ADVERTENT1EN 23ste Jaargang DINSDAG 22 DECEMBER 1931 No. 7085 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN DE ZUIDERZON TEGEMOET. BINNENLAND DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal Bij onze Agenten 20 cent per week f2.60 per kwartaal Franco per post f2.95 per kwartaal Het Ge-llustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent, mét Geïllustreerd Zondagsblad 9 cent. TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 I GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11 DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT: Gewone Advertentiën 30 cenl per regel. Voor Ingezonden Mededeelingen wordt het dubbele van het tarief berekend. Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin betrekkingen worden aangeboden of gevraagd, huur en verhuur, koop en verkoop f 0.50. EEN REIS NAAR HET HEILIG LAND door Dr. FELIX RUTTEN. TRIëST, 16 December 1931. De eerste dag. Mijn hemel ,wat is dat eenvoudig om naar Palestina te gaan! Heb je er vooraf niet geducht of in ieder geval wei een beekje tegen opgezien?.... Welnu, je stapt te Botterdam naar het station op het aangegeven uur, waar do vrienaelijke directeur van het reisbureau „Europa Express" je wacht, je verwelkomt: en, met het Kaartje dat hij je ter hand stelt, stap je in de geieedstaande trein en ver trekt met de overige leden van het ge zelschap. Alles op wieltjes; het loopt van zeil. is dit niet eenvoudig ais pompwaten? We zijn nog wat „groen" voor elkaar: allemaal nog een beetje onder den indruk van het vertrek. Zoo plotseling tusschcn niets dan vreemde mensohen, in e$n gere- serveerue coupé „voor Palestina", voelt men zich, als „bedachtzame Hollander" toen nog een tikje vreemd! Maar dat went wel. België ligt onder den nevel, op dezen 14den December, net ais Holland, dit eeuwige land van mist en regen, zooals een onzer vadedandsche dichters 't liefe lijk uitdrukte; alleen al door dien versre gel zou hij onvergetelijk voor ons zijn. (Jok Luxemburg ligi onder den nevel. Het is nacht als we door Lotharingen heen sporen. «Straatsburg blijft niets dan een klank in onze ooren: het is met eens een schreeuw in het duister. Colmar, MuhJ- house.... Dan zijn we in Bazel, tegen tien uur. De stad is uitgestorven. Alleen maar brandende stiaatlantaarns op straat. Fn dan maar heel gauw naar bed in het hotel waar ailes wacntte in gereedheid. Er is dezen eersten dag heelemaal niets ge beurd. Er was alleen maar nevel. Er gebeurt iets. De tweede dag. Er dreigt weer niets le gebeuren, na de emotie van het vroege op staan en de rit naar het station door do verlioüte, uitgestorven straten. ALle lion- ten zijn nog op. Voor het groote stadhuis beginnen <ie groente,verkoopers reeds mei- hun uitstallingen in de nacntelijke ver hea ting. Met is alsof er geen nacht van ver- kwiKKenden slaap lag tussohen het beetd van gisteravond en van dezen morgen in Bazei. m aen trein wordt stevig ge^ut. De nacnt duurt nog maar wy sporen verder. Dok- Zwitserland ligt onder den nevel. Er is weinig of mets te zien. Heeie stfeken liggen onuer een licnte sneeuw. De bodem is steenhard gevroren. De dorpen en stad jes zien er zoo koueiijk uit. Hoteis en villa a gesioten. Wegen en straten leeg. Een beetje wasoiigoed aan de gespannen lijnen onder de Doornen der tuintjes en wat magere rook pluimen, die uit de schoorsteenen opkron- kelen. Daar weer oen dal, beter bescüut kiaarblijxeiijk en daarom vrij van sneeuw. Maar alles, verstald in de koude van den winter. Baarden van ijskegels aan de rot sen, waar we rakelings aan voorbijrijden. Ook van Luzern zien we mets. De stad is geneel overneveld. Het lijkt alles erg, erg koud. En alles is grijs. De hemel potdieut en de wereld voor zoover we ze zien, wel haast uitgeleefd. Maar de slapers zijn wakker geworden. De naam Luzern deed ze ontwaken. Nu komt immers het wondeibare meer! Het Vierw-oudstedenmeer, waarvan wij ons de blauwe betoovering herinneren van vrue- ger toen het zomer was, en de dagen zon nig en warm. Maar we zien nauwelijks iets van water spiegeleneen vage watervlakte. Alles gaat verloren in den nevel. En wij troosten ons al met de gedachte; ons doel ligt immers verder. Het is hier al met be ter dan in het mistland thuis. En tpoh blijven we naar buiten kijken. Ie het met alsof er iets weifelde in die grauwe lucnt? Wonuerujk, kijk: hier hangt ze grijs over het lanuschap en daaiginds weer donker-grauw, grauw-blauw. Nu spo ren wc door wilde-ruts-partijen, bergen en ravijnen met dennenbosschen. De hoogten klimmen hooger, de (diepten vernauwon zich. Met landschap wordt wild verscheurd, fantastisch. Alles is dicht besneeuwd en wit. En daar opeens klinkt een kreet, een bewonderende uitroep. Wij steken de huof- den bij elkaar, springen 6p, stormen naar de raampjes. Een schok is door ons allen heengegaan. Uitroepen van verbazing, van blijdschap wisselen elkaar af. Tochtgenoo- ten, die elkaar nog met gesproken hebben, wisselen woorden, waarin plots ©en hee4e ziel trilt. Mijn eigen hart is opgesprongen: wij hebben de zon gezien. Ergens uit het diepe bergland boort een soheipe kegel in de morgenlucht: een een zame wacnter tusschen de andere toppen, maar hooger, heersohend. En deze ziet de zon. Hij draat den zonneschijn op zijn flan ken. Hij staat daar, ged-ost in het licht, als een gouden ridder iu stralende rusting. Hij rijst er als een belofte, als een zegetce- ken. Voorzegger van schoone, wondere ge beurtenissen en verkondiger van schoon heid. Wij zien hem, hooren zijn verkondi ging en begroeten hem met uitbundige vreugde. Hij ziet de zon en den hemel van Italië. En wij zijn verrukt van louter dankbare vreugde. Allen staan we uu voor de raampjes en we loopen van links naar rechts door de ooupé's. iedeieen werd uitbundig. Wij zijn als kinderen en geven ons over aan deze jonge blijdschap. Wy drinken ze met volle teugen. En aldoor rijzen nu, her en der, ook an dere witte sneeuwkammen op, die den zon neschijn dragen. Zij fonkelen en lichten als van louter zilver. Waar de zon ze beschijnt, dragen ze 1 tusschen het wit en het donker van het oubeschenen landschap in, een wonderen, rozigen glans. Heele rotspartijen en berg flanken, heele ruggen van besneeuwde hoogten, blinken ons lokkend en lachend toe. Wij spoten een betere wereld tege moet. Het land der zon, het zonnige en ge zegende zuiden, nadert. ik heb mijn horloge laten staan op Hol- landsohen tyd, om nog lang in gedachten by mijn lieve vrienden te zijn. Het was juist hall negen in Holland toen de eerst© zonnefonkeling ons verrastte. Het is eerst bij half elf op mijn horloge, als de oei klinkt, die ons in den trein aan tafel roept. Daar mag dan toch wei met een half lleschje „chianti" de vreugde van deze ver rassing gevierd! üp dit oogenblik ligt het zuidelijke bergland van Bellinzona onder Mei-blauwe lucht in stralende zonneschijn voor ons. Vandaag is heusoh iets gebeurd. In mijn dankbare stemming zeg ik voor mezelf, dat er groote dingen aan ons geschied zijn. Do dag, dat men Italië mag weerzien, en. de zon terugvinden, moet in 's levens dag boek worden aangestipt met sterretjes, en niet zuinig. Terug in Italië. Het is iet-s wonderlijks met dit land, waarvan de diohters droomen en zingen en waar onze gedachten uit mist en regen zoo vol heimwee naar uitgaan 1 „Weisohlaud, wie bist du so sohünHoevelen hebben niet beproefd de bekoring daarvan uit te zeggen. Maar onze woorden omvatten de zonnige schoonheid dezer gezegende streken niet. Men moet dit eenmaal zelf doorvoeld hebben. Doch-ook: wie kan zich deze ont roering denken: zoo even nog troosteloos heid van lichtloozen winter en sluieren den mist; dan door den S. Golharttunnel, een kwartier lang, zoodra de bergen dan wijken, licht alles vol zonneglans en baadt de hemel in luister en glorie! En hoe verrukkelijk dan te zien, hoe het landschap zelf „ltaliaansch" wordt. Geen sneeuw meer. Het is als vroeg voorjaar. De mannen werken in de hemdsmouwen; vrou wen zitten buiten te breien. Groote wijn- plantingen en maïsvelden overal. En waar we kunnen, als de douane voorbijgegaan ts, springen we naar buiten op het perron, la ten de zon op den schedel schijnen en ge nieten het oogenblik. f^en Engelsch schrij ver heeft gezegd: wanueer ik den bodem va-n Italië betreed, heb ik een gevoel alsof ik thuis terugkeerde. Niemand kon het be ter uitdrukken. Zóó gevoel ik het telkens weer. En als we nu gegeten hebben in den schommelenden wagen, waar het zoo warm is, dat ik moet vragen om luchtvervet- sohing, sporen we voorbij aan het meer van Lugano. Laat 'k nu maar met éen woord zeggen, dat dit was als een sprook je. Na de droefheid van den neveligen morgen en de herinnering aan den vader- landschen mist, werkte het tooverachïig gezicht van dit landschap nog onstuimiger. Men ziet het diepe meer uit het spoor- raampje en de prachtige be;gen daarom heen. Wij ontwaarden de eerste cypressej. De dorre platanen, die een net van twijgen spanden voor het gezicht, waren als ge kleurd door het zonlicht tot een vreemd en rozig spinsel. Het was als hielden zij het voorjaar reeds met hun vingers vast. De bergen, van alle loover ontdaan, rezen daar op ui hun dorte, leeg en kaal: maar de rot sen, de bodem, de bergen, zooals ze daar zonder loover stonden, namen heel onbe schrijfelijke tinten aan. Zij waren bruin rood in het licht; zij werden paars in de schaduw. Zij rezen er als rozig in een bloeiend waas van louter glans. Het witte gespikkel der huizen over het heele panora ma heen, tot hoog tegen de bergen op, ver levendigde 't kleurig beeld. De ijle damp van het blauwe water steeg, was teer be- roosd, en zelfs de verr^ hemel, diep tus schen de insnijdingen der bergen, nam tin ten aan van rozen en kyacinthen. Het was een droom. En even aandoenlijk-mooi was verder-op het gezicht van het meer, waar het tus schen zijn versmalde oevers ligt en de om ringende bergen weerkaatst als een zuivere spiegel. Het is prachtig. Ik weet voor me zelf niet, of dit meer van Lugano mooier is dan 't Gardameer bij Riva. Wat doet het er ook toe? Het zijn parels; het zijn poé- men. Nooit zal het geslacht der stervelin gen moede worden de eeuwige schoonheid hiervan te bezingen. Gelukkig zij, die schouwen en bewonde ren mogen. En bij die schoonheid vergeten we nevel en kou, en alle mest en mist van het noorden der „Nevelingen" ,om alleen maar dankbaar den dag te loven, die deze kostbaarheden in zijn azuren schoot draagt. En van zelf breiden wy den „zonnezang" van St. Francicus uit met een laatste strophe: „Gezegend zijt Gij, o Heer en Schepper, voor de emdelooze en geheel on zegbare schoonheid van het door U zoo dui zendvoudig gezegende land Italië Om half twee komeu we, opgetogen en blij, en in hooge mate dankbaar gestemd vóór dezen prachtige:; inzet onzer reize naar het land. van Overzee, het station van Milaan binnen. V* Gevolgen van tweeslachtig heid. De S. D. A. P. moet in deze dagen de wrange vruchten plukken van naar twee slachtige houding haar zwenken tus schen evolutie en revolutie, tusschen her vormen en ten onderste boven gooien. Zij heeft heel wat te verduren voor haar zitting nemen in nationaal en plaatselijk crisis-comité. In eenzelfde nummer van het soc.-dem. dagblad „Vooruit", dat van dezen ochtend, lezen we onder elkaar: Op de gewestelijke jaarvergadering van het partijgewest Gelderland der S. D. A. P. werd de volgende motie aangenomen, ingediend door de afdee- ling Arnhem III: „Het gewest Gelderland, kennis ne mende van het feit, dat de minister niet goedkeurt een besluit van Maat schappelijk Hulpbetoon te Arnhem tot een uitkeering ineens aan werk- loozen, die hiervoor wegens langdurige werkloosheid in aanmerking zouden komen en zijn verwijzing naar het „Juliana-comité", keurt het zitting ne men van partijgenooten in dit „Ju liana-comité" af." De afdeeling Leidschendam-Veur der S.D.A.P., gehoord hebbende het feit dat partijgenooten zitting hebben genomen in het Crisis-comité, spreekt haar scherpste afkeuring hierover uit. Zoo wreekt het zich in de S. D. A. P zelf, dat de leiders geen open en klare politiek voeren wat ook buiten de par tij nadeelige resultaten heeft. Ook zal weer met ingang van 1 Januari a.s. een nieuw onafhankelijk socialistisch weekblad verschijnen van den linkervleu gel der S. D. A. P. onder den naam van De Fakkel, onder redactie van de heeren F. v. d. Goes, J. de Kadt, P. J. Schmidt en toegevoegd als redactie-secretaris J. Nu- nes Vas. Een en ander staat in verband met het uittreden van de heeren De Kadt en Schmidt uit de redactie van de Sociaal De mocraat, het discussieblad, gesticht door het Partijbestuur der S. D. A. P. na ophef fing van het oude weekblad der linksche oppositie De Socialist. Alles gevolgen van tweeslachtigheid Dat het oude, heilige Kerstfeest van jaar tot jaar in en door een verdwaas de wereld hoe langer hoe meer tot een dag van openbaar amusement wordt gebruikt, is een reden van stillen wee moed voor ieder, die aan dè religieuze wijding en bcteekenis van dit feest wil" vasthouden. Maar dit jaar treft het toch wel bijzonder sterk. Door felle zorgen gestriemd ligt daar de wereld, de samenleving, de mensoh-heid. Wel vaart, moraliteit en cultuur worden aan alle kanten bedreigd. ^Zoo ooit, dan zou er ditmaal alle aanleiding zijn, om het oudste feest der christen heid met eerbied te vieren en om voor de zwarte zorgen van dezen tijd even, in de rust van het gezin en in de wij ding van de Kerk, uit de heilige tradi tie van dit feest kracht te putten èn hoop op een nieuwe toekomst. Dat wij, Katholieken, toch het Kerst feest.... beschermen, door eigen voor beeld VBescherming van het Kerstfeest Oit nummer bestaat uit drie bladen In de laatste jaren wordt het Kerstfeest, speciaal in Duitschland, hoe langer hoe >r verwijderd van zijn godsdienstigen grondslag, zoo schrijft het „Hbld.". Te Marburg heeft een „Arbeitsgemeinschaft der evangelischen Verbande" een „bescher ming" van het kerstfeest op touw gezet. Deze commisie heeft aan ruim honderd organisaties een circulaire gezonden om op herstel van godsdienstige Kerstviering aan te dringen. Wat in Duitschland geschiedt ten op zichte van het Kerstfeest, moet ook in ons land worden geconstateerd. Den avond vóór Kerstmis begint men het feest al te „vieren" met feestpartijen buitenshuis of in huisen zoo wordt de vie ring op de Kerstdagen zelf voortgezet! De liberale „Avondpost" schreef on langs VOORN AAMSTF NIEUWS BUITENLAND. De vaststelling van Duitschlands beta lingscapaciteit. (Buitenl., 2de blad). Mussolini's broer Arnaldo overleden. (Buitenl. 2e blad). Nieuwe Japansche opmarsch in Mands* joerije. (Buitenland, 2de blad). Groote brand in het „Alte Schloss" te Stuttgart. (Buiteul. Berichten, 2de blad). BINNENLAND. Overleden is Staatsraad prof. mr. D. P. D. Fabius. (1ste blad). Een protestvergadering van landbouw organisaties te Gouda. (1ste blad). Moordaanslag te Opende en zelfmoord. (Gem. Berichten 3de blad en Laatste Ber.) De K. N. V. B. heeft de voetbalvereni ging „De Ooievaars" buiten het bondsver- band geplaatst. (Sport, 3de blad). LEIDEN. De gemeenteraad heeft de Rijkssubsidie (met de daaraan verbonden voorwaarden) voor wrekloozensteun aanvaard na een debat van ruim zeven uur. (3de blad). OMGEVING. Een ernstige aanrijding te Langeraar. (4de blad). NATIONAAL CRISIS-COMITE. Bij het Nationaal Crisis-Comité is sedert de vorige opgave aan giften 85.787.51 binnengokomen, waardoor het totaal is ge stegen tot 277.508.56. HEEFT U NOG OUDE GULDENS? Na 31 December wordt niet meer ingeruild. De Minister van Financiën brengt ter al gemeens kennis, dat het na 31 December 1931 niet meer mogelijk zal zijn de buiten omloop gestelde guldens, welke een vroe ger jaartal dragen dan 1920, bij de postkan- toreu, bij-postkantoren, hulp-postkantoren en poststations in te wisselen. DR. FELIX RUTTEN BE- GINT IN DIT NUMMER MET EEN REISBESCHRIJ VING NAAR PALESTINA Bladz. 1 WIJ GEVEN EEN UITEEN ZETTING VAN DE NIEUWE DRANKWET Bladz. 5 ZUIVELPRODUCTEN NAAR AMERIKA. Nieuwe voorwaarden voor den invoer? Van de Ned. Kamer van Koophandel te New-York is telegrafisch berioht ontvan gen, dat een wetsontwerp bij het congres der Ver. Staten is ingediend, inhoudende, dat zuivel-producten slechts in de Ver. Sta ten zouden worden toegelaten, indien af komstig van bedrijven, waarin geregelde inspectie door Amerikaansche ambtenaren wordt toegestaan. Aangezien in de Ver. Staten ieder lid van het congres het recht beeft, wetsont werpen in te dienen, is de kans, dat een dergelijk wetsontwerp nooit wet wordt, vele malen grooter, dan zulks met een Nederlandsch wetsontwerp het geval is. Dat intussohen bet onderhavig ontwerp in Amerika wel degelijk belangstelling heeft getrokken en als ernstig beoordeeld wordt blijkt uit het feit, dat heden te New- York de buitenlandsche Kamers van Koop handel der landen, die belang bij export van zuivelproducten op de Ver. Staten hebben, in spoedvergadering bijeen komen ter bespreking van deze nieuwe poging tot, beperking van den invoer. UITSLUITEND BIJ VOORUIT- BETALING VANAF HEDEN TOT EN MET 28 DECEMBER AS., IS DE GELEGENHEID OPENGE STELD: AAN ONS BUREAU. BEZORGERS IN DE STAD, EN BIJ ONZE AGENTEN, OM IN HET NUMMER VAN 31 DE CEMBER DEN GEBRUIKE- LIJKEN NIEUWJAARSGROET TE PLAATSEN. DE PRIJZEN DEZER ADVERTENTIEN ZIJN 1— 4 REGELS0.50 S— 8 1 9-12 1.50 13-16 2— DE ADMINISTRATIE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 1