BUITENLAND NED WÉST-INDIE VRIJDAG 30 OCTOBER 1931 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 5 CONCLUSIES UIT DEN STEMBUSUITSLAG IN ENGELAND. LEIDEN IN NOOD Er moet toch wel iets rot zijn in het rijk der kunst en schoonheid. Dat toont wel zeer duidelijk de Leidsche Stadhuiskwestie Daarover is nu reeds een geheele litera tuur verschenen, en nóg geen eenheid van inzicht, nóg geen beslissing. Doch dat is nog niet het ergste. Niet alleen in het rijk der kunst hapert iets; maar ook in het rijk van deskundigen, architecten, kunst- kritikers en kunstminnaars hapert iets. En nog meer; men heeft zelfs geen be ginsel, geen criterium of maatstaf bij het beoordeelen van kunst of schoonheid, of, wat al weer hetzelfde is, zooveel criteria en beginselen als er deskundigen of kun stenaars zijn. De kwestie over het raad huis van Leiden is inderdaad eene buiten gewoon duidelijke illustratie van de anar chie en beginselloosheid, welke thans heerscht op het gebied van bouwkunst. Wij hebben in ons artikel van Dec. 1929 gezegd, dat men geen schoon, monumen- iaal raadhuis zou kunnen bouwen zonder stijl, en dat zonder stijl geen beschaafde of rationeele bouwkunst denkbaar is. Het project Dudok droeg nu juist alle kenmer ken van stijlloosheid en neutraliteit of ka rakterloosheid aan zich. Tot lof van dat project heeft men alleen kunnen zeggen, dat het op volmaakte wijze de hedendaag- sche gedachten en gevoelens tot uitdruk king brengt. En dat is juist ook het slecht ste wat men er van kon zeggen. Inderdaad geeft het plan-Dudok zoowat alles wat de hedendaagsche wereld bezit aan gevoelens van bizariteit, absurditeit en verdwazing op bouwkunstig gebied. Wij weten heel goed, dat er menschen zijn, welke in deze uiting van hedendaagsche gevoelens tevens de hoogste esthetische schoonheid bewonderen; maar daar zijn ook anderen en nog wel deskundigen, wel ke overtuigd zijn, dat door dergelijke „be- griplooze en onbenullige bouwsels stad en land ontsierd wordt, en dat daaraan zelfs het meest elementaire begrip van bouw kundige samenstelling (om van bouwkunst nog maar te zwijgen) ontbreekt." En in derdaad het Dudok-ontwerp voor het Leid sche raadhuis leek dan ook verbazend veel op een D-trein van drie verdiepingen, die in tempo 110 km. aan onze oogenvoorbij vliegt, meer zelfs dan op een bouwkundig gewrocht. En, als dat project" nu de gevoe lens en gedachten der hedendaagsche we reld uitdrukt, dan komt het ons voor, dat de tegenwoordige tijd in het geheel geen gevoelens of gedachten heeft. Immers, op zulk een kleurloos, nietszeggend ontwerp zou men niet met onrecht het Duitsch versje kunnen toepassen: „Was man nicht declinieren kann, sieht man als ein Neu trum an", zulk een project kan geen bouw kundig maaksel worden. Doch. daar het geheel geen stijl heeft, onttrekt het pro ject zich eigenlijk aan iedere kritiek, en, daar het volgens de laatste gegevens ver moedelijk toch niet zal verwezenlijkt wor den, willen wij er ons ook niet verder mee bezig houden. En daarmede is de stad Leiden van een ramp bevrijd. Want zulk een raadhuis zou voor Leiden een veel grootere ramp ge worden zijn, dan (volgens sommigen) het R. K. Universiteitsgebouw voor Nijmegen. Wij hebben dat trouwens voor geen ramp gehouden; maar hebben daarbij de wijs heid en het beleid van Curatoren en Pro fessoren bewonderd. Immers al hadden zij ook een prijsvraag uitgeschreven aan 77 architecten, dan had den zij toch nog geen stijlvol of karakter vol gebouw gekregen, want in dezen stijl en beginselloozen tijd zou het waarschijn-* lijk toch geen enkel architect gewaagd hebben een project in zuiver historischen stijl in te zenden; en, al zou dat gebeurd zijn, dan zouden toch weer 77 andere des kundigen dat als een ramp hebben aan gezien. En zonder stijl is nu eenmaal geen monumentale bouwkunst denkbaar. En, ziet, dat is 't nu juist, wat wij in de ge heele raadhuisliteratuur gemist hebben. Geen enkele van al die groote deskundi gen en kunstzinnige heeren heeft ook maar van de noodzakelijkheid van een historischen stijl gerept. En juist daarop hebben wij in ons eer ste artikel vooral gewezen, dat zonder stijl geen schoon, karaktervol en monumen taal gebouw denkbaar is. De groote meer derheid van het volk heeft ons tenminste in zoover gelijk gegeven, dat zij het stijl en karakterloos Dudokbrouwsel niet heeft willen aanvaarden. Dat alles is nu nega tief. Doch sedert eenige weken is de op lossing dezer kwestie meer in de nabijheid gerukt en is reeds iets positiefs bekend, zelfs de stijl van het raadhuis is bekend. Leiden zal hoogst waarschijnlijk een Re naissance Raadhuis krijgen en wel op de oude plaats en met den ouden gevel of facade. Daarvoor heeft minister Terpstra door zijn ingrijpen gezorgd. En dat is, ge zien de tegenwoordige omstandigheden en kunstkritische verwarring, misschien nog de eenige, ofschoon niet de beste oplos sing. Want, waar is nu nog een architect te vinden, die het wagen zou een monumen taal gebouw in een historischen stijl (zui ver Romaansch of Gothiek) te bouwen. De schoonste raadhuizen uit den laatsten tijd zijn toch dat van Weenen en van München en dan het parlementsgebouw van Buda pest. Helaas, alle drie Gothiek! zucht de moderne artiest. De groote vraag echter is nu, of die oude gevel wel waard is, dat het nieuwe raadhuis van Leiden dienzelfden ouden gevel als facade of hoofdfront zal moeten krijgen. Al het overige van het raadhuis van buiten en van binnen zal toch nieuw moeten worden. En dan wordt die oude Gorgel zonder glas en water gorgel droog - WMK met 2CSn 25.45 en 65 ets. 10041 gevel reeds meer of minder een dwang buis voor den ontwerper en voor het nieu we raadhuis. Krijgt het nieuwe raadhuis verder nog een front aan de Korenbrug steeg en aan de Vischmarkt, dan zal men alweer gedwongen zijn die twee nieuwe fronten in overeenstemming te brengen met den ouden-„n ieuwen" gevel, om er ten minste een ietwat artistiek geheel te krijgen. Daarbij dient men dan toch ook nog te bedenken, dat die oude gevel niet meer is dan een tweederangsgevel van een derderangsstijl (Renaissance), waarvan dan nog het Noord-Westelijk gedeelte een mis punt ig bijvoegsel is uit den baroktijd. Daarbij komt dan nog het „ingebouwd z ij n" tusschen privaatwoningen van nieu- werwetsch maaksel, welke het aspect van een raadhuis niet kunnen verhoogen. Een monumentaal raadhuis „aus einem Guss", gelijk dat van Middelburg of zelfs van Gouda, was het niet, ofschoon dit laatste in zijn tijd (circa 1450) slechts 6243 gulden, drie stuivers en twaalf penningen gekost heeft. Aldus bij Kluitman, „beschrijving der stad Gouda". Wat echter in de kwestie van een „stadhuis metden ouden gevel" het zwaarst schijnt te wegen, zijn de h i s- torische'herinneringen van Lei den's verleden, vanaf het begin der 16de eeuw tot heden. Deze herinneringen (daar aan schijnt men niet te willen denken) waren echter niet altijd even prettig of aangenaam voor velen in en bij Leiden. Dit terloops. Maar als wij nu alleen te kiezen hadden tusschen het plan-Dudok, en het project Terpstra, dan verdient dit laatste „met oude gevel en op de oude plaats" ontegen zeggelijk de voorkeur. Natuurlijk met drie gevels, aan de Breestraat, aan de Koren- brug-s t r a a t en aan de Vischmarkt. De hoop, dat Leiden een geheel nieuw monumentaal stadhuis zal krijgen schijnt maar zeer klein. Immers dan zou 't in een karaktervollen stijl, rond- of spitsboogstijl moeten ontworpen worden, en daarvan wil deze beginsellooze tijd niets weten. Is 't niet teekenend voor dezen tijd, dat onder al de schrijvers, die zich om het raadhuis van Leiden interesseerden, geen enkele over stijl heeft gesproken, en vooral niet over een bepaalde stijl. Maar stijl beteekent: gezag, wet, traditie, orde, en vraagt onderwerping, en dat zou de dood zijn van het subjectivisme, dat thans heerscht in de kunst. Door het subjectivis me wordt alle kunst vermoord. Het plan- Dudok was daarom dan ook een echt eigentijdsch project. Het was een opstand tegen stijl, tegen gezag, tegen het ge zond verstand en tegen alle esthetiek en schoonheid. De constructeurs van deze moderne bouwkunst zijn niets anders dan makelaars in lokalen of ruimtefabrikanten. Om een monument van bouwkunst te scheppen, zal men terug moeten naar de middeleeuwen, naar 't Romaansch of Go thiek. Immers Renaissance wordt ergens door Berlage genoemd „een grog waar bij men uit vergissing nog water heeft b ij gevoeg d." Renaissance is een mengelmoes en sa menraapsel uit oude primitieve en afge dankte vormen van Grieken en Romeinen. Modern echter is eigentijdsche ruimtefa- bricatie met oeroude constructievormen. De stad Leiden mag zich ten minste ver heugen, als zij van deze laagste en groot ste ramp bevrijd is gebleven. Eene prijs- uitschrijving aan eenige weinige architec ten met de enkele conditie „Een raad huis in stijl" zou wel het beste ge weest zijn. Maar wie mag dat hopen in dezen stijl- of beginselloozen tijd? Dit tot wering van het leelijke, dat toch altijd verwant is aan het kwade, gelijk het goede aan het schoone. Groenendijk, Oct. 1931. J. M. KEULERS, Carm. Disc. Pastoor. RELLETJES TE PARAMARIBO. Bakkerijen geplunderd. Aneta seint uit Paramaribo: Onder de werkloozen zijn Woensdagmorgen relle tjes uitgebroken. Te Paramaribo werden warongs en bakkerijen geplunderd, ter wijl reeksen gaslantaarns werden ver nield. Aanvankelijk stond de politie machteloos, doch later grepen militai ren in. Drie beambten werden gewond. Vele huizen werden beschadigd. De gasfabriek en de ijsfabriek zijn gesloten. Uitgebreide maatregelen zijn genomen. De daarop volgende nacht is betrek kelijk kalm verloopen. Intusschen heb ben de relletjesmakers getracht brand te stichten. Deze poging is echter mis lukt. Een rumoerige bende heeft een winkel opengebroken en do voorraden geplunderd. Eenige bruggen werden af gebroken en Donderdagmorgen werden overvallen gedaan op melkkarren. De werklieden van de Centrale zijn in sta king gegaan. De toestand blijft nog steeds onzeker. Op de Donderdagochtend gehouden markt hebben plunderingen plaats ge had. VOLKENBOND DE ONTWAPENINGSCONFERENTIE. Zal Colijn Henderson als voorzitter opvolgen? Nauwelijks is de uitslag van de Engel- sche verkiezingen bekend, of de vraag van het presidium der ontwapeningsconferentie wordt weer actueel, vooral nu de door den Volkenbondsraad benoemde voorzitter Henderson naar het oordeel van velen niet meer over het npodige prestige be schikt om de leiding van zulk een belang rijke conferentie op zich te nemen. Hoe wel Henderson destijds door den Raad voornamelijk om zijn persoonlijke eigen schappen is benoemd, en dus niet in zijn kwaliteit van Engelsche minister van Bui- tenlandsche Zaken, neemt dit niet weg, dat zijn presidium op het oogenblik minder ge- wenscht wordt geacht. Men is te Genève algemeen van meening, dat na de neder laag, die Henderson heeft geleden, hij er goed aan zou doen, zijn mandaat ter be schikking van den Raad te stellen. Indien dit geschiedt en men zou dit in de naaste toekomst tegemoet kunnen zien, staat de Raad opnieuw voor een zeer moeilijke en delicate keuze. Het heeft destijds al be trekkelijk veel moeite gekost algemeen in stemming in den Raad voor de candida- tuur van Henderson te verkrijgen. Gisteravond deed het ge.rucht de ronde, dat de ontslagaanvrage reeds door Hen derson zou zijn verzonden, doch het Vol- kenbondssecretarinat verklaarde hiervan niets te weten. Het wordt niet uitgeslo ten geacht, dat, indien de Raad een nieuwen» president moet benoemen, deze gezocht zal worden in een der kleine-ex- neutrale landen, en reeds wordt in de wan delgangen van het Volkensbondssecreta- riaat de naam van dr. H. Colijn genoemd. Vooralsnog hangt echter ailes nog af van de beslissing van Henderson. Men neemt aan, dat van de zijde der nieuwe Engelsche regeering niets zal wor den gedaan om Henderson te bewegen, van het voorzitterschap af te zien. Een andere vraag is, of lord Robert Cecil, die destijds met de conservatieven heeft ge broken, de Engelsche regeering verder zal blijven dienen. Men neemt hier echter aan, dat lord Robert Cecil Engeland in de As- sembléé en ook bij de ontwapeningsconfe rentie zal blijven vertegenwoordigen, om dat hij MacDonald zijn steun heeft toege zegd. Van de navolgende staten is te Genève tot op heden een bevestigend antwoord ontvangen op de resolutie der Volken- bondsvergadering. waarin den staten wordt gevraagd of zij bereid zijn, in af wachting van de ontwapeningsconferentie, een bewapeningsvacantie te sluitenLuxem burg, Sovjet-Rusland, Albanië, Zwitser land, Italië, Frankrijk, Duitschland en Bel gië en dezer dagen worden te Genève de antwoorden verwacht van de Ver. Staten van Amerika, Estland, Italië, Frankrijk, Duitschland, België? en Nederland, van welke landen de Ver. Staten, Estland en Nederland reeds een bevestigend antwoord hebben toegezegd. „Tel." SPANJE KERK EN STAAT IN SPANJE. Rede van oud-minister Maura. Naar „El Mati" uit Madrid verneemt, heeft de vroeger minister van binnenland- gche zaken, Maura, aldaar een belangrijke rede gehouden, waarin hij ook te sprekeu kwam over de godsdienstkwestie. Het godsdienstvraagstuk, zeide de vroe gere minister, had thans in Spanje geen probleem meer moeten zijn. Door den vorm echter, waarin het behandeld is, ia een nieuwe kwestie ontstaan der grondwet herziening, die dagelijks meer en meer aanhangers krijgt. Hierdoor is tevens ge vaar ontstaan voor verstoring van de or de in het land en de constitueerende pe riode zal er door worden verlengd. In nauw verband met dit vraagstuk, ging Maura voort, staat dat der religieuse or den. Ook dit vraagstuk bestond reeds, voor dat de republikeinsche regeeringsvorm werd ingevoerd. Telkenmale, dat men ge tracht heeft, haar juridische positie te re gelen, onstond een beweging, die in vele gevallen de regeering tot aftreden nood zaakte. Ieder Katholiek zal begrijpen, zeide hij, dat do republiek deze kwestie moest oplos sen. Met de algeineene verkiezingen werd echter een moeilijke toestand voor Spanje geschapen. Door rechtsche elementen werd beweerd, dat zij zich niet in den verkiezingsstrijd konden mengen, daar de linksche partijen in dat geval haar toevlucht zouden nemen tot het geweld. Deze bewering echter was absoluut on juist, want waar de rechtschen voor hun rechten gestreden hebben, hebben zij ge triomfeerd en waar zij dit niet deden, hebben zij een algeheele nederlaag gele den. Het gevolg hiervan was, dat een linksche meerderheid in de kamer kwam en niemand zal zich er over verwonderen, zeide Maura, dat deze aan de godsdienstkwestie een extremistische oplossing gegeven heeft. Met betrekking tot de verdrijving der Jesuïeten zeide Maura, dat hij er niet aan dacht, een vonnis over de orde te vellen, daar hij zelf zijn studies bij de Jesuïeten gemaakt .heeft en hun onschatbare ver diensten heeft leeren waardeeren. Toch is hij van meening, dat de Spaansche Je suïeten zich, vellicht onbewust en on-ler invloed van de conservatieven, die hen steunden, in de politiek gemengd hebben, PLEIDOOI VOOR WIJZIGING VAN HET KIESSTELSEL. De „News Cronicle" wijt do nederlaag van Labour aan het feit, dat een groot deel der bevolking onder normale omstan digheden niet onsympathiek tegenover de partij staat, doch dat het publiek nu ver bolgen was over de dictatuur, die de vak vereenigingen uitoefenden. Het wantrou wen wordt door den uitslag der verkiezin gen geteekend, doch ook overdreven, daar ongeveer 7 millioen kiezers door 50 perso nen worden vertegenwoordigd, terwijl 14 millioen door 550 parlementsleden worden vertegenwoordigd. Het blad eischt dan ook een herziening van het kiesstelsel. „De „Daily Telegraph" is van meening, dat een sterke regeering geen kwaad kan, doch dat een al te zwakke oppositie ver keerd is. De meerderheid moet nu bereid zijn te offeren, zoowel wat de eigen poli tiek, als de eigen klasse betreft. De „Morning Post" verklaart dat het zon der de verkiezingen ooit mogelijk zou zijn geweest te bewijzen, dat de natio achter de regeering staat Nu kan niemand dit moer betwisten. Het volk heeft getoond, aldus dit blad, dat het den nood be grijpt en heeft de regeering de grootst mo gelijke vrijheid en macht gegeven. De „Times" schrijft, dat een dergelijke meerderheid nog nooit in de Engelsche geschiedenis is voorgekomen. Aangezien het echter geen partij-meerderheid is, kan deze gemakkelijk in groepen uiteenvallen. Het blad vertrouwt echter, dat dit niet gebeuren, en dat ieder zijn plicht zal be grijpen om de natie voor een ineenstorting te behoeden. De „Daily Express' komt tot de conclu sie, dat Labour verloren heeft, omdat het zich niet vastberaden tegen den vrijhandel heeft gekeerd. Evenzoo spreekt de Daily Mail". De verliezers zijn echter eveneens Engelschen, aldus het blad, en het is te hopen, dat de nederlaag geen verbittering zal achterla ten, doch dat Labour zal medewerken aan het herstel van de welvaart. In een hoofdartikel geeft de „Daily He rald" de nederlaag van Labour toe. Het blad raadt aan, de Labour Party grondig te reorganiseeren. In zeker opzicht is de nederlaag de eigen schuld van de partij. Het blad besluit met te verklaren, dat de Tories overeenkomstig hun grondbeginse- regelen te nemen welke de omstandigheden kunnen vereischen. waardoor zij zich het odium van velen op den hals hebben gehaald. Een groote opschudding, ging Maura voort, verwekte onder de Katholieken het artikel betreffende de nationaliseering van het bezit dor Jesuïebenorde. Er bestaat echter geenerlei reden om zich hierover on gerust te maken, daar het bekend is, dat de Jesuïeten hun goederen niet op hun eigen naam hebben staan, maar op naam van derden, hetgeen nationaliseering onmo gelijk maakt. Met betrekking tot het verbod aan do religieuze orden, om zich nog langer met het onderwijs te belasten zeide de ex-mi nister nog, dat men zich ook hier niet on gerust behoeft te maken, daar het duide lijk is, dat een regeering zoo maar niet een millioen twee honderd duizend kinderen van onderwijs kan berooven. Vooreerst zou de staat minstens over drie honderd mil lioen peseta's moeten kunnen beschikken, om de religieuzen door leekenonderwijzers te vervangen en op de tweede plaats zul len er nog jaren over heengaan, voor dat een voldoend aantal leeken-onderwijzers gevormd zal zijn. De Basken-beweging. Naar „El Mati" meldt, heeft de Baski- sche afgevaardigde, Leizaola, in de Bas- kische club te Barcelona een rede gehou den, waarin hij o.a. zeide, dat Madrid s-teeds alles in het werk heeft gesteld, om de Baeken er onder te krijgen. Sinds ja ren echter, zeide Leizaola, voeren de Bas- ken een campagne van lijdelijk verzet, die de beroemde campagne van Gandhi volko men waardig is. De ware autonomie van een volk, zoo besloot de Baskische afgevaar digde zijn rede, bestaat hierin, dat een volk zelf de mannen kan kiezen, die het moeten regeeren. AMERIKA DE KWESTIE DER HERSTELBETALINGEN. Een Duitsch initiatief gewenscht. In de New Yorksche „Saturday Review" bespreekt Thomas Lamont, een der mede eigenaars van de Morgan Bank, het „einde van de herstelbetalingen". Hij spoort Duitschland aan, het initia tief te nemen, om tot een overeenkomst met Frankrijk te komen inzake de herstel betalingen alvorens aan de Vereenigde Staten wordt verzocht, de internationale schulden te herzien. Lamout is ervan overtuigd, dat indien de Europee»che staten deze taak zouden volbrengen, ook de Vereenigde Staten wel bereid zouden zijn, nieuwe voorstellen in zake het schulden-vraagstuk te bestudeeren. Men kan daarentegen niet verwachten, dat de Amerikaansche regeering de eer3te stappen in deze richting zal doen. Evenmin kan het Amerikaansche volk Duitschland verdere leeningen voor het betalen der herstelbetalingen verstrekken. De oplossing van het herstel-vraagstuk moet derhalve op een realistischen grond slag worden bereikt. Lamont herinnert er verder aan, dat de Amerikaansche financieele wereld in de Ion de huidige problemen met de metho den van het verleden zullen trachten op te lossen en dat, als het land lange jaren on der deze dwaasheid heeft geleden, de dagen van Labour weer zullen aanbreken. GEEN INV0ER-RESTRICTIE VOOR KERSTMIS? Weinig vooraanstaande persoonlijkheden meenen, dat de regeering iets zal onderne men in do richting van de een of andore beperking van den invoer vóór a.s. Kerst mis. Men verwacht algemeen, dat alle minis ters der nationale regeering hun respectie ve portefeuilles ter beschikking van den premier zullen stellen. Hoewel de regee ring een mandaat voor de „vrije hand" heeft gekregen en over een verpletterende meerderheid beschikt, heeft zij tot aller eerste plicht zich dringeqd bezig te hou den met den huidigen financieelen en eco- mischen toestand. DENEMARKEN BEDUCHT VOOR ZIJN UITVOER. De Deensche bidden merken naar aan leiding van den uitslag der Britsche ver kiezingen op, dat de kwestie der tarieven thans op den voorgrond staat» Zij uiten echter de hoop, dat rechten op levensmid delen vermeden zullen worden. „Dagens Nyheter" (conservatief) is van oordeel, dat de 27sto October het einde heeft gebracht van den Britschen vrijhandel en dat ta rieven onafwendbaar in aantocht zijn. Het blad acht dit voor Denemarken een weinig aangenaam vooruitzicht, doch het is de vraag, hoe hoog Engeland zijn tariefmuren zal optrekken. Waarschijnlijk is er geen onmiddellijk gevaar voor den Deenschen export van landbouwproducten, doch de toekomst is onzeker. De Britsche imperiee- le belangen kunnen leiden tot een nieuwe levensmiddelenpolitiek, hetgeen voor De nemarken ernstige gevolgen zou kunnen hebben. Het regeeringsblad „Sociaaldemokraten" gelooft niet, dat Engeland rechten op le vensmiddelen zal gaan heffen. De voorma lige premier, Madsen Mygdal, verklaarde, dat de uitslag der verkiezingen nog niet behoeft te beteekenen, dat het Deensch- Engelsche handelsverkeer oen vermindering zal ondergaan. Denemarken moet echter gereed staan, zoo zeide hij, tijdig alle maat- laatate 12 jaar een naar verhouding zeer groot aandeel aan de lasten der herstel betalingen gedragen en het daardoor den orediteurstaten gemakkelijker heeft go- maakt, tot een werkelijk definitieve oplos sing van de kwestie der herstelbetalingen te geraken. Daarom moet Duitschland, hoe eerder hoe beter, ofwel door het Youug-plan, of wel door zioli direct met Frankrijk te ver staan, in hot kader van het Young-plan het initiatief nemen. Lamont legde er verder den nadruk op, dat het internationaal vertrouwen in Duitsohland geschokt zal worden, wanneer het land geen gebruik weet te maken van het Hoover-moratorium, om zijn binnen- en buitenlandsche verplichtingen, op kor ten termijn te liquideeren. Duitschland dient aan de actie voor her ziening van het verdrag van Versailles een eind te maken en grouter vertrouwen te stellen in een rustige ontwikkeling der za ken, teneinde op deze wijze een gerecht vaardigde herziening te verkujgen. Lamont is een der laatsten om aan te nemen, dat aan het Versaillesverdrag niets gewijzigd moet worden, immers, be vat dit verdrag zeer vele ongunstige voor waarden. Echter bestaat er geen reden om aan te nemen, dat het Fransche volk in deze kwestie onverstandig zou handelen. Men dient Frankrijk's neiging voor n methodische behandeling te begrijpen en mag niet ongeduldig worden, wanneer de Franschen aan een dergelijk verloop blij ven vasthouden. BUITENL. BERICHTEN. DRIE OORLOGSBODEMS VERMIST. Slachtoffers van den storm? Naar de „Daily Herald" uit Karatsji meldt, zijn drie Fransche oorlogsschepen, n.l. een adviesjacht en twee duikbooten, op weg van Aden naar Karatsji zoek ge raakt. Men vermoedt, dat de schepen tij dens een etorm of een zeebeving, welke tusschen 15 en 17 October heeft gewoed, zijn vergaan. Do schepen hebben 15 Oc tober Aden verlaten en worden vijf da gen geleden te Karatsji verwacht. In de havens, die de schepen moesten passeeren, is navraag gedaan, doch zon der eenig resultaat, nergens had men de oorlogsschepen gezien. Het Fransche consulaat te Karatsji zet nog voortdu rend de nasporingen voort; oproepen zijn gericht tot de scheepvaart om me- dedeeling of de booten ergens gesigna leerd zijn. Gevreesd wordt, dat het adviesjacht in den storm is vergaan en dat de twee duikbooten zijn ondergedoken, doch het slachtoffer zijn geworden van een zee beving. Het adviesjacht is volgens de „Daily Herald" de „Vitry-le-Frangois", metende 664 ton, met een bemanning van 110 kop pen. De duikbooten zijn de „Joessel" en de „Fulton", die in 1917 resp. 1919 zijn gebouwd. De „Joessel" meet 838 ton en „Fulton" 915 ton; zij stonden bekend om haar betrouwbaarheid op lange tochten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 5