DE AFGELOOPEN WEEK IN HET BUITENLAND SPORT VALKENBURG (L.) Hotel Janssen (villa Dr. Herman) Tel. 65 Lichtzinnige Jeugd ZATERDAG 13 JUNI 1931 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD PAG. 13 Aardbeving. Eigenlijk is bet een schandaal, dat een zoo zeldzaam natuur verschijnsel als een aardbeving, dat net voelbaar genoeg is om je een gezellige sensatie te geven, ons land bezoekt op een tijd, dat bijna niemand er iets van merkt, n.l. in den nacht van Zaterdag op Zondag. Als de Zeppelin op een Zondagmorgen, vanneer ieder Christenmensch in de kerk behoort te zitten, statig boven onze lage landen zweeft, sturen wij een protest naar den kapitein, dat hij z'n luchtkasteel wel eens op een behoorlijker tijd kan la ten zien. Nu is een Zeppelin maar een Zeppelin en wie per se een Zeppelin wil gaan zien, kan naar Friedriohshafen rei zen en kan, mits hij voldoende betaalt, er zelfs een snoepreisje boven Zwitserland mee maken. Maar een aardbeving is niet voor geld te koop en men moet al speciaal naar In- dië of Japan om met- eenige kans op succes een dergelijke sensatie mee te maken en dan loopt men nog het gevaar, dat de aardbeving wat al te zeer haar best doet en per ongeluk een dak of muur op je hoofd laat terecht komen. Wij leven hier op een soliede kleilaag, •die als schokbreker dienst doet. zoodat de aardbevingshaard al dicht in de buurt moet liggen, willen de trillingen hier voel baar zijn. Thans lag de haard naar alle waarschijnlijkheid in de Noordzee bij de Engelsche kust, zoodat de schokken voel baar waren door ons kleikussen heen. Doch bij de meesten van ons waren ze niet merkbaar door het bed heen; Holland sliep door. Na Chequers. Behalve door het schudden van den bodem is Engeland een week geleden ook .aangedaan" door het bezoek van de Duitsche ministers Brüning en Curtius. De Duitsehers zijn er hartelijk ontvangen en hebben, zooals onze lezers weten, het week-end doorgebracht op Chequers, het buitengoed van den Engel sehen premier, waar zij met deezen en met Henderson, den minister van buitenland- scre zaken, ongestoord hebben kunnen j praten. Het doel van hun bezoek was natuurlijk iets meer dan een beleefdheidsvisite. Er moest weer eens gepraat worden over de financiën, over de herstelbetalingen, in verband met de huidige crisis, waaronder I Duitschland zeer te lijden heeft. I De „Daily Express" zet den wereidtoe- stand in een paar rake woorden aldus uiteen: „Een verarmd Duitschland vraagt om uitstel van betaling; een in goud verstik kend Amerika is niet in sta^t aan zijn buitenlandsche klanten te verkoopen, wijl J deze geen geld hebben, waarmede zij kunnen loopen een noodlijdend Engeland, dat geld van Duitschland aanneemt, welk land het zoo hard noodig heeft, terwijl Engeland datzelfde geld weer aan Amerika overmaakt, waar het, nutteloos is." Zoo draait inderdaad een economische mallemolen over de wereld rond. Als Amerika nu maar eens begon met zich wat elementen te toonen Maar Ame rika meent, dat Europa zichzelf maar moet redden en dat, wanneer Europa zoo'n ge brek aan geld heeft, het maar eens wat minder aan bewapening moet uitgeven. Heelemaal ongelijk heeft Amerika niet. Intusschen is Duit sen land daar niet mee geholpen, waet er zal nog heel wat water door den Bijn vloeien, voordat de ontwapening zoover gevorderd is, dat daardoor eenige financieele verliohting zal ontstaan voor Duitschland. Dit land moet zichzelf zien te helpen en om de jongste begrootingstekorten te dekken is, zooals men weet een nieuwe noodverorde ning afgekondigd, die gaat tot de uiterste draagkracht van het volk. De onderteekening van deze noodveror dening viel samen met het bezoek der Duitsche minsters. Voorloopig heeft dit bezoek nog geen verlichting gebracht voor Duitschland besluiten zijn nog niet genomen, maar zij kunnen er van komen. Het gemeenschappelijk communiqué, dat na afloop van de week-end-gesprekken gepubliceerd is, culmineert in de verkla ring, dat beide regeeringen zullen trach ten, tezamen met de andere betrokken landen, de crisis te bestrijden door her stel van vertrouwen en herstel van de in ternationale samenwerking. Uit de hier gekozen formuleering kan men opmaken, dat beide partijen door drongen zijn van de overtuiging, dat de herziening van het Young-plan, welke door den loop der gebeurtenissen geheel op den voorgrond gekomen is, op lallooze moei lijkheden zal stuiten, maar dat men ook vastbesloten is naar een betere regeling te zoeken, welke met alle moeilijkheden, niet alleen dus die van Duitschland, maar ook van de schuldeischers, voldoende reke ning houdt. Oogenschijnlijk is dit resultaat uiterst gering, maar de Duitsehers toonden zich tevreden, wijl aldus het herstelvraagstuk officieel aan de orde is gesteld. En de er varing heeft voldoende geleerd, dat alsdan de ontwikkeling zeer snel kan gaan. Macdonald en Henderson hebben ver klaard, dat zij binnenkort een tegenbezoek aan Berlijn zullen brengen; men zal dus op den ingeslagen weg doorgaan. China. Blijkens de beriohten uit Nanking, kan thans elk oogenblik de strijd die sinds eenigen tijd dreigde t-usschen Zuid- en Midden-China ontbranden. De Centrale regeering heeft aoht divisies afgezonden om het leger van Kanton, waar zich de onafhankelijke regeering con solideert, aan te vallen. Tsjang-Kai-Sjek, de leider van de regee ring te Nanking, die ook rekening moet houden met de bedreiging door de z g. communistische actie, welke in hoofdzaak neerkomt op een zich steeds krachtiger ontwikkelend bendewezen, ziet natuurlijk het gevaar in van een eventueelen gelijktij- digen aanval van beide tegenstanders en wil blijkbaar vóór zijn en snel afrekenen met Kanton alvorens dit wellicht boven dien nog steun krijgt van Tsjangs oude te genstanders, de generaals Feng en Jen, die hij verleden jaar tot den terugtocht heeft gedwongen. Indien dus op het laatste oogenblik geen wijziging in den toestand komt in China moet men altijd bedacht zijn op verrassin gen, waardoor de constellatie dikwijls in eens weer geheel verandert is het woord thans weer aan het zwaard en zal het reeds zoo zwaar beproefde land, dat maar niet tot rust schijnt te mogen komen, wederom de vernielingen van den burgeroorlog ei- Alle comf. Schitterende -«tujjr: Gr. garage- Eigen luxe toeringcar. Mat. pens. pr. 5811 VOETBAL DENEMARKEN—NEDERLAND. Morgen vindt te Kopenhagen d-e tiende ontmoeting plaats tusschen Denemar ken en Nederland. De zomer schijnt een geliefkoosde tijd te zijn voor deze Kopen- haagsche ontmoeting, want drie van de vier vorige wedstrijden in deze stad werden eveneens in Juni gespeeld. De resultaten, toen behaald, waren niet bepaald slecht. Op 12 Juni 1921 en 1927 werd een gelijk spel behaald (11), op 13 Juni 1926 werd echter met 41 verloren. In totaal werden vijf wedstrijden in Denemarken gespeeld, die den Nederlanders echter slechts de twee bovengenoemde punten opleverden. De vier in Amsterdam gespeelde wedstrijden lever den even zoovele overwinningen der Ne derlanders op, zoodat de balans op het oogenblik nog in het voordeel der onze overhelt. Of dit na den wedstrijd van morgen nog het geval zal zijn, wagen- we te betwijfelen. Het valt niet te ontkennen, dat het Hol la ndsc.he voetbal de laatste jaren in het buitenland weinig goeds te zien gaf en als bij iederen landenwedstrijd schrijven we ook nu, dat het tijd wordt met deze traditie te breken. Of zulks mogelijk zal zijn? Er valt zoo weinig van een elftal te voor spellen, vooral wanneer daarin weer nieu we krachten zijn opgenomen. We willen dus maar kort zijn en onze beste verwachtingen uitspreken voor de prestaties der Oranje-vertegenwoordigers. De wedstrijd wordt niet door de radio uitgezonden. De Deensche Voetbalbond heeft n.l. den omroep in Denemarken geen toestemming gegeven wegens de vermin derde publieke belangstelling, die daarvan het gevolg zou kunnen zijn. Ook den Hol- landschen omroep heeft men geen toestem ming willen geven. We geven hier nog het totaal resultaat der wedstrijden: gesp.gew. gel. verl. v.-t. pnt. Nederland 9 4 2 3 17—16 10 Denemarken 9 3 2 4 1617 8 KON. NED. VOETBALBOND. Overzicht. Het programma voor morgen bevat al leen nog belangrijke promotiewedstrijden. Immers van den uitslag in den kampioens wedstrijd Go AheadVelocitas hangt niets meer af. In Afdeeling III speelt N.E.C. den laat- sten wedstrijd tegen Robur et Velocitas. De Apeldoorners moeten hier minstens ge lijk spelen om hun plaats in de eerste klasse te behouden. Even belangrijk is de promotie-oompeti tie in het Zuiden, waar Bleyerheide thuis Wilhelmina ontvangt.. Winnen de Bossche naren hier dan staan ze gelijk met Bleyer heide en is een beslissingswedstrijd noodig. Of de Zuid-Limburgers het zoover zullen laten komen? Wedstrijdprogramma voor a.s. Zondag. Internationaal. Kopenhagen: DenemarkenNederland. Kampioenschap van Nederland. Go AheadVelocita-s. AFDEELING II. Promotie 3e klasse. SVW—ONA. AFDEELING III. Promotiecompetifciie 2e klasse. NECBobur et Velocitas. AFDEELING IV. Promotiecompetitie 2e. klasse. DongenRoermondBleyerheideW il- De jaarlijksche ROEIWEDSTRIJDEN van de Koninkl. Nederl. Zeil- en Roei- vereeniging zijn Vrijdag op de Amstel te Amsterdam aangevangen. Neureus werd winnaar van de 2e heat. Een groot internationaal CONCOURS HIPPIQUE is te Barnes (Eng.) gehou den, waarbij vele bekende exemplaren in den ring kwamen. De bereden politietroepen voerden bij die gelegenheid demonstraties uit. R. K. FEDERATIE. MISSIE-WEDSTRIJDEN TE NIJMEGEN. Morgen begint te Nijmegen de eerste ronde der Missie wedstrijden, waarvoor on getwijfeld zeer groote belangstelling zal be staan. Welk nut deze Missie-wedstrijden heb ben vinden we wel zeer juist geschetst in een artikeltje van de hand van pater V. J. Beukers S.J., districtsadviseur van den R. K. V. B. te Nijmegen, waar deze schrijft: Als de kroon op het werk van onze roomsch-katholieke voetbalbonden prijken telken jare onze missiewedstrijden. Het: gaat en onderwijst alle volkeren, geldt niet slechts voor priesters, broeders, zusters en leekenmissionarissen, die hun leven in ver re gewesten wijden aan de uitbreiding van Gods Kerk, het geldt voor alle volgelingen van Christus. Van al het goede, wat wij van God kre gen, zullen wij eenmaal rekenschap moeten geven. Van onzen aardschen rijkdom die nen wij te geven aan de armen. Talenten FEUILLETON door ARTHUR APPLIN. 33) Sir Reginald haalde z'n schouders op. Het was nutteloos met deze vrouw een ge sprek te voeren. Argumenteeren was doel loos en bovendien liefdeloos. Opnieuw drukte hij haar de hand. Hij wilde heen gaan, doch ze hield hem nog even tegen. Ik weet, waarom u feitelijk hierheen gekomen bent. Sir Reginald was verlegen. Ik kwam ehik Om mij te vertellen, dat u uw toe stemming niet kunt geven voor 'n verloving van Jim en mij. Hij heeft u gezegd, wat tusschen ons is, óf u hebt het op een an dere manier ontdekt. Sir Reginald stond verstomd. Hij keek haar strak aan. Uw vader vertelde het mij. M'n zoon heeft me niets gezegd. Dit is trouwens de eerste maal, dat hij iets voor mij geheim heeft gehouden. Ik veronder steld, dat dit uw wensch was? Zij schudde van neen. Ik heb hem nog niet gesproken, ver volgde sir Regnald koel, doch ik hoop, dat u zult inzien, dat een verloving tusschen u beiden onmogelijk is, absoluut onmoge lijk. U kunt elkander niet meer ontmoeten Het spijt me, mejuffrouw Daledoch af gezien zelfs van deze onaangename kwes tie met uw broeder, zou ik toch nimmer m'n geodkeuring hebben gehecht aan deze verloving. Trouwen, Jim is nog veel te jong. Om een vrouw lief te hebben? onder brak ze. Men is nooit te jong om van el kander te houden. Ze lachte even bitter. Maar, u bent dat natuurlijk vergeten. M'n zoon moet denken aan zijn toe komst, aan zijn beroep. Hij is z'n leven feitelijk pas begonnen. U zult ook wel in zien, mejuffrouw Dale, dat iedere verbin tenis tusschen u en hem z'n loopbaan on- herroeplijk zou vernietigen. Ze boog haar hoofd. Trouwen met een vrouw, wier broer in de gevangenis zit. Trouwen met 'n vrouw, wier broer den vader van haar echtgenoot bestolen heeft. Ja. Dat is onmogelijk. Ze keek hem fier in de oogen, met uit- dagenden blik. Ik ben er van overtuigd, dat mijn vader dit nimmer zou dulden, sir Reginald. En daar ik zijn eenige dochter ben en bovendien nog niet meerderjarig, veronderstel ik, dat ik hem zal moeten ge hoorzamen. Op dit oogenblik echter is het aan Jim om te zeggen, hoe bij denkt te handelen. Hebt u met- hem over onze zaak dan nog niet gesproken? Nog niet. Ik heb daartoe nog geen gelegenheid gehad. Sir Reginald voelde zich weinig op zijn gemak. Heeft hij met u nog gesproken, ik bedoel in den loop der laatse dagen na de rechtszitting Met betrekking tot de toekomst? Geen woord, antwoordde ze. Hij moet ech ter beslissen. Ik zal niet trachten hem te overtuigen hoe dan ook; ofschoon ik, wan neer het mij mocht blijken, dat ik voor zijn toekomst een sta-in-den-weg zou zijn, be reid ben alles op te geven, al zou hij dit mischien toch niet willen. Ik kan nu niets zeggen. Ik heb geen tijd gehad om te den ken OSir Reginald, ik heb geleden, veel geleden de laatse weken. Rupert en ik waren voor elkander meer dan broer en zus. Doch Jim is voor mij meer dan vader of moeder. Hij is alles voor mij. Ja, ja, natuurlijk Maareh.... Hij en ik hebben inzake een verloving een beslissing te nemen, vervolgde Mar- jorie. Deze slag, die zoo ruw aangekomen is, deze schande, die naar ik veronderstel op mijn naam rust, gaat alleen hem en mij aan. Noch u, noch mijn vader, niemand anders in de wereld gaat het aan. Wij bei den, wij beiden alleen, moeten de zaak voor elkander uitmaken en niemand an ders. Ze maakte een beleefde buiging. Sir Reginald ging heen, zonder iets te zeg gen. Er behoefde niets meer gezegd te worden. Hij ging niet regelrecht naar huis, doch maakte een omweg. Tot nog toe wa ren zijn wenschen altijd ingewilligd en ook nu had hij dit verwacht. Wat zou zijn zoon zeggen Onmiddellijk na de lunch begon sir Re ginald over de kwestie. Hij vroeg Jim, wan neer zijn vacantie om was. Nog een weekje, vaderU schijnt dus op m'n vertrek gesteld te zijn Sir Reginald stond met z'n rug naar den grooten open haard in de betimmerde eetzaal'n beetje zenuwachtig stak hij een sigaar op. Toen ik in het Charing Cross Hospital van Dale afscheid nam, vertelde hij mij je geheim, Jim. Het spijt me, dat ik dit van een vreemde moest vernemen. Vroeger had je geen geheimen voor mij. Jim knikte. Het spijt me ook, vader. Ik geef toe, dat het een geheim was. Doch de liefde is heel iets anders en verschilt veel van andere dingen. Ik moest eerst ze ker zijn van haar en van mezelf. Ja, natuurlijk. Doch deze onverkwik kelijke geschiedenis met haar broer ver andert de zaak wel 'n beetje. Ik heb met Marjorie gesproken, om haar wat moed in te spreken en te zien, of we soms iets voor haar konden doen. Ze begon echter zelf over deze aangelegenheid. Over ons huwelijk? Sir Reginald was een en al aandacht voor het vuur van zijn sigaar. Er kan nu geen sprake meer zijn van een huwelijk. Waarom niet? Maar, m'n jongen Er volgde een lange stilte. Vader en zoon keken elkander aan. Sir Reginald wendde het eerst zijn blik af. Ik houd van haar. vader. Ja, natuurlijk., Sir Reginald kuchte even. Het spijt me werkelijk voor jou. Je bent echler nog te jong- Je weet zelf mis schien nog niet ten vollewat je feite lijk van plan bent. Weer was het «stil. Heeft u ooit uit m'n doen en laten, hetzij op school, hetzij el ders, thuis of bij het vliegerskorps, mee- nen te hebben kunnen opmaken, dat ik niet wist, wat mij te doen stond? Dat ik wispelturig of veranderlijk ben Neen, Sic Reginald was niet gewoon ondervraagd te worden door zijn zoon. Heb ik, in welke omstandigheid dan ook, me gedragen als een lafaard, vader? De oude edelman deed een stap naar vo ren en keek zijn zoon in het gelaat. Zijn oogen schitterden, toen hij hem antwoord de: Lieve hemel, Jim. jij een lafaard! M'n jongen, hoe kom je daarbij? Ph.vsiek bedoel ik het feitelijk niet; vervolgde Jim. Het spreekt vanzelf, dat de menseh van nature bang is voor het ge vaar. Ik veronderstel echter, dat het ge zelschap van het gevaar, waarmede ik dagelijks in aanraking ben uit hoofde van m'n beroep, op mij minder invloed heeft dan de anderen. Ik heb echter verder, naar ik hoop, toch nooit getoond, dat ik behoor tot een ander soort lafaards? Sir Reginald stak Jim de hand toe. Welnu, vervolgde Jim, zou het dan niet laf zijn, als ik de vrouw, die ik beweer lief te hebben, juist nu, nu ze mij zoo hard noodig heeft, zou verlaten? Ik wil niet zeggen, dat ze nu aan m'n liefde behoefte heeft, doch in ieder geval heeft ze nu recht op mijn bescherming, die ik haar door m'n naam kan geven. Onze naam is tot nog toe zonder smet gebleven, is 't niet? Welnu, ik doe ons geslacht oneer aan, als ik de vrouw zou verlaten, aan wie ik beloofd heb met haar te zullen huwen, omdat haar broer op de een of andere wijze roet in het etn heeft gesmeten. Hij is een veroordeelde, een misda- diger. En al zou hij een moord begaan heb ben, dan zou dit voor mij nog geen ver schil maken. Sir Reginald maakte een ongeduldige beweging. Zijn sigaar viel op den grond; hij kruiste zijn armen over de borst. En wat ben je nu van plan? vroeg hij aan Jim. Ik ben van plan onze verloving zon- (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 13