BUITENLAND
NED WÉST-INDIE
VRIJDAG 30 OCTOBER 1931
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
CONCLUSIES UIT DEN STEMBUSUITSLAG
IN ENGELAND.
LEIDEN IN NOOD
Er moet toch wel iets rot zijn in het
rijk der kunst en schoonheid. Dat toont wel
zeer duidelijk de Leidsche Stadhuiskwestie
Daarover is nu reeds een geheele litera
tuur verschenen, en nóg geen eenheid van
inzicht, nóg geen beslissing. Doch dat is
nog niet het ergste. Niet alleen in het rijk
der kunst hapert iets; maar ook in het
rijk van deskundigen, architecten, kunst-
kritikers en kunstminnaars hapert iets.
En nog meer; men heeft zelfs geen be
ginsel, geen criterium of maatstaf bij het
beoordeelen van kunst of schoonheid, of,
wat al weer hetzelfde is, zooveel criteria
en beginselen als er deskundigen of kun
stenaars zijn. De kwestie over het raad
huis van Leiden is inderdaad eene buiten
gewoon duidelijke illustratie van de anar
chie en beginselloosheid, welke thans
heerscht op het gebied van bouwkunst.
Wij hebben in ons artikel van Dec. 1929
gezegd, dat men geen schoon, monumen-
iaal raadhuis zou kunnen bouwen zonder
stijl, en dat zonder stijl geen beschaafde
of rationeele bouwkunst denkbaar is. Het
project Dudok droeg nu juist alle kenmer
ken van stijlloosheid en neutraliteit of ka
rakterloosheid aan zich. Tot lof van dat
project heeft men alleen kunnen zeggen,
dat het op volmaakte wijze de hedendaag-
sche gedachten en gevoelens tot uitdruk
king brengt. En dat is juist ook het slecht
ste wat men er van kon zeggen.
Inderdaad geeft het plan-Dudok zoowat
alles wat de hedendaagsche wereld bezit
aan gevoelens van bizariteit, absurditeit
en verdwazing op bouwkunstig gebied. Wij
weten heel goed, dat er menschen zijn,
welke in deze uiting van hedendaagsche
gevoelens tevens de hoogste esthetische
schoonheid bewonderen; maar daar zijn
ook anderen en nog wel deskundigen, wel
ke overtuigd zijn, dat door dergelijke „be-
griplooze en onbenullige bouwsels stad en
land ontsierd wordt, en dat daaraan zelfs
het meest elementaire begrip van bouw
kundige samenstelling (om van bouwkunst
nog maar te zwijgen) ontbreekt." En in
derdaad het Dudok-ontwerp voor het Leid
sche raadhuis leek dan ook verbazend veel
op een D-trein van drie verdiepingen, die
in tempo 110 km. aan onze oogenvoorbij
vliegt, meer zelfs dan op een bouwkundig
gewrocht. En, als dat project" nu de gevoe
lens en gedachten der hedendaagsche we
reld uitdrukt, dan komt het ons voor, dat
de tegenwoordige tijd in het geheel geen
gevoelens of gedachten heeft. Immers, op
zulk een kleurloos, nietszeggend ontwerp
zou men niet met onrecht het Duitsch
versje kunnen toepassen: „Was man nicht
declinieren kann, sieht man als ein Neu
trum an", zulk een project kan geen bouw
kundig maaksel worden. Doch. daar het
geheel geen stijl heeft, onttrekt het pro
ject zich eigenlijk aan iedere kritiek, en,
daar het volgens de laatste gegevens ver
moedelijk toch niet zal verwezenlijkt wor
den, willen wij er ons ook niet verder mee
bezig houden.
En daarmede is de stad Leiden van een
ramp bevrijd. Want zulk een raadhuis zou
voor Leiden een veel grootere ramp ge
worden zijn, dan (volgens sommigen) het
R. K. Universiteitsgebouw voor Nijmegen.
Wij hebben dat trouwens voor geen ramp
gehouden; maar hebben daarbij de wijs
heid en het beleid van Curatoren en Pro
fessoren bewonderd.
Immers al hadden zij ook een prijsvraag
uitgeschreven aan 77 architecten, dan had
den zij toch nog geen stijlvol of karakter
vol gebouw gekregen, want in dezen stijl
en beginselloozen tijd zou het waarschijn-*
lijk toch geen enkel architect gewaagd
hebben een project in zuiver historischen
stijl in te zenden; en, al zou dat gebeurd
zijn, dan zouden toch weer 77 andere des
kundigen dat als een ramp hebben aan
gezien. En zonder stijl is nu eenmaal geen
monumentale bouwkunst denkbaar. En,
ziet, dat is 't nu juist, wat wij in de ge
heele raadhuisliteratuur gemist hebben.
Geen enkele van al die groote deskundi
gen en kunstzinnige heeren heeft ook
maar van de noodzakelijkheid van een
historischen stijl gerept.
En juist daarop hebben wij in ons eer
ste artikel vooral gewezen, dat zonder
stijl geen schoon, karaktervol en monumen
taal gebouw denkbaar is. De groote meer
derheid van het volk heeft ons tenminste
in zoover gelijk gegeven, dat zij het stijl
en karakterloos Dudokbrouwsel niet heeft
willen aanvaarden. Dat alles is nu nega
tief. Doch sedert eenige weken is de op
lossing dezer kwestie meer in de nabijheid
gerukt en is reeds iets positiefs bekend,
zelfs de stijl van het raadhuis is bekend.
Leiden zal hoogst waarschijnlijk een Re
naissance Raadhuis krijgen en wel op de
oude plaats en met den ouden gevel of
facade. Daarvoor heeft minister Terpstra
door zijn ingrijpen gezorgd. En dat is, ge
zien de tegenwoordige omstandigheden en
kunstkritische verwarring, misschien nog
de eenige, ofschoon niet de beste oplos
sing.
Want, waar is nu nog een architect te
vinden, die het wagen zou een monumen
taal gebouw in een historischen stijl (zui
ver Romaansch of Gothiek) te bouwen. De
schoonste raadhuizen uit den laatsten tijd
zijn toch dat van Weenen en van München
en dan het parlementsgebouw van Buda
pest. Helaas, alle drie Gothiek! zucht de
moderne artiest.
De groote vraag echter is nu, of die
oude gevel wel waard is, dat het nieuwe
raadhuis van Leiden dienzelfden ouden
gevel als facade of hoofdfront zal moeten
krijgen. Al het overige van het raadhuis
van buiten en van binnen zal toch nieuw
moeten worden. En dan wordt die oude
Gorgel zonder glas
en water gorgel droog - WMK
met 2CSn
25.45 en 65 ets.
10041
gevel reeds meer of minder een dwang
buis voor den ontwerper en voor het nieu
we raadhuis. Krijgt het nieuwe raadhuis
verder nog een front aan de Korenbrug
steeg en aan de Vischmarkt, dan zal men
alweer gedwongen zijn die twee nieuwe
fronten in overeenstemming te brengen
met den ouden-„n ieuwen" gevel, om er
ten minste een ietwat artistiek geheel te
krijgen. Daarbij dient men dan toch ook
nog te bedenken, dat die oude gevel niet
meer is dan een tweederangsgevel van een
derderangsstijl (Renaissance), waarvan dan
nog het Noord-Westelijk gedeelte een mis
punt ig bijvoegsel is uit den baroktijd.
Daarbij komt dan nog het „ingebouwd
z ij n" tusschen privaatwoningen van nieu-
werwetsch maaksel, welke het aspect van
een raadhuis niet kunnen verhoogen. Een
monumentaal raadhuis „aus einem Guss",
gelijk dat van Middelburg of zelfs van
Gouda, was het niet, ofschoon dit laatste
in zijn tijd (circa 1450) slechts 6243 gulden,
drie stuivers en twaalf penningen gekost
heeft. Aldus bij Kluitman, „beschrijving
der stad Gouda".
Wat echter in de kwestie van een
„stadhuis metden ouden gevel"
het zwaarst schijnt te wegen, zijn de h i s-
torische'herinneringen van Lei
den's verleden, vanaf het begin der 16de
eeuw tot heden. Deze herinneringen (daar
aan schijnt men niet te willen denken)
waren echter niet altijd even prettig of
aangenaam voor velen in en bij Leiden. Dit
terloops.
Maar als wij nu alleen te kiezen hadden
tusschen het plan-Dudok, en het project
Terpstra, dan verdient dit laatste „met
oude gevel en op de oude plaats" ontegen
zeggelijk de voorkeur. Natuurlijk met drie
gevels, aan de Breestraat, aan de Koren-
brug-s t r a a t en aan de Vischmarkt.
De hoop, dat Leiden een geheel nieuw
monumentaal stadhuis zal krijgen schijnt
maar zeer klein. Immers dan zou 't in een
karaktervollen stijl, rond- of spitsboogstijl
moeten ontworpen worden, en daarvan wil
deze beginsellooze tijd niets weten.
Is 't niet teekenend voor dezen tijd, dat
onder al de schrijvers, die zich om het
raadhuis van Leiden interesseerden, geen
enkele over stijl heeft gesproken, en
vooral niet over een bepaalde stijl. Maar
stijl beteekent: gezag, wet, traditie, orde, en
vraagt onderwerping, en dat zou de dood
zijn van het subjectivisme, dat thans
heerscht in de kunst. Door het subjectivis
me wordt alle kunst vermoord. Het plan-
Dudok was daarom dan ook een echt
eigentijdsch project. Het was een opstand
tegen stijl, tegen gezag, tegen het ge
zond verstand en tegen alle esthetiek en
schoonheid. De constructeurs van deze
moderne bouwkunst zijn niets anders dan
makelaars in lokalen of ruimtefabrikanten.
Om een monument van bouwkunst te
scheppen, zal men terug moeten naar de
middeleeuwen, naar 't Romaansch of Go
thiek. Immers Renaissance wordt ergens
door Berlage genoemd „een grog waar
bij men uit vergissing nog
water heeft b ij gevoeg d."
Renaissance is een mengelmoes en sa
menraapsel uit oude primitieve en afge
dankte vormen van Grieken en Romeinen.
Modern echter is eigentijdsche ruimtefa-
bricatie met oeroude constructievormen.
De stad Leiden mag zich ten minste ver
heugen, als zij van deze laagste en groot
ste ramp bevrijd is gebleven. Eene prijs-
uitschrijving aan eenige weinige architec
ten met de enkele conditie „Een raad
huis in stijl" zou wel het beste ge
weest zijn. Maar wie mag dat hopen in
dezen stijl- of beginselloozen tijd? Dit tot
wering van het leelijke, dat toch altijd
verwant is aan het kwade, gelijk het goede
aan het schoone.
Groenendijk, Oct. 1931.
J. M. KEULERS, Carm. Disc.
Pastoor.
RELLETJES TE PARAMARIBO.
Bakkerijen geplunderd.
Aneta seint uit Paramaribo: Onder de
werkloozen zijn Woensdagmorgen relle
tjes uitgebroken. Te Paramaribo werden
warongs en bakkerijen geplunderd, ter
wijl reeksen gaslantaarns werden ver
nield. Aanvankelijk stond de politie
machteloos, doch later grepen militai
ren in.
Drie beambten werden gewond. Vele
huizen werden beschadigd. De gasfabriek
en de ijsfabriek zijn gesloten. Uitgebreide
maatregelen zijn genomen.
De daarop volgende nacht is betrek
kelijk kalm verloopen. Intusschen heb
ben de relletjesmakers getracht brand
te stichten. Deze poging is echter mis
lukt. Een rumoerige bende heeft een
winkel opengebroken en do voorraden
geplunderd. Eenige bruggen werden af
gebroken en Donderdagmorgen werden
overvallen gedaan op melkkarren. De
werklieden van de Centrale zijn in sta
king gegaan. De toestand blijft nog
steeds onzeker.
Op de Donderdagochtend gehouden
markt hebben plunderingen plaats ge
had.
VOLKENBOND
DE ONTWAPENINGSCONFERENTIE.
Zal Colijn Henderson als
voorzitter opvolgen?
Nauwelijks is de uitslag van de Engel-
sche verkiezingen bekend, of de vraag van
het presidium der ontwapeningsconferentie
wordt weer actueel, vooral nu de door den
Volkenbondsraad benoemde voorzitter
Henderson naar het oordeel van velen
niet meer over het npodige prestige be
schikt om de leiding van zulk een belang
rijke conferentie op zich te nemen. Hoe
wel Henderson destijds door den Raad
voornamelijk om zijn persoonlijke eigen
schappen is benoemd, en dus niet in zijn
kwaliteit van Engelsche minister van Bui-
tenlandsche Zaken, neemt dit niet weg, dat
zijn presidium op het oogenblik minder ge-
wenscht wordt geacht. Men is te Genève
algemeen van meening, dat na de neder
laag, die Henderson heeft geleden, hij er
goed aan zou doen, zijn mandaat ter be
schikking van den Raad te stellen. Indien
dit geschiedt en men zou dit in de naaste
toekomst tegemoet kunnen zien, staat
de Raad opnieuw voor een zeer moeilijke
en delicate keuze. Het heeft destijds al be
trekkelijk veel moeite gekost algemeen in
stemming in den Raad voor de candida-
tuur van Henderson te verkrijgen.
Gisteravond deed het ge.rucht de ronde,
dat de ontslagaanvrage reeds door Hen
derson zou zijn verzonden, doch het Vol-
kenbondssecretarinat verklaarde hiervan
niets te weten. Het wordt niet uitgeslo
ten geacht, dat, indien de Raad een
nieuwen» president moet benoemen, deze
gezocht zal worden in een der kleine-ex-
neutrale landen, en reeds wordt in de wan
delgangen van het Volkensbondssecreta-
riaat de naam van dr. H. Colijn genoemd.
Vooralsnog hangt echter ailes nog af van
de beslissing van Henderson.
Men neemt aan, dat van de zijde der
nieuwe Engelsche regeering niets zal wor
den gedaan om Henderson te bewegen,
van het voorzitterschap af te zien. Een
andere vraag is, of lord Robert Cecil, die
destijds met de conservatieven heeft ge
broken, de Engelsche regeering verder zal
blijven dienen. Men neemt hier echter aan,
dat lord Robert Cecil Engeland in de As-
sembléé en ook bij de ontwapeningsconfe
rentie zal blijven vertegenwoordigen, om
dat hij MacDonald zijn steun heeft toege
zegd.
Van de navolgende staten is te Genève
tot op heden een bevestigend antwoord
ontvangen op de resolutie der Volken-
bondsvergadering. waarin den staten
wordt gevraagd of zij bereid zijn, in af
wachting van de ontwapeningsconferentie,
een bewapeningsvacantie te sluitenLuxem
burg, Sovjet-Rusland, Albanië, Zwitser
land, Italië, Frankrijk, Duitschland en Bel
gië en dezer dagen worden te Genève de
antwoorden verwacht van de Ver. Staten
van Amerika, Estland, Italië, Frankrijk,
Duitschland, België? en Nederland, van
welke landen de Ver. Staten, Estland en
Nederland reeds een bevestigend antwoord
hebben toegezegd. „Tel."
SPANJE
KERK EN STAAT IN SPANJE.
Rede van oud-minister Maura.
Naar „El Mati" uit Madrid verneemt,
heeft de vroeger minister van binnenland-
gche zaken, Maura, aldaar een belangrijke
rede gehouden, waarin hij ook te sprekeu
kwam over de godsdienstkwestie.
Het godsdienstvraagstuk, zeide de vroe
gere minister, had thans in Spanje geen
probleem meer moeten zijn. Door den vorm
echter, waarin het behandeld is, ia een
nieuwe kwestie ontstaan der grondwet
herziening, die dagelijks meer en meer
aanhangers krijgt. Hierdoor is tevens ge
vaar ontstaan voor verstoring van de or
de in het land en de constitueerende pe
riode zal er door worden verlengd.
In nauw verband met dit vraagstuk, ging
Maura voort, staat dat der religieuse or
den. Ook dit vraagstuk bestond reeds, voor
dat de republikeinsche regeeringsvorm
werd ingevoerd. Telkenmale, dat men ge
tracht heeft, haar juridische positie te re
gelen, onstond een beweging, die in vele
gevallen de regeering tot aftreden nood
zaakte.
Ieder Katholiek zal begrijpen, zeide hij,
dat do republiek deze kwestie moest oplos
sen. Met de algeineene verkiezingen werd
echter een moeilijke toestand voor Spanje
geschapen.
Door rechtsche elementen werd beweerd,
dat zij zich niet in den verkiezingsstrijd
konden mengen, daar de linksche partijen
in dat geval haar toevlucht zouden nemen
tot het geweld.
Deze bewering echter was absoluut on
juist, want waar de rechtschen voor hun
rechten gestreden hebben, hebben zij ge
triomfeerd en waar zij dit niet deden,
hebben zij een algeheele nederlaag gele
den.
Het gevolg hiervan was, dat een linksche
meerderheid in de kamer kwam en niemand
zal zich er over verwonderen, zeide Maura,
dat deze aan de godsdienstkwestie een
extremistische oplossing gegeven heeft.
Met betrekking tot de verdrijving der
Jesuïeten zeide Maura, dat hij er niet aan
dacht, een vonnis over de orde te vellen,
daar hij zelf zijn studies bij de Jesuïeten
gemaakt .heeft en hun onschatbare ver
diensten heeft leeren waardeeren. Toch is
hij van meening, dat de Spaansche Je
suïeten zich, vellicht onbewust en on-ler
invloed van de conservatieven, die hen
steunden, in de politiek gemengd hebben,
PLEIDOOI VOOR WIJZIGING VAN
HET KIESSTELSEL.
De „News Cronicle" wijt do nederlaag
van Labour aan het feit, dat een groot
deel der bevolking onder normale omstan
digheden niet onsympathiek tegenover de
partij staat, doch dat het publiek nu ver
bolgen was over de dictatuur, die de vak
vereenigingen uitoefenden. Het wantrou
wen wordt door den uitslag der verkiezin
gen geteekend, doch ook overdreven, daar
ongeveer 7 millioen kiezers door 50 perso
nen worden vertegenwoordigd, terwijl 14
millioen door 550 parlementsleden worden
vertegenwoordigd. Het blad eischt dan ook
een herziening van het kiesstelsel.
„De „Daily Telegraph" is van meening,
dat een sterke regeering geen kwaad kan,
doch dat een al te zwakke oppositie ver
keerd is. De meerderheid moet nu bereid
zijn te offeren, zoowel wat de eigen poli
tiek, als de eigen klasse betreft.
De „Morning Post" verklaart dat het zon
der de verkiezingen ooit mogelijk zou zijn
geweest te bewijzen, dat de natio achter
de regeering staat Nu kan niemand dit
moer betwisten. Het volk heeft getoond,
aldus dit blad, dat het den nood be
grijpt en heeft de regeering de grootst mo
gelijke vrijheid en macht gegeven.
De „Times" schrijft, dat een dergelijke
meerderheid nog nooit in de Engelsche
geschiedenis is voorgekomen. Aangezien
het echter geen partij-meerderheid is, kan
deze gemakkelijk in groepen uiteenvallen.
Het blad vertrouwt echter, dat dit niet
gebeuren, en dat ieder zijn plicht zal be
grijpen om de natie voor een ineenstorting
te behoeden.
De „Daily Express' komt tot de conclu
sie, dat Labour verloren heeft, omdat het
zich niet vastberaden tegen den vrijhandel
heeft gekeerd.
Evenzoo spreekt de Daily Mail". De
verliezers zijn echter eveneens Engelschen,
aldus het blad, en het is te hopen, dat de
nederlaag geen verbittering zal achterla
ten, doch dat Labour zal medewerken
aan het herstel van de welvaart.
In een hoofdartikel geeft de „Daily He
rald" de nederlaag van Labour toe. Het
blad raadt aan, de Labour Party grondig
te reorganiseeren. In zeker opzicht is de
nederlaag de eigen schuld van de partij.
Het blad besluit met te verklaren, dat de
Tories overeenkomstig hun grondbeginse-
regelen te nemen welke de omstandigheden
kunnen vereischen.
waardoor zij zich het odium van velen op
den hals hebben gehaald.
Een groote opschudding, ging Maura
voort, verwekte onder de Katholieken het
artikel betreffende de nationaliseering van
het bezit dor Jesuïebenorde. Er bestaat
echter geenerlei reden om zich hierover on
gerust te maken, daar het bekend is, dat
de Jesuïeten hun goederen niet op hun
eigen naam hebben staan, maar op naam
van derden, hetgeen nationaliseering onmo
gelijk maakt.
Met betrekking tot het verbod aan do
religieuze orden, om zich nog langer met
het onderwijs te belasten zeide de ex-mi
nister nog, dat men zich ook hier niet on
gerust behoeft te maken, daar het duide
lijk is, dat een regeering zoo maar niet een
millioen twee honderd duizend kinderen
van onderwijs kan berooven. Vooreerst zou
de staat minstens over drie honderd mil
lioen peseta's moeten kunnen beschikken,
om de religieuzen door leekenonderwijzers
te vervangen en op de tweede plaats zul
len er nog jaren over heengaan, voor dat
een voldoend aantal leeken-onderwijzers
gevormd zal zijn.
De Basken-beweging.
Naar „El Mati" meldt, heeft de Baski-
sche afgevaardigde, Leizaola, in de Bas-
kische club te Barcelona een rede gehou
den, waarin hij o.a. zeide, dat Madrid
s-teeds alles in het werk heeft gesteld, om
de Baeken er onder te krijgen. Sinds ja
ren echter, zeide Leizaola, voeren de Bas-
ken een campagne van lijdelijk verzet, die
de beroemde campagne van Gandhi volko
men waardig is. De ware autonomie van
een volk, zoo besloot de Baskische afgevaar
digde zijn rede, bestaat hierin, dat een
volk zelf de mannen kan kiezen, die het
moeten regeeren.
AMERIKA
DE KWESTIE DER
HERSTELBETALINGEN.
Een Duitsch initiatief gewenscht.
In de New Yorksche „Saturday Review"
bespreekt Thomas Lamont, een der mede
eigenaars van de Morgan Bank, het „einde
van de herstelbetalingen".
Hij spoort Duitschland aan, het initia
tief te nemen, om tot een overeenkomst
met Frankrijk te komen inzake de herstel
betalingen alvorens aan de Vereenigde
Staten wordt verzocht, de internationale
schulden te herzien.
Lamout is ervan overtuigd, dat indien
de Europee»che staten deze taak zouden
volbrengen, ook de Vereenigde Staten wel
bereid zouden zijn, nieuwe voorstellen in
zake het schulden-vraagstuk te bestudeeren.
Men kan daarentegen niet verwachten,
dat de Amerikaansche regeering de eer3te
stappen in deze richting zal doen.
Evenmin kan het Amerikaansche volk
Duitschland verdere leeningen voor het
betalen der herstelbetalingen verstrekken.
De oplossing van het herstel-vraagstuk
moet derhalve op een realistischen grond
slag worden bereikt.
Lamont herinnert er verder aan, dat de
Amerikaansche financieele wereld in de
Ion de huidige problemen met de metho
den van het verleden zullen trachten op te
lossen en dat, als het land lange jaren on
der deze dwaasheid heeft geleden, de dagen
van Labour weer zullen aanbreken.
GEEN INV0ER-RESTRICTIE VOOR
KERSTMIS?
Weinig vooraanstaande persoonlijkheden
meenen, dat de regeering iets zal onderne
men in do richting van de een of andore
beperking van den invoer vóór a.s. Kerst
mis.
Men verwacht algemeen, dat alle minis
ters der nationale regeering hun respectie
ve portefeuilles ter beschikking van den
premier zullen stellen. Hoewel de regee
ring een mandaat voor de „vrije hand"
heeft gekregen en over een verpletterende
meerderheid beschikt, heeft zij tot aller
eerste plicht zich dringeqd bezig te hou
den met den huidigen financieelen en eco-
mischen toestand.
DENEMARKEN BEDUCHT VOOR ZIJN
UITVOER.
De Deensche bidden merken naar aan
leiding van den uitslag der Britsche ver
kiezingen op, dat de kwestie der tarieven
thans op den voorgrond staat» Zij uiten
echter de hoop, dat rechten op levensmid
delen vermeden zullen worden. „Dagens
Nyheter" (conservatief) is van oordeel, dat
de 27sto October het einde heeft gebracht
van den Britschen vrijhandel en dat ta
rieven onafwendbaar in aantocht zijn. Het
blad acht dit voor Denemarken een weinig
aangenaam vooruitzicht, doch het is de
vraag, hoe hoog Engeland zijn tariefmuren
zal optrekken. Waarschijnlijk is er geen
onmiddellijk gevaar voor den Deenschen
export van landbouwproducten, doch de
toekomst is onzeker. De Britsche imperiee-
le belangen kunnen leiden tot een nieuwe
levensmiddelenpolitiek, hetgeen voor De
nemarken ernstige gevolgen zou kunnen
hebben.
Het regeeringsblad „Sociaaldemokraten"
gelooft niet, dat Engeland rechten op le
vensmiddelen zal gaan heffen. De voorma
lige premier, Madsen Mygdal, verklaarde,
dat de uitslag der verkiezingen nog niet
behoeft te beteekenen, dat het Deensch-
Engelsche handelsverkeer oen vermindering
zal ondergaan. Denemarken moet echter
gereed staan, zoo zeide hij, tijdig alle maat-
laatate 12 jaar een naar verhouding zeer
groot aandeel aan de lasten der herstel
betalingen gedragen en het daardoor den
orediteurstaten gemakkelijker heeft go-
maakt, tot een werkelijk definitieve oplos
sing van de kwestie der herstelbetalingen
te geraken.
Daarom moet Duitschland, hoe eerder
hoe beter, ofwel door het Youug-plan, of
wel door zioli direct met Frankrijk te ver
staan, in hot kader van het Young-plan het
initiatief nemen.
Lamont legde er verder den nadruk op,
dat het internationaal vertrouwen in
Duitsohland geschokt zal worden, wanneer
het land geen gebruik weet te maken van
het Hoover-moratorium, om zijn binnen-
en buitenlandsche verplichtingen, op kor
ten termijn te liquideeren.
Duitschland dient aan de actie voor her
ziening van het verdrag van Versailles een
eind te maken en grouter vertrouwen te
stellen in een rustige ontwikkeling der za
ken, teneinde op deze wijze een gerecht
vaardigde herziening te verkujgen.
Lamont is een der laatsten om aan te
nemen, dat aan het Versaillesverdrag
niets gewijzigd moet worden, immers, be
vat dit verdrag zeer vele ongunstige voor
waarden.
Echter bestaat er geen reden om aan
te nemen, dat het Fransche volk in deze
kwestie onverstandig zou handelen.
Men dient Frankrijk's neiging voor n
methodische behandeling te begrijpen en
mag niet ongeduldig worden, wanneer de
Franschen aan een dergelijk verloop blij
ven vasthouden.
BUITENL. BERICHTEN.
DRIE OORLOGSBODEMS VERMIST.
Slachtoffers van den storm?
Naar de „Daily Herald" uit Karatsji
meldt, zijn drie Fransche oorlogsschepen,
n.l. een adviesjacht en twee duikbooten,
op weg van Aden naar Karatsji zoek ge
raakt. Men vermoedt, dat de schepen tij
dens een etorm of een zeebeving, welke
tusschen 15 en 17 October heeft gewoed,
zijn vergaan. Do schepen hebben 15 Oc
tober Aden verlaten en worden vijf da
gen geleden te Karatsji verwacht.
In de havens, die de schepen moesten
passeeren, is navraag gedaan, doch zon
der eenig resultaat, nergens had men de
oorlogsschepen gezien. Het Fransche
consulaat te Karatsji zet nog voortdu
rend de nasporingen voort; oproepen
zijn gericht tot de scheepvaart om me-
dedeeling of de booten ergens gesigna
leerd zijn.
Gevreesd wordt, dat het adviesjacht
in den storm is vergaan en dat de twee
duikbooten zijn ondergedoken, doch het
slachtoffer zijn geworden van een zee
beving.
Het adviesjacht is volgens de „Daily
Herald" de „Vitry-le-Frangois", metende
664 ton, met een bemanning van 110 kop
pen. De duikbooten zijn de „Joessel" en
de „Fulton", die in 1917 resp. 1919 zijn
gebouwd. De „Joessel" meet 838 ton en
„Fulton" 915 ton; zij stonden bekend om
haar betrouwbaarheid op lange tochten.