'AMES RUBRIEK w WAT GIJ NIET WILT, DAT U GESCHIEDT Een van de veelvuldigst voorkomen de kwade karaktertrekjes, is wel de zucht om van den evenmensch iets on aangenaams te zeggen. Het is toch niet volgens den christelijken geest onze evennaasten over den hekel te halen. We weten toch allen, dat ook het kwade van iemand niet altijd be hoeft te worden besproken. Want, we kennen toch het diepzinnige woord van den eersten steen werpen door hem, die zonder zonde is. Er zou veel meer echte vreugde en voldoening zijn, wanneer we ons bo ven de klein-geestige gedachten uit werkten van opzettelijk het kwade in anderen te willen zien en te ontleden. Als wij ons in de plaats van den anderen stelden, zouden we spoediger tot besef komen hoeveel kwaad we stichten door babbelzucht. Ook bij de opvoeding der kinderen verwaarloozen wij dikwijls deze fac tor de liefde tot den evennaaste aan te kweeken. Als wij onze kinderen dikwijls voorhouden: ,,Wat zou je wel zeggen en hoe zou je het vinden, wanneer men jou eens behandelde, zooals je het die of die hebt gedaan of wilt gaan doen?" Het zal een dieper nadenken bij brengen, totdat het natuurlijk mede lijden ook in dat opzicht een hoogere ontwikkeling heeft ontvangen. Het geheele leven door moeten we dat steeds voor oogen houden: „Laten we anderen niet aandoen, hetgeen we zelf niet zouden wenschen te ondergaan." We moeten voor onze medemen- schen durven opkomen en hun partij kiezen door een flink-weg zeggen: „Laten we daar nu maar niet over spreken. Hoe zouden wij-zelf het vin den, als men over ons zóó bezig was!" Misschien zal men U een oogenblik verbluft aankiiken, maar toch.... het kwaadspreken zal eindigen. Geloof me, de menschen zijn bang om harde waarheden aangaande zich- zelven te vernemen, en dus zullen ze na een berisping zwijgen over de fou ten van anderen. ADèLE. DE ZOMERHOED. Een groote hoed, geheel van zwart wit bangkok stroo, laten we hier vol gen. Een breed zwart zijden lint met witte randen, waarvan de einden van achteren plat over den rand zijn ge garneerd, vormt de eenige versiering. BOODSCHAPPEN-DOEN. 't Is langzamerhand een heel gewoon iets geworden dat mevrouw zelf haar boodschappen doet. 's Morgens ziet men haar met haar boodschappentasch inkoopen gaan doen, bij den slager, bij den kruidenier, den groentenman, etc. Het dienstboden-vraagstuk is daar niet vreemd aan en al is er den laat- sten tijd ook wat verbetering gekomen, er zijn dames genoeg, die er niets meer voor voelen een dienstmeisje te huren, gezien de ervaringen die ze hebben opgedaan. De vele boodschappen zijn ook geen bezwaar meer. De meeste winkeliers bezorgen het gevraagde thuis en de bestellingen worden 's morgens afge haald of kunnen per telefoon opgege ven worden. Maar ja, er zijn altijd nog bood schappen, die we niet zoo maar kun nen opdragen, die we zelf moeten gaan doen Het dragen van die boodschappen mag geen afbreuk doen aan onze éle- gance. Er zijn zulke alleraardigste boodschappentasschen in den handel, dat genoemde taak een genot voor ons wordt. Ook zijn er met weinig moeite zelf aller-leukste boodschappen-tasschen te vervaardigen. Jute-stof leent zich uitstekend als materiaal, ze is sterk en kan gemak kelijk doorgestopt worden met wol Een leuk werkje! Een volgende keer zal ik u een paar tasschen beschrijven. MANTEL No. 600. Er zijn vrouwen, die vóór alles een mooien mantel prefereeren, en ande re, die bij de keuze practische over wegingen voor laten gaan. Maar waarom ook hier niet gezocht naar den gulden middenweg? Of kan een practische mantel soms niet mooi zijn? Voor de twijfelaars geven we bijgaand model ter bestudeering: zij zullen na rijpe beschouwing zeker met ons eens zijn, dat practisch en mooi heel goed samen kunnen gaan. Ter toelichting diene, dat we hier te doen hebben met een mantel van chocolade-bruine tweed, wit gespik keld. Het tot een strook verlengde kraagje is met immitatie-hermelijn gegarneerd. ZOMER MANTELPAKJE No. 601. ren waarheid spreken, want maar weinig moderne kleedingstukken heb ben zoovele goede eigenschappen, waarvan wel de voornaamste is, dat men op de meest simpele wijze wer kelijk „gekleed" kan zijn. Ons model is van marine blauwe zijden rips, met uitzondering van de blouse, die wit is en gegarneerd met rose en blauwe strooken. De rok heeft van onderen twee godets en boven een smalle heupband, waarvan de stof in tegenovergestelde richting is genomen. Het jasje heeft een tot den zoom doorloopende sjaal- kraag. EEN CHIQUE SCHOEN. Het pumps-model viert nog steeds hoogtij. Het materiaal onzer schoen tjes is van zoon verscheidenheid, dat we haast niet meer weten wat we het liefst zullen koopen als we eenmaal in een schoenwinkel zijn gekomen. Bij ieder toilet is het thans mogelijk iets passends te krijgen. De groote kleermakers te Parijs voorspellen, dat we dezen zomer veel mantelpakjes van dunne stoffen zullen dragen. Laten we hopén, dat de hee- ZOMER-MODE. De nieuwe zomer-mode maakt een heel prettigen indruk op ons. Fleurig en kleurig is de mode, vol variatie en vol tegenstellingen! De lijnen in sommige rokken zijn grillig en zij, die slank zijn, kunnen de meest bizare modellen dragen. Maar de zwaardere figuren moeten een voorzichtige keus doen uit de modellen. Opvallend is vooral het werk, dat van de mouwen gemaakt wordt. Zel den wordt de nauwsluitende, lange mouw nog gezien; de nieuwe modellen zijn óf wijd vallend over de hand óf ingehaald in een manchet. Ook is er de driekwart-mouw met wijde strook en de ballon-mouw met de garneering van andere stof. Een overvloed van variatie dus, en in de korte mouw wordt er al even veel afwisseling gebracht. Nu het vol-zomer is, za1 deze mode zeker ingang vinden, want bij warm weer is het een prettige dracht en 't geeft toch niet het minder gekleede idee wat een geheel mouwlooze japon doet. De mantelkraag is in vele gevallen vervangen door een das of breede re vers. Zomerbont wordt niet meer zoo veel gedragen als verleden jaar. De hoeden hebben ook een geheele verandering ondergaan. Naast de heel kleine zien we de uitbundig groote op den voorgrond treden. Welk een prachtige en chique mo dellen en welk een elegance in de garneering! De bollen zijn lager geworden en de randen zijn breed en veelal gol vend. Ze worden uit het gezicht ge dragen, zoodat het vooi hoofd vrij komt. Fijne, teere kleuren worden ge bezigd en voor hoog-zomer speelt wit, rose en zee-groen een hoofdrol. EENVOUDIGE JAPON. (No. 602.) Woont gij buiten, lezeres, of gaat gij straks in de vacantie ergens op de heide of in het bosch zitten? Schaf U dan deze aardige jurk aan van bedruk te mousseline, met witte heupband, borststuk, dubbel kraagje en mouw inzet, die alle vier met grove schuine steken in de kleur van het patroon, versierd worden op de wijze als de teekening duidelijk aantoont. ELEGANT MIDDAGCOSTUUM. (No. 603.) Blauw zijden mousseline, onregel matig wit gespikkeld, diende als stof voor dit aardige costuum, dat geen mantelpak is (zooals men op het eerste gezicht zou vermoeden) maar slechts een japon met losse heuppanden met overslag als van een manteltje. Een buitengewone elegance verleenen de gepliseerde strooken langs den zoom en de ondereinden der mouwen, zoo mede die welke om de halsopening een kraagje vormen. De rok is ver deeld door een aantal stolpplooivor- mige plisee's. VOORNAAMHEID EN DISTINCTIE. Geen grooter vijand van ware dis tinctie is het stomzinnige na-apen van wat anderen doerf. Hoe weinig vrou wen beseffen dat hun werkelijke aan trekkelijkheid zou kunnen bestaan in hun persoonlijken smaak. Ze zijn bevreesd voor den dag te komen, met datgene, wat zij eigenlijk mooi vinden, maar wat de mode momenteel niet voorschrijft en daarom kleeden zij zich liever tegen eigen voorkeur in, om slaafsch de mode te kunnen volgen. Dat is dom. Een vrouw mag geen étalage-pop zijn, waarbij de kleeding het voornaamste en het gezicht het minder belangrijke is, het onpersoon lijkste. Gezicht, gestalte en kleeding moeten één geheel vormen, moeten als het ware samenwerken om den heelen persoon tot zijn recht te laten komen. De kleeding moet der vrouw onder geschikt zijn; deze moet onze verschij ning dienen en zich laten aanwenden, zooals wij het verkiezen. Het mag niet voorkomen, dat, wanneer men ons ziet, de japon schreeuwend-om-den aandacht vraagt en wij daarbij slechts een onbeduidend en vaag ding zijn. Wie zich verheugt omdat haar luid keels de bewondering ten deel valt over haar mooie, dure, nieuwe japon, vergist zich toch in haar succes, want zi'-zelf wordt niet geteld; de bewonde ring geldt slechts de étalage-pop. Het is veel eerlijker en doet veel aangenamer aan als men zegt: Wat zie ji] er goed uit, je hebt bepaald je „beau jour!" zonder direct te realiseeren, dat het effen, eenvoudige japonnetje daar toe zooveel bijdraagt. Ja, de ware dis tinctie bestaat in eenvoud, gepaard gaande aan den goeden smaak en goede manieren en is stellig niet gele gen in hoogst moderne en schreeuwen de kleeding! Als ge onder alle omstandigheden U-zelf zijt, dan zult ge gunstig afsteken bij de tallooze. onbelangrijke en onbe duidende étalage-poppen! ANGèLE. EEN CHIQUE HOED. Een zeer chique model is zeker het geen ons prentje U laat zien. De hoed is van zwarte zijde overtrokken met een wit tullen net en gegarneerd met lange gekrulde struisveeren in de kleur van den hoed. Van alle op deze pagina voorko mende modellen, stellen wij papieren nippatronen beschikbaar a f 1.75 per stuk Bij bestellingen moeten be halve het nummer der teekening, tevens de gewenschte maat duidelijk opgegeven worden. Het bedrag moet in postzegels bij gevoegd worden; men kan het echter ook vooruit per postwissel voldoen. Men adresseere: Redactie Damesru briek, Riouwstraat 157, Den Haag. De volgende maten op te geven: AB schouder. BC gebogen arm. C polswijdte. DE hals tot taille. EE taillewijdte. EF roklengte. HH rondom heupen. JK rug.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 11