FAILLISSEMENTEN
MAANDAG 27 JULI 1931
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 8
R.-K. BOND VOOR GROOTE
GEZINNEN.
Centrale Raadsvergadering.
Gistern werd onder groote belangstel
ling in café „Zomerzorg" te Den Haag, on
der presidium van den heer J. W. F. v.
Meegeren uit Venlo, de Centrale Raads
vergadering gehouden van den R.-K. Bond
van Groote Gezinnen.
In zijn openingswoord verwelkomde spre
ker in het bijzonder de vertegenwoordi
gers van R.-K. organisaties van groote ge
zinnen uit Frankrijk, België en Duitsch-
land en den heer Goudoever, bestuurslid
van de christelijke vereeniging tot beharti
ging van gezinsbelangen.
De notulen, gepubliceerd in „Het Ge
zin", werden ongewijzigd goedgekeurd
evenzoo bet jaarverslag van den penning
meester, eveneens in druk verschenen,
waaraan enkele beschouwingen in ver
band met het bestuursbeleid werden vast-
geknoopt.
Even voordat dr. J. de Boer zijn voor
dracht hield „Wat kunnen onze afdeelin-
gen doen", bracht mr. dr. L. N. Deckers,
minister van -Defensie een bezoek aan de
vergadering, waar bij hartelijk welkom
werd geheeten door den voorzitter.
ZijnExc. hield een korte toespraak waar
in hij wees op het groote nut van den
Bond, welke zijn bijzondere sympathie
heeft.
De begrooting werd aangenomen op een
bedrag van inkomsten en uitgaven van
14.600.
De aftredende bestuursleden, de heeren
J. W. van Meegeren, Venlo, voorzitter,
Chr. van den Dries, Utrecht, redacteur van
het orgaan en P. de Lange, Bussum, com
missaris, werden bij enkele candidaatstel-
ling herkozen.
Op voorstel van Gouda werd het hoofd
bestuur verzocht de directie van de Ned.
Spoorwegen te verzoeken den leeftijds
grens voor scholierkaarten te verhoogen
tot 21 jaar.
Vervolgens werd van de afdeeling Nij
megen een voorstel aangenomen, waarin
het hoofdbestuur werd opgedragen, de re
geering te verzoeken bij voorkomende va
catures bij openbare betrekkingen op de
eerste plaats mannelijke krachten in aan
merking te laten komen.
De afdeeling Dordrecht had drie voor
stellen ingediend. Het eerste strekte om
in „Het Gezin" het gebruik van vreemde
talen te vermijden. Het voorstel werd aan
genomen. Verworpen werd het voorstel, om
de lijst van contributie-schuld niet meer
in het orgaan te publiceeren. Een voorstel,
om pogingen aan te wenden tot het ver
krijgen van reductie op den prijs van fiets-
plaatjes en om het weggeld voor fietsen
in de provincie Noord-Brabant te doen op
heffen werd als practisch onuitvoerbaar
afgewezen.
De afdeeling Ginneken betoogde de
wenschelijkheid van een fusie tusschen de
tijdschriften „Huwelijk en huisgezin" en
„Het gezin". Het hoofdbestuur erkende
deze wenschelijkheid, maar „Huwelijk en
huisgezin" is er niet voor te vinden.
Ook van de afdeelingen Amsterdam,
Arnhem en Zevenaar waren voorstellen in
gekomen, om te streven naar een kinder
toeslag. Na uitvoerige gedachtenwisseling
werd een motie aangenomen, om in de
studiecommissie van den Partijraad inzake
kindertoeslag een vertegenwoordiger van
den R.-K. Bond voor groote gezinnen te
doen opnemen.
Naar aanleiding van een voorstel van
Venlo, zal op de Centrale Raadsvergade
ring van 1932 een voordracht worden ge
houden over moederschapszorg.
Vervolgens deelde de voorzitter mee,
dat de directie van de Spoorwegen weiger
achtig blijft, om een verminderd tarief in
te stellen voor kinderrijke gezinnen.
De voorzitter hield een voordracht over
moederschapszorg, waarin hij propageerde
de jaarlijksche viering in de maand Mei
van een dag ter eere van de Moeder en
het moederschap als een innig familiefeest.
Aan het slot van de vergaderng bracht
de heer Ahrentz, vertegenwoordiger van
den Reichsbund des Kinderreichen Deutsch-
lands de groeten over van zijn organisatie.
Na een rondvraag, waarvan velen ge
bruik maakten, sloot de voorzitter de ver
gadering.
Vermelden we, dat in de ochtenduren
in de kapel van het R.-K. Meisjes-lyceum
door den geestelijken adviseur van de
Haagsche afdeeling, kapelaan Ruigewaard,
de H. Mis is opgedragen en dat de Haag
sche afdeeling aan de vergadering ee'n
auto-tocht aanbood naar Wassenaar.
„Maandagmorgen".
De tabaksbelasting.
Het Tweede Kamerlid de heer Boon
heeft aan den minister van financiën de
volgende vragen gesteld
1. Is het den minister bekend, dat vele
fabrikanten van sigaretten de belasting
banderolles niet meer op het pakje of
doosje zelf doen plakken, dooh op een
omhulsel genaamd cellophane?
2. Is het den minister bekend, dat daar
door de banderolles onbeschadigd van de
pakjes of doosjes kunnen worden verwij
derd, dat zulks veelvuldig geschiedt en
dat er reed? een vrij omvangrijke handel
tegen ongeveer halven prijs in dergelijke
banderolles plaats vindt teneinde ze zoo
een tweede maal te gebruiken?
3. Zoo ja, is de minister dan niet van
oordeel, dat door deze ontduiking de be
langen van den bonafide handel worden
geschaad, terwijl daarvan een belangrijk
verlies voor den Staat het gevolg is?
4. Is de minister bereid te bevorderen,
dat zoo spoedig mogelijk een regeling
worde getroffen, waarbij verplicht wordt
gesteld de banderolles gelijk zulks
vroeger was voorgeschreven op het
pakje of op het doosje zelf te doen aan
brengen op zoodanige wijze, dat zonder
beschadiging van de banderolles het
pakje of doosje niet kan worden geopend,
hetgeen voor den fabrikant geen enkel
bezwaar behoeft mede te brengen?
CONGRES R.-K. BOND VAN
HANDELS-, KANTOOR. EN WINKEL-
BEDIENDEN.
Een resolutie.
De Ned. R.-K. Bond van Handels-, Kan
toor- en Winkelbedienden „St. Franciscus
van Assisië", hield Zondag een congres
in de groote zaal van Sociëteit „Amicitia"
te Amersfoort.
Om 1.15 uur opende Bondsvoorzitter A.
A. Hamersveld het congres. De opkomst
was groot.
De voorzitter hield een kor
te beschouwing over de actie inzake nale
ving van het Werktijdenbesluit voor Win
kels, invoering van de middagsluiting der
winkels en invoering van den vrijen mid
dag voor de winkelbedienden, waarna de
volgende mote werd aangenomen met al-
gemeene stemmen:
De Ned. R.-K. Bond van Handels-, Kan-
toorij en Winkelbedienden „St. Francis
cus van Assisië", in congres bijeen op Zon
dag 26 Juli 1931 in het gebouw „Amicitia"
te Amersfoort
gehoord de uiteenzetting van zijn bonds-
bestuur over de uitvoering der bepalingen
regelende de werktijden voor het winkel
personeel;
over de actie voor den vrijen middag
der winkelbedienden;
over de vacanties der bedienden
legt nadrukkelijk o.a. de volgende con
clusies vast
le. ten aanzien van artikel 6 der Rijks
wet op de winkelsluiting;
dat onverzwakt dient te worden doorge
zet de actie tot invoering van den vrijen
middag voor alle handels-, winkel, en ma
gazijnbedienden naast den wekelijkschen
vollen rustdag. (Zondag).
2e. ten aanzien van artikel 9 der Rijks
wet op de winkelsluiting
dat het bij toepassing van artikel 9 in
zake het vaststellen van een aantal da
gen, waarop de bepalingen van de wet
niet van toepassing zullen zijn, dringend
gewenscht is hieromtrent eerst overleg te
doen plaats vinden tusschen werkgevers-
en bediendenorganisaties
3e. ten aanzien van het intrekken van
den vrijen halven dag gedurende bepaal
den tijd
dat het intrekken van den vrijm hal
ven dag gedurende de vacanties van het
winkelpersoneel dient te worden be
schouwd als een ontoelaatbare verslechte
ring van een aan redelijke eischen vol
doende werktijdenregeling;
dat de ontheffing van het geven van
den vrijen halven dag gedurende de vacan
ties een duidelijker en scherper omschrij
ving der bepalingen, in het werktijdenbe
sluit vermeld omtrent het verleenen van
vergunningen en ontheffingen, noodzakelijk
maakt, omreden een dergelijk vergaande
ontheffing als zeer ongewenscht dient te
worden beschouwd;
4e ten aanzien van de wettelijke re
geling der vacanties voor de bedienden
dat door dezen gang van zaken tevens
duidelijk de wenschelijkheid blijkt eener
wettelijke regeling der betaalde vacanties
voor het winkel- en magazijnpersoneel.
dat, onafhankelijk van het bovenstaande
de groote noodzakelijkheid wordt gevoeld
van een maatregel, waarbij de betaalde va-
cantie der handels-, kantoor-, winkel- en
magazijnbedienden wordt vastgelegd.
Het Tweede Kameriid Max van Poll
hield vervolgens een rede over: „De so
ciale en economische toestand en de be
dienden."
Spreker zag zich teruggeplaatst in 1922,
toen professor Veraart sprak op 'n congres
van den Bond in Utrecht over de*rechts-
posite van de bedienden en rector Möller
over arbeidscontract en arbeidsloon. Die
stellingen daar op dat congres naar voren
gebracht zijn langzamerhand gemeengoed
geworden van ons, katholieken. Spreker
bracht naar voren de stelling van profes
sor Veraart, dat de bedienden niet zon
der geldige redenen mogen worden ont
slagen. Dit moet echter niet in goed ver
trouwen gaan, doch dit moet wettelijk wor
den vastgesteld.
Ook van den tweeden eisch in 1922 ge
steld. recht op dagelijkschen arbeid in de
onderneming is niet alles terecht geko
men, gezien de groote werkloosheid. Ook
van medezeggenschap is nog geen sprake.
Ook het ethisch minmum als looneisch is
in vele gevallen zeer laag gesteld, in ver
band waarmede spreker de crisis van he
den ter sprake bracht. Als we de crisis
en zijn gevolgen beschouwen, dan komt
de vraag, is er vooruitgang. Spreker
bracht naar voren het gevaar van schijn
bare vooruitgang, die in werkelijkheid ach
teruitgang beteekent.
Spreker bracht naar voren de machi
nale menschen die in winkels en kantoren
de plaats innemen van verschillende be
dienden. De machine en ook de robots be
hoeven geen vijand te zijn van den wer
kenden mensch, doch zij kunnen het wor
den door ongebreideld winststreven.
Spreker vroeg: wat is de huidige crisis?
Is er tekort aan productievermogen? Men
heeft zoo gemechaniseerd en gerationali
seerd dat met de helft van de arbeiders
genoeg klaar gemaakt kan worden voor de
vraag.
Spreker stelde verschillende gevallen in
helder licht.
De crisis waarin wij zitten is verder een
geestelijke crisis.
De wetgeving heeft hier zeer zeker een
taak, doch ook de organisaties. De Paus
heeft gezegd dat hier met den meesten
spoed moet worden ingegrepen. Het gaat
hier om de grootste belangen van de
menschheid, waartoe de katholieke ver-
eenigingen een taak hebben te vervullen
in het belang der menschheid.
Verschillende vragen werden na de rede
door spr. beantwoord.
Na de pauze hield rector J. F. A. Bots,
geestelijk adviseur van den Bond zijn in
leiding met als onderwerp: „De bedienden
en het gezin."
Bediende worden is gemakkelijk, echter
betrekkelijk weinigen zijn er, die een uit
zicht hebben op een bestaan.
Het maximum-loon is dikwijls juist toe-
Minister Reymer en eenige andere autori
teiten hebben DE NIEUWE ELECTRI-
SCHE CENTRALES TE GEERTRUI-
DENBERG bezichtigd. Per boot voer het
gezelschap van Den Bosch derwaarts. Een
ontmoeting aan boord tusschen minister
Reymer en den burgemeester van Breda.
reikend om alleen zichzelven te onderhou
den, en vele mannen op huwbaren leef
tijd krijgen geen kans een huwelijk aan te
gaan. Velen huwen toch, en dan moeten
de vrouwen bijverdienen, b.v. in sigaren
winkeltjes, werken voor ateliers, of dat
de man 's avonds uitziet naar administra
tieven arbeid om in de behoefte van zijn
gezien te voorzien. Dergelijke toestanden
moeten leiden naar een boordenproleta-
riaat. Als oorzaken dat het gezinsloon
steeds naar achteren wordt gedrongen,
noemt spreker de ver doorgevoerde ratio
nalisatie. Deze ver doorgevoerde rationali
satie gebeurt niet door den werkgever al
leen om den werknemer den arbeid te ver
lichten of hem meer vrijheid te schenken,
doch om winstbejag.
De arbeid moet dienen voor den mensch.
De vraag is: hoe kunnen wij aan alle
menschen arbeid en een behoorlijk bestaan
verzekeren? Staat de machine promotie
kansen in den weg voor de bedienden
Voor de machine blijken in de practijk on
geschoolde krachtenvoldoende, meest jon
ge meisjes. Zoodeonde is er weinig plaats
voor geschoolde krachten.
De groote kantoren trekken hoe langer
hoe meer ongeschoolde krachten tot zich,
waarvoor dan later geen plaats meer is.
Ook in het winkelbedrijf is rationalisatie,
al is dit nog niet in die mate als op de
kantoren. In het moderne handelsleven
komt het niet meer aan op vakkennis, doch
op handigheid om te verkoopen.
Een tweede oorzaak van drukking van
gezinsleven is de vrouwenarbeid op kanto
ren en in fabrieken. Er wordt niet mee
bedoeld dat de vrouw haar plaats onrecht
matig inneemt. Wel onrechtmatig noemt
spreker het als de vrouw die plaats in
neemt. zóó dat het voor de man onmoge
lijk is om aan een gezinsloon te komen. De
man gaat het bedrijf in om een levenspo
sitie te verwerven voor zich en straks voor
zijn gezin. De vrouw daarentegen voor ze
keren tijd. De voorkeur van den werkge
ver voor de vrouw is in de meeste geval
len hierop gegrond, om goedkooper krach
ten te hebben en de loonen te drukken.
De bedienden kunnen zich bij dezen toe
stand niet neerleggen.
Nu rijst de vraag: wat staat ons te
doen? Wij moeten ons er tegen verzetten
dat de jonge bedienden enkele jaren werk
zaam kunnen zijn tot dat zij op een maxi
mum komen, waarboven zij niet kunnen
komen, en dat niet voldoende is voor een
gezin. We mogen niet lijdelijk toezien dat
de volwassen mensch moet wijken voor
jeugdige menschen met een laag salaris.
Een gezinsloon moeten we eischen dat is
een loon dat strikte rechtvaardighe'd
eischt. Ieder heeft het recht tc huwen en
moet recht hebben een gezinsloon te kun
nen verdienen. Dit meest elementaire echt
van de bedienden moet worden hersteld.
Ook de vrouwelijke bedienden, aldus spr.,
moeten ijveren voor dezen eisch. Dat het
blije, Roomsche gezin in de toekomst weer
moge bloeien en dat. allen dit streven moge
steunen hiermede eindigt de eerw. spreker
zijn rede.
Na een slotwoord van den voorzitter v.erd
het congres gesloten met het. lied „Aan U,
o Koning der Eeuwen."
„Maandagmorgen".
MOEILIJKHEDEN BIJ PHILIPS.
Negenhonderd arbeiders ontslagen.
Naar men aan de „Tijd" mededeelde,
zijn Zaterdag bij de N.V. Philips 900 ar
beiders ontslagen. Dit ontslag geldt voor
namelijk de apparatenfabrieken, die ver
moedelijk binnenkort geheel stilgelegd
zullen worden. Op de afdeeling Philite-
fabriek werd het ontslag veertien dagen
van te voren aangezegd, waarop de ont
slagenen het werk terstond staakten. De
poorten waren echter gesloten en vertrek
werd hun niet toegestaan, zoodat de sta
kers' den middag in ledigheid op de fa
briek doorbrachten.
ORCHIDEEëNJAGERS IN DE
OERWOUDEN VAN ZUID-AMERIKA.
Een eigenaardig beroep
Zuidzeecactussen voor Ja
pan Gevangenen vangen
vlinders.
Een Fransch onderzoeker die diep in het
Braziliaansche oerwoud doorgedrongen
was, ontdekte op een open plaats in het
bosoh onverwaohts een kleine hut, die be
woond scheen te zijn. Daar hij er maar niet
met zijn verstand bij kon, welke zonder
ling deze eenzame plek wel als zijn woon
plaats uitgekozen kon hebben, besloot hij
tot den avond te wachten om te zien, wie
de hut betreden zou. Zijn geduld werd be
loond. Even voor zonsondergang werd de
gestalte van een breedgeschouderd man
zichtbaar, die zijn gasten met onverholen
vreugde begroette en zeer bereidwillig
over zijn verblijf in het vijandig oerwoud
eenige mededeelingen gaf. Hij was, zoo
vertelde hij lachend aan zijn verbaasde cn
ongeloovige gasten een jager. Maar geen
jager op levend wild of jaguars bv. of apen,
neen, hij jaagde op bloemen.... op orchi
deeën.
Maar, zoo wierp men hem ongeloovig
tegen, waar hebt u dan uwe orchideeën?
Wij zien er absoluut geen. Steekt u ze dan
in het knoopsgat?
Lachend wees de zonderlinge man op
een kleine houten trommel en deed ze open.
Toen kwamen er kleine knolletjes te voor
schijn zorgvuldig verpakt in mos en ver
gane bladeren.
Dat zijn hier mijn orchideeën. De bloe
men zelf zou ik nooit meer frisch thuis
brengen als ik ze geplukt had. Deze knol
len daarentegen blijven bij een goede be
handeling jaren lang hun kiemkracht be
houden.
Uw afnemers en lastgevers?....
Er bestaat eigenlijk op de heele wereld
maar één onderneming, die orchideeënja
gers in zijn dienst heeft. Het is een Londen-
sche firma. De eigenaar hiervan is een der
beroemdste orchideeënkweeker der wereld
en voert over de heele wereld een uitgebrei-
den handel hierin. U kunt u waarschijnlijk
niet voorstellen, hoe rijk men kan worden
door het kweeken van orchideeën. Maar
het is toch een feit, dat sommige zeldzame
exemplaren 12000 gulden en nog meer kos
ten! Gedeeltelijk zijn dit zeer zeldzame
orchideeën die men door zeer ingewikkelde
en langdurige methoden heeft kimnen
kweeken, maar voor de rest zijn het bloe
men, die de orchideeënjagers in de oerwou
den ontdekten.
De geschiedenis is waar. Er bestaat wer
kelijk een aantal orchideeënjagers en men
mag gerust aannemen, dat het beroep van
zoo'n jager wel zeer interessant en onge
woon is, maar ook, dat het niet van all9
gevaar ontbloot is. Talloos zijn de gevaren
van het Zuid-Amerikaansche oerwoud en
het komt vaak voor, dat de jager op or
chideeën plotseling heel ander wild ont
moet waarop hij eigenlijk niet van plan was
jacht te maken.
Niet minder interessant is het beroep van
een
Cactusjager.
al is dit wat minder rijk aan gevaren.
Cactusjagers vindt men echter absoluut
niet alleen in Mexico zooals men gemak
kelijk geneigd zou zijn om aan te nemen.
Talrijke dorre eilanden in de Zuidzee waar
de zon haar loodrechte stralen laat neer
komen, vormen eveneens een geliefdkoosd
doel van deze jagers.
Ook een cactusjager denkt er natuurlijk
absoluut niet aan, om een cactus van on
geveer een manshoogte, met wortel en al
uit te graven en ze dan naar zijn opdracht
gever te verzenden. Hij zal volgens de re
gelen d©r kunst meestal een loot van de
plant nemen en deze voorzichtig met wat
aarde in een botaniseertrommel bewaren.
De voornaamste afnemer van dure en zeld
zame cactussen is eigenaardig genoeg niet
Europa, maar Japan. Ook met cactussen
kan men, wanneer het uitgezochte mooie
en zeldzame exemplaren betreft, schitte
rend zaken maken. Men kan in zooverre
men er lust toe gevoeld en ook het benoo-
digde geld voor bezit, een klein vermogen
in cactussen beleggen.
Een jager van geheel andere soort is de
Vlinderjager,
die men bij honderdtallen op het Zuidelijk
halfrond aantreft. Het moet beslist een
uiterst komisch gezicht zijn, wanneer men
hier of daar in het oerwoud een man met
een vlindernet ontmoet, die door zijn zon
derlinge sport geheel en al in beslag ge
nomen wordt. Maar deze jacht is niet al
leen komisch, zij is ook gevaarlijk; gevaar
lijk vooral voor de gezondheid. De mooiste
vlinders komen voor in de moerassige stre
ken. Maar waar in de tropen moerassen
zijn, daar is ook de koorts. De mooiste
vlinders met de schitterendste kleuren vindt
men waarschijnlijk in Guyana en wel in het
Fransoh gedeelte, waar zooals men weet,
de bagno voor de grootste misdadigers ge
vestigd is. Ook de gevangenen, die in het
open veld werken, gaan met voorliefde op
de vinderjacht, waax-mede zij zich een wel
kome bijverdienste verschaffen. Geweten-
looze handelaars betalen hen meestal
slechts een klein gedeelte van de werkelijke
waarde uit.
Behalve de vlinderjagers treft men in
het Zuid-Amerikaansche oerwoud, dat zoo
rijk is aan curiositeiten, nog een bijzondere
soort jagers aan en wel: de kolibri-jagers.
De kleine vogeltjes worden in een net
gevangen en direct terplaatse gedood en
voorloopig geprepareerd, als men het niet
alleen op de zijdeachtige veertjes voorzien
heeft.
Men treft zonderlinge Nimrods aan op
aarde. En wanneer men ze tegenover el
kaar stelt, de groote jagers, de leeuwen- en
olifantenjagers en aan de andere zijde de
pseudo Nimrods, die zich tevreden stellen
met bloemen en vlinders, dan is het nog
heelemaal niet uitgemaakt, aan welke zijde
de grootste moed, de grootste overgave en
de grootste resultaten te behalen zijn.
H.F.
DE LIJDENSWEG DER GEESTELIJKEN
IN SOVJET-RUSLAND.
De Russische vluchtelingen nemen bij
voorkeur h/un weg over Bulgarije en Zuid-
Slavaë, waar zij minder met moeilijkheden
te kampen hebben. Bovendien is de bevol
king van die twee staten voor het meeren-
deel Orthodoxe. Zoo komt het dat men daar
veel nieuws kan vernemen over den toe
stand in Rusland. Zoo hoorde een K. W. P.
medewerker daar dezer dagen het volgende
Eersit voerden de bolsjewisten bun strijd
tegen de Orthodoxe geestelijkheid met ruw
geweld. Toen zij inzagen dat een openlijken
strijd het nadeel heeft, dat daardoor de
geestelijken tot martelaren worden gemaakt
en de godsdienst daardoor zeer ten gunste
wordt beiinivioed, paste men later een nieu
we methode toe; men tracht ml. de Ortho
doxe geestelijken in zooveel mogelijke sek
ten te verdeeilen, dde elkaar uit de kerk
stootten en met den banvloek vervolgen tot
groote ontsteltenns der geloovigen.
Men trachtte hetzelfde middel bij de ka
tholieken. toe te passen, dioch men slaagde
er niet in, in de Katholieke kerk een nieuw
schisma in te voeten. De katholieke pries
ters werden de een rua den ander onder al
lerlei voorwendsels van hun pastorieën ver
wijderd en naar afgelegen gebieden verban
nen, waar hun „verdwijning" geen opzien
baarde.
In de ijskoude stroom van de Aziatische
S'tepen vonden zij den dood. Elf priesters
van het Bisdom Mobile wer werden verban
nen naar de Duivelseilanden in het beruch
te Solowezki. Him vreeselijk lijden deelde
diaar ook de plaatsvervanger van den ka
tholieken patriarch van den Oos'terschen
ritus. Niet beter verging het de katholieke
priesters der overige bisdommen. De 36-
jarige bisschop verloor tengevolge van de
martelingen het gezicht en het gehoor.
Theophiei Skalsk zit reeds 3 1/2 jaar inden
kerker. Ivan Deubner smacht reeds acht
jaar als levend begraven in het stinkende
hol van een gevangenis.
Schwijezewsky, die in Rusland een poli
tiek rol speelde, beschrijft den toestand
van een gevangenis op het duivelseiland
als volgt, de veroordeelden zijn samenge
pakt in een enge ruimte, die omgeven is
door prikkeldraad en onder voortduren
de bewaking staat. In deze ruimte kunnen
zij zich niet bewegen, doch moeten zelf
voor alles zorgen. De helft der geïnterneer
den lijden aan tering, hartkwalen, rheuma-
tiek, ischias en schurft. Dagelijks sterven
er gevangenen. De levensmiddelentrans
porten komen slechts zeer onregelmatig
aan.
In de winter lijden zij van de hevige kou
de en is er het daglicht slechts 2 h 3 uur,
't overige gedeelte van den dag zitten zij
dan in het donker, terwijl de stormen van
den Noordpool op komen zetten.
Op zekeren dag omsingelden de Russi
sche soldaten het kamp en losten een salvo
op de gevangenen, toen deze hun gewonde
broeders wilden verzorgen losten de sloda-
ten een tweede en tenslotte een derde sal
vo.
Het was slechts een „oefening" zoo werd
hen medegedeeld.
Onderaardsche watertunnels.
De groote fabriek van Ford in Dearborn
heeft, hoofdzakelijk voor de afkoeling van
den keteldamp, dagelijks ongeveer 4.5 mil-
lioen M3 water nooddg, dietegenwoordig
door een nieuw aangelegen tunnel uit de
River 'Rouge naa-r de fabrieken geleid
wordt. Dit benoodigde water komt onge
veer overeen met de hoeveelheid, die 4
groote steden verbruiken. De tunnel be
staat uit een pijp die binnen een middellijn
heeft van 4.5 en van buiten een doorsnee
van 6.5 M., zoodat er gemakkelijk een on
dergronds spoor door heen kon. Deze lei
ding bestaat uit de aaneenschakeling van
4579 betonnen ringen, die ieder uit tien af
zonderlijk gebogen deelen tot een gewicht
van 1,7 ton bestaan.
Deze tunnel van 3.6 K.M. lengte loopt on
der vele hoofd- en zijstraten, spoorlijnen,
bruggen, zelfs onder een. kerkhof door.
Het boren geschiedde met machines, die
in de looze aarde gemakkelijk vooruit kwa
men, zoodat de aarde daarachter als een
tandpasta-tube opzwol. Onder gunstige om
standigheden werd een gedeelte van den
betonnen ring door geweldige machine-ar-
men in 45 minuten op z'n plaats gebracht
en in één maand tijd kwam men ongeveer
650 meter vooruit.
Electrisch gedreven schepen.
Heb eleotrisoh aanzetten der schepen is
een belangrijke vooruitgang in de scheep
vaart. Men ging principieel te werk als
volgt: Er weid eerst stoom verwekt, welke
dienen moest als drijfkracht voor een tur
bine, deze is aan een dyamo gekoppeld die
den stroom voor de eigenlijke drijfmotor
van het schip levert. Ook voor den leek is
het begrijpelijk dat hier eene omweg ge
maakt werd. Want waarom zou men den
stoom niet zooals tot nu toe bij het aan
zetten door de stoommachine onmiddel
lijk voor het drijfwerk van het schip benut
ten? Ofschoon deze omweg werkelijk een
zeker krachtverlies beteekent, zal deze me
thode zich vanwege talrijke voordeelen van
auderen aard handhaven.
Vooreerst wordt het bedrijf zuiverder,
eenvoudiger en overzichtelijker. Verder zijn
aan deze methode zeer essentieele voordee
len verbonden. Bovendien kan de vertraag
de vaart door directe vermindering der
brandstoftoevoer benut worden, d.w.z. het
bezit ook economische voordeelen. De in
voering van de turbo-eiectrische aanzetma-
chine in de Amerikaansche oorlogsmarine
is wel een teeken dat het hoog gewaardeerd
wordt.
U itgesp T'oftdeu:
H. J. Bader Jr., bollenreiziger, Sassen-
heim; cur.: mr. A. J. Romijn, Leiden;
J H. Bader, bollenreiziger, Sassen-
hedm; cur.: mr. A. J. Romeijn, Leiden-