STADSNIEUWS
WOENSDAG 2 DECEMBER 1931
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
LETTEREN EN KUNST
BIJ HET EEUWFEEST VAN
SEMPRE CRESCENDO.
(1831—1931).
Het bekende Leidsch Studenten Muziek
gezelschap Sempre Crescendo bestaat 8
December 100 jaar en de concerten naar
aanleiding van dit eerbiedwaardig jubileum
zullen een week later, op 14 en 15 Decem
ber in de Stadsgehoorzaal van de Sleutel
stad worden gegeven.
In 1831 hebben eenige studenten zich
vereenigd tot het oprichten van eén gezel
schap, met het doel zich te oefenen in de
uitvoering van orkestmuziek. Zij gaven dat
gezelschap den naam van Sempre Cresceu-
do, onder welke zinspreuk eénige der op
richters, xn den tijd van hun gymnasiale
loopbaan te s-Gravenhage, een vereeni-
ging met gelijk doel, doch op veel geringer
schaal hadden gevormd, die bij hun bevor
dering tot de academische lessen opgehe-
De eerste commissie werd den 8en De
cember 1831 benoemd en bestond uit de
heeren A. A. Deeuik (voorzitter), P. A.
Schill (secretaris), U. Leemans (thesau
rier) en J. M. Huyssen van Kattend ïjke
(commissaris).
De eerste opvoeringen hadden plaats in
de groote zaal van het toenmalige hotel Do
Gouden Leeuw op de Breestraat, geregeld
om de 14 dagen dee Dinsdags van 710 uur
's avonds, terwijl op de tusechengelegen
Dinsdagen gerepeteerd werd. Slechts eeu
zeer beperKt aantal gasten werd tot die
uitvoeringen toegelaten.
Reeds in bet tweede jaar na de oprich
ting besloot men tot toelating van zoo
genaamde hoorende en buitengewone leden.
Het aantal concerten bedroeg destijds 15
in de 9 maanden, benevens 2 invitatie-con
certen en 1 armen-concert.
Door het steeds aangroeiende ledental
werd het lokaal van De Gouden Leeuw, de
zoogenaamde leeuwenkooi, langzamerhand
te klein en werden de uitvoeringen dien
tengevolge verlegd, eerst in 1833 naar den
Schouwburg en later naar de Stadsgehoor
zaal.
Gedurende de eerste jaren van zijn be
staan had Sempre meestal een vast koor,
enkel uit leden samengesteld, dat dikwijls
uitvoeringen gaf. Zoo werd,, bij de inwij
ding van het monument ter gedachtenis
aan den in België gesneuvelden Beekman,
een cantate uitgevoerd, met woorden van
het lid J. P. Heye en muziek van het wer
kend, lid J. Enschedé.
In 1847 treffen wij 't eerst den naam van
den verdienstelijken directeur N. J.
Wetrens op het programma aan en wel bij
een concert, waar hij tegelijk met Lubeck
als solist optrad. In 1856 vertrok hij naar
de Kaap en werd opgevolgd door zijn broe
der, A. J. Wetrens die gedurende 24 jaren
de concerten van Sempre gedirigeerd heeft.
Onder de beroemde artisten, welke in die
jaren op Sempre optraden, noemen wij Lu
beck, Oberthür, Liszt, Thalberg, Vieux-
temps, S er va-is, Dreyschock, Rubinstein,
Joachim, Wilhelmj, Wieniawski en vele
anderen.
In de,n loop der jaren zijn de eischen
hoogeir geworden; de gesalarieerde hulp
troepen moesten steeds vermeerderd wor
den, hetgeen een vermindering van bet
aantal concerten na zich sleepte.
Het gouden feest in 1881 werd luister
rijk gevierd en legde getuigenis af van den
bloei van het gezelschap. De feestelijk
heden begonnen met een receptie van eere-
leden en oud-leden in de Stadsgehoorzaal
op Donderdag 19 Mei. 's Avonds concert,
waarop o.a. onder leiding van den compo-,
nist de Symphonie op. 46 van Joh. Ver
hulst werd uitgevoerd. Ook den tweeden
dag werd een concert gegeven door eere
leden, oud-leden en werkende leden, waar
op als solisten optraden de eereleden: mej.
Anna Verhulst en de heeren J. A. van der
Wens, prof. C. Asser, J. Giese en
prof. H. van der Hoeven. De derde dag
was meer gewijd aan andere vormen van
FEUILLETON.
ACHTER EEN MASKER
Uk het Engelsch
van
HAEDON HILL.
19)
„DE MOORD IN BEACON AUDLEY".
Het onderzoek naar het pistool.
was het opschrift in vette letters, dat
haar naar de deur deed vliegen om een
krant te koopen. Een oogenblik later ver
slond ze hot bericht, waaruit haar bleek,
dat ze zich schromelijk vergist had door te
veronderstellen, dat het incident van dien
morgen „haar zaak niet was''. Die stoffige
pistool-cassette en de eigenaardige, terug
houdendheid van den ouden Jenkins tegen
den detective, kregen een vreemde betee-
keuis in het licht van dit bericht, dat aldus
luidde:
„Er kan een opzienbarende onthulling
worden tegemoet gezien in het tot nader
uitgestelde inquest inzake den vermoor
den predikant van Beacon Audley en er is
een arrestatie op handen. Intusschen is de
rechercheur Scott van Scotland Yard, die
de plaatselijke autoriteiten bij het onder
zoek ter zijde staat, naar Londen vertrok
ken om te trachten den verkooper van het
pistool, dat op de plaats van het misdrijf
gevonden is, op te sporen. Het kan mis
schien de taak van de politie vergemak-
rhytkmus en blank: een reünie-diner in
Hotel du Lion d'Or en een bal in de Stads
gehoorzaal.
Als bijzonderheid moge worden vermeld,
dat Prins Alexander, die eerelid was van
S. C., een zilveren krans aan het gezel
schap ten geschenke gaf, die nog steeds
het vaandel siert.
Het tekort ten gevolge van dit grandioos
gevierde gouden jubileum had als noodlot
tig gevolg, dat de vereeniging van 1883 tot
1888 een periode van gedwongen rust heeft
doorgemaakt, in welken tijd het toen nog
jonge gezelschap C-dur den zin voor mu
ziek bij enkele leden van Sempre heeft
weten gaande te houden.
In '88 waren de schulden gedelgd en
onder leiding van Gottfried. Mann werden
de concerten met groot succes weder op
gevat. En ditmaal is het noodlot minder
wreed geweest Want onder zijn leiding is
van toen af Sempre gestadig in bloei toe
genomen en heeft het zijn naam met eero
doen klinken, „meer en verder in het bui
tenland", zooals in 1909 de lieer Anton
Hekking zeide ,„da.n gijzelf wellicht weet'.
In den beginne werkte voor de blaas
instrumenten de stafmuziek van het 4e Reg.
Infanterie op de uitvoeringen mede. Daar
deze evenwel de oude (hoogere) stemmiug
behield, wat vooral voor de solisten on
gerief medebracht, werd sinds 1895 de har
monie van het Utrechtscb Stedelijk Orkest
geëngageerd. Later, toen er zich moeilijk
heden \uorueden in verband met het
treinverkeer Leiden—Utrecht, zijn daar
voor tot op den huldigen dag de blazers
van het Residentie-Orkest .geëngageerd,
waarbij zich in den regel enkele dilettant-
blazers, leden van Sempre, voegen.
In 1902 is Maan wegens ziekte tijdelijk
vervangen door den boer F. E. A. Koeberg,
die hem later definitief is opgevolgd en
sedert dien brak een nieuwe periode als t
ware aan met het optreden van den heer
Koeberg als directeur, maar de overgang
was nauwelijks merkbaar door het krach
tige, bezielende vuur, waarmee hij terstond
het orkest leidde; men kan zelfs zeggen,
dat hij, zich in den loop der jaren meer en
meer als dirigent en componist ontwikke
lend, in verband daarmee Sempre's praesta-
ties steeds tot een hooger peil heeft weten
op te voeren.
Onder Koeberg hebben als solisten o.a.
hun gewaardeerde medewerking verleend
kunstenaars als Soharwenka, Casals,
Bauer, Flesch, Huberman, Percy Grainger,
Lamond; ook verschillende werkende le
den hebben als solist voortreffelijke eigen
schappen getoond.
Ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan
heeft Koeberg een aan Sempre opgedragen
feestmarsch gecomponeerd, Vivat, floreat,
crescat Sempre Crescendo, welke ook thans
op het programma staat.
Van zijn bijzondere da/den willen wij
slechts nog m herinnering brengen de twee
zoo uitnemend geslaagde uitvoeringen der
Alianora-muziek, welke onder de bezielen
de leiding van den oomponist en met mede
werking van de Haagsche Onderwijzer»
Zangvereeniging, in Leiden en Den Haag
plaats voïiden. Het uitbundig succes bij
het zeer talrijk publiek daarbij opge
luisterd door de aanwezigheid der vors Le
lijke personen heeft wel tot een glans
punt in Sempre's bestaan geleid, tevens
een onovertrefbare hulde aan den compo
nist-dirigent Koeberg.
Door bijzondere omstandigheden zullen
de concerten van 14 en 15 December niet
door hem worden gedirigeerd, maar heeft
de heer Louis Walther Boer zich met de
leiding belast. Doch bij het 100-jarig be
staan past een woord van groote erkente
lijkheid voor al hetgeen de heer Koeberg
in een periode van bijna 30 jaar voor
Sempre heeft gedaan. Hij is geen man van
feesten, elke viering is hem vreemd, maar
de muziek, waaraan zijn leven is gewijd,
heeft hij in Leiden steeds hoog gehouden.
En zoo past het, hem thans daarvoor dank
te brengen, niet alleen uit naam van dui
zenden toehoorders, maar zeker, en in de
eerste plaats uit naam van de honderden
oud-leden, die aan hem hun liefde voor de
muziek en voor Sempre te danken hebben.
kelijken, als wij vermelden, dat het wapen
een éénloopsche voorlader is, van een ver
ouderd type, dat vroeger alleen gebruikt,
werd* bij duels. Verschillende experts, die
het pistool hebben gezien, zijn van mee
ning, dat het van een soort is die steeds
paarsgewijze werd verkocht.
Doodsbleek legde Phyllis de krant neer
en keek door de glazen deur van het kan
toor. De oude Jenkins bevond zich in het
land der droomen. Uit de keuken hoorde ze
geluiden, die haar vertelde, dat zijn echt-
genoote bezig was met de vervulling van
haar huishoudelijke plichten. Na een korte
aarzeling sloop Phyllis de trap op, naai
haar slaapkamertje en even later kwam
ze met hoed en mantel aan naar beneden.
Op haar weg naar de voordeur bleef ze
even bij het bureau staan en schreef eenige
regels op een stukje papier, dat ze op een
in het oog vallende manier op haar half
voltooide catalogus legde. Toen ze bij de-
voordeur stond, scheen een geheimzinnige
macht haar te dwingen even achter om te
kijken. De antiquair was opgestaan en
gluurde door het glas naar haareen
boosaard'ge flikkering in zijn oogen deed
haar even op den drempel stilstaan. En
terwijl hij onsamenhangende klanken uit
stootte, strompelde hij uit zijn kantoor,
maar Phyllis draaide zifh om en vluchtte
de straat op. Voor *hi^ bij de deur was.
was 7ij reeds in het gewoel verdwenen
H9OFDSTUK X.
Het roode licht.
Carter Ravenscar verheugde zich ge
waardeerd als hij en zijn werk door zijn
meester werden in de beschikking over
LEIDSCH JAARBOEKJE.
Zooals gisteren medegedeeld, is bij de
firma P. J. Mulder en Zoon wederom ver
schenen het telken jare redactioneel en ty-
pographisch keurig verzorgde Leidsch
Jaarboekje van de Ver. „Oud Leiden".
Het bevat een reeks „In Memoriam", n.l.
van wijlen den heer R. W. Spend el, door
den heer J. H,Manders, wijlen den heer ds.
J. Hoogenraad, door den heer ds. J. Rie-
mens, wijlen den heer B. A. J. van Baaren,
door N. N., wijlen den heer J. C. Spaarga
ren, door den heer J. G, M. van Griethui
zen, wijlen den heer J. A! Korteweg, door
den heer J. H. Zaayer, wijlen den heer
Thomas Haasnoot, door mevr. M. L. H.
EerdbeekClaasen, wijlen den heer arts
D. Stigter, door den hoer dr. J. A. Schreu-
der, wijlen den heer G. L. van den Berg,
door den heer E. Th. Witte, wijlen den heer
H. Cohen Jzn. door den heer I. van Gel
der, wijlen den heer L. den Ouden, door
den heer Us. A. J. Ruys, wijlen den heer
H. AL Basse, door den heer ds. AI. J. Pun-
selie, wijlen den heer ds. G. J. Boekenoogen,
door den heer prof. dr. L. Knappert, wijlen
den heer dr. H. van Nes, door den heer J.
Kioos, wijlen den heer O. Versluys, door
den heer mr. P. E. Briët, wijlen den heer
prof. dr. M. W. de Visser, door den heer
prof. dr. Ph. S. van Ronkel wijlen den
heer ds. R. Horst en wijlen den heer J. W.
Nieuwenhuizeu Segaar, door den heer d».
A. J. Ruys.
Verder bevat het jaarboekje artikelen
van den beer ir. GL. Driessen over Het
leven en de geschriften van den stads
architect S. v. d. Paauw, van den heer \V.
J. J. C. Bijleveld getiteld Curuim; van den
heer jhr. mr. D. P. M, Graswmckel over
Santhorst; van den heer jhr. dr. W. A.
Beelaerts vau Blokland over Wassenaar-
in den Geuzentijd; van den heer H. J. Jesse
over. Een oude Boerenwoning (n.l. Callao)
terwijl wat klein-werk benevens het ver
slag, de statuten etc. van Oud-Leiden het
geheel oompleteeren.
Wij ontleenen hier aan het Jaarboekje
het „In memoriam" door den heer J. H.
Mander» gewijd aan den heer H. W. Speu-
del z.g.:
Den 22en December 1866 werd te Delft
geboren H. W. Spend el. Hij volgde aldaar
het lager onderwijs om zich vervolgens aan
de muziek te wijden. Na voltooiing zijner
studiën was hij vele jaren als leeraar in de
muziek aan het College te Katwijk verbon
den. Later verwisselde hij van werkkring,
doch zijn muzikale neigingen verlieten hem
niet. Veel deed hij voor de huidige R. K.
Ürafcoriumvereeniging te Leiden en de
laatste jaren voor'de vereeniging „Leidsche
Kunstkring voor Allen", terwijl menig ver
slag en menige recensie op muzikaal gebied
van zijne hand in de Leidsche Courant ver
scheen.
Bij de oprichting der Hanzebank in Lei
den werd hij aldaar correspondent, latei-
directeur en vervolgens propagandist der
bank. Inmiddels werd hij collecteur der
Staatsloterij, welke functie hij tot aan zijn
dood heeft vervuld.
Ook op sociaal en politiek terrein was
de heer Spendel geen onbekende. Hij is
voorzitter geweest van de Leidsche afdoe-
ling der R. K. Middenstandsvereeniging
„De Hanze", voorzitter van de Leidsche
afdeeling van den R. K. Bond voor Groote
Gezinnen, lid van de St. Vincentiusvereeni-
ging, voorzitter van de vroegere Propa-
ging, voorzitter va nde vroegere Propa-
gandaclub „De Jonge' Garde". 4 September
1923 werd hij lid van den Gemeenteraad.
Met warmte wijdde hij zich aan deze taak.
In de belangrijke commissies van fabrica
ge, van financiën en van de lichtfabrie
ken en meerdere andere had hij zitting.
Daar, in de vergadering van den gemeen
teraad was het, dat hij bij de vurige verde
diging van zijne beginselen het tijdelijke
met het eeuwige verwisselde. Lijdende aan
een hartkwaal was hij reeds het jaar te vo
ren ernstig ongesteld geweest en had hij
zich, zooals hij zelf verklaarde, voorbereid
de eeuwigheid in te gaan. Voorbereid om
te sterven was en bleef hij. Het was dan in
een voortreffelijk ingerichte eigen zitka
mer op de Priory.
Hierin trok hij zich terug om zijn cor
respondentie af te doen en zijn omvang
rijke administratie bij te houden, hier ook
bracht hij de schaarsche vrije uren door,
die hij zichzelf veroorloofde. Maar vaak
was dat niet, daar hij of uit plichtsgevoel
óf uit eigen belang Lord Monksilver nooit
langer alleen liet, dan strikt noodig was.
Op den middag evenwel, van den dag,
vooraf gaande aan het uitgesteld inquest
inzake den moord op Dominee Wenslade,
had de oude edelman een onderhoud met
een hooggeplaatste bezoeker, die een
groote afstand had afgelegd om onder
voorwendsel van een condoleance-bezoek,
alle bijzonderheden van de tragedie ge
waar te worden. De markies van Esdailc
zou zeker een paar uur blijven en onder-
tusschen had Ravenscar de eenzaamheid
van zijn kamer opgezocht.
Terwijl hij in gedachten een sigaret
rookte en de kamer op en neer liep met de
handen op den rug, keek hij toevallig door
een van de erkerramen, die uitzicht pa
ven over het heele park, tot aan het tuin
hek. Plotseling keek hij opmerkzaam naar
een jongen, die het huis naderde en die
hij herkende als de telegrambesteller van
het postkantoor van Beacon Audley. Ra
venscar greep zijn hoed, rende door de
hall en ontmoette den jongen bij de voor
deur.
Voor mij? vroeg hij, terwijl hij op het
telegram \yees.
Ja, mijnheer, antwoordde de tele
grambesteller. Ik moet wachten, om te
7,ien of er ook een antwoord is. Ik heb een
formulier meegebracht.
Ravenscar opende het telegram en las:
UIT DE RADIO-WERELD
Huizen, 1875 M.
Programma's voor Donderdag 3 Dec.
8.00—9.15 en 10.00—10.15 Gramofoonpl.
10.15 Ziekendienst.
10.4511.30 Gramofoonplaten.
11.30 Godsd. Halfuuitje.
12.152.00 Concert K. R. O.-orkest o. 1.
v. J. Gerritsen.
2.00 Hand werkcur sus.
3.003.45 Vrouwenuurtje.
4.00 Ziokenuurtje.
5.00 Cursus Handenarbeid voor de jeugd
5.456.45 Piano-recital door Mej. R. de
Cocq.
6.45 Knipcursus.
7.00 Vragenhalfnurtje.
7.45 Ned. Ohr. Persbureau.
8.00 Concert Ciir. Politie Aluziekvereen.
„Crescendo" o. 1. v. Chr. W. H. Ripken.
9.009.30 Causerie „Familie-contact".
9.3010.15 Vervolg Concert. 0.a. Ouvertu
re Norma", Bellini, oa. 9.45 Vaz Dias.
10.1511.30 Gramofoonplaten.
Hilversum, 298 M.
Uitsluitend A. V. R. O.-uitzending.
8.00 Gramofoonplaten.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonplaten.
10.30 Voordracht door Julia de Gruyter.
11.00 Concert. Betsy van Praag (piano)
en Elisabeth Vermeulen—Steffelaar (zang)
11.45 Gramofoonplaten.
12.00 Concert door het Lunch-Trio.
I.45 Gramofoonplaten.
2.00 Halfuur voor de Vrouw.
3.00 Knipcursus.
3.45 Gramofoonplaten.
4.00 Ziekenuurtje.
5.006.30 Concert door het Omroepor
kest.
6.30 Sportpraatje door H. Hollander.
7.00 Vervolg Omroeporkest. 0.a. Eine
kleine Naohtmusik, Alozart.
7.30 Engelsche les.
8.00 Gramofoonplaten.
8.1510.15 Concert. Residentie-Orkest
o. 1. v. A. van Raalte. M. m. v. Viola Mit
chell (viool). 0.a. Vioolconcert b-moll, Saint
Saëns. ca. 9.00 Causerie over den Volken
bond. Vervolg Concert: o.a. 1ste Arlésien-
ne-suite, Bizet, en Ouverture 1812, Tohai-
kowsky.
10.15 Vaz Dias.
10,3012.00 Kovacs Lajos en zijn orkest.
Daventry, 1554 M.
10.35 Alorgenwijding.
II.05 Lezing.
12.20 Orgelconcert, door Reginald Foort
1.20 Gramofoonplaten.
1.352.20 Concert door het Sted. Orkest
van Birmingham o. 1. v. Leslie Howard.
2.25 Voor de scholen.
3.20 Kerkdienst.
4.30 Dansmuziek door Jack Payne en
zijn B. AI. C. Dansorkest.
4.50 Concert door het Grosvenor House
Orkest 0. 1. v. J. Meeus.
5.35 Kinderuur.
de vergadering van Donderdag 23 Januari
1930, bij de behandeling der begrooting,
dat de heer Spendel, zijne beginselen te
genover de socialistische stellende, met
warmte verdedigde, dat er ook nog voor
iets anders te zorgen is dan alleen het ver-
schaffWi van de middelen tot lichamelijke
opvoeding en verheffing van de menschcn.
„Reeds Horatius zeide: non omnis moriar
(niet alles in mij zal sterven)", zoo sprak hij
onder meer. En zijn rede voortzettende,
brak hij eenige oogenblikken later plotse
ling af, werd onwel en gaf spoedig,daarop
den geest.
Een algemeene verslagenheid heerschte
er in den Raad. Nog grooter verslagenheid
in de familie van den overledene, waarvan
twee zoons vanaf de publieke tribune de
rede van hun liefdevolle vader gevolgd
hadden en waarvan de een, toen hij zijn va
der onwel mg worden, ijlings toesnelde,
de ander zich naar huis spoedde om spoe
dig met zijn moeder en zusters terug te
keeren, doch slecht-s om de ontstellende
Dood licht voorop. Onze gast verliet
ons vanmiddag om drie uur met onbeken
de besteraming.
Ravenscar zei den jongen, dat er geen
antwoord was en stond 'als aan den grond
genageld, terwijl hij op het telegram staar
de, zijn gezicht als oen ondoorgrondelijk
masker, voor wat er in zijn binnenste ora-
ging.
Eindelijk slenterde hij, nadat hij op zijn
horloge had gekeken en in zijn zak ge
voeld had, of hij een spoorboekje bij zich
had, naar 't tuinhek. Voor zich uit zag hij
den telegrambesteller loopon, die bij het
hek op zijn fiets stapte en wegreed. Nu
kon Ravenscar zijn pas versnellen, zonder
door den jongen to worden gezien. Hij
wenschle niet, dat de wandeling, die hij
zich voorgenomen had, zou worden toege
schreven aan de ontvangst van het tele
gram. In de verlaten hoofdstraat bleef hij
even staan en verbrandde het telegram
met behulp van een lucifer en liep toen de
straat verder door naar het strand, 't Was
een drukkende middag en hij ontmoette
bijna niemand. Hij zette er een flinken
pas in en toen hij de straat afgeloopen
was. sloeg hij links af en volgde de krom-
mingen van de baai, naar de geïsoleerde
groep visschershutten. die bij de kaap van
Deadman's Oastle stonden. De meeste hut
ten waren opgebouwd van drijfhout en met
geloerd zeildoek overdekt, terwijl de be
woners heel wat verschilden van de orde
lijke bewoners van het dorp. De mannen
met hun donkere gelaatskleur en forsch
gebouwde gestalten, woonden hier met hun
vrouwen, die ravenzwarten haren hadden,
vlak bij de zee En het praatje ging, dat zij
hun snel-opbruisend bloed te danken had
den aan de vreemde scheepsbemanning,
6.50 Beethoven's Piano-sonates door Do
rothy Aloggridge.
7.10 Duitaehe causerie.
7.40 en 7s50 Lezing.
8.20 „The Didgeway Parade", Zang- en
dansrevue.
9.20 Berichten.
9.40 Lezing „What I would do with the
world".
10.10 SolistcnconcerL Bariton en Piano
Oa. Maaurka en Scherzo in b-moll, Clio-
pin.
10.50 Kerkdienst.
11.05—12.20 Dansmuziek door Jack
Payne en zijn H. B. C. Dansorkest.
„R a d i o-P a r i s", 1725 M.
8.05, 12.50, 1.25 Gramofoonplaten
8.20 Vroolijk halfuurtje.
9.05 Esope, van Th. de Banville.
9.50 Operafragmenten (Gramofoonplaten)
O.a. uit Carmen, Bizet.
Langenberg, 473 M.
6.257.20 Gramofoonplaten.
12.251.50 Concert o. 1. v. Wolf.
4.205.50 Liederonconcert. G. Baum
(Bariton). Begl. Grape.
7.20 ,,Wir durchtanzen ein Jahrhundert".
Omroeporkest en solisten. HiernaBij
de Zesdaagsche te Keulen.
10.3011.50 Avondconcert o. 1. v. Eysoldt
Kalundborg, 1153 AL
11.201.20 Concert uit het Palace-Hotel.
2.0Ö4.00 Mogens Hansens Orkest.
7.30—8.20 Orkestconcert. O.a. Turksche
Marsoh uit „Ruinen von Athcn", Beetho
ven.
8.209.05 Radio-tooneel.
9.05 Moderne Pianomuziek.
9.209.30 Radioschets.
9.4510.20 A[oderne Muziek. O.a. „Der
Jager aus Kurpfalz", P. Hindcmith.
10.2011.50 Dansmuziek.
Brussel, 508 en 338 M.
508 meter:
5.20 Orkestconcert.
6.50 Gramofoonplaten.
8.20 Volksliederen en Potpourri's. Om
roeporkest en solisten.
9.2010.20 Gramofoonplaten.
338 meter
5.20 Orkestconcert.
6.20 en 6.50 Gramofoonplaten.
8.20 Concert Omroeporkest. O.a. Ouver
ture Tooverfluit, Alozart.
9.2010.20 Vervolg Concert. 0.a. Wals
„Der Rosenkavalier."
Rome, 441 M.
8.20 Feestavond ter gelegenheid van het
50-jarig bestaan van de Zeevaartkundige
Academie o. 1. v. Pietro Mascagni.
Z e e s e n, 1635 M.
6.50 Oud-Weensolie Dansavond. M. m. v.
Orkest en Otto Fasv.el. (Tenor).
8.15 Lezing.
8.45 Hoorspel „Advent" van R. Mirbt.
9.35 Berichten. Hierna Uitzending van
het Slot der Zesdaagsche Wielerwedstrij
den te Keulen. Verxolgens tot 11.50 Dans
muziek door de kapel van Eysoldt 0. 1. v.
Pensis.
mededeeling te ontvangen, dat vader reeds
gestorven was.
Moge ik besluiten met de aanhaling van
een gedeelte uit de gevoelvolle rede, welke
de Voorzitter van den Gemeenteraad bij
de heropening der zitting den volgenden
dag hield:
„Zóó in het harnas te sterven, zóó in den
„Raad van uitverkorénen van het volk,
„zóó heen te gaan te midden van een warm
„gevoerd pleidooi voor het hoogero in ons
„leven, zóó te sterven met die erkentenis
„op de lippen, dat wij onderworpen zijn
„aan hoogere machten en ons daarnaar
„richten mogen, ontneemt aan den dood het
„afschrikwekkende, dht teekent zoo duide
lijk, dat en waarom wij in den dood be
rusten mogen.
„Onze Raad, ja onze gemeente is hem
„veel dank verschuldigd voor vóel toegc-
„wijden arbeid. Hij blijft bij ons in goe-
„de en dankbare herinnering.
„Aloge hij in vrede rusten".
die twee eouwen geloden schipbreuk had
den geleden op het rif, waar nu de ruïne
van den ouden vuurtoren stond. Hoe dit
ook was, de visschers werden door de an
dere bewoners met schuine oogen aange
keken en men had een sterk vermoeden,
dat zij, behalve visschen, er ook minder
oorbare methoden op na hielden 0111 aan de
kost te komen. Alaar hierover sprak men
nooit openlijk in Beacon Audley, want do
mannen van de kust waren kort aangebon
den en hun wrok duurde lang
Ravenscar volgde zijn weg naar de kust.
Het primitieve verblijf, waarheen hij zijn
schreden richtte, stond apart van de an
dere hutten. Het leek ook wat beter on
derhouden. Voor de kleine ramen aan
weerskanten van de deur, die niet grooter
waren dan die van een woonwagen, hin
gen kanten gordijnen, versleten, maar hel
der.
De klop van den bezoeker op dn stevige
houten deur werd met opmerkelijke le
vendigheid door een knap meisje van on
geveer twintig jaar, beantwoord. Ze droeg
een korten rok van ruige stof en een hel
roode blouse met laag uitgesneden hals.
Dit costuum, haar donkere gelaatskleur en
vrijpostige, donkere oogen, gaven haar het
uiterlijk van een zigeunerin. Alooi was 7.0
ongetwijfeld, met haar frissche roode lip
pen en haar scherp gesneden trekken,
maar haar schoonheid was die van een
onzetemd dier, dat geen wetten kent. maar
leeft naar zijn instinct, onstuimig in zijn
liefde en in zijn haat.
(Wordt vervolgd)