WEEK-END
LIED VAN DEZEN TIJD
ZATERDAG 12 DECEMBER 1931
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 3
AFDEEL1NG LEIDEN R. K. DIOC. VROUWENBOND
Deze rnbriek verschijnt des Zaterdags om de veertien dagen. Brieven, vragen
en mededeelmgen te richten aan één der redactieleden: Mejuffrouw Jo van der
Laan, Kijnsburgerweg 20, Leiden; Zr. L. van den Abeelen, Willem de Zwijger
laan 25, Uegstgeestj- Mevr. Fehiners—Boer—Knottnerue, Warmonderweg 37.
H. LUCIA.
Morgen 13 Dec. viert de Kerk het feest
van deze heilige, die in de 3e eeuw in Sy
racuse geboren werd en later de patroon
heilige uezer stad geworden is. Tegen haar
wil in werd ze dour haar ouders met een
heidensch jongeling verloofd. Haar moeder
had lang aan een ernstige kwaal geleden
en werd nu door de H. Lucia overgehaald,
om haar op een pelgrimstocht naar het
graf dor H. Agatha te vergezellen, en te
bidden, dat ze genezen mocht worden.
Terwijl zij daar bij het graf zaten te bid
den, zou de H. Lucia in een visioen de H.
Agatha gezien hebben, welke tegen haar
zeide: „Met recht ben je Lucia (u.i. lio.it)
genoemd; want je zal een licht en een spie
gel zijn voor de gelouvigeu", en er aan toe
voegde, dat haar gebed verhoord was, en
dat haar moeder zou genezen, in haar blijd
schap over haar herstel gaf haar moeder
aan de H. Lucia toestemming, om zich
zelve aan den dienst van God toe te wijden,
en haar gauscueu bruidsschat als aalmoe
zen onuer de armen te verdoelen. Doch
toen do jungeling, met wien ze verlootd
was, dit besiuit vernam, werd hij zoozeer
door woede overmand, dat hij ging aan
brengen, dat ze christen was. Ze weid voor
den stadhouder gedaagd, die haar dwong
voor de algoden te olieren. Ze weigerde
en werd weggebracht om door folteringen
te moeten genourzamen. Niets deerde haar,
ook het vuur niet. Toen doorstak een ol-
daat met z n zwaard haar hals, waarop ze
stierf.
OFFICIEELE MEDEDEELINGEN.
Jaarvergadering.
De jaarvergadermg, waarop de secreta
resse ingevolge art. 10 uer statuten tiet
jaarverslag ter goedkeuring moet aanbie
den, zal gehouden worden op 21 Januari
1032 dos avonds te kwart over acht in de
Kleine biadsgenoorzaal. Volgens art. 3 van
het Huisiiouoelijk Keglemeut zal in deze
vergadering ook het terslag der Commis
sie, die de kas en de boeken cfer Penniug-
meosteresse gecontroleerd heeft, worden
uitgebracht. Tevens zullen op dien avond
de jaarverslagen van alle onderafJeelingen
worden uitgebracht. Een mooie avond, dus,
waarop ieder zich geheel van het doen en
laten der vereeniging en hare onderafdee-
lingen op de hoogte kan stellen.
Het bestuur zal dien avond ue leden een
kopje thee aanbieden.
Bestuur.
Dit jaar zijn aan de beurt van aftreding:
mojuürouw H. van der Meor, mevrouw C.
Croyghton-Léuutand en mevrouw C. H.
Gibbon- van den Heuvel, welke allen her
kiesbaar zijn, en mevrouw M. van dor
Hart-Bootsnia, welke niet herkiesbaar is.
De verkiezing zal plaats vinden in de jaar
vergadermg van 21 Januari a.s. Het bestuur
vestigt hiervoor do aandacht op artikel 5
van het Huishoudelijk Reglement, dat o.in.
bepaalt:
„leder tiental leden heeft recht zooveel
candidaten te stellen, al3 er vacatures zijn.
De namen der candidaten moeten op een
ondertoekende lijst uiterlijk veertien dagen
vóór de verkiezing bij de secretaresse van
het Dagelijksch Bestuur zijn ingeleverd.
Zij, die candidaten voorstellen, moeten
zich te voren hebben overtuigd, of deze
eeno mogelijke keuze zullen aanvaarden''.
Theemiddagen.
De eerste goed geslaagde theemiddag is
geweest. Dra volgt de tweede. Deze zul
worden gehouden op Donderdag 14 Januar'
1932. In de volgende rubriek zal de plaat
van bijeenkomst worden opgegeven. Pr«.f.
van de Wiel zal dan een causerie houden
over Gregoriaansch. Dames, die u voor de
gehoelo serie middagen hebt opgegeven,
houdt dien middag dus vrij I
Excursie.
Voor de excursie op Dinsdagmiddag, 19
Januari a.s., naar de Boteroentrale te Rot
terdam hebben zich 20 leden opgegeven.
Tot 10 Januari a.s. bestaat uo ggelegenheid
tot opgave, het reisgeld a 1.40 zal vóór
dien datum worden opgehaald.
Oudersavond.
Voor dezen avond verwijzen wij naar
de recensie in de „Leidsche Courant" an
Donderdagavond j.l. De zaal was goed be
zet. Wei niet geweest is, heeft heel wat ge
mist.
In een van de laatste vergaderingen van
de Haagsche afdeeling van den R. K. Vrou
wenbond heeft prof. Féron do volgende le
zing gehouden, die wij om z'n belangr.jk-
heid ook gaarne onder de aandacht van
onze leden willen brengen.
Prof. Féron wilde spreken over het
ideëele huwelijk.
Spr. wilde dezen avond den zin en de
diepte van de encycliek van Pius XI over
het huwelijk duidelijker maken.
De psyche der huwelijken is niet meer
zoo stevig als vroeger. Geen macht en vrije
wil mogen aan het huwelijk, dat oen dour
God gemaakt levensinstituut is, raken. Er
ligt in het huwelijk een wilselement, het is
geen louter lichamelijk maar ook een ziels-
erbond. Under de zegeningen voor net
huwelijk springt het eerst naar voren: net
kind. Het Christelijk huwelijk mag zich
nooit stollen vijanuig tegen het kind. Vrij
willige onthouding wegens ernstige en goe
de redenen is geooriooid, maar de Kevk
verzet zich tegen misbruik der lusten.
Ook het opvoeden van dit kind behoort
tot do plichten van het huwelijk. Zich of
feren van den morgen tot den avond cn
's nachts, dat is het work van vader en
moeder. Opvoeden is het vormen van ver
stand, wil.
Huwelijkstrouw wijst niet alleen op iets
onbreekbaars, zij is vooral liefde, het ge
heim van het huwelijk. Liefde schept orde.
Het huwelijk 19 in het Nieuwe Testament
in zekeren zin een priesterschap geworden
uoor de zegening van het Sacrament, het
bonum sacramenti. Gelijk priesters zijn ge
roepen om allen Le heiligen, zoo zijn de
ouders geroepen om de kinderen te heili
gen. Wanneer een vader en een moeJer
geen organen van heiliging voor de kinde
ren zijn, was het huwelijk beter niet geslo
ten.
Bij de huwelijksvoorbereiding moet men
zich bewust zijn, dat iets waarvoor wij
niets over hebben ons niets waard kan zijn.
Voorbereiding moet een tijd van ernst
zijn waarin offers gebracht worden.
Er bestaat tegenwoordig het gevaar, dat
het ideaal van het moederschap te natuur
lijk wordt gesteld. Een meisje, dat maagde
lijk blijft stelt zich dan de vraag: Als ik
kloosterlinge zou worden, zou ik dan lager
staan? Het moederschap is alleen mooi,
wanneer het bestraald wordt door het do-
vennatuurlijke licht. Daar moeten wij tan
denken, vooral ook de jeugdleidsters. Wij
moeten heilige kinderen krijgen, daar mag
niets te veel voor zijn.
HET IS ZALIGER TE GEVEN, DAN TE
ONTVANGEN.
Een druilerig regentje, niet hard, niet
zacht, maar precies genoeg om iemand na
een paar uur kletsnat te doen zijn, dat was
het weer wat de dames vergezelde, die
huis aan huis met een vriendelijk gezicht
een kleine gave vroegen voor de vereeni
ging „Hulp in de huishouding en de babij':.
Het schoone doel stond ons hardnekkig
den gansohen dag voor oogen, deed ons de
toeslaande deuren, de minder vriendelijke
gezichten, het soms lange wachten, als
niets tellen. Enkel dat mooie doel, een zon
nestraaltje brengen, wat zorg wegnemen,
daar waar een kleine wereldburger ver
wacht wordt en de benoodigdheden al
even schaars zijn als in het stalletje te
Bethlehem. Bij alle vreugde over de goed
heid der inenschen, leert ons zoo'n dag veel
van wat we zelf moeten nalaten wanneer
anderen zich, al is het dan met een andere
strekking, een ander doel, hui» aan huis
wat geld bijeen trachtten te bedelen. Het:
„Wij geven niet aan de deur, of, wij geven
niet aan Protestanten, of wij geven niet
aan neutralen" moet uit de mond van een
goed Katholiek niet gehoord worden. Be
grijpelijk is, dat go liever geeft aan eigen
geloofsgonooten, maar een kleinigheid in
eon bus gestopt, zal u niet armer maken
en werkt zoo bemoedigend op degene die
vraagt.
Aardige momenten zijn er ook bij zulk
werk. Bij een groote gift te hooren: „Ja,
Zuster, ik heb zelf kiuoeren, dan weet men
wat het zeggen wil, zoo'n peuter niet met
warmte te kunnen ontvangen, omdat zoo
veel noodigs ontbreekt of aan een huis te
rug geroepen te worden omdat men eigen
lijk toch wat meer wilde geven. Hoe goed
doet het niet van een leverancier, die te
gelijkertijd belt, ongevraagd een gift te
krijgen. Ondanks het slechte weer, voel je
een groote blijdschap, wat zijn er toch nog
veel goede en vriendelijke menschen in de
wereld met hoeveel vreugde geven velen
oen kleinigheid van een dikwijls toch zeer
j beperkt inkomen.
I En als daar straks vele gezinnen geluk
kig gemaakt zullen worden met een Kerst-
gave, laten ze dan niet vergeten een ge
bedje to storten voor gevers en geefsters.
BIJ ADERVERKALKING van hersenen en
hart knn door het dagcljjksch gebruik eencr
kleine dos'is natuurlijk „Franz-Josef' bitter-
water, bereikt worden, dat de patiënt zonder
sterk to persen ontlasting hcett. 11418
KATHOLIEKE KERSTVIERING.
De hedendaagsche tijdgeest dringt bru
taal door in heel onze samenleving. Alles
valt hij aan, wat uitgesproken christelijk,
katholiek is. Van ons innig, heilig Kerst
feest heeft hij in vele gezinnen slechts n
stuitende banaliteit gelaten, 't Goddelijk
Kind moest weg, daarvoor 'n kerstman, een
soort kabouter met witte baard; geen oid-
dende herders, geen Engelen, die vrede
bieden aan de menschen van goede wil
neen, een kerstman met hulst en maretak
ken, die zilveren appels brengt en snoep,
kerstkoeken en kerstkransen; en 't avonds,
zoo mogelijk, kerstbal 1
'n Christelijk gemoed komt in opstand
bij zoon profanatie van 't alerheiligste
Korstmysterie.
Daarom verlangen wij de oude, katho
lieke Kerstviering, zooais tranciscus van
Assisi ze ons te i^reccio heeft geleerd. We
willen weer de kerstkribbe in ons gezin.
En die kerstkribbe bouwen wij zeil voor
onze kleine Koning, thuis.
Zoo wordt Christus, vooral in de kerst-
tijd, 't lichtende middelpunt van ons ge
zin. Want uat innig taioreel van 't god
delijk Kind, in do knobe, omringd door Ma
ria, Josepn, Engelen en herdeis, zal voor
kinderen en ouderen 'n stille, maar vrucht
bare meditatie zijn, 'n meditatie ovor 't
grootste aller geneimen.
't Armo Kind liggend op 'n handvol struo
zal de weigestolueu soberueid leeren, de ar
men sterkte om 't moeilijke leven moedig
te dragen.
Zoo brengt de kerstkribbe zegen in huis.
Cm nu ue heerlijke gewoonte, 'n kerst
kribbe ui het gezin te plaatsen, zoo kracu-
tig mogelijk te bevorderen, hebben we 'n
Kring geslicht tot bevordering van de ka
tholieke kerstviering.
Hoe die tot stand is gekomen en wat er
aan vooral ging, zal u onze secretaris zeg
gen, die ik hierbij 't woord geef.
Reeds eenige jaren is er in ons land, bij
de Katholieken, een merkbare drang te De-
speuren, om de Kerstkribbe weer in eere te
herstellen.
Het was in 1927, dat het Sint Janspatro
naat te Arnhem, voor het eerst kerstiiguur-
tjes ging uitzagen. Up de tentoonstelling
der Patronaten te Aruiiem 111 1928 werden
deze tentoongesteld. Eenigen tijd later
ontving ik van Z. H. Excel. Mgr. Hopmaus
een schrijven om inlichtingen voor het ma
ken van Kerstkribben.
Naar aanleiding vau de bentoonstelling
te Arnhem, heeft de Weieeny. heer A. van
Hofslot, Kapelaan te Renkum, in de win
ter van '28 een cursus geopend, waar jon
gens, onder leiding van eenige iieeren,
beeldjes leerden uitzagen en stalletjes tim
meren. Zij werden bij de jongens thuis op
gesteld. De resultaten waren verrassend,
met alleen de jongens, maar ook de ouders
waren met de Kribbe ingenomen en in me
nig huisgezin hebben Vader en Moeder,
als om strijd, medegeholpen en het mooi
ste plaatsje uitgezocht.
Middelerwijl was ook de R. K. Vrouwen
bond te Breda met de propaganda begon
nen en met veel succes.
De ondervinding te Renkum opgedaan
was ons een aansporing om verder te gaan
en in het najaar van 1930, heeft zich daar
een comité gevormd mot het doel, een ten
toonstelling van Kerstkribben te houden.
Deze tentoonstelling is een groot succes ge
worden. Honderden, van heinde en ver,
hebben haar bezocht. Ze bestond uit drie
afdeelingen
1. Kribben gemaakt door jongens van het
Patronaat;
2. Kribben vervaardigd door leden van
Jonge Werkman, Werklieden Ver. en an
deren;
3. Kribben van kunstenaars, uit binnen-
en buitenland.
Maar niet alleen de Parochie Renkum
en R. K. Vrouwenbond te Breda hebben
geijverd voor de Kribbe, ook de Paters
Franciscanen en Pater Schieffer, voorzit
ter van den Duitschen Kettelerbund 111
Limburg, hebben niet stil gezeten. Zoo zijn
in „De Tertiaris" van Augustus 1930 en
Maart '31, belangrijke artikelen verschenen.
Pater Schieffer heeft in 1929 met zijn man
nen Kerstkribben gemaakt en in 1930 te
Heerlen een tentoonstelling en Kribben-
avonden gehouden. Vele anderen hebben
j propaganda gemaakt en zoo kunnen we
zeggen dat m Nederland de Kribbe-bewe-
ging in volle gang is.
In September en Uctober 1.1. kwamen bij
mij reeds brieven in, 0111 inlichtingen over
het maken van kribben, het organiseeren
van Kribbe^avonden, kerstspelen enz. Begin
November had de stroom van brieven zoo n
omvang aangenomen, dat het beantwoor
den niet bij te houden was. Toen heeft Di-
I rektor Friedr. Dücker, voorzitter van de
„Landesgemeinschaft der Krippenfreun-
I de" mij het voorstel gedaan om een derge-
j lijke vereeniging in Holland op te richten.
I Met pater Schieffer hebben wij toen het
een en ander besproken. Hierop werden
eenige personen uitgenoodigd tot een bo-
1 spreking en zoo kwamen te Arnhem op 23
1 November 1.1. bijeen: Pater dr. Hugo Dau-
I send U.F.M. Geestelijk Adviseur van de
„Landesgemeinschaft der Kripponfreunde
in Rheinland und Westfalen", Pater P.
j Schieffer, voorzitter van den Deutsohen
I Kettelerbund in Limburg, Pater Perpetuus
Palant O.F.M., Commissaris der Derde Or-
j de te Woert, mej. Chr. Bak, directrice van
het Centr. Bureau v. Dioc. R. K. Vrouwen-
bonden, de heeren Bernard Verhoeven en
I Hub. Herkuleijns.
Allen waren het er over eens, dat er iets
gedaan moest worden en het resultaat van
de bespieking wps: de oprichting van de
„Kring tot bevordering van de Katholieke
Kerstviering".
Doel en streven
1. Hij beoogt, het zuiver begrip voor en
PROF. G. COBET, in leven hoogleeraar
aan de Leidsche Universiteit, over wiens
straatje" onze medewerker zijn serie
week-end's schreef.
de religieus en cultureel waardige viering
van het Kerstmysterie op te wekken en te
bevorderen.
2. de middelen hiertoe zijn: tentoonstel
lingen van voorbeelden van Kribbekunst,
onderricht in het zelf bouwen van kribben,
Kerstkribbefeesten, Kerstspelen, voor
drachten, lichtbeelden en verspreiding van
Kerstlitteratuur.
3. De Kring steunt op Katholieke ver-
eenigingen en Katholieken, die als persoon
lijk lid kunnen toetreden, ook indien zij
lid van een aangesloten vereeniging zijn.
4. Voorloopig zijn gekozen als voorzitter:
Pater Perpetuus Palant O.F.M., Weert, se
cretaris: Hub. Herkuleijns, 'Heelsum (Pa
rochie Renkum).
WAAROM EEN MIDDAGSLAAPJE?
Een Duitsche dokter, zekere dokter Erik
Forgsen. heeft zoo juist een zeer interessant
onderzoek beëindigd. Het resultaat daarvan
is inderdaad verrassend.. Dr. Forgsen heeft
n.l. geconstateerd, dat de werking van de
lever gedurende den slaap veel intenser is,
dan wanneer wij wa-kkre zijn. Dr. Forgsen
gaf ook als zijn meening te kennen, dat de
lever een stof afscheid, die slaap verwekt.
Proeven, die hij hiermede genomen heeft
op konijntjes, bevestigden deze meening
dan volkomen. Een aantal konijntjes werd
met de bewuste stof ingespoten en de dier
tjes werden kort daarop slaperig en traag.
Volgens deze instelling is nu ook te ver
klaren, hoe het komt, dat velen van ons na
het eten een soms zeer sterk verlangen
hebben naar een middagdutje. Na eten n.l.
is de werking van de lever ook zeer ver
hoogd en scheidt het orgaan een groote
hoeveelheid van de slaapwekkende stof af.
BROEDERS CONGREGATIE
O.L.VROUW VAN VII SMARTEN
NOVICIAAT JUVENAAT
VOORHOUT
MISSIE IN CHINA "2"
Opleiding vanaf 12 jaar voor jongeng die
neiging gevoelen om Broeder te worden in
verschillende ambachten bij het Lager On
derwijs en Nijverheidsonderwijs.
Kost- en leergeld nader overeen te komen.
Prospectus wordt gratis op aanvrage toe
gezonden.
MIJN STRAAT XV.
Waarom zou ik niet wederom de lof be
zingen van mijn straatje, nu daarvoor een
bijzondere reden is, zelfs meer dan één
bijzondere reden.
Ik ontmoette een man, een ouden snuf
felaar, een man met een imposante snor,
die behalve voor pruimtabak alleen nog
maar belangstelling heeft voor oude din
gen, een man wiens oude hart huppelt van
vreugde bij het zien van een verroest stuk
ijzer, een vreemdsoortige inktkoker en een
gebarsten trekpot uit voorbije dagen.
En deze man heeft mijn hart verheugd
met de beeltenis van den man, die de roem
is van ons straatje, een beeltenis, die hij
weer gevonden had in een oud vergeeld
boek, dat hij plotseling, wie zal zeggen
waar, had opgediept.
Is het wonder, dat ik mij gehaast heb,
u hiernaast de beeltenis van dezen man
te toonen?
En ziet, wonderlijke samenloop van om
standigheden.
Op denzelfden dag, dat het conterfeit-
sel van dezen beroemden man, mij in han
den viel, kwam ik bij oude vrienden in ons
straatje, om den jongsten telg van ons
straatje in lieftallige bewondering te aan
schouwen.
Hoe vriendelijk die huiselijke sfeer. Er
was een verpleegster, die haar toegewijde
hulp aan dit gezin gegeven had. Nu zat ze
aan de tafel, de handen in de schoot en
het licht der lamp straalde over haar
vriendelijk gelaat, bedekt door een zachte
blos.
Daar zat een behulpzame vriendin, zich
verheugend in het geluk der ouders en bij
een vertrouwelijk en vriendelijk gesprek
gingen haar rappe handen op en neer. De
naalden kliktep en langzaam ontstond ecu
kleedingstuk voor het borelingske uit het
straatje, een kleedingstuk van zacht-groen,
doorweven met draden van zilvergrijs.
Zij arbeidde en sprak, en te samen met
de jeugdige ouders schiepen zij in de war
me huiskamer een onuitsprekelijke sfeer
van gezelligheid.
Boven schreide het kind, alsof het 't sein
wilde geven nu over te gaan tot 't uiten van
gedachten en meeningen over paedagogie,
en het geschiedde aldus.
Het kind schreide door.
Schreeuwen laten, zei ik, da's verster
kend voor de longetjes. Geen goud zoo
goed.
Maar de jeugdige ouders waren het hier
mede niet eens en vonden in het geschrei
aanleiding mij te vragen, of ik hun jongske
wilde zien.
Ik ging mee naar boven, de moeder was
bezorgd om dit geschrei.
Daar lag in een rose wiegje, gedrapeerd
door rose gordijnen een rose jongeling,
nauwelijks eenige weken oud. Hij schreide
heftig en zijn gezicht werd paars.
Hij heeft honger, zei de vader.
Deze scheen in die enkele weken van
zijn vaderschap plotseling een opmerkelijke
gave te hebben ontwikkeld om de verlan
gens van zijn zoon op het eerste gezicht te
peilen.
Aanminnig zagen beiden op de jongeling
neer, die intusschen weer van het paarB
tot het rose was teruggekeerd.
Was het toeval, dat ik intusschen dacht
aan de man van mijn straatje en dat ik in
den nu sluimerenden jongeling een waardig
navolger zag van den man, die het straatje
waar hij nu woonde, had grootgemaakt?
Met dien wensch op de lippen ben ik dan
ook in liefelijk gezelschap heengegaan.
DANIëL.
HET LIED DER VLOO.
In de „Arbeiterzeitung"' schrijft Prof. Hase, dat de vermindering
der vlooien een gevolg is van de moderne vrouwenkleeding.
Door een wetenschappelijk in3ti tuut worden nu vlooien te koop
gevraagd.
Heo verstorven ook een mensch leeft,
Altijd eenzaam is hij nooit.
In den omgang wordt hij wel eens
Tegen wil en dank bevlooid.
Als hij gaat, alleen en eenzaam
Zonder vloo en zonder 1..
Komt hij dikwijls, niet zoo eenzaam,
Met z'n vijftigen naar huis.
In ons gastvrij Nederlandje
Wordt daartegen streng gewaakt,
Elk» 'O, die te brutaal wordt,
Wordt .:oel bloedig afgemaakt.
Elke vloo, die ons bij 't rusten
Stoorde in den stillen nacht,
Is bij 't dagen van den morgen
Oorzaak van een vlooien jacht.
Nu betoogt er een professor
Met een zeer geleerd gezicht,
Dat de crisis bij die diertjes
Aan de vrouwenkleeding ligt.
Door de al te dunne kleeding
Van de hedendaagsche vrouw
Sterft de vloo uit van ellende
En van al te strenge kou.
Maar indien de vrouwenkleeding
Oorzaak is van hun verval,
Vrees ik, dat het voor de mannen
Wel onhoudbaar worden zal.
Want indien in vrouwenkleeding
Zij slechts vinden kou en dood,
Zullen warme mannenkleeren
Uitkomst geven in den nood.
Zie, nu zij wat schaars gaan worden,
Worden zij ineens gevraagd;
Nu op jacht, opdat gij, mannen,
Niet te hevig wordt geplaagd.
En de jaoht op deze dieren
Zal geen jacht zijn voor de grap,
Daar zij bovendien gezocht zijn
Als object der wetenschap.
TROUBADOUR.