteren. Onmid dellijk na het gebeurde nam de dader een onverschillige houding aan. De gewonde is naar het ziekenhuis aan den Coolsingel gebracht, waar bleek, dat haar steekwonden aan rug, borst en buik, in totaal acht stuks, ware toegebracht. Kort na aankomst in het ziekenhuis is de vrouw overleden. De zeeman is overgebracht naar het' po litiebureau aan de Groote Pauwensteeg. Hij heeft bekend de vrouw te hebben gesto ken. Een reden voor zijn daad wist hij niet op te geven. Het mes, dat de kastelein den zeeman heeft ontrukt, is door de politie in beslag geüomen. UIT DE RADIO-WERELD Prograjnma's voor Dinsdag 29 Dec. Huizen, 1875 M. 8.009.15 en 10.00 K. R. O. Gramofoon- platen. 11.30 Voor zieken en ouden van dagen. 12.15 K. R. O. Trio. 145 Gramofoonplaten. 2.00 Vrouwenuurtje. 3.00 Gramofoonplaten. 3.30 Concert (orgel) vanuit de showroom der N.V. v.h. P. J. Beckx de la Fai te Tegelen. 4.30 Sonatencyclus. L. Wijngaarden, viool en J. Ligtelijn, piano. 5.30 K. R. O. Kunstensemble. 6.45 Gramofoonplaten. 7.10 Causerie over Kuituur- en Volks kunst.. 7.50 Uit het Sted. theater Aken: Opera „Hansel und G re tel", Humperdinck. Na de 2de acte Vaz Dias. 9.3012.00 K. R. O.-salon-orkest o. 1. v. M. van 't Woud. Oa. Morgen blatter-wals, Strauss en lste Walsenpotpourri, Robrecht Hilversum, 298 M. 10.0010.30 Morgenwijding en Gramo- foonimuziek. 10.3011.00 „Oudejaarsavond-recepten". 11.0011.30 Viool-recital. 11.4512.00 Graanofoomuuziek. 12.002.00 Omroeporkest. 2.30—4.00 Middagmuziek, viool, pia-no en cello. 4.004.30 W. Inden: „De taak van onze Nationale Jongeren". Daarna gramofoon- muziek. 4.305.30 Kinderuurtje. 5.306.30 Uitzending uit Café-restaurant „La Bordelaise". 6.306.50 Gramofoonmuziek. 6.508.00 Causerieën en gramofoon. 8.009.00 Omroeporkest. 9.009.30 Aansluiting met het concert gebouw te Amsterdam. 9.3010.00 Causerie en gramofoon. 10.00 Va<z Dias. 10.1510.30 Voortzetting Concertgebouw 10.3011.00 Gramofoon. 11.0012.00 Uitzending uit het Carl ton- hotel te Amsterdam. Daventry, 1554 M. 6.50 Grondslagen der muziek. 7.40 Orgelconcert door John Connell. 8.20 „Eric: of Little by Little" een ge schiedenis van Roslyn School van Dean Farrar. 9.55 Operette-concert (Old Favourites 5de serie). 10.5012.20 Dansmuziek door Ambrose's Blue Lyres. Brussel, 337 M. 5.20 Matinee Omroeporkest. 6.50 Gramofoon. 8.20 Concert. Z e e se n, 1635 M. 6.50 Populair concert. 8.30 Uitzending uit Langenberg. Kalundborg, 1153 M. 7.20 „Misantropen" van Molière. 8.50 Vocale duetten. 9.45 Kamermuziek. 10.20 Gramofoon. 10.50 Avonduitzending. Langenberg, 473 M. 5.20 Causerieën. 7.20 Vroolijke avond ten bate der crisis- slachtoffers. „R a d i o-P a r i s", 1725 M. 8.20 „Aida", Verdi, Opera op gramofoon platen. Hamburg 372 M. 5.10 Vroolijk programma. 7.10 „Die lustigen Weiber von Windsor", operette. 10.50 Populair concert. FEUILLETON. ACHTER EEN MASKER Uit het Engelsch HAEDON HILL. 39) Neen, dat is het niet precies meneer dat w-il zeggen, dat is het heele- niaal niet. Ik woon er zoo geriefelijk, dat ik de rest van mijn dagen in Beacon Aud- ley hoop te slijten. Maar zijn lord schap repareert op het oogenblik zooveel aan het huis van mijn buurman, kapitein Vaughan, dat. ik gedacht had dat hij mis schien ook wel wat aan mijn huisje wil de laten doen. Er is een gat in hét dak, meneer Ik begrijp het heel goed, Crowe, in- terumpeerde de ander haastig. U hebt last van lekkage. Ik geloof niet dat zijn lordschap bezwaar zal maken er er in te voorzien en nu uw dwalingen inziet, zal ik bij gelegenheid uw verzoek bij zijn lordschap bezwaar zal maken er in te iets aan het huis gedaan worden? Dan is het beter dat het meteen gebeurd. Meer om tijd te winne dan om iets an ders en in de hoop, dat er iets zou zijn dat een onderhoud met Lord Monksilver persoonlijk noodig zou maken, begon Elisha verschillende gebreken van zijn kleine huis op te sommen. Ravenscar, die blijkbaar gerust gesteld was ten opzichte van de be- 'oelingen van den oude, noteerde wat de- m allemaal opnoemde. Terwijl hij aan 't schrijven was zag Elisha de deur achter den secretaris geluidloos open gaan. Een moment later stond Lord Monksilver in de kamer, terwijl hij zijn secretaris en zijn huurder verstolen gadesloeg. Ravenscar, die met zijn rug naar de deur zat, had het binnenkomen van zijn meester blijkbaar niet gehoord en er was iets in de houding van den edelman dat Elisha direct deed begrijpen dat het ver standig zou zijn om net te doen of hij zoo zeer in gedachten verdiept was, dat hij geen notitie van hem nam. Een halve minuut misschien stond Lord Monksilver met zijn hoofd opzij, toen draaide hij zich plotseling om en keek naar het kleine kastje vlak bij hem. Elisha, die van onder zijn neergeslagen oogleden aandachtig toekeek, zag dat aan een van de lade bos sleutels hing. Er lag een buitengewone sluwe uitdruk king op het gezicht van den pair. Nog met zijn hoofd schuin liep hij vlug en geluid loos naar de lade, blijkbaar in de overtui ging dat hij niet gezien werd, trok deze zachtjes open en liet zijn dunne witte hand naar binnen glijden. Het was onge looflijk dat een burggraaf Monksilver zoo iets deed en Elisha Crowe zou het idee als bespottelijk van zich af hebben gezet, als hij niet het verhaal van kapitein Vaug han pas had gehoord. Het kastje diende voor Ravenscar s persoonlijk gebruik en lord Monksilver had de gelegenheid, dat de sleutels in het slot staken, te baat geno men om zich iets van den inhoud toe te eigenen. Wat was het dat die magere hand zoo begeerig te voorschijn haalde? Elisha was te ver af om zeker te zijn, maar het leek wel een rolletje zilverkleu rig draad een weinig waardevol iets om te stelen voor iemand, die niet aan een manie leedHoe zou Lord Monksilver zich nu verder gedragen? Hij beantwoord de deze onuitgesproken vraag, door de lade zachtjes toe te sohuiven en met zijn pas verworven schat te verdwijnen even ge luidloos als hij gekomen was, door de deur, die naast het kastje was. Elisha was te slim om dadelijk met de opsomming van zijn wenschen op te hou den, maar twee minuten later zei hij: Ik denk dat dit alles is, meneer, 't Spijt me dat ik u zoo veel moeite veroor zaakt heb. U hebt me minder moeite gegeven dan ik verwacht had, antwoordde Ravens car droog. U weet den weg. Maar wacht, voegde bij er met een boosaardigen glim lach bij, u bent een te gevaarlijk mensch om zoo maar door het huis te laten loo- pen. Er zijn heel wat gordijnen en wandta pijten in dit huis en het kan zijn dat u de verleiding weer eens niet zoudt kunnen weerstaan, 't Is dunkt me beter dat ik u tob de voordeur breng, mijn waarde be moeial. Zooals u wilt meneer, antwoordde Elisha gedwee, toen de secretaris opstond om met hem mee te gaan. Ik ben blij dat zijn Lordschap er vanmorgen zoo goed uitziet. Wat, riep Ravenscar terwijl hij stil bleef staan en hem verbaasd aankeek. Hebt u Lord Monksilver dan ontmoet? Ik heb hem niet gesproken maar hij kwam de kamer binnen, terwijl wij aan het praten waren en u zat te schrijven, ant- woorde Elisha met het nuchterste gezicht van de wereld. Ik denk niet dat u hem gehoord hebt. Hij haalde iets uit de lade van dat kleine kastje. Ravenscar keek naar het aangeduide meubelstuk. Toen hij de sleutels in het slot zag steken, slaakte hij een diepen zucht en met een paar groote passen liep hij de kamer door en trok de lade open. Elisha loerde als een tijger en zag dat hij naar adem snakte en nadat hij eenige se conden onbewegelijk was blijven staan, de deur liep, die naar de andere kamer voerde. Hij rukte dezen open en zijn stem, waaruit woedend protest klonk, bereikte Elisha duidelijk. In zijn opwinding had de secretaris ver geten dat hij een toehoorder had. U bent in de lade van mijn particulier kistje geweest, milord, barstte hij uit. U hebt er iets uit genomen, wat mij toebe hoort en ik sta er op dat u het mij dade lijk terug geeft. Iets uit je kastje genomen, Ravens car klonk het verbaasde antwoord van Lord Monksilver. Dat is een dwaze ver gissing van je en je behandelt me wel heel oneerbiedig. Wat voor reden heb je om te veronderstellen, dat ik aan jouw eigen dommen zou raken? Werkelijk je vergeet je schandelijk. Dus uw lordschap ontkent dat u mijn lade geopend heeft? vroeg Ravenscar die er plotseling aan dacht, dat hij een ge tuige bij de hand had. Dat doe ik zeker. Wat heb ik met je rommel te maken? was het booze ant woord. Elisha draaide zich om en sloop weg naar de hall en het huis uit. Hij vermoedde dat Ravenscar hem tot getuige zou roepen en daar voelde hij niets voor. Hij had ge hoord wat hij noodig had en veel meer ge zien dan hij ooit had kunnen droomen. toen hij naar de Priory gestapt was. Zijn plan dat tot nu toe nog vaag en allerminst vast omlijnd waa geweest, nam thans vasten vorm aan. Toen hij over zijn schouder keek terwij! hij door het park liep, zag hij dat er geen poging werd gdaan om hem terug te halen als getuige tegen den leugenachtigen edel man. Maar hij haastte zich toch en bleef niet meer stil staan tot hij het hek had be reikt, dat hem naar de pastorie voerde. Maar het was niet noodig dat hij tot aan het huis liep, want Yvonne Wenslade kwam hem langs de oprijlaan tegemoet. Het meisje zag er overspannen uit en keek den ouden man onderzoekend aan. Ik geloof vast dat u wat gevonden hebt. Ik zie het aan uw gezicht. meneer Crowe, wat is het? zei het meisje. Bevrijding van uw broer, miss, en de ontdekking van den moordenaar, als u me wilt helpen zonder iets te vragen, zei Elisha in één adem. Hebt u Phyllis gevonden heeft zij u verder geholpen met wat u dacht in de stu deerkamer gevonden te hebben Een pijnlijke trek gleed over het ge zicht van Elisha, toen hij bedacht dat. wat voor hem persoonlijk het voornaamste was, nog niet was ontdekt en dat als Phyl lis Vaughan in gevaar verkeerde, dit groo- ter zou worden als hij zijn naspeuringen voortzette. Maar hij kon een onschuldig man niet den dood tegemoet laten gaan ter wille van een onbewezen vermoeden. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9