STADSNIEUWS
ACADEMIENIEUWS
ZATERDAG 10 OCTOBER 1931
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD PAG. 9
MAATSCHAPPIJ DER
NEDERLANDSCHE LETTERKUNDE.
Middeleeuwsche perkamenten missaal- en
lectionaarbladen als mappen voor
rekeningen.
In de gisteravond alhier gehouden eerste
maandélijksche vergadering van de Maat
schappij der NederLandsche Letterkunde
sprak dr. P. J. M. van Gils te Roermond
over: Middeleeuwsche perkamenten mis
saal- en lectionaarbladen als mappen voor
rekeningen.
Spreker liet aan de hond van Haapanen's
Verzeichnis der Mittelalterlichen Hand-
schriftenf ragmen te in dem Universitatebi-
•bliotbek zu Helsingors, I: Missalia zien,
hoe allerlei perkamenten die tot kerkelijk,
gebruik gediend hadden, na de Reformatie
in het Noorden van Europa benut werden
tot banden, waarin de rekeningen der
„voogden" werden samengebonden.
Mag met recht gesproken worden van
„Vandalismus der Vögte", toch heeft hun
Vandalisme ons duizenden fragmenten van
missalia, gradualia, mislectionaria, brevia
ria, antiphonaria, officiumiectionaria, gered.
Dat gebruik heeft in Finland van 1540
tot 1640 geheerscht. Reeds in 1843 besloot
de Finsche senaat, dat de perkamenten
omslagen en de resten van oude drukken,
die eens voor de Katholieke Kerk in Fin
land hadden gediend, in de Universiteits
bibliotheek te Helsingfors zouden verza
meld worden. De studie dezer oude docu
menten leidde tot de mogelijkheid van vol
ledige reconstructie van een tot nu toe on
bekend Manuale Aboënse van 1522, zoo ook
tot het terugvinden van 't Manuale Aboën
se in 1488 te Lübeck gedrukt, van meerdere
exemplaren van een Missale ecclesiae Up-
ealiensi®, Strengmensis en ïïafniensis, en
tal van andere belangrijke werken.
De Universiteitsbibliotheek te Helsing
fors telde reeds in 1922 2685 missaalbladen,
die tot 369 missalia hebben behoord. Een
eigen zaal is voor de liturgica ingeruimd.
Volgens berekeningen zijn in Zweden en
Finland 5000 a 6000 perkamenten codices
tot inbinden van rentmeesterlijke rekenin
gen gebruikt.
Uit een en ander blijkt een hooge mid
deleeuwsche cultuur in Noord-Europa.
Spreker zal aan de hand van een twaalf
tal teruggevonden missaal- en lectionaar
bladen trachten te bewijzen, dat het ver
schijnsel: Liturgische perkamenten als re-
keningisbanden en -mappen te gebruiken,
met enkel in het Noorden systeem was,
maar ook in Duitsohlaaid veelvuldig voor
kwam.
De fragmenten die spreker toont, hebben
zooals de gaatjes uitwijzen, niet gediend
als bindwerk maar als mappen voor rent
meesters. Zij omvatten de rentmeesters ja
ren: 1586—91; 1594; 1598; 1599; 1602 en
1608.
De rentmeestersjaren vallen niet samen
met het huidige burgerlijk jaar maar met
het middeleeuwsche magistraatsjaar in vele
streken ook van ons Vaderland; niet enkel
in oud Gelder zooals te Roermond en te
Nijmegen, maar b.v. ook in Groningen.
Dat magistraatsjaar begon op 22 Fe
bruari, de Cathedra Petri, een der oudste
feesten van het kerkelijk jaar.
De rekeningen zijn dan ook gedateerd
von Petri (in verschillende vormen geschie-
ven) uff Petri, met bijvoeging van het jaar
b.v. 1586—87.
Een rekening loopt van Bartholomaei bis
Petri; dit is dus een halfjaarlijksche reke
ning.
Spreker toont aan voorbeelden hoe noo-
dig voor het verstaan van allerlei histori
sche zaken de kennis der liturgica is.
Slechts op een enkel stuk komt de naam
van het rentmeesterschap voor: het is
Wertheim, in de buurt van Heidelberg.
Toch zal nader onderzoek van de nomen
der rentmeesters wel tot meerdere zeker
heid kunnen leiden.
De Fürstlich Löwenstein-Wertheim-Ro-
senbergisohe Domanenkanzlei, waar spre
ker zich toe wendde, gaf bereidwillig in
lichtingen, waarvoor spreker dank brengt,
doch kon niet alle vragen oplossen.
Spreker brengt bijzonderen dank aan
Dom Coebergh van de St. Paulus abdij te
Oosterhout, die belangrijke liturgische ge
gevens verschafte.
Daarna toont dr. Van Gils de fragmenten
van missalia en lectionaria, waaronder
prachtige stukken van schrijfkunst.
Spreker bespreekt termen als complen-
da, dubbele complenda, colleeta enz. en
toont tal van merkwaardigheden die vooral
betrekking hebben op de Kerst- en de Vas-
tenliturgie; zoo b.v. dat de asch op Asoh-
woensdag eertijds niet gewijd werd.
Spreker komt dan op de schrijffouten die
bijwijlen uit het niet verstaan van den tekst
voortkomen.
Vooral vraagt spreker aandacht voor een
prachtige miniatuur in de hoofdletter N
van Natalis. Het is een gevoelvolle voor
stelling van Christus' geboorte, werk uit de
13e eeuw, die zeker de belangstelling van
kunsthistorici verdient.
Moest dr. de Vreese onlangs verlies van
zeldzaamheden noteeren, spreker meent
thans op een winst te kunnen wijzen.
Spr. vraagt een onderzoek naar alle in
ons land aanwezige middeleeuwsche liturgi
sche fragmenten, en hoopt dat de Maat
schappij onder hare leden weldra eenige li-
turgisten, van de kracht der Benedictijnen
te Oosternout, moge tellen.
In deze vergadering is tot voorzitter der
Maatschappij gekozen prof. dr. L. Knappert.
AMBTSAANVAARDING
PROF. MR. H. A. IDEMA.
In het Groot Auditorium van het Aca
demiegebouw aan het Rapenbugr heeft
prof. mr. H. A. Idema benoemd tot hoog
leeraar in de faculteit der rechtsgeleerd
heid aan de Universiteit alhier, om als
opvolger van prof. mr. G. André de la
Porte onderwijs te geven in het strafrecht,
de strafvordering en het privaatrecht van
Nederlandsch-Indië, gistermiddag zijn
ambt aanvaard met een rede getiteld: Hoe
spant gij den boog?
DAG VAN EERHERSTEL.
Reeds werd in dit blad uiteengezet, hoe
op initiatief der Derde Orde een dag van
algemeen Eerherstel zal worden gehouden,
om den goddelijken Heiland althans eeni-
germate schadeloos te stellen voor de ver
volgingen en beleedigingen, waaraan Hij
en Zijne H. Kerk gedurende onze tijden
zijn blootgesteld in verschillende landen.
Hiervoor is gekozen de dog van morgen,
Zondag 11 October; de plechtigheid
zal plaats hebben in de Hartebrugkerk,
's avonds zeven uur.
De groote beteekenis daarvan zal aan
geen enkelen Katholiek ontgaan. En daar
om zal het niet noodig zijn, vele woorden
ter aanbeveling te gebruiken.
Op de eerste plaats rekenen wij op a 11 e
Tertiarissen: niemand ontbreke bij
de algemeene H. Communie, nie
mand ontbreke bij de avondplechtig-
heid. Broeders en Zusters in St. Franc's-
cuis, gij weet, dat gij krachtens uwen Regel
(Hfdst. I 1) moet uitmunten in trouwe en
gehoorzame liefde tot de Roomsche Kerk
en den Apostolischen Stoel. Welnu: van
die liefde kunt gij thans een schitterend be
wijs leveren door deze algemeene akte vaD
Eerherstel. En daarom verwachten wij u
allen.
Maar ook op de andere Katholieken doen
wij een beroep. Weliswaar gaat deze plech
tigheid uit van de Derde Orde, maar zij is
bestemd voor alle Katholieken. Al
len immer® begroeten den Paus als hunnen
Vader, allen beminnen de Kerk als hunne
Moeder. En daarom zullen allen het zich
tot eer en plicht rekenen, als één man te
staan rondom het Tabernakel, en den lie
ven Zaligmaker hulde, liefde en glorie te
brengen voor den smaad, Hem in Zijne
Kerk aangedaan.
Katholieken van Leiden, wij rekenen
op u!
Pater H. MULDER, O.F.M.
ZONDAG EEN EXTRA KWARTIERTJE
GERESERVEERD.
Voor een bezoek bij 0. L. H.
Zondag a.s. 11 Oct. is voor ons Liefde
werk weer de mooiste dag van het jaar.
Dan is het de laatste dag van het jaar-
lijksehe triduum voor onze jongens en te
vens aanbiddingsdag in onze eigen kapel,
's Morgens om 7 uur is er H. Mis met Pre-
dioatie en algemeene H. Communie voor
de jongens; om half 9 plechtige H. Mis en
des avonds om half 7 uur plechtig Lof met
predicatie, Pauselijken zegen en Te Deum.
Het Allerheiligste blijft gedurende den
geheelen dag ter aanbidding uitgesteld.
Van 3.304.00 uur is er luide aanbidding.
Vanaf kwart over 10 tot kwart over 6 is
de kapel open voor iedereen, die het H.
Sacrament wil komen aanbidden. We zou
den gaarne willen, dat velen uit de ge-
heele stad een oogenblik kwamen binnen-
loopen om den Goddelijken Meester te
begroeten en Hem de belangen van het
Liefdewerk aan te bevelen.
Het was verleden jaar een genot te zien,
hoe het liep. Bij clubjes kwamen ze bin
nen en tijdens het aanbiddingsuur was de
kapel heelemaal vol.
We hopen, dat het dit jaar weer zoo
gaat, en dat ieder het zich tot een eere
plicht zal rekenen het H. Sacrament eeni-
gen tijd te komen aanbidden.
Laat ieders leuze zijn: Zondag een
kwartiertje te reserveeren voor een be
zoek aan het Allerheiligste in de kapel
van het St. Franciscus Liefdewerk (ingang
Nieuwst raat vanaf Hooigracht of vanaf
Nieuwe Rijn door Hartesteeg).
PATER MARINÜS JORNA, O.F.M.
President-Directeur.
R. K. S. V. „S. AUGUSTINUS".
Voordracht prof. dr. Weve O.P.
In de Hospitantenvergadering der R. K.
Studentenvereeniging „Sanctus Augustinus"
hield prof. dr. F. A. Weve, O.P. een lezing
over:
„Het huis, waarin we wonen".
Er zijn vele huizen en woningen, waarin
de mensch bescherming zoekt, waarin hij
woont en leeft, dat hem met al z'n zorgen
en vermaken bedekt en omhult. De levens
beschouwingen zijn even zoovele huizen
voor ons menschdom. Analyseerend is de
levensbeschouwing van den mensch een sa
menstel van doeleinden, die ons handelen
beheerschen, en die te samen komen in één
punt, het laatste doel, de voltooiing, het
ideaal. Een levensbeschouwing moet be-
heerscht worden door een laatste doel,
waarvan al de andere doeleinden tussbhen-
station zijn. Een levensbeschouwing ont
leent ook al zijn kracht en waarde aan
het ideaal, wat zulk een levensbeschouwing
zich stelt. Sommigen hebben als ideaal de
democratie, zooals de socialisten. Denk niet,
dat al die enthousiaste drommen achter het
roode vaan voorttrekken enkel voor een
betere boterham, neen er is geloof aan een
beter leven, aan een ideaal, dat hen be
zieling geeft. De democratie is voor hen
de tegenstelling van willekeurige artisto-
cratie. Maar het is de fout van dergelijke
strevingen, dat ze te hoog en te laag aan
leggen. Ze beantwoorden niet aan de men-
schelijke normen. Wij menschen zijn schep
sels der natuur en van nature geneigd, ons
nooit geheel gelukkig te gevoelen. De
mensch vindt alles leeg, hij is voor beter
leven geboren en hij bereikt óf bovenna
tuurlijk zijn doel óf niet. Daarom valt hét
ideaal van de mensehheid sa-men met het
christendom; en dit toegepast op geheel
het leven, ook het maatschappelijke. Deze
levensbeschouwing nu, dat tehuis, geken
merkt door het ideaal, doet de mensch zich
zelf in zekeren zin optrekken. Dit wil niet
zegen, dat iedere mensch voor zich een
levensbeschouwing kan gaan bouwen, er
zijn objectieve normen. Maar wel komt
er eens een oogenblik in het leven, dat
men zelf moet gaan bouwen. Vóór dien
nam men slechts aan, men was geheel pas
sief, maar allengs komt de tijd van zelf
begrijpen. De mensch gaat het grootste
aandeel krijgen in zijn eigen leven; zoo
wordt ons heele zielehuis door onze eigen
handen opgebouwd. Er zijn talrijk ve'e
menschen, die zich nooit afvragen, waarop
hun levensbeschouwing steunt, ze zijn pas
sief en handelen zonder begrip en worden
nooit een kracht voor het leven.
Dan breekt voor dezulken aan een drama
van geestelijke verdorring. Ze voelen er
ffiets voor het leven bovennatuurlijk te
doorgloeien. Ze praten een levenbeschou
wing na, bij hen geen doen, maar een met-
doen en gaan hautain voorbij alles wat
specifiek katholiek is. Een dergelijke gees
teshouding en oppervlakkigheid wordt ver
kregen, doordat ze nooit zelf hebben ge
bouwd aan hun eigen levensbeschouwing.
We moeten zelf kunnen oordeelen, zelf wil
len en begrijpen. Wee, degenen, die niet zelf
standig kunnen oordeelen. Deze zelfstan
digheid is echter geen bandeloosheid-. De
mensch is immers niet in zich zelfstandig,
maar hij is sociaal aangelegd en op andere
aangewezem. De grootste deugd, die ons
leven beheerschen moet, is de deugd der
pruden/tia, d.i. de bezonnenheid, het mid
delpunt van het moreele leven. Zonder
prudentia komt geen enkele deugd tot
uiting. Het ligt in den socialen aard van
den mensch, dat de mensoh moet blijven
aannemen en loeren. Het zijn groote man
nen, die altijd nog denken te kunnen lee-
ren. Als dit waar is voor het natuurlijke,
te meer is dit dan waar voor het boven
natuurlijke. Vaak is het moeilijk de Kerk
te blijven gehoorzamen, vandaar dat het
noodzakelijk is, dat men, waar het noodag
is leiding te aanvaarden, weet waarop dit
steunt.
We moeten ons meer ontwikkelen op
godsdienstig gebied. Het is merkwaardig,
dat de godsdienstige ontwikkeling zoo
weinig gelijken tred houdt met de ontwik
keling op ander gebied. Hoe weinigen lezen
een encycliek. Hoe weinigen bestudeeren
de apologie!. Het komt er op aan ons zelf
te vormen en een hiërarchie der waarden
vast te stellen, d.w.z. een juiste rangschik
king der doeleinden. Vaak worden de gods
dienstplichten om een of andere futiliteit
verwaarloosd. De mensch hangt nu een
maal af van gemoedsfactoren, maar daar
om moeten we hierop bedacht zijn. Het kan
ook zijn dat we in het aardsche de juiste
rangorde missen. In het hedendaagsohe
leven klinkt ons tegen een triomf der ma
terie en techniek.
Een materialistische levensbeschouwing
leert, dat we leven voor het genot en dat
de som der genietingen toeneemt, naar
mate de bevredigingsmiddelen toenemen.
Dit is onjuist. Een samenleving, die ge
bouwd is op uitwendige rijkdom en weelde,
leidt tot verval en decadentie. Het is de
provocatie tot alle denkbare sociale om
wentelingen. Het meest beschaafde volk
is niet dat volk, waar de meeste welvaart
heersoht, waar de meeste radio-antenne's
op de daken zijn, waar de meeste auto's
rijden en de meeste luxe heerscht. Zeker
het kan, mits het volk goed is opgevoed, zijn
karakter heeft ontwikkeld, anders zijn het
barbaren, al zijn ze dan gehuld in zijde en
rijden ze in de mooiste auto's.
Voor zoovelen is het in him studenten
tijd zoo moeilijk het juiste midden te be
houden. Dit vraagt opvoeding van het ge
moed en een zekere mate van zelf'beheer-
sching, een vastheid van overtuiging, die
men niet van zelf krijgt. Vrijheid is niet de
licentie van alles te doen, waar men be
hagen in heeft, het doel van de reis mag
niet uit het oog verloren worden. Tot nu
toe was het geheele leven voorgeschreven,
men nam sleohts aan en bijna was het ka
tholicisme een sleur geworden. De wilsvrij
heid van een student ddent om zich zelf te
richten naar het studentendoel. Karakter
vastheid is noodig, bewust streven naar
één doel; al is er geen straf, dit ontslaat
niet van plichten; men moet zich zelf
oefenen, en zien te krijgen een noblesse de
coeur. Men moet ook zijn onbewust ziele-
leven cultiveeren. Dit moet niet vervuld
zijn van allerlei sleobte denkbeelden en
gedachten. Men moet voorzichtig zijn met
lezen en bioscoop-bezoek. Ook het onbe
wust zdeleleven moet rein zijn en gericht
op het goede.
Er zijn vele Katholieken, voor wie het
Christendom geen overtuiging is. Ze ztja
niet slecht, doen als regel geen kwaad,
maar doen ook niet veel goed; maar alles
is erg gewoontjes en cirkelt om hun klein
menschelijk behagen. Ze gaan wel naar de
kerk, omdat dit nu eenmaal moet. Ze zijn
al te bevreesd voor een tè veel; ze haten
alle overdrijving en aanvaarden alles in
principe, maar niet in alle consequenties.
Toch hebben de enthousiaste idealisten, al
gaan ze misschien soms te ver, de voor
keur bij de sukkels en do niets-nutter. De
fout van den niet-idealist is, dat hij niet
voldoende zich rekenschap aflegt van de
moeite om het ideaal te bereiken. De fout
is, dat ze missen een critisch waardeeren
der middelen. De goede idealist houdt re
kening met de praktijk; het hoofd omhoog
en de voeten op den grond, zóó heeft God
ons ook geschapen. Niemand weet precies
wat bereikbaar is; als iemand 50 jaar ge
leden den vooruitgang van de techniek had
beweerd zooals hij thans is, dan zou hij niet
geloofd zijn; daarom moeten we handelen.
Gelooven we in den vooruitgang in ons en
in de samenleving. De goede idealist is aij,
die het ideaal warm liefheeft, en die de
werkelijkheid kalm gadeslaat, maar die op
timist blijft. De goede katholiek streeft
naar vergoddelijking van de mensehheid,
hèt doel wat God den menschen gesteld
heeft. Het is een mooie tijd, waarin we le
ven, een adventstijd. Men roept allerlei
-ismen te hulp, de dorst, die gelescht wil
worden is er, al zijn de bronnen, waaraan
men de dorst lescht, vaak verkeerd. De Va
der wacht, het huis staat open. Weest weg
bereiders door uw ware en groote idealen.
Werkt mee met het scheppen van een nieu
we aarde. Om idealist te zijn wordt ver-
eischt een overtuiging en dat we geloof
hebben in onze overtuiging, geloof en ver
trouwen in de toekomst en ten slotte lief
de voor het ideaal. Geloof, hoop en liefde
hebben we dus noodig. Niemand weet wat
mogelijk is, wat tot vrucht zal komen en
daarom moeten we elk nuttig initiatief aan
grijpen en al het goede steunen. Wee u, als
u in uw jonge jaren berekende bedacht
zaamheid ten toon stelt, die eigen is aan de
ouderen! De natuur heeft het gewild, dat
de liefde der jeugd de stoot zal zijn voor
de bloei der wereld. Wanneer nieuwe troe
pen uitrukken, dan zegt de veldheer:
Toont wat ge zijt, doet uw plicht en handelt
in overeenstemming met het ideaal waarin
je werkelijk gelooft. Ook dit wil ik thans
tot u zeggen, nu een zoo groot aantal No
vieten uitrukt. Bedenkt wat gij zijt jonge
katholieke studenten. Jong en Katholiek,
daarin ligt alles besloten.
Met deze woorden eindigde prof. Weve
zijn luid toegejuichte lezing.
De in deze gemeente woonachtige dienst
plichtigen van de lichting 1916, die hun
miiltaire uitrustingstukken moeten inle
veren, worden herinnerd aan hun verplich
ting om zich daarvan te kwijten op 12 of
13 October aa. in de stemkamer van de
Stadsgehoorzaal (ingaaig aan de zijde van
de Aalmarkt) alhier.
Omtrent het tijdstip van aanmelding
raadplege men de van den burgemeester
ontvangen kennisgeving.
Voor het examen van Apothekers-assis
tent zijn geslaagd de dames: E. H. Ilis-
sinik (Utrecht.) en J. van Dorp (Rotter
dam).
LEIDEN. Geslaagd
Doctoroal-examen rechtsgeleerdheid de
heer H. C. Sandrock (Leiden);
candidaats-examen klass. letteren de
heer H. J. M. Broos (Den Haag).
BIJ ONWEL ZIJN is het natuurlijke
„Franz-Josef'-bitterwater een aangenaam
werkend huismiddel, dat de kwalen aan
merkelijk doet afnemen, vooral daar
reeds kleine hoeveelheden zeker baten.
9461
DE HONGERCATASTROPHE IN CHINA. De eerste foto van de ontzet
tende hongerramp die een groot deel van China heeft geteisterd. Chineesche
soldaten brengen aan bewoners van Hankau, die door de overstrooming
van de Jangtse geïsoleerd waren, de eerste levensmiddelen.
Zaterdag 10 October de datum van PAUL KRUGERS GEBOORTEDAG
wordt te den Haag in een der zalen van het gebouw van het Alg. Ned.
Verbond een tentoonstelling gehouden van voorwerpen afkomstig uit het
oorlogsmuseum van Bloemfontein, als herinnering aan den boerenkrijg.