DE AFGELOOPEN WEEK IN
HET BUITENLAND
SPORT
De zeven Raadsels
ZATERDAG 19 SEPTEMBER 1931
DE LE1DSCHE COURANT
VIERDE BLAD PAG.
Massa-moord. Terwijl Zondag
nacht de D-trein van Boedapest naar
Weenen door den donkeren nacht daver
de, brachten onverlaten een lading spring
stof to texplosie en de zware internatio
nale trein smakee van het spoorwegvia
duct en tuimelde in een ravijn. Een 25-tal
dooden en ongeveer 50 gewonden vielen te
betreuren.
Hoewel verschillende arrestaties plaats
hadden, is het tot nog toe niet gelukt de
hand te leggen op de daders.
Wat zijn de motieven geweest van deze
beestmensohen, die in koelen bloede met
voorbedachte raad zulk een gruwelijken
massamoord pleegden?
Waarschijnlijk is het niets anders dan
wraak; wraak niet jegens een bepaalde
persoon, doch wraak en woede tegen de
maatschappij, tegen „het" kapitalisme en
hebben onevenwichtige geesten, op hol
gebracht door oommunistisohe ophitserij,
gemeend het kapitalistische stelsel te moe
ten bestrijden door een „kapitalistisch"
vervoersmiddel zitten in een D-trein
niet de meeste kapitalisten! te vernie
tigen.
Alsof de loop van de wereldgeschiede
nis gewijzigd kan worden door een ont
spoorde en vernielde sneltrein.
De misdadigers hebben een briefje ach
tergelaten, waarin geschreven staat:
„Arbeiders, wij bevrijden u van uw zor
gen. De kapitalisten zullen niet ontko»-
men. Onze voorraad bommen en benzine
is nog niet uitgeput".
Wij beleven een eigenaardigen tijd.
O p e r e 11 e-p utsch Geldelijke en
eoon. nood, veroorzaakt door den druk
van onzen abnormalen tijd, doen den
mensch soms rare sprongen .maken. Niet
alleen de spoorwegaanslag in Hongarije is
een symptoom van onzen moreel en econo
misch totaal geruineerden tijd, maar ook
de komische staatsgreep, welke nagenoeg
op hetzelfde tijdstip in het naburige Oos
tenrijk, in Stiermarken, plaats had. Het*-
was een komische staatsgreep door den
ernst en de zelfbewustheid, welke "sprak
uit de snorkende proclamaties van den
aanvoerder der Oostenrijksche Heimweh-
ren (een soort burgerwacht-beweging) dr.
Pfriemer en den geluidloozen plof, waar
mede 't geheele opgeblazen opstandje in
elkander zakte. Op een enkel treffen na,
waarbij één doode en een paar gewonden
vielen, verliep deze „greep naar de
macht" geheel onbloedig. De Heimwehr-
mannen marcheerden inparade-pas aan,
grepen naar de macht, kregen een tik op
hun vingers en marcheerden met afgezakte
moed weer naar huis.
De Oostenrijksche regeering deed ook
een greep en pakte een paar leiders bij
hun kraag; de aanvoerder dr. Pfriemer
bewees echter, dat hij beter op de hoogte
was met vluchten en wist de wijk te ne
men naar Joego-Slavië en vervolgens naar
Italië.
Een Putsch voor Fritz Hirsch om er
een operette van te maken!
Gandhi. Een feit van meer betee-
kenis is de bijeenkomst van de z. g. Ronde
Tafel conferentie te Londen. Eigenlijk was
deze reeds de vorige week begonnen, maar
omwille van Gand'hi, die een weekje later
kwam, werd alvast begonnen met een sub
commissie en werd het voornaamste uitge
steld tot Gandhi's komst.
Gandhi is gekomen en heeft in Londen
heel wat sensatie verwekt.' De mahatma
wenschte nl. zijn eigenaardig levenswijze
geheel te behouden en loopt derhalve ook
in de vochtige straten van de mistige we
reldstad met bloote beenen en een lenden
doek, met een wollen sjaal als eenige mid
del tegen de koude. In de commissie ver
gaderingen zit hij met gekruiste beenen
op een bank in plaats van op een gemak
kelijke met leer bekleede zeteL Hij heeft
een eigen geit meegebracht, want zijn
maaltijden bestaan uit geitenmelk met da
dels, en hij verricht trouw op tijd zijn
gebeden, waar hij zich ook bevindt.
's Maandags heeft Gand'hi zijn „stille
dag" en dan zwijgt hij; een schitterend
voorbeeld, dat wij alle. heeren politici ten
zeerste kunnen aanbevelen.
Overdag rijdt Gandhi van de eene ver
gadering naar de andere -in een limousine,
doch hij zit voorop bij den chauffeur, en
's nachts slaapt hij in een zolderkamertje
op den cementen vloer, gedraaid in een
wollen deken. Aldus demonstreert deze
Hindoe, dat hij spreekt uit naam van de
millioenen in Britsch-Indië, die honger
lijden en beschaamt hij vele behaaglijk
genietende voormannen, die omhoog zijn
geklommen over de ruggen der proleta
riërs.
Over 't algemeen maakt Gandhi bij zijn
redevoeringen een. vrij gematigder, in
druk, zoodat men alle hoop heeft, dat de
Ronde Tafel conferentie een bevredigend
resultaat zal opleveren.
T u quoque. Wat niemand ooit
had durven droomen, is eenige weken ge
leden werkelijkheid geb'eken. Het rijke en
machtige Engeland is warempel in een fi-
nincieLe crisis geraakt. Al® gevolg van deze
crisis moest er ernstig bezuinigd worden
net als bij ons
Eén van deze bezuinigingen was o.a. een
verlaging van de gages der matrozen op de
Engelsche vloot. Iedereen kent de Engel-
sche vloot, het toppunt van degelijkheid.
Britannië immers beheerscht de baren, en
de Britsche vloot is stevig en oer-degelijk
als John Buil zelf. Maar.... een salaris-
korting konden de Jantjes niet veen en
derhalve gingen zij in staking. Men wrijft
z'n oogen uit. Is er dan niets meer te ver
trouwen in deze zonderlinge wereld?
Sir Austen Ohamberlain, die momenteel
minister voor de marine is, heeft blijkbaar
het mes te diep in de salarissen gezet en
naar verluidt zouden zelfs kortingen van
pLm. 25 pCt. voorkomen. Dat was ze'fs den
Engelschen matroos te machtig. De mini
ster heeft als gevolg van deze muiterij de
vlootmanoeuvres moeten af lasten en de
schepen ieder naar hun eigen haven moeten
diriigeeren, met de belofte, dat hij de zaak
nader zal onderzoeken.
In verband met dit verzet op de Britsche
vloot moet er tevens op worden gewezen,
dat het ook onder het Pruisische ambtena
renkorps gist.
Naar aanleiding toch van de dezer dagen
afgekondigde Pruisische noodverordening,
waarbij ook de salarieering van de ambte
naren en beambten het moet ontgelden ten
emde te trachten het staatstekort te dek
ken, heeft het hoofdbestuur van den lands
bond van de hoofdambtenaren in Pruisen
een motie aangenomen, waarbij erop wordt
gewezen, dat door de noodverordening wil
lekeurig en met duurzame werking inbreuk
wordt gemaakt op de rechten van de amb
tenaren. De bond besloot daarom het oor
deel vam den rechter in te roepen over de
rechtsgeldigheid van de in de verordening
voorziene ma-atrege'en.
Dit optreden is weliswaar minder ernstig
dan dat van de verzetplegers op de Brit
sche vloot, maar het feit, dat „zelfs" Prui
sische ambtenaren tot zulk een maatregel
besluiten, verdient toch ook zeker de aan
dacht.
EEN GROOTSCH OPGEZET
WOLGA-PLAN.
Er is wel haast geen rivier, welke zoo
zeer het typeerende van een volk bij ons
wakker roept als de Wolga. Op tallooze
wijzen wordt de Russische volksziel uit
gebeeld, maar altijd zal heb meest tot
ons spreken de Wolga met zijn have-
looze, lijdzame sleepers, langs den oever
voortsjouwend. Het is daarom dan ook,
dat de Wolga zulk een bijzondere klank
heeft gekregen en de belangstelling voor
deze rivier ook in dit opzicht begrijpelijk
is. Door de Sovjet-overheid is een
grootsch plan ontworpen betreffende de
irrigatie van de Wolga. Dit plan streeft
een tweeledig doel na. Het geweldige
stelsel van de Wolga zal n.l. niet alleen
voor transportdoeleinden worden ge
bruikt, maar zal tevens dienen als irri
gatiemiddel en om electrische kracht in
te winnen. De Sovjet-regeering heeft ver
schillende wetenschappelijke instituten
opdracht gegeven dit plan tot in alle
onderdeelen uit te werken. Vooral pro
fessor Tsjaplygin besteedt bijzonder veel
werk aan de bestudeering van dit vraag
stuk. Genoemde professor is van mee
ning, dat de Wolga een geweldige hoe
veelheid electrische kracht en irrigatie
water kan leveren welke niet alleen vol
doende zal zijn voor het Wolga-gebied,
maar ook voor het geheele ctrale ge
deelte van de Sovjet-Republiek. De groo-
te Russische rivier de Wolga, eertijds
Rha of Oaros genaamd, heeft een stroom-
lengte van niet minder dan 3689 kilome
ter en is dan ook de langste rivier van
Europa. De Wolga ontspringt op onge
veer 335 K.M. afstand van de Finsche
meeren op 57 gr. N.B. in de nabijheid
van de Duna, in een moeras van het
Waldaiplateau. Oorspronkelijk een klein
beekje, passeert de Wolga op haar loop
de meeren Kleine en Groote Werchit,
Stersh, in welk laatste meer de Runa
uitmondt, welke meermalen als oorsprong
van de Wolga wordt aangezien. Vervol
gens stroomt de Woliga door de meeren
Wesselug, Peno en Wolgo. In de nabij
heid van het laatste meer bevinden zich
de bekende sluis werken van de boven-
Wolga waardoor een watermassa van 400
millioen c.M.3 wordt verzameld. Vervol
gens zet de Wolga haar loop in Zuid-
Oostelijke richting voort en stroomt
langs Rshew en Subzow, waar de rivier
het laagland bereikt, waardoor zij stroomt
tot bij Sarepta. In het laagland buigt de
Wolga zich meer 'oostwaarts en stroomt
langs Twer, Rybinks, Jaroslawl, Kostro
ma en Nishni-Nowgorod, bij ivelke plaats
de Oka in de Wolga uitmondt. Tot hier
toe heeft de Wolga een rustige loop. Als
de rivier echter door het Kazan-dal
stroomt treden regelmatig sterke ver
snellingen op. Dan wendt zij zich plotse
ling naar het Zuiden en gaat, door de
Karna versterkt naar Simbrisk. Beneden
deze stad maakt de Wolga onder invloed
van de Shegulewbergen een scherpe
bocht naar het Oosten. Spoedig echter
wordt haar loop gestuit door de Sokolji-
bergen, waardoor de stroom naar het
Westen gaat. Deze bocht is bekend, als
de bocht van Samara, in het Russisch
Samarskaja luka. Dan volgen de steden
Samara en Saratow. De rechter-oever
van de Wolga is voortdurend heuvelach
tig. Vanaf Kamyschin monden geen zij
rivieren meer in de Wolga uit. De rivier
betreedt hier oostelijk het steppengebied,
waardoör zij blijft stroomen, totdat zij
in de Kaspische zee uitmondt. De rech
ter-oever van de rivier blijft tot bij Sa
repta nog steeds heuvelachtig; de lin
keroever daarentegen is vlak en hier
vindt men uitgestrekte weidevelden. Bij
Sarepta volgt de Wolga plotseling een
zuidoostelijke richting en stuwt haar
enorme watermassa in vele zijarmen. De
voornaamste van deze armen is wel de
Ach tuba, welke een lengte bezit van 524
K.M. en in het voorjaar en het begin
van den zomer zeer goed is te bevaren.
Deze armen vormen een labyrinth van
zand- en moeraseilanden, en vormen on-"
geveer 53 K.M. ten zuiden van Astrakan
een 110 K.M'. breede delta om dan door
twee hoofdrivieren, de groote en de
kleine Tschulpan, in de Kaspisdhe zee
uit te monden. Van de stroomen, welke
in de Wolga uitmonden, zijn vooral te
noemen de Busan en de Baohtemir. Een
merkwaardigheid van de rivier is het
slechts zeer geringe verval, dat in het
geheel "slechts 229.5 meter bedraagt. In
de Wolga monden uit 38 bevaarbare en
157 onbevaarbare zijrivieren, terwijl het
stroomgebied 1.458.922 vierkante kilome
ter bedraagt. Bij Twer heeft de Wolga
een breedte van 200 meter, en nadat de
Karna zich met de Wolga heeft vreeenigd,
verbreedt zij zich geleidelijk van 700 tot
2700 meter. Voorbij Saratow bedraagt de
breedte reeds 4200 meter en bij Zarizvn
8000 meter. Bij hoogwater stroomt de
Wolga hier uit tot 200 K.M. De tijd, dat
de Wolga geheel vrij van ijs is, is zeer
verschillend. Dit bedraagt bij Twer 222
dagen en bij Astrakan 254 dagen. De
jaarlijksche ijsgang is bijzonder sterk en
meermalen richt het ijs de grootste ver
woestingen aan. Eigenlijke stroomversnel
lingen, heeft de Wolga niet. Een groote
menigte zandbanken zorgen er voor, dat
de rivier voortdurend van aanzien ver
andert.. De Wolga is bevaarbaar over een
lengte van ruim 3500 K.M., en is door
kanalen verbonden met Leningrad en de
Duna. Deze kanalen zullen door het plan,
hetwelk de Sovjet-regeering heeft ont
worpen, worden verbeterd, terwiil tevens
nieuwe waterwegen zullen worden ge
graven, waardoor de Wolga met alle Rus
sische zeeën zal worden verbonden. De
verbetering van het Mariinsky-waterwe-
gensysteem beoogt de verbinding van de
Woltra met de Oostzee, terwijl de ver
binding met de Witte Zee zal worden
verkregen door den Kama-Petsjora-wa-
terweg; de Wolga-Don-waterweg zal de
rivier met de Zwerte Zee verbinden. Op
deze wiize zal de Wolga vier uitmondin
gen verkrijgen.
DE WOLGA-TREKKERS.
R. K. SPORTWEEK.
DE NATIONALE ATHLETIEK-
WEDSTRIJDEN.
Voor a.s. Zondag staan de nat. ath.-wed-
strijden op het programma. De wedstrijden
mogen zich verheugen in de belangstelling
van geheel Leiden, ja zelfs van geheel het
Bisdom. De nationale ath.-wedstrijden
vormen het hoogtepunt van de R. K. Sport
week.
De R. K. Athletiekvereeniging „De Bata
ven", die de wedstrijden georganiseerd
heeft, heeft eer van haar werk.
Die nat. wedstrijden moeten slagen en
zullen slagen. Want met een deelname van
niet minder dan 121 athleten, waaronder
alle erkende cracks van den D. H. A. K.
tegenwoordig zijn.
Alles op alles zal gezet worden om re
cords te verbeteren!
Daarvoor moet belangstelling bestaan.
Een ieder wil deze wedstrijden zien, te
meer daar dit wel de laatste nat. ath.-wed
strijden zullen zijn in dit seizoen.
Daar z a 1 ook belangstelling voor zijn.
Een ieder wil getuige zijn van de presta
ties die geleverd zullen worden, vooral op
de loopnummers.
Daarom allen op naar Oegstgeest, naar
het A.S.C.-terrein aan de Kempenaer-
straat-, waar deze wedstrijden worden ge
houden. Aanvang dezer wedstrijden half
een.
Na deze wedstrijden zal door de R. K. S.
worden. Alzoo is er voor ieder wat wils.
V. „Leiden" een voetbalmatch gespeeld
Niet een sportman behoeft Zondag thuis
te blijven. Een ieder is het naar den zin
gemaakt; wie niets voelt voor athletiek,
komt de voetbalmatch zien. Zijn niet de
Leiden-spelers altijd goed op dreef op het
A.S.C.-veld? Denkt even aan de resultaten
van vorig jaar!
Daarom zullen de voetbalenthousiasten
allen aanwezig zijn om Leiden I aan te
moedigen, dat het aangedurfd heeft om te
spelen tegen het sterke S.J.C.-elftal uit
Noordwijk. Aanvang van den wedstrijd om
5 uur. Entrée voor beide wedstrijden: tri
bune 60 cent, terrein 30 oent, jongens 15
cent.
De leden van de R. K. S. V. „Leiden''
worden natuurlijk allen verwacht op het
A.S.C.-terrein. Ieder zal getuigen willen
zijn van dit spotgebeuren. De wedstrijd
Leiden IS.J.C. I zal een sportgebeuren
worden.
Leiden-spelers, een ernstig woord vooraf.
Geef je a.s. Zondag. Zet alles op alles, er
moet met de nieuwe competitie nieuw
enthousiasme komen. Jullie kunnen een
goede partij geven, ieder speler is indivi
dueel best. Je kunt het dus te samen ook.
Jullie moeten minstens als nummer 2 uit
de serie nederlaag-wedstrijden komen, dab
kan. En dit is er ook een uit deze serie;
dus opgepast.
De leden van Leiden, allen, zonder uit
zondering, senioren zoowel als junioren,
allen moeten aanwezig zijn, in ieder geval
om half zeven. Daar wacht ons dan de fo
tograaf, die ons zal fotografeeren bij gele
genheid van ons 10-jarig bestaan, wat op
luisterrijke wijze op Zondag 18 October zal
gevierd worden.
R. K. Athletiek- en Sportvereeniging
Rood-Wit.
Zondag a.s. moeten de leden, die inge
schreven hebben op de nationale athletiek-
wedstrijden om 12.15 uur op het A.S.C.-
terrein aanwezig zijn. De deelnemers moe
ten verschijnen in clubcostuum met roode
ster.
Alle Rood-Witters, die niet ingeschreven
hebben, worden verzocht hun Leidscho
athletiek-vrienden aan te moedigen, daar
deze dag tevens moet zijn een propaganda-
dag voor de R. K. Leidsche Aathletiek in
het bizonder.
Dus Rood-Wdtters, alen present.
Het secretariaat is thans gevestigd bij
den heer G. Molkenboer Jr., Morschweg 6,
Leiden.
FEUILLETON.
door
CHRISTIAN HAUGEN.
4)
III
KENTON DENKT NA.
De bijzonderheden omtrent de inbraak,
welke de bediende wist te vertellen, na
dat hij van de schrik en den doorstanen
angst, wat was bekomen, maakte Kenton
niet veel wijzer. Burke had de dieven niet
gezien, wist zelfs niet of er een of meer
personen geweest waren. Hij was in de
slaapkamer bezig meneer's garderobe
wat op orde te brengen, toen hem plots
een groote, zware doek over het hoofd
werd gegooid en hij tegelijkertijd tegen
den grond werd geslingerd. Direct daarop
werd hij gekneveld en in de badkamer ge
dragen alles in verloop van slechts en
kele seconden. Hier werd hij op een stoel
gebonden, en kreeg een doek voor den
mond. Toen hij zich later trachtte te be
vrijden", was hij gevallen.
„Heb je niet gezien, wie je vastbond?"
vroeg Kenton.
„Neen, sir, zij lieten de doek over mijn
hoofd hangenik kon dan ook niets hoo-
ren. In ieder geval heb ik geen woord
hooren spreken."
„Wanneer gebeurde dat?"
„Ongeveer 'n minuut of tien nadat u uit
gegaan waart."
Dit was alles wat Henr-y Burke kon
meedeelen. Kenton trak zijn studeerka
mer binnen. Hij wilde zich in verbinding
stellen met Scotland Yard doch alvo
rens hij kon telefoneeren, diende hij toch
eerst vast te stellen, wat de dieven bij hem
gestolen hadden. En nu kwam hij weer
voor nieuwe verrassingen te staan. Een
der laden van zijn bureau, waarin hij baar
geld bewaarde, tot een bedrag van onge
veer vijfhonderd Pond, was A-el openge
broken, doch al het geld was nog aanwe
zig. Toen hij verder onderzocht, bleek
hem, tot zijn niet geringe verbazing, dat
er niets gestolen was, hoewel de dieven
toch wel kostbare voorwerpen in handen
hadden gehad. Kenton hield van weelde
rondom zich en sinds hij rijk geworden
was had hij aan deze neiging steeds meer
en meer toegegeven maar zijn geheele
verzameling was nog volledig. Hij had nu
geen aanleiding meer om zich nog met de
politie in verbinding te stellen, doch hij
begaf zich nu naar de Shortesbury Avenue,
om er eens met zijn vriend Perring over te
praten.
Kenton werd in de rookkamer gela
ten. De bediende deelde hem mee, dat de
majoor juist een bad nam en hem ver
zocht even te willen wachten. Enkele mi
nuten later trad Perring binnen, nog niet
geheel gekleed, maar zooals altijd in een
beste stemming.
„Je excuseert me wel", begon hij. „Maar
wat, bliksemsche kerel, voért je zoo vroeg
hierheen? Ik had je toch uitdrukkelijk
verboden mij vóór twaalf uur te sto
ren."
„Ik heb je iets gewichtigs te vertel
len".
„AhaWeer van de schoone paardrijd-
ster? Is 't je gelukt, om kennis met haar
te maken?"
Kenton beantwoordde de vraag niet,
doch zeide:
„Gelooft u, dat er menschen zijn, die op
klaarlichten dag een inbraak durven ple
gen. enkel en alleen om alles eens ten on
derstboven te zetten en door elkaar te
smijten V'
„Wat is dat nu voor dwaze praat?"
„Het is heelemaal geen dwaze praat.
Het is me ernst. Terwijl ik uit- was, heeft
iemand bij me ingebroken, alles openge
broken en doorsnuffeld, zonder ook maat
het geringste te stelen".
De majoor staarde zijn vriend aan, als
of hij twijfelde aan diens geestelijke ver>
mogen s.
„Vertel op", zei hij slechts.
Kenton vertelde hem met enkele woon
den wat er gebeurd was. Als hij eindigde
vroeg hij:
„Wat denk je er van?"
Perring antwoordde niet. Ook hem
kwam dat alles al zeer raadselachtig voor.
„Het is moeilijk, omtrent zulk een
merkwaardig geval een oordeel uit te
spreken", zeide hij ten slotte. „Maar is 't
niet mogelijk, dat iemand bij je gezocht
heeft naar een document of een waarde
papier?"
„Neen ik bezit geen documenten of an
der papieren die vonr iemand waarde kun
nen hebben. Bovendien, er lag baar geld in
mijn bureau, dat onaangeroerd bleef. Had
den we bier met gewone dieven te doen,
dan hadden ze dat toch zeker meegeno
men. En ze hebben niet alleen mijn papie
ren doorzocht. M'n geheele garderobe heb
ben ze op den grond gesleurd, costuums,
overhemden, sokken, ondergoed, hoeden,
alles lag in een hoek gesmeten. Het heeft
er waarachtig veel van, alsof een meer
energiek dan practisch man overal in mijn
huis naar een boordeknoopje gezocht heeft
terwijl 't in zijn overhemd zat."
De majoor lachte.
„Ja", zei hij, „misschien loopt hier in
Londen een gek rond, die naar boorde
knoopjes zoekt. En bij zoekt overal, behal
ve in zijn eigen huis. Heb je de politie al
ingelicht?"
„Neen, waarom zou ik dat doen? Er is
niets ontvreemd en schade hebben ze niet
aangericht. En ik voel er niets om telkens
door de politie lastig gevallen te worden
met alle mogelijke formaliteiten en infor
maties. Bovendien heb ik ook medelijden
met den man. Het zou kunnen gebeuren,
dat hij ingerekend wordt, nog vóór hij zijn
knoopje gevonden heeft".
Hoe onverklaarbaar deze geheimzinnige
daad de beide heeren ook voorkwam, toch
konden zij niet besluiten haar ernstig op
te nemen. Schertsend praatten zij over
het onderwerp door. en construeerden de
meest onmogelijke avonturen en situaties
die de vertwijfelde man met zijn hardnek
kig zoeken zou kunnen beleven.
En langzamerhand kwam 't gesprek als
vanzelf op grappige herinneringen uit In-
dië, en wat zij daar beleefd hadden, zoo
dat zij ten slotte de inbraak geheel verge
ten waren. En ook Kenton's aard was ver
re van zwaartillend, zoomin als die van
den majoor. Hij was zoo verrukt over de
ontmoeting met lady Evelyn, dat de heele
wereld hem als het ware toelichte. Was hij
niet zoo vol geweest van de onbekende
schoone, dan zou hij zeker een nader on
derzoek ingesteld hebben. Maar nu ver
gat hij alles om haar.
De beide vrienden brachten den na/mid
dag door in Piccadilly. Tegen zeven uur,
toen Kenton naar een verontschuldiging
zocht om zijn vriend kwijt te raken, herin
nerde deze zich plotseling, dat hij heele
maal niets meer omtrent het jonge meis
je gehoord had.
„Hoe is 'i van morgen gegaan, Dick?"
vroeg hij. „Heb je haar nog ontmoet?"
Kenton moest nu wel wat verzinnen en
hij deed zijn best om er zoo argeloos mo
gelijk uit te zien.
„Neen, helaas niet. Zij was cr vandaag
niet, antwoordde hij, misschien heb ik
morgen meer geluk".
„Ik heb anders zoo den indruk, dat het
je wel gelukt is en dat je nu een afspraak
je met haar hebt."'
„Hoezoo
„Och, je kunt je gedachten bij geen
enkel onderwerp houden en je hebt 't
laatste half uur toch zeker al wel vijftig
keer op je horloge gekeken. Heb je een
rendez-vous V'
Kenton overlegde, wat hij ?ou antwoor
den. De majoor en hij waren beste vrien
den. Als hij zei, dat hij met een van hun
vrienden een afspraak had, dan zou Per
ring zeker voorstellen om gezamenlijk te
gaan. Doch eindelijk vond hij een aanne
melijke uitvlucht.
„Neen", zei hij. „ik ben van plan om
nu naar huis te gaan en een paar uurtjes
rust te nemen. We zien elkaar dan wel
weer in de club. Wat ben jij van plan?"
„Ik wilde voorstellen om samen eens
naar haw's „Candida" te gaan in Haymar-
ket-theater".
(Wordt vervolgd).