SPORT VRIJDAG 13 NOVEMBER 1931 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 14 GEMEENTERAAD VAN ZOETERWOUDE (Vervolg). Vóór salarisverlaging. Bij de algemeene beschouwingen wordt allereerst het woord verleend aan den heer A. C. Paardekoopcr, die er op wijst dat de begrootingscommissie zich uit stekend van haar taak gekweten heeft, gelet op het uitgebreide rapport dat over het onderzoek is uitgebracht. Spr. juicht het voorts- toe dat in dat rapport bezuiniging wordt nagestreefd, hetgeen in dezen tijd zeer zeker moet geappre cieerd worden, doch overigens heeft het hem bevreemd, dat over de ambtenaren salarissen niet gerept wordt. In dezen tijd nu van een groot gedeelte der be volking enorme lasten gevergd worden is" het volgens spr. niet meer dan billijk, dat ook de ambtenaren daarin bijdragen. Waar echter nooh de commissie, noch B. en W. terzake met voorstellen zijn geko men, wil ook spr, geen daartoe strek kend voorstel doen, doch wel noodigt hij B. en W. uit om de toepassing van pen- sioensverhaal op de ambtenaren eens on der de oogen te zien. Vervolgens zegt spr. dat do grondbelasting in deze ge meente zeer zwaar op een groot gedeelte der bevolking drukt, vooral in deze slechte tijden voor land- en tuinbouw. Hij weet dat thans geen verandering in de heffing meer mogelijk is, omdat zulks verband houdt met de heffing van op- oenten op de pers. belasting en omdat vóór 1 Sept.. j.l. een daartoe strekkend besluit genomen had moeten worden. Spr. juicht het echter toe dat een stap in de goede richting is gedaan door de commissie door een verlaging voor te stellen van de heffing van opcenten op de Pers. belasting. Een politieke beschouwing. Calvijn, Mgr. Nolens en deken Hellegers! Hierna krijgt de heer Meijdam het woord, die er zijn vreugde over uit spreekt, dat bij de j.l. gehouden verkie zingen de niet christelijke groepen geen zoodanig stemmenaantal op zich konden vereenigen dat zij hunne intrede konden doen in dezen raad. Spr. wijdt dan uit over het voortdurend afdalen van libe ralisme naar socialisme en tenslotte naar communisme, in welken strijd Protestan ten en R. K. te za.men moeten gaan. Dit in aanmerking nemende dfukt spr. zijn spijt uit over een pamflet dat daags voor de verkiezingen aan den Rijndijk is verspreid en waarin, met een „Weest op uwe hoede" wordt gewaarschuwd tegen samenwerking met de protestantsch christelijke groepen, welke pamflet voorts een aanbeveling inhield voor de leden van de R. K. Staatspartij, doch niet on derteekend was. Spr. vraagt of de R. K. taatspartij dit pamflet voor hare reke ning neerpt? Volgens spr. moeten beide groepen op staatkundig gebied elkander de hand reiken en als waardige broeders •het gemeentebelang dienen. Van de zijde der Protestanten heeft men de broeder hand toegestoken, doch deze is door de R. K. Staatspartij geweigerd; er werd zelfs- geen samenspreking toegestaan. Vervolgens wijst spr. er op, dat het college van B. en W. geen zuivere weer spiegeling is van den raad, omreden bij de jongste raadsverkiezing op de R. K. Staatspartij zijn uitgebracht 58 pet. dei- totaal e stemmen en op de Pr. Chr. groe pen 22 pel., terwijl bij de wethouders be noeming de R. K. de volle 100 pet. op- eischten. Spr. noemt dit geen samen werking om het algemeen belang te die nen, doch machtsmisbruik en krenking van een andere groep, terwijl dp aange nomen houding tevens erg ondemocra tisch is. Uit een en ander meent spr. voorts te mogen afleiden met verwijzing naar de zinsnede in de hiervoren door hem genoemde circulaire, dat men voor do verkiezing reeds een samenwerking met de Protestanten als een gevaar be schouwde. Na nog Calvijn geciteerd te hebben en verwezen naar de lessen van mgr. Nolens, alsmede naar een daad van deken Hellegers te Alphen aan den R ij n bij diens 10-jarig priester schap (deze gaf een gift aan de armen van de Herv, kerk en aan de Ger. kerk), releveert hij de woorden gesproken door het oudste raadslid bij de installatie der nieuwe raadsleden betreffende samenwer king en wijst dan op de daarop volgende verkiezingen der wethouders en van de leden der waterleidingcommissie', het welk feiten zijn die zich zelf weerspre ken. De begreoting zelf. Spr. is dan tot de begrooting zelf ge naderd en wijst op de donkere tijden die ook in Zoeterwoude worden meege maakt, doordat de opbrengst van den bodem hier de grootste bronnen van welvaart zijn, die thans zijn neergesla gen. De gemeentehuishouding moet zoo sober mogelijk worden gevoerd en be- lastingverhooging moet, nu de loonen en inkomsten dalende zijn, achterwege blijven; integendeel zou men moeten ko men tot belastingverlaging. Van dit standpunt is de begrootingscomm. uitge gaan en de aangeboden be-grooting heeft niet den indruk gewekt dat ernstig naar versobering is gestreefd, waardoor de taak der comm. belangrijk werd verzwaard Alhoewel de commissie zich mei den noo- digen ernst aan het werk heeft gezet en beoogt heeft het algemeenc belang te dienen, heeft zij tot haar teleurstelling moeten constateeren dat dit niet de sympathie had van B. en W. Voor spr. staan de zaken echter zoo, dat wanneer men in den Raad en in het bijzonder in eene begrootingscommissie, zonder aan zien des persoons hot algemeen belang behartigt 'en de persoonlijke belangen eerst in de tweede plaats aan de orde stelt, men dan, of van de zijde van het publiek, of van de zijde van afzonderlijke personen wordt aangevallen en in onge nade valt, hetgeen hem eohter niet deert, daar hij slechts rekenschap daarvan be hoeft te geven aan God den Vader. Wanneer B. en W. ook dit standpunt hadden ingenomen zouden zij geheel an ders hebben gestaan tegenover de voor stellen der commissie. Vervolgens wijst spr er op dat toen het rapport reeds was uitgebracht nog een nader rapport van de commissie werd verwacht in verband met een na- deeligen post van 4000.waarvoor het college van B. en W. eveneens onvoor zien geplaatst, werd. Aan dat verlangen van B. en W. is tegemoet gekomen door inzending van een aanvullingsrapport. Tenslotte zegt spr. dat de raad zit met een erfenis van den ouden raad, die we niet dankbaar behoeven te aanvaar den, n.l. den verbouw van het raadhuis, die de raad plaatst voor een uitgaafpost van 24000, alsmede voor een post van 16000 voor den bouw van een gymnas tieklokaal, welke bouw had uitgesteld kunnen worden tot 1 Januari 1936 en waartegen momenteel niets meer valt te doen, tenzij dat het schoolbestuur gene gen is om den bouw op te schorten. Een en ander had tengevolge dat de com missie niet met die belastingverlaging kon komen die ze gaarue voorgesteld had. Over een „pamflet". Daarna is het woord aan wethouder Noordman. Deze zal kort zijn in zijn ant woord en wil er allereerst op wdjzen dat de R. K. Staatspartij zich absoluut niet geblameerd heeft door het door den lieer Meijdam bedoelde pamflet. Persoonlijk heeft spr. er geen aandacht aan geschon ken omdat het ongeteekend was en het zou, aldus spr. den heer Meijdam tot eer gestrekt hebben als ook deze daaraan geen waarde had toegekend, juist om dat het niet onderteekend was. Spr. wil ook een vraag stellen en wel deze: „Is dat pamflet wel uitgegaan van R. K. of wellicht van anti-Katholieken, om aldus tweedracht te kunnen zaaien?" De R. K. raadsfractie en Staatspartij neemt abso luut geen verantwoording op zich van een dergelijke vuiligheid. Meer zal spr. hier niet van zeggen. Voorts legt hij er den nadruk op dat de R. K. niet hoog hartig samenwerking geweigerd hebben met de protestantsche groepen. De heer Meijdam heeft met spr. in zijn huis een onderhoud gehad en heeft hem daarin in de finesses verteld waar de schoen wringt. Het lust spr. niet in openbare raadsvergadering daarop terug te komen. De heer Meijdam dankt den heer Noordman, dien hij beschouwt als woord voerder der R. K. fractie, dat die fractie dat. pamflet niet voor hare rekening neemt. Ook hij kan niet nader op dat persoonlijk onderhoud ingaan en heeft alleen op officieele dingen' kunnen wijzen. De heer Bergers vindt dat de voorzit ter wel wat al te bereidwilig is geweest om den heer Meijdam een dergelijke rede te laten houden, die niet vleiend is voor den tegenovergestel den kant. Spr. vindt het niet prettig dat bij de begroo ting een dergelijke rede is gehouden; die was beter thuis geweest in de eerste raadszitting. Spr. verzoekt den voorzit ter voortaan dergelijke redevoeringen niet meer toe te laten. De voorzitter antwoordt daarop dat hij verplicht is zulks- te doen, waarop de heer Bergers zegt, dat het hem dan spijt dat de heer Meijdam een dergelijke rede gehouden heeft, want die is absoluut niet gebaat voor een samenwerking. Verder moet spr. er op wijzen dat de heeren Meijdam en Noordman te veel gezegd hebben over dat pamflet, want het was niet in die mate als genoemde heeren zich daarover uitlieten en voorts dient men met de omstandigheden -rekening te houden. Overigens, aldus spr., heeft de andere kant ook schuld want die heb ben advies gegeven om tegen de R. K. in te gaan. De heer Wessel vindt die rede wel degelijk op haar plaats en zou verder de besprekingen die tusschen den heer Noordman en Meijdam hebben plaats ge had hier in de raadsvergadering willen hooren. Voorts zegt spr. dat de Prot. niet de eene groep R. K. hebben opgezet te gen de andere groep R. K., want zij zul len zich niet blameeren en hebben dat ook getoond door de gevraagde maar geweigerde samenwerking. De heer Noordman antwoordt dat zijn onderhoud een persoonlijk onderhoud is geweest, niet namens de R. K. fractie en daarom zal hij zijn persoonlijke meening hier niet naar voren brengen namens de R. K. fractie. De voorzitter over de salarissen. De voorzitter zegt dat van een pensioen- verhaal «v de ambtenaren voorloopig dient afgezien te worden totdat de Tweede Ka mer zich heeft uitgesproken over het wets ontwerp inzake de salariskorting op de rijksambtenaren en de tijdelijke kortingen op de uitkeeringen van het rijk aan de ge meenten, Daarna kan het pcnsioenverhaal onder de oogen worden gezien. De alge- meene beschouwingen worden dan gsloten, waarna enkele andere agendapunten wor den afgehandeld en te half één wordt ge pauzeerd tot 's avonds 7 uur. De artikelen van de begrooting. Alsdan wordt begonnen met de artikels- ge wijze behandeling der gemeentebegroo- ting Bij volgnr. 89 wordt aangenomen een voorstel der commissie (meerderheid) om het salaris van den gemeentebode niet meer uit te betalen, omdat thans een aparte functionaris is benoemd Na eenige discus sie wordt dat voorstel aangenomen met de stemmen van den wethouder en den heer van Bennekom tegen, waardoor bespaard wordt 50. Bij de volgnrs. 91 en 92, schrijf- en bureau behoeften en druk- en bindwerk wordt overgenomen een 'Voóïstel der oommissie tot verlaging van elk dier posten met 50.—. Bij volgnr. 94 wordt aangenomen een voorstel der commissie om het bedrag voor aankoop meubelen voor het gemeentehuis met 200.te verminderen en te brengen op 100— Bij volgnr. 102 brengt de commissie ter sprake dat de telefoon meer voor het pu bliek dan voor den dienst scnijnt gebruikt te worden, gelet op het bedrag dat in den gemeentekas gestort wordt voor het voeren van particuliere gesprekken. Na eenige dis cussie wordt vexeer gegaan met handha ving van het geraamde bedi-ag. Bij volgnr. 107 ontspint zich een lange discussie over de betrekkingen van ambte naar van den burgerlijken stand, die door drie personen worden waargenomen, die reeds een andere functie in gemeentedienst vervullen. Bij stemming wordt met 6 tegen 5 stemmen besloten de geraamde beloonin- gen te handhaven, waardoor een ingediend voorstel-Paardekoper tot halveering der bedragen is vervallen Voor stemmen de heeren v. d. Krogt, Tijssen, van Bennekom, van Haastregt en de beide wethouders. Bij volgnr. 114 wordt aangenomen met 9 tegen 2 stemmen (Bergers en Meijdam) een voorstel van B. en W. om het wachtgeld der onderwijzers in de nuttige handwer ken te doen afioopen in 4 jaar. De commis sie was voor 2 jaar. Bij volgnr. 118 wórden inlichtingen ver strekt over het converteei-en van geldlee- ningen, welker conversie contractueel pas kan plaats hebben 1 Juni '32. Voorts wijst de heer Bergers er op dat binnenkort wellicht een voorste] zal wor den gedaan om in de z.g. Kruisbuurt wo ningen onbewoonbaar te verklaren, in ver band waarmede gewezen wordt naar den grond dien de gemeente heeft aan den Hooge 'Rijndijk voor het bouwen van wo- nigen. Er ontspint zich bij dit punt een dis cussie ever het vraagstuk of het wel ge- wenscht is dat men om inlichtingen moet gaan voor het koopen van bouwgrond bij den gemeenteopzichter dan wel ter secre tarie. De heer Meijdam wijst nog eens op het te bouwen gymnastieklokaal en dat in deze Katholieke gemeente geen overeen stemming bereikt is kunnen worden. Had men de noodige stappen gedaan dan was er vrijstelling verleend tot 1 Jan. 1936. Spr. vraagt alsnog stappen te doen bij het schoolfeest uur tot opschortinng van den bouw. De voorzitter antwoordt dat art. 195 L.O. Wet niet door de gemeente toegepast kan worden; het vragen van vrijstelling betreft openbare scholen. Overigens zijn er onder handelingen gaande met het schoolbe stuur en het is te verwachten dat die een goed resultaat zullen opleveren Nadat nog het wegenvraagstuk is bespro ken wordt overgegaan naar volgnr. 120. B. en W ramen voor het in orde brengen der secretariswoning in verband met verbouw en wegens het doen va-n allernoodzakelijk ste onderhoudswerken een bedrag van 500.De commissie is voor een bedrag van 250te voteeren, terwijl de heer Paardekooper een voorstel doet om 400. toe te staan, welk voorstel door B. en W. wordt overgenomen en aanenomen met 9 tegen 2 stemmen (Bergers en Meijdam). Bij volgnr. 128 stelt de commissie voor de studielage ad 50.— in te trekken. Wan neer de heer Bergers er op wijst dat ook dit weer een erfenis is van den ouden i*aad meent de heer Nooixknan daartegen te moeten protesteeren, want reeds meerdere malen is hedenavond zulks naar voren ge bracht. De heer Noordman wijst er op dat er leden zijn die zich niet meer verdedigen kunnen en overigens dat rekening gehouden móet worden met de omstandigheden, waarin de oude raad die besluiten nam. Ten aanzien van de kwestie zelf blijven B. en W. op de vlakte. Na eenige discussie stelt de heer Bergers voor het vroeger ge nomen besluit in te trekken, waartoe met algemeene stemmen wordt besloten, zoodat voortaan geen studietoelagen meer worden gegeven. Bij volgnr. 131 wordt, op grond van het feit dat de oommissie daarop gewezen heeft, besloten tot vernieuwing der deuren van het arrestantenlokaal aan den Hooge Rijndijk en de betrokken post met 25 ver hoogd. Na lange discussie wordt bij voLgnr. 142 met 9 tegen 2 stemmen (Bergers en Meij dam) de raming ad 500.voor verleenen van subsidie aan de burgerwacht gehand haafd. Bij volgnr. 175 stelt de heer De Gi'aaf voor te bewerken dat de salarisregeling van den gemeenteopzichter nader zal wpr- den geregeld, zoodra de jaarwedde van den administrateur van het waterleidingbe drijf is herzien. Aldus wordt besloten. Bij volgnr. 205, onderhoud woningen hoofd o.l. school, gemeenteopzic-hter en wo ning Miening, graamd op 2-50.stelt de oommissie voor 125.Na eenige discus sie wordt in stemming gebracht het voor stel van B. en W. hetwelk wordt verworpen met 3 stemmen voor en 8 tegen (voor Tijssen en de beide wethouders). Het voorstel der commissie isdaarmede aangenomen. Bij volgnr. 276 stelt de commissie voor om den post ondrhoud „huishuren" te ver lagen van 1000.tot 800.Na eenig gediscussieer wordt het voorstel van B. en W. in stemming gebracht en aangenomen met de stemmen der commissieleden (Ber gers, van Bennekom en Meijdam) tegen. Bij volgnr. 286 wordt aangenomen het voorstel van B. en W. om aan den deur waarder der plaatselijke belastingen geen salaris maar eene gratificatie toe te ken nen. Tegen stemmen van der Krogt, Tijs sen, van Bennekom, Bergers en de Graaf. De uitgaven zijn daarmede behandeld, zoodat de ontvangsten aan de beurt ko men. Bij volgnr. 26 stelt de commissie voor de huur der onderwijzerswoning te brengen op 400.—. B. en W. vinden dat niet juist, omdat het hoofd der school pas hier woont en gesolliciteerd heeft, met het vooruitzicht dat hij 350.huur moet verwonen. Na eenige discussie wordt het voorstel van B. en W. in stemming ge bracht en gehandhaafd niet 9 tegen 2 stem men (Bergers en Meijdam). Bij volgnr. 51 wijdt de heer Meijdam uit over de onbillijkheid van de heffing eener grondbelasting. Gaarne had de commissie daarin verandering gebracht doch verschil lende factoren beletten dit. De heer Noord man deelt de zienswijze van den heer Meij dam volkomen, want de belasting wordt geheven van den grond of deze iets op brengt ja dan neen. Is de grondbelasting onbillijk dan is het nog onbillijker aldus spr. daarop opcenten te heffen. B. en W. zijn er daarom dan ook voor om die be lasting te verlagen en zoo noodig andere belastingen op te voeren. Bij de volgnrs. 53, 54 en 57 behandelt de heer Meijdam namens de commissie een voorstel tot verlaging der personeele belas- hing met 20 pCt.; heffing van 20 opcenten op de fondsbelasting in plaats van 30, zoo als B. en< W. voorstellen, en invoering van een heffing van 50 opcenten op de vermo gensbelasting. De heer Meijdam wijst op de progressie die er bestaat bij de heffing van de hoofdsom der personeele belasting; eene progressieve opcentenheffing is dus zeer onbillijk. Aan de hand van verschillende voorbeelden licht de heer Meijdam dan, toe dat de mindere man minder belasting zal gaan betalen bij aanneming van het voorstel der commissie en dat zij die in de vermogensbelasting worden getroffen slechts weinig meer zullen betalen. Nadat de secretaris heeft toegelicht dat de strek king van het voorstel van B. en W. is om schommelingen in de belastingheffing in groote mate tegen te gaan en tevens ver band houdt met het voornemen tot vermin dering van de opcenten op de grondbelas ting, zet de heer Noordman nog een en ander uiteen. Laatstgenoemde wijst er op dat die 10 opcenten meer op de fondsbelas ting de landbouwers niet zullen deelen, om dat de meesten geen inkomen zullen heb ben, doch eene heffing van 50 opcenten op de vermogensbelasting wel. In stemming komt dan het voorstel van B. en W. na melijk 30 opcenten fondsbelasting, geen ver mogensbelasting en geen vermindering pers. belasting. Dit voorstel wordt aange nomen met 6 tegen 5 stemmen (tegen Tijs sen, Mijdam, Bergers, de Graaf en Wessel). De begrooting woidt dan verder vastge- stel met onveranderde eindcijfers met 7 tegen 4 stemmen. Tegen stemmen de hee ren Meijdam, Bergers, de Graaf en Wes sel. VOETBAL' HET NIEUWE TERREIN VAN U. V. S. Drie speelvelden en tribune op 4 H.A. groot terrein. De terreinnood voor de voetbalclubs in Leiden mag genoegzaam bekend geacht worden. Jaren en jaren lang is er „gesuk keld", zoo mogen we het wel noemen, om geschikte terreinen voor de voetbalsport te krijgen en als er al eens een werd ge vonden, dan was het „te ver weg" Dat was eohter maar een fictie, want ook in andere steden liggen de terreinen even ver of misschien nog verder van de bebouwde kom. Het groote gebrek aan goede ver voermiddelen speelde echter een groote rol. Ernstiger echter was het euvel, dat er zoo weinig acoomodatie op de terreinen was, die bovendien veel te klein moesten genoemd worden om 'n vereeniging met diverse elftallen te herbergen. Ook de vereeniging U. V. S. heeft de Lasten daarvan ondervonden. Deze vereeniging speelde de laatste ja ren aan den Haagschen Straatweg, toen het terrein aan den Leidsche weg te Oegstgeest, voor bouwgx-ond was ver kocht. Maar ook de verhuizing naar den Haag- sche Straatweg bracht geen afdoende ver betering. Het was daar veel te klein en bovendien in natte perioden nagenoeg on bespeelbaar. In dit verband herinneren we bijv. nog eens aan den befaamden wedstrijd U. V. S.A. S. C., toen de roodzwarten nog een goede kans op het kampioenschap hadden. Geen wonder, dat de bestuurderen van U. V. S. pogingen deden om een nieuw home te zoeken. Daarin zijn ze gelukkig geslaagd en waar zou het beter kunnen liggen dan aan den Kanaalweg? Daar ligt terrein in oveiwioed. U. V. S. wist de hand te leggen op een 4 H.A. groot teri'ein, gelegen tegen de spoorlijn LeidenUtrecht langs het ka naal. De vereeniging S. L. F. had daarvan reeds een stuk in huur. Nu zijn er op het flinke terrein drie speelvelden ingericht, waarvan S. L. F. er tevens één in huur heeft. Het terrein is juist gistermorgen door den heer Boeljon, consul van den K. N. V. B., goedgekeui'd. Jammer is het, dat U. V. S. ndet vroeger op het terrein beslag heeft weten te leg gen; dan had ook het hoofdspeelveld thans geheel in orde kunnen zijn. Doordat een gedeelte afgegraven moest worden is heb nu aan den tribunekant nog wat kleierig, doch men hoopt dit seizoen toch wel door te komen. De tribune beslaat een oppervlakte van 25 x 6 meter en biedt aan 430 personen zitgelegenheid. Een flinke afrastering, ijzerwerk in be tonpaden is een keurig werk, dat tiental len jaren zijn dienst zal doen. Onder'de tribune zijn de kleedkamers ingericht. Er is gezorgd voor wasehwater (in elke kamer zes kranen), er is toiletge legenheid, kortom het geheel is af en dc verdere accumodatie zal op den duur niets te wensc-hen overlaten. Een goede maatregel is bovendien het feit, dat de fietsenrekken voor de bezoe kers geplaatst zijn voor de entree-loketten. Daardoor behoeft men niet met de fietsen in de hand een entreebiljet te koopen. Vermelden we tenslotte nog, dat behal ve de bouw van de tribune al het werk voornamelijk door leden der vereeniging is verricht, hetgeen ongetwijfeld een bewijs is van goeden clubgeest. A.s. Zondag wordt het terrein in ge bruik genomen met den wedstrijd U. V. S. —L. F. C. DE AVONTUREN VAN Bij de boot gekomen werd de schild wacht geroepen, die ijlings aan kwam loe pen, omdat die het ook al niet op de heks had begrepen. Keesie deed heel erg moe dig en stond met getrokken zwaard, maar hij was wat blij, dat hij weer in het schuit je zat VERKEERSAGENTJE. „Wacht maar, wacht maar", riep hij, ter wijl hij dreigend wees naar de hut van de heks, „uitstel is nog geen afstel". De schildwacht was ook blij, dat hij ein delijk de boot had bereikt en toen hij er met groote vaart was ingesprongen was de boot al van den kant. Keesie, blij, dat hij er goed van was afgekomen, had nu weer allemans praats. Hij hield zijn sabel in de ho-^te en riep: „wacht maar, wat in een goed vat is vei-zuurt niet, je bent nog ndet van ons af."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 14