MAANDAG 6 JULI 1931 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BI AD PAG. 7 GYMNASTIEK HET I. T. O. S. A. TE AMSTERDAM. Grootsch turnfeest. Schit terend werk der buitenlan ders. Massaal optreden van ongeveer 300 gymnasten. (Van een specialen verslaggever.) Verwend zijn de Hollanders niet met grootsche turnfeesten. De gymnastiekbewe ging is nog niet zoo ingeburgerd, dat in alle lagen van de bevolking op hoogtijda gen belangstellng is voor de turnsport. Het blijft immer een gewaagde onderneming om dergelijke feesten op touw te zetten. Des te meer valt het te loven, dat „Kracht en Vlugheid" te Amsterdam ter gelegen heid van haar 45-jarig bestaan een twee- daa-gsch turnfeest organiseerde, waarbij niet alleen van heel veel te genieten viel, maar waarbij zelfs de publieke belangstel ling alleszins bevredigend was. Men heeft getracht, mede door de deelneming van de beste Duitsche en Fransche krachten, een turnfeest te organiseeren, dat propa ganda moest maken voor de gymnastiek- zaak. Door de massale uitvoeringen op beide dagen, en ook door vele turners is men daarin volkomen geslaagd. We zijn er van overtuigd, dat de ruim 7000 toe schouwers op Zaterdagavond en de meer dan 10000 toeschouwers op Zondagmiddag den indruk hebben meegekregen, dat de gymnastiek de volkssport bij uitnemend heid is. Wij zeiden het reeds, er viel zeer veel te loven. Als hoogtepunten zouden we willen noemen het optreden van de Hochschule fuer Leibesuebungen uit Ber lijn en dat van de Ecole Superieure te Joinville le Pont, die op perfecte wijze de monstreerden hoe volmaakt en veelzijdig de verschillende oefeningen het lichaam ontwikkelden. Dat was meermalen super class. Ook het spreek-, zang-, dans- en be wegingsspel „De Zegepraal van Vader Jahn" op Zaterdagavond, uitgevoerd door de leden van „Kracht en Vlugheid" maak te diepen indruk op de aanwezigen en was tevens een levend stukje propaganda voor de gymnastiek. Van de massale oefeningen troffen ons die van de dames het meest. Van deze uit voering zagen we Zaterdagmiddag de ge nerale repetitie, en Zondagmiddag de uit voering. Uit alles bleek, dat deze 1500 da mes serieus geoefend hadden, alles werd vlot en soepel en zonder eenige dissonant uitgevoerd. De intocht van alle deelnemers en de vaandelgroet aan de jubileerende vereeni- ging maakten een prachtig effect. Op het groene tapijt van het Stadion maakten de vele en fleurige kleuren een levendig ef fect, terwijl door de massale deelneming een geheel tot stand kwam, dat het feest tot iets grootsch en moois maakte, dat nog lang in veler herinnering zal blijven. De Zaterdagmiddag was meer een alge- meene repetitie voor de beide volgende uitvoeringen. Voorts werden de 100 Meter hardloopen series voor dames en heeren geloopen en de estafettenummers voor da mes en heeren, alles internationaal. De optocht van alle deelnemers, en deel neemsters door de stad trok veel belang stelling. Overal langs den weg stonden duizenden en duizenden menschen ge schaard. Bloemen werden meegedragen en verschillende vereenigingen hadden voor versieringen zorg gedragen. Op de peristy le van den Stadsschouwburg Leidsche- plein stonden de eeregasten van het I.T.O.S.A. waaronder de wethouder van onderwijs, de heer E. Polak, wien door alle turnsters en turners de groet werd ge bracht. Een bijzondere verrassing wachtte den deelnemers op de Heerengracht, waar de burgemeester, de heer W. de Vlugt, de turners stond op te wachten. De burge meester werd luide toegejuicht. Des avonds onder prachtige weersom standigheden vingen de wedstrijden in bal letten, rhythmische dansen, vrije en ge reedschapsoefeningen aan. De 1500 Meter hardloopen werd door M. Hoexum, van Donar, Leiden, gemakkelijk gewonnen. „De Zegepraal van Vader Jahn". De fi guur van Vader Jahn is meer symbolisch gekozen: om het jonge geslacht den groo- ten voorganger in woord en daad, te lee- ren kennen en te leeren waardeeren. In het spel waren verwerkt een ballet van mevrouw PolakDresse, rhythmische en volksdansen van mej. R. van Praag en vrije oefeningen van den heer M. Polak. Met Faustballet met mevr. L. Polak— Dreese als de uitbeelding van het Con servatisme en mej. L. de Betue als de „Gymnastiek", die de overwinning behaalt is met zijn belichting der schijnwerpers en kleurige costuums uitnemend geslaagd. Het openingsnummer op Zondagmiddag, ■waaraan alle leden en aspiranten van „Kracht en Vlugheid" deelnamen, slaagde als opening zeer goed. We memoreerden reeds den intocht van alle turners en de vaandelgroet. De heeren van de Ecole Militaire lieten menig staaltje van hun geoefendheid zien. Aan de brug en het hoogrek toonden de Franschen hun kunnen, voorts kregen de toeschouwers een lesje: hoe men een goed hordenlooper wordt. En ten slotte zal menige Hollandsche athleet jaloersch zijn op de prestaties van de speerwerpers. Het Nederlandsch record werd hier glansrijk geslagen. De algemeene vrije oefeningen der heeren mocht ons minder bekoren, hier schuilde nog al eens een foutje, uit een en ander bleek dat de animo bij de heeren om te oefenen niet zoo groot is. Het tempo van de Marche Militaire van Schubert kwam al heel erg in de verdruk king. Een bonte opeenvolging van oefeningen, dansjes, athlctiekwedstrijden volgde. Een elkeen toonde zijn kunnen op eigen wijze. Maar het hoogtepunt werd toch weer de demonstratie van de Hochschule fuer Lei besuebungen. Wanneer men die prachtige gespierde en gebruinde dames en heeren in een pittig marschtempo het veld op ziet komen, dan moet een elkeen, die de turn- zaak nog geen goed hart toedroeg, toch wel van meening veranderen. Dan de oefeningen. Hoe beheerscht zijn de bewegingen. Hoe energiek is de houding en toch hoe innerlijk bewogen ziin die vrouwelijke en mannelijke studente Welk een innerlijke overtuiging moet hier aan wezig zijn. De verschillende spelen volgen. Welk een afwisseling brengen in hun uitvoering. Het slingerhallen der dames, het speerwerpen der heeren is af. Er zit lijn in, een pittig partijtje handbal der heeren volgt. Welk een si^elheid, van be grip, van handelen, van gooien. De meis jes voeren een nummer met het spring touw uit. Niets verveelt, niets is te veel, het wordt een geheel, zoo overtuigend, zoo grootsch, dat na afloop de bronzen mannen en vrouwen een ovatie krijgen. Tot slot een Tuechertans van allen, een frisch afscheid met een frisch lied als pakkend slot. Alweer is het laat geworden en onder vrij wat minder publieke belangstelling worden de laatste algemeene vrije oefenin gen der dames verwerkt. Te ruim half ze ven Zondagavond kon dr. E. va«n Minden het slotwoord spreken. Vermelden we ten slotte nog, dat gedu rende beide dagen zeer vele autoriteiten van him belangstelling deden blijken, zoo merkten wij o.m. op den Gezant van Duitschland Graaf Zech en mevrouw, wet houder E. Polak, dr. Schafer, consul van Duitschland, mr. Judas, consul van Frank rijk, Comte de Barbeyrac, directeur Office Commercial de la Rep. Franc, mr. Bechet lagaatieraad Fransche Gezantschap te Den Haag, Maetin, vice-presdent van de Fransche Dames Turnbond. K. H. van Schagen, Inspecteur van de Lichamelijke Opvoeding te Amsterdam, Commandant Arnould van de Ecole Superieure te Join ville, dr. R. J. Th. Meurer, voorzitter van den A B.L.O., dr. Hendrix, directeur afd. Onderwijs Amsterdam en vele anderen. De uitslagen der verschillende wedstrij den luiden: Balletten: 1. Union Sportive des Cheminots de l'Etat Parijs 98 pnt. 2. Union Sportive des Trefileries du Havre 87 pnt. 3. Nieuw Brunhilde Leiden 79 pnt. 4. Compagnie de Sauveteurs de Reims. Rhythmische dansen: 1. Sim- son Amsterdam 111 1/2 punt. 2. Union Sportive des Cheminots de l'Etat Parijs. 3. Atalanta Rotterdam. 4. Union Sportive Havre. 5. Compagnie de Sauveteurs de Reims. Vierkamp gymnastiek dam e s 1. Simson Amsterdam 390.75. 2. Nieuw- Brunhilde, Leiden 354.5/6 pnt. 3. Keizer Otto Naarden. 4. 's-Gravenhage. Vierkamp gymnastiek hee ren: 1. 's-Gravenhage, Den Haag 347 1/3 pnt. 2. Pretoria Amsterdam. 3. Thor Arn hem. 4. Turno Amsterdam. 5. Donar Lei den. Gereedschapsoefeningen naar keuze: dames. 1. Westerkwartier Am sterdam 1001/2 pnt. 2. 's-Gravenhage. 3. Turno Amsterdam. Gereedschapsoefeningen h. p e r e n: 1. Turno Amsterdam 92 pun ten. 2. Zeeburg Amsterdam 86 punten. Vrije ofeningen naar keuze dames: 1. Simson Amsterdam 108 pun ten. 2. Trefiliries du Havre 102 1/2 pnt. 3. Turno Amsterdam. 4. Sheminots Reims. 5. Atalante Rotterdam. Wedstrijd vrije oefeninge n naar keu ze heeren: Turno Am sterdam 89 punten. AJtbletiekwedsfcrijden: 100 M. heeren: 1. Jansen Amstels GV 11,2 sec., 2. Wildeboer idem 11.4 sec. 3. Jruym Preto ria. 4. Furth Pretoria. 5. Bonte Donar Leiden. 100 meter dames: 1. mej. Kuster Nieuw Brunhilde Leiden 13,1 sec. 2. mej. De Koek Amstels 13,2 sec., 3. mej. Hooge- doorn Nieuw Brunhilde Leiden 13.7 sec. 4. mej. Bakker idem. 5. mej. Bremmer, idem; 6. Mile Demilin Reims. 1500 Meter hardoopen: 1. M. Hoexum Donar Leiden tijd 4 man, 38,8 sec. 2. L. Bangma Amstels. 3. G. Kooy Donar Lei den. 4. P. Jansen Donar Leiden. 4 maal 100 M. éstafette; 1. Hoch schule I Berlijn 45.9 sec. 2. Hochschule II 46 sec., 9. Amstels GV Amsterdam. 4. Pre toria Amsterdam. 4 maal 100 M. damesestafette: 1. Nieuw Brunhilde Leiden 54.4 sec. 2. Hochschule Berlijn 54.5 sec. 3. Thor Arn hem 54,8 sec. 4. Zeeburg Amsterdam. 5. Sauveteurs Reims. 6. Trefiliries Le Havre. ZEILEN DE ZEILWEDSTRIJDEN TE KIEL. Zaterdag zijn de wedstrijden te Kiel voortgezet. In de 12-voetsjollenklasse won Bob Maas vijf minuten voor no. 2, den Duitscher Obst; derde was „Plisch", Jan Maas werd vierde. SCHAKEN De match EuweNoteboom. Gisteren werd te Amsterdam de vijfde par tij gespeeld tusschen dr. Euwe en Notehoom. De Amsterdammer won deze partij. Heden avond wordt de laatste wedstrijd gespeeld. WIELRENNEN VAN DE RIJSWIJKSCHE BAAN Krewer wint den wedstrijd achter groote motoren. Voor een flink bezette baan won gisteren te Rijswijk de Duitscher Krewer den wedstrijd achter groote motoren om het Gouden Wiel. In den eersten rit moest hij weliswaar in Lacquehaye zijn meerdere erkennen, doch in de beide andere ritten nam hij keurig revan che, door beide ritten te winnen. Lacquehaye die eenigszins tegenviel, werd, na zijn succes in den eersten rit in den tweeden en derden rit resp. 3e en 2e. De Franschman draaide zeer soepel en kon ongetwijfeld veel beter. Op de derde plaats belandde Urago, die nogal stroef ging. Hij wisselde goede met kwa de momenten af. Het was met hem: hollen of stilstaan. Paillard had zijn dag niet en werd boven dien in den tweeden rit door een lek bandje geplaagd. De Hollander Snoek reed heel wat beter dan verwacht werd. Weliswaar werd hij laat ste, doch hij heeft voor den noodigen strijd ge zorgd. Jammer genoeg kreeg hij in den twee den rit even voor het einde motorpeoh. In de zen rit was hij ongetwijfeld minstens derde geworden. In den derden rit reed hij achter een reservegangmaker en reed toen uitstekend Het programma werd aangevuld met een sprintwedstrijd, waarvan de finale door Piet Leene netjes in 13 2/5 sec. gewonnen werd. De sprinters-ontmoeting AmsterdamDen Haag leverde een geringe zege der Hagenaars op, daar die bij evenveel punten viermaal eer ste waren tegen Amsterdam tweemaal. Wals wist in den 10 K.M.-rit een halve ron de uit te loopen en daardoor op fraaie wijze te winnen. Bij een valpartij werd de Hartog (Beemster) vrij ernstig aan het gelaat gewond. De uitslagen waren als volgt: Sprintwedstrijd voor amateurs en onafhan- kelijken (finale): 1. P. Leene 13 2/5 sec., laat ste 200 M.; 2, Wals, 1/4 wiel; 3. Vreeswijk; 4. van Egmond. Sprintmatch a trois AmsterdamDen Haag: Totaaluitslag: 1. Den Haag met B. Leene, v. d Heuvel en v. d. Leur, 18 p. (4 x 1). 2 Am sterdam met v. d. Linde, Steenbergen en B. van Dijk 18 p. (2 x 1). Persoonlijk was het resultaat: 1. v. d. Leur 4 p., 2. Leene 5 p.; 3. v. d. Linden; B. van Dijk en van Steenbergen elk 6 p.; 6. v. d. Heuvel 9 pt. 10 K.M. voor amateurs en onafhankeli jken (persoonlijk). 1. Wals in 13 min. 47 3/5 sec. eu een halve ronde voorsprong. 2. KL van Nek; 3. Alkemade; 4. van Egmond. Stayerswedstrijd over 30.30 en 40 K.M. le rit 30 K.M.: 1. Lacquehaye 24 min. 29 3'5 sec. 2. Krewer op 50 M. 3. Urago op 240 M. 4. Pail lard op 360 M. 5. Snoek op 380 M. 2e rit 30 K.M.: 1. Krewer 24 min. 56 1'5 sec. 2. Uurago op 260 M. 3. Lacquehaye op 270 M. 4. Paillard op 1 ronde 280 M. (pech). 5. Snoek op 5 ronden (pech). 3e rit, 40 K.M.: 1. Krewer 33 min. 38 1/5 s. 2. Lacquehaye op 0 Meter. 3. Urago op 60 M. 4. Snoek op 300 Meter .5. Paillard op 350 Me ter. Totaal: 1. Krewer 4 p. 2. Lacquehaye 6 p. 3. Urago 8 p. 4. Paillard 13 p. 5. Snoek 14 p. DE TOUR DE FRANCE. Zaterdagmorgen half 10 vertrokken 69 deelnemers voor de vijfde étappe van de Tour de France VannesLes Sables, een afstand van 202 K.M. Eerste was de Franschman Charles Pelissier met een tijd van 6 uur 36 minuten, 49 seconden, ge volgd door Ant. Magne (Fr.), 3. Bulla (O.) 4. Di Pacco (It-), 5. Demuysere (België), allen met dezelfden tijd. Gisteren werd de ze-sde etappe Les Sa-bleaBordeaux (338 K.M.) verreden. De uitslag was: 1. Hamerlynck, België, 10 uur 46 min., 20 sec-, Gem. uursmelheid 31 377 K.M. 2. Leducq zelfde tijd. 3. Battesmd. 4. di Pooa. 5. Siegel. 6. A. Magne. 7. Verwaeke. Volgen ex aequo. 30 amideren iin allen den- zelfden tijd als no. 1. Algemeen klassement: 1. Pélisier (Frank rijk); 2 di Paco (Italië); 3 A. Magne (Frank rijk); 4 Bux (Duitschland); 5 Reby (België); 6 Me-t-ze (Duitöchlaindi); 7 God'inat (Frank rijk enz. PAARDENSPORT COURSES OP DUINDIGT. De uitslagen van Je gisteren op Duindigt gehouden rennen en draverijen luiden: Fidelioprijs (Prijzendraverij 4e klasse over 1570 Meter): 1. Tamboer, eig. A. de Vlieger; 2. Uranie van Duindal, eig. A. Commijs Faustprijs (ren op ed vlakke baan over 1350 Meter): 1. Maelstrom, eig. Stal Hippos; 2. Theocrite, eig. H. C. Lintvelt. Fontaineprijs (prijzendraverij 2de en 3de klasse over 2090 Meter): 1. Oakland Baron B, eig. E. G. in 't Veen; 2. Numas M, eig. P. v. d. Knoop. Eerste heerrijders-ren (ren op de vlakke baan over 1600 Meter): dead heat tusschen: Avelin, eig. D. Siem Jr., Tracy, eig. Stal Sport man. Flambeauprijs (handicap, heat 1ste klasse ever 1690 Meter): 1. Rabenhaupt, eig. H. v. Zalinge; 2. Begonia, eig. L. J. Eikhuizen. Figaroprijs (verkoopsren op de vlakke baan over 2600 Meter): 1. Hellebore, eig. W. Jochems; 2. Milo, Stal Sportman. LUCHTVAART Luchtschipverbinding met Ned.-lndië. Een vertegenwoordiger va.n het. Perebu reau Vaz-Dias had een onderhoi»d mei den heer G. B. J. Sorgdrager, inspecteur van de Maatschappij „Nederland*", d^e met kapi tein H. G. J. ter Marsch den jongs ten tocht van de Zeppelin naar IJslamd meemaakte namens het. Syndicaait voor de Lucht ver bin ding met Inidië. De heer Sorgdrager, die zeer opgetogen was over den tocht, verklaarde in zijn rap port, dat hij aan het syndicaat zal uitbren gen in geen enkel opzicht te willen vooruit loopen. Hij achtte de exploitatie van een luchtschipverbinding met Inddë duur en zoo voegde hij er bij er is niemand die op het oogenblik kan zeggen: We gaan het doen" of „We gaan het niet doen. De situ- die van dit onderwerp verkeert daarvoor nog veel te veed in het beginstadium. Vast omlijnde plannen heeft, het syndicaat nog niet. Natuurlijk zal moeten worden bestu deerd weük soort havens vaste of drijvende, zullen dienen te worden ingericht- Bij den Bodensee is indertijd een proef genomen met een drij venden hal doch deze was te las tig. Ln den oorlogstijd stond een draaibare hal op het land- Maar dit heeft weer firnan- cieele bezwaren. Of dr. Eckener eerstdaags Nederland zal bezoeken om besprekingen te voeren kon de heer Sorgdnager niet me- dedeelen. Het schip zad in de eerstvolgende maanden een groot aantal tochten met pas sagiers maken. Een daarvan zal zich waar schijnlijk uitstrekken tot Brazilië. De heer Sorgdrager wees er nogmaals op, dat hij den tocht had gemaakt, om indrukken op te doen, op plannen en cijfers wenschte hij niet vooruit te loopen. LETTEREN EN KUNST HET NATIONALE VOLKSLIED DER VERSCHILLENDE LANDEN. Wat is eigenlijk een volkslied? Onder een volkslied verstaat men een gezongen ge dicht, dat in alle lagen der bevolking be kend en geliefd is. Niet zelden is de dich ter van een volkslied onbekend, daar deze veelal hun verzen niet maakten om hun naam bekend te zien. Van de verschillende soorten van volksliederen wil'en wij in dit artikel enkel iets mededeelen over de nati onale volksliederen. Het volkslied, bedoeld in den zin van nationalen hymne, wordt niet door het geheele volk gezamenlijk ge schapen, maar ontstaat onder het volk uit een zekere mentaliteit. Onder ,Volk" ver staan wij hier allen, die een gemeenschap pelijk belang hebben. Het volkslied wordt geschapen door een enkeling en nogezon- gen door allen, die daarin iets vinden, dat ook hen beweegt. Vanze'f sprekend wijzigt zich langzamerhand bij dit nazingen de me lodie en het rhythme en worden deze aan het natuurlijke muziekfeest aangepast. Wilhelmus. Nederland kan zich er op beroemen twee volksliederen te hebben, n.l. het Wilhel mus en het Wien Neerlandsch Bloed. Al gemeen wordt aangenomen, dat de dichter van het Wilhelmus is Marnix van St. Alde- gonde, die het geschreven zou hebben ter gelegenheid van het vertrek van Prins Wil lem van Oranje uit de Nederlanden om streeks 1572. In de laatste jaren vooral is is om het Wilhelmus heel wat strijd ge voerd. Niet alleen om den tekst, maar ook om de melodie. Het zal iedereen wel eens zijn opgevallen, dat de orkesten, die bij feestelijke gelegenheden het Wilhelmus spelen dit steeds anders doen, dan dat. het gezongen wordt. Om hierin eenheid te bren gen heeft de directeur der Kon. Militaire Kapel C. L. Boer, het Wilhelmus opnieuw getoonzet, welke melodie thans door alle militaire muziekkorpsen bij plechtigheden van militairen aard wordt ten gehoore ge bracht. Vele particuliere corpsen zijn er eveneens toe overgegaan de zetting van Louis Boer te gebruiken. Dat de plechtige koraal van het Wilhelmus eens als dansmu ziek heeft dienst gedaan, zal wel niet velen bekend zijn. In de Kon. Bibliotheek van Den Haag bevindt zich een dagboek van een zekeren Jan de Boer uit de jaren 1747 en 1748. Op Zondag 7 Mei 1747 vinden wij vermeld, dat genoemde Jan de Boer dien dag omstreeks 's avonds elf uur op de stoep van zijn huis te Amsterdam een pijp zat te rooken. Hij zelf vertelt hierover als volgt:".als wanneer ik merkten, dat mijne gebuurtiens alle in een weergalooze vro lijke humeur waren, ging ik stil en zonder dat het ymand merkten in mijn huys, stel den mijn iolons en quam hiermede weder stil op de stoep, dewelke 7 tree van de grond hoog is, en speelde de van ouds be kende Wilhelmus van nassauwen; waarop mijn gebuurtjens alle zoo oud als jonk van vreugde opsprongen en begonnen te dan sen; deze vois drie maal gerepeteerd heb bende was die volgens de dansregelen uit; al&an verzogten se mij om een andere dans te spelen; zegigende: ter deser tijt. niet an ders te willen spelen als Wilhelmus van nasouwen. Waarom ik dit gedenke was, dat twee stokoude wijfjes, yder meer als seven- tig jaar halende, mede aan den dans ge raakten en dansten de deun van Wilhelmus volkomen met drie repetitiën uit." Wien Neerlarvds bloed. Onze tweede nationale hymne, het Wien Neerlands Bloed, dateert van 1815 en danken wij aan den dichter Tollens. In 1815 werd op verzoek van luitenant-admiraal van Kinsbergen door de Mij. tot Nu-t van het Algemeen een prijsvraag uitgeschreven voor het dichten en daarna voor de com positie van een nieuwe Nederla nd sche na tionale hymne. De kosten van dezen prijs vraag werden door van Kinsbergen gedra gen. Uit de binnengekomen antwoorden werden een tweetal teksten bekroond, njn. die van Tollens (Wien Neerlands Bloed) en van Brandt van Ca bouw. (Wij leven vrij). De twee bekroonde liederen werden ge toonzet door J. W. Willems, een Duitscher, die zich op 19-jangen leeftijd te Amster dam had gevestigd. Met de oompositie van deze liederefi verdiende hij drie honderd gulden, terwijl hij tevens benoemd werd tot lid van het Kon. Ned Instituut. Over de innerlijke waarde van het Wien Neer- landsche Bloed is vooral in de latere jaren reeds heel wat strijd gevoerd. Dc diohb- woorden van Tollens werden hierbij in vele gevallen aan een felle critiek onderworpen. Het is da-n ook niet te verwonderen, dat thans vrij algemeen het Wilhe mus, dat on getwijfeld tot een der fraaiste nationale volksliederen ter wereld behoort, weder het meest bij officieele gelegenheden gezongen wordt. BrabanQonne. De Belgische Nationa'e hymne, de Bra- banqonne werd geboren in het jaar van de omwenteling 1830. De dichter ervan was de acteur Jenneval, wien eigenlijke naam Alexandre Dechet luidde, terwijl Fran cois van Csmpenhout de melodie geschre ven heeft. De oorspronkelijke woorden, wel ke sterk anti-Nederlandsch waren werden in 1860 geschrapt en vervangen door een nieuwen tekst, welke meer gematigd was van Cliarles de Rogier. Eenige jaren geleden werd in België door een zekere groep der bevolking een actie gevoerd om het Belgi sche volkslied te wijzigen in den oorspron- kolijken tekst. De Belgische regeering voel de voor dit plan echter niet, daar dit geen verbetering zou beteekenen voor de Neder landBelgische betrekkingen. Wel gaf de regeering opdracht de Brabangonne, welke door het Belgische voLk zoo goed als niet wordt gezongen, zingbaar te maken. Hiertoe zette zich twee militairen, een re- giments-arts en een kapelmeester, aan het werk. De door hen gewijzigde muziek werd eenmaal uitgevoerd te Doornik, tijdens een Fransoh-Belgisch feest, doch daarbij is het gebleven. Te Brussel werd verleden jaar November oen monument onthuld voor de Brabangonne. Marseillaise. De beroemde Marseillaise, het volkslied der Fransche Republiek, werd gedicht en gecomponeerd door Rouget de Lisle, een genie-officier bij het garnizoen te Straats burg, in de dagen der Revolutie. Als men ©en bezoek brengt aan Straatsburg, de stad, welke zoo vol ia van historische her inneringen, zal men op de place Broglio tegenover een rij van mondaine café's een klein huisje opmerken, waarvan de oude bouwstijl onaangetast is gebleven. Een op schrift in den gevel vermeldt, dat in dit huis, hetwelk toentertijd bewoond werd door den burgemeester Frédéric Dietrich-,* Rouget de Lisle voor het eerst de Marseil laise zong op 26 April 1792. Het was ook op aansporing van den maire van Straats burg geweest, dat de genie-officier, die als een uitstekend musicus bekend stond, het patriottische lied vervaardigde. De krijgs- man-dichter-componist had zijn schepping den naam gegeven van „Chant de guerre do l'armée du Rhin". De Parijzenaars hoorden het lied echter voor het eerst, toen hot werd gezongen door het regiment der gefe- dereerden uit Marseille, die het als krijgs zang aanhieven. De Parijzenaars noemden het daarom „La Marseillaise", en reods van oudsher legde in Frankrijk de hoofd stad haar wil op aan het geheele lancl dien naam bleef het behouden, den uitdrule kdijken wensch van Rouget de Lisle ten spijt. De dichter-componist, die in den El- zas was gebleven, wist zelf niets van do triomf zijner compositie. Zijn vijanden wis ten hem van verraad te beschuldigen, zoo dat hij van het commando werd ontkeven en te Parijs in de gevangenis geworpen. Pas na den val van Robespierre werd hij bevrijd. Nog steeds was de Marseillaise het nationale lied en ket revolutionnaire be wind meende dat de schepper ervan oen groote belooning verdiende, waarom men Rouget in zijn rang herstelde. Het geluk diende hem echter niet in zijn verdere le ven. Rouget de Lisle overleed in een scha mele herberg op 26 Juni 1836. Men verhaalt, dat toevalligerwijze, toen hij de oogen voor altoos zou sluiten, buiten op straat eenige recruten „Allons enfants de la patrie" aan hieven. De stervende lichtte even de oogen op en stierf in de overtuiging, dat zijn zang hem zou overleven. Onlangs heeft men te Londen in een openbare veiling het ma nuscript van La Marseillaise voor den prijs van 170 pond verkocht. Het manuscript be hoorde aan een houthandelaar te Brivö, die het had geërfd van oen zijner voorvaderen, een officier, Lafont geheeten. Deze had het eertijds op zijn beurt gekregen van den toenmaligen inaire van Straatsburg, Diet rich. Deutschland über alles. In Duitschland gold voor 1866 het lied: „Das ist des Deutschcn Vaterland" als de nationale hymne. Dit vers is in 1813 ge dicht door Ernst Moritz Arnodt en in 1S23 door Gustav Reichardt gecomponeerd. Bij het uitbreken van den Fransch-Duitschen oorlog werd algemeen „Die Wacht am Rhein" als Duitsch volkslied gezongen en langen tijd is dit zoo gebleven. Na don val van het keizerrijk wordt algemeen het „Deutschland über alles" als nationale hym ne beschouwd. Het is gedicht door Hoff mann von Fallersleben in het jaar 1841. Deze woonde toen op de uiterste grens van het Duitsohe taalgebied, het eiland Helgo land, dat toentertijd nog oen Engelsche be zitting was. De uitgever Julius Campe, een vriend van Hoffmann von Fallersleben, heeft een niet gering aandeel in de wor dingsgeschiedenis van dit lied gehad. De twee vrienden wandelden op den avond van den 29en Augustus 1841 tezamen langs het strand van Helgoland, toen von Fal lersleben vertelde, dat hij een lied had ge maakt. „Als je het hebben wilt, kost het jc vier Louis d'Or", zei hij tot den uitgever Camp. In den gehoorzaal las de dichter

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 7