KERKNIEUWS
RECHTZAKEN
Lichtzinnige Jeugd
VRIJDAG 22 MEI 1931
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD PAG. 9
EEN INTERVIEW MET RIJKSKANSELIER
DR. BRüNING.
Hfrt vernieuwde gebouw der Rijks kanse
larij in de Will helms, t rasse sitaat i<n he-t lee-
ken van wak de Duit schors „Xeue Sach-
licinkeit" noemen. Doch althans in dit ge
bouw is de niiodemiseering niet te var ge
dreven, naast een overvloed van lacht is er
warme, bijna gezellige behaaglijkheid, van
de wijde voorname vestibule, de zwaar be
klopende broede gangen tot in de aaïti-
chambre van 's Rijkskanseliers werkkamer.
In de breede pronkkasten aan de wanden
staan artistiek geëtaleerd kleine meester
werkjes der S'taatsiporceleinfabrieken. Dit
is de eeuw van heit. zakendoen, waar de
Rritsche koningszonen op handelsreis naar
Zuid-Amerika gingen, beveelt de Rijkskan
selier in zijn wachtkamer de bulten kijf
voortreffelijkste producten van hot Reich"
aan
Het wachten valt niet lang in deze kamer
mot zijn gezellig uitzicht op het bordes van
het Ministerie van Buitonla-ndische Zaken,
en meer naar rechts de deftige entourage
van het Kaisea'hiof Hotel. Doch spoedig
gaan geruisebloos de groote dubbele deuren
o)>en en een Oborregierungsrat. leidlt on-s in
het werkkabinot. van Duitscland's boeg
en regeerder.
Het is een vertrek als een zaal. waar de
talrijke hooge ramen voldoende licht geven
om zelfs de bruin-roode houtbetimmering
niet dónker te doen schijnen. Als eenigste
veiHcring prijkt op een boekenkast de
machtige, in zwart hout gesneden, buste
van Rijks president Von Hindenburg. Doch
machtiger nog is de verschijning van den
Rijkskanselier, die van achter zijn immense
werktafel ter begroeting opstaat.
Machtig klinkt paradoxaal. Want Di.
Brüning is heel niet. groot, hij is eerder
Fransch iin figuur, in kleeding en elegantie
en hups rilheid, hij is Engelsoh in de malkan
en tegelijk fijne trekken van zijn krach
tig gemodelleerd gezicht, zóó zien de „bar-
:ers'' in de Engelsohe gerechtshoven, de
r ge ons" der Engelsohe hospitalen er uit,
Doch uit d.iit fijne gezicht van den geeste
lijken aristocraat, uit de wilskrachtige
mond van den man die te rogeeren weet en
uit de dikwijs lachende oogen van den
charmante» menseh-Briindnz behoudt men
bovenal liet begrip machtig".
Heb was bijna, van zei fop r eke nd dat het
eerste onderwerp dezer oon versa tie naar de
pas bekend geworden cijfers van het VoJ'ks-
begehivn der nationalistische partijen voor
een Referendum tot vervroegde omtbinding
van den Pruisisohen Landdag uitging.
.Heeft u de hooge percentages in Opper Si-
lezië opgemerkt?" vraagt de Rijkskanselier
en commentarieert dan„Het bev ijst hot
hoog de, nood er is. Ik was er zelf, in Janu
ari j.l., en al werden de publieke demon-
straitie.s tegdh mij door de communisten on
nationalisten geënsceneerd, ik bemerkte
toch binnenskamers dat zelfs de meer ge
matigde elementen wanhoopte aan de uit-
erodelijke resultaten eener serieuze politiek,
zij het de mijne, of die van iemand anders.
Do toestand in welke de landbouw er ver
keert, tart elke beschrijving, vooral bij die
ondernemingen waarin veel kapitaal gein-
vesteerd is. De belastingen zijn hoog. doch
de hypotheekrenten alleen maken een rend-a-
hel bedrijf reeds onmoge ijk. sinds de nieu
we grenzen het verlies van. oude markten
bet eekenen."
Ziet U dan een weg uit de impasse?
„Mijn „Osthilfe Gesetz" zal probeeren ge
durende de komende vijf jaren te reorgani
se eren, teneinde de productie aan te pas
sen aan de nieuwe toestanden. Wij moeten
bijv. de roggebouw gaan beperken en onze
graaiiproductie opvoeren."
Dit. lijkt mi] een geschikt moment 'om den
R ij'kisikani&eliier op de hoogte te stellen van
de ontstemming in Holland tegen de steeds
klimmende invoerrechten, vooral op onizc
zui'V eiliproducitun
„Gelooft U mij," antwoord de Rijkskan
selier, „dia.t ilk van huis uit in hot geheel
geen voorstander ben van tarieven, en zeker
niet op levensmiddelen. Doch het probleem
der Herstelbetalingen laait ons geen andere
keuze. Onder het Da>wes Plan betaalden
wij uit buifcenlandisohe leeningen, doch het
Young plan ofschoon dit in z'n geheel een
vermindering van TOO millioen Mark schuld
inhield legt den last dezer schulddelging
op onze staathuishouding. Wij moeten dus
onze export zoo sterk mogelijk vergrooten
en onze import zoo veel mogelijk inkrim
pen. Vandaar dat we o.a. tarieven noodig
hebben, ik betreur dat. doch de Herstelbe
talingen be'ctten ons een gezondere, en ook
voor onze buren betere, economische poli
tiek.'
Teen U aan het roer van staat kwam,
Dr. Brüning, wat meende U toen het eer
ste te moeten cureeren?
Zonder aarzeling volgt het sterk beklem
toonde antwoord: „Onze finantieele toe
stand op orde te brengen! Na de in fa tie
hadden wij eenige jaren van bescheiden
voorspoed gehad. Doch toen reeds, dal was
in 1927 en ik was slechts lid van den Rijks
dag, heb ik gepleit voor grootere zuinig
heid. Destijds voelde men de noodzakelijk
heid daarvan nog niet zoo aan. Maar toen
ik aan het hoofd der regeering kwam heb
ik mijn wil doorgezet. Mijn ..Xotverord-
nung" is er een voorbeeld van. In vroegere
jaren voteerde het parlement niet al.een al
lergemakkelijkst oredieten, doeh vergat
dikwijs zelfs aan te geven, waar dat geld
vandaan moest- komen. De Rijksdag bleef
op dit punt even zeer in gebreke als de ea-
binetten."
Is de wildernis van moeilijkheden nog
..Helaas, ja! Ik kan de belastingen niet
meer verhoogen want elke verhooging
brengt, automatisch geringere inkomsten
met zich..Dezen winter bereikte het aantal
werkeioozen de vijf midioen, en ondanks de
vermindering bij het- nieuwe seizoen, zie ik
nog geen groote of duurzame daling van dit
werkeloozelege-r mogelijk. Wij moeten
thans onize werkeloosheids verzekering her
zien, onze landbouw weer op de been li el
pen, onze industrie en dat bij de schaars
heid van kapitaal in staat stellen tot con
currentie op de wereldmarkt, want daaruit
moeten wij de „Repa rat ionen" betalen.
Was het moeilijk Uw program door den
Rijksdag te loodsen?
„Inderdaad en vooral wijl de goede ver
houding tusschen de functies der regecring
en die van den Rijksdag min of meer uit het
oog verloren was. De partijleiders in het
parlement hadden uieer en meer den rol der
regeering overgenomen. Ik stond voor den
taak om het gezag van het kabinet te her
stellen. ook ooi der wile van het parle
mentarisme zelf De regeering heeft te
leiden, het parlement te contro-leeren."
Heeft goede verwachtingen van LTw
bezoek aan Londen in Juni a.s., vroegen wij
den kanselier
„Het is de eerste maal sinds den oorlog
dat wij Dnilseliers er komen op voet van
gelijkheid eii vriendschap, want Dr. Wirth's
tegenwoordigheid op de D-awe-s Conferentie
v-an 1924 kan m-ocilijk zoo gezien worden.
Ons bezoek is een prachtige gelegenheid oui
alle problemen grondig en open te bespre
ken, met (e meer kans op succes waar vele
van Duitschlan-d's zorgen ook Engeland
teisteren. Ik ken Engeland persoonlijk, heb
er zelfs een jaar gewoond en er het materi
aal voor mijn doctorsthese bestudeerd: de
spoorweg exploitatie. Ik heb de Engelsehen
altijd graag gemogen en gelukkige lijden in
hun land doorgebracht."
Het is niet gemakkelijk den Ivanse'ier
over zich persoonlijk aan 't spreken te krij
gen. Hij vertelt wat van Mtin-ster en West-
phalen, van Bonn zijn universiteitsstad, van
de jaren aan het front, van den weg terug:
organisatorische arbeid voor de Katholie
ke studenten, zijn vriendschap met wijlen
Dir. Soniiienschei-n. zijn werk uiet Stegerwald
aan liet Wohlfahrtminlsterium en dat voor
de Christelijke vakverbonden. „In 1924 weivl
iik lid van den rijksdag, doch ik ben toch
van cijfers altijd meer blijven houden dan
van phrases" zegt hij kenschetsend.
Sprekend over Engeland hadden wij hel
parlementarisme aangeroerd. „Het Engel
sohe systeem, zoo als liet daar door de
eeuwen heen organisch gegroeid is. Heeft
enorme voordeelen", bekent de Kanselier.
Er is steeds een krachtige regeering en een
verantwoordelijke oppositie. Als hier in
Dui-tschland een der kleinere partijen
plotseling de re g e erin gs ven nootschap op
zou zeggen, dan zou zij daarmede de regee
ring kunnen t-orpedeeren. «Socialisten en
Cent-rum zijn te samen niet voldoende stei le
in getal, vandaar dat ik partijen van rechts
noodig heb om mijn kabinet te kunnen
ba'arieeeren, partijen wier steun ik niet
zou krijgen indien ik mijn coalitie zou uit
strekken tot de Sociaal-Democraten. Doch
sinds de laa-t-s-ten in een moment van zwak
te hun eigen Kanec'ier, mijn betreurden
voorgang Hermann Mtiller deden vallen,
zijn zij voor mij toch «tpeds een stoun ge-
w eest."
En liet Cent-rum
Een zekere gelukkige vertedering konvt
over de trekken van den 'R'ijkskanse ier. Dan
getuigt hij warm: „ondanks het feit dat
duizenden onzer menschcn toch veel gele
den moeten hebben van de tijdsomstandig-
heden, heeft het Centrum zich in de talrij-ke
iiaoorlogsche verkiezingen mooi gehouden.
Onze godsdienst bindt ons, al onze rangen
en stonden staan eensgezind zelfs tegenover
drastische hervormingen en bit-tere nooden."
Kunt U Uw optimisme behouden, He-rr
Reichshan-zler? had-eten wij tót- slot- ge
vraagd.
Dr. Brüning zuchtte oven„Optimis
me is werkelijk het woord niet. waar de toe
komst zoo vree-se ijk zwaar is. Uit eigen
krachten zal Duits cl i land nimmer haar
moeilijkheden geheel kunnen overwinnen,
en de wereld moet da-t op den duur wel
gaan inzien. Ik voor mij hoop tenminste one
vo k te kunnen opvoeden tot de hoogst mo
gelijke mate van nationaal en internationaal
verantwoorde! ijkheid's-gevoeh"
Hiermede eindigt ons gesprek. De Rijks
kanselier dien eei-ien dag net terug van
zijn urlau-b had reeds een reeks belangrijke
conferenties achter den rug, than-s begon
nen in den vroegen vooravond de Ministers
te a-rrivee-ren tot den eei-s-ien Kahin-etsraad
na de vaea-nt-ies.
Dr. Brüning wa-s neg onvermoeid, zijn
stap nog even vief, zijn gil a-ma oh nog even
hartelijk, zijn handdruk nog even sterk.
Terwijl een bediende ons rne-l onze garde
robe he-lpt zien we den kanselier zijn mini
sters ontvangen, den kleinen freilen man op
wier schouders de moei'ijkste regee-rings-
verantwoordelijkheid ter wereld rust.
Berlijn, 1 Mei 1931.
KEES VAX HOEK.
PASTOOR C. C. VERMEULEN, t
Gisternacht omstreeks 1 uur is. na mee -
malen voorzien te zijn geweest van
laatste H.H. Sacramenten, in zijn woning
aan de Beeklaan tp Den Haag, waar hij
zijn laatste levensdagen doorbracht, kalm
en zacht overleden de zeereer-w. lieer C. C.
Vermeulen, rustend pastoor der Sint. Ag-
nes-parochie aldaar.
Gisterenmiddag heeft pastoor Karskens
aan pastoor Vermeulen, wiens toestand, in
den laatster, lijd langzaam aan achteruit
gaande was. nogmaals de laatste H. H. Sa
cramenten toegediend. Daarna is de zieke
buiten kennis geraakt en niet meer tot- het
bewustzijn teruggekeerd.
Casparus Cornelius Vermeulen werd op
1 September 1637 te Rotterdam geboren.
Hij maakte zijn lagere studies voor het H.
Priesterschap op het seminarie te C'uleru-
borg. ging daarna naar het seminarie War
mond en werd op 13 Augustus HS2 door
mgr. Snickers, den toenmalige» bisschop
van Haarlem, tot priester gewijd.
Achtereenvolgens werd hij benoemd tol
assistent te Medemblik 19 December 18S2
tot kapelaan te Kethel 23 Januari 1SS3. te
Bovenkerk 30 Januari 1SS8 en te Amster
dam (H. H. Xieolaas en Barbara) 17 Sep
tember 1891. Hier ontving hij 28 Septem
ber 1900 zijn benoeming tot pastoor te Zuid-
Zijpe. Slechts drie jaar is hij daar als pas
toor werkzaam geweest, want op 25 No
vember 1903 moesten zijn parochianen in
Xoord-Holland hein afstaan aan de St. Ag-
neskerk te 's-Gravenhage.
In deze parochie heeft de overledene
heel veel gewerkt tot veler zegen en hij
was daar de door allen vereerde Herder,
HAAGSCHE RECHTBANK.
De Rechtbank veroordeelde heden den
los-werkma.il E. C'h., thans gedetineerd,
wegens diefstal vatn een koffer te Leiden
tot zes maanden gevangenh-straf.
HET- AMSTERDAMSCH STEENZET
TERSCONFLICT.
De verdachten vrijgesproken.
Gister wees hei Auisterd-ameoh Gerechts
hof arrest in de toekende st-rafzaak tegen de
vier syndioalisii-sohe s-teenzet teie. betrek
ken bij het si eemzet-tensconf iet t>u.yschen
K.M.U.S. cn leien van den K.K. Steenzet-
t-ersibond E.M.M., in den morgen van 24 Ju
li op den Baarsjes weg.
De vier steenzetters G. S.; P.O.S.; S. L.
en W. Z. stonden op 7 November j.l. voor de
'l'Jech-t-banik terecht wegens oip-enlijike ge
weldpleging. G. S. en 1\ C. S. werden toen
veroordeeld tot een maand, gevangenisstraf
ieder, terwijl G. L. en W. Z. werden vrijge
sproken.
In hooger beroep eischte de Proenreur-
Geneiaal. mr. Van Ha-rinxnia thoe S'-ooten,
tegen ieder der verdachten één maand ge-
gen
af.
Bij arrest van gister bevr.M-i.giJc het Hof
liet vonnis ten opzichte van G. L. en W. Z.
(vrijspraak).
Tegenover P. C. S. achtte het Hof in af
wijking van de rechtbank het teniaste ge
legde (het. door gooien met steenen open
lijk geweld-plegen) niet bewezen en sprak
hem daarvan vrij.
Ten opzichte van G.S achtt." het-Hof het
primair tenla-ste gelegde: mishandeling
van den steenzetter ten Ca-te. niet bewezen,
zoodfl-t hij daarvan werd vrijgesproken.
Subsid-iar was aan G. S. de bedreiging
m.et zware mishandeling ten opzichte van
v. Koishaver ten lastc gelegd. Dii achlte
he-t Hof bewezen, doch, naar het inzicht
van het Hof was terecht een beroep op
noodweer gedaan door verrl., zoo dat hij ont
slagen werd van rechts ver vol ging Het O.M.
had wel aangevoerd, dut G. S. had kunnen
wegl'oopen, doeh dit betoog gaat niet op,
om da-t S. dan groote kans had in den rug
te worden gescholen door Korsha-veir, daar
deze voortdurend op de E.M.O.S.-leden
schoot, waardoor een van hen ook in het
been werd getroffen.
Zij w erden zoowel in eerste als in iweede
instantie verdedigd door mr. M. Mende's
en mr. Benno J. Stokvis.
BRANDSTICHTING TE BLEISWIJK.
Vonnis en vrijspraak in hooger beroep.
In hooger beroep hebben te 's Grave ulla
ge terecht gestaan de weren twintig-jarige
gedetineemde landbouwer P. G. van A. uit
Bleiisw ijk en de een en twintigjarige vracht
rijder J. J. H. aldaar, die zich voor de
Roiite-rdaimische Rechtbank te verantwoor
den hebben gehad wegens brandstichting
en medeplichtigheid aan brandstichting.
Verdachte van O. zou iii den nacht van
80 Nov. nabij de warning van den tandibóii-
we-r P. te Bleiswijk uilt ba-kladiigheid c-u
hooischelf en een houten schuur in brand
hebben gestoken, nadat hem tot dit doel
door H. lucifers waren verstrekt.
De rechtbank had te dezer zake van O.
veroordeeld tot d-rie jaar gevangenisstraf
en de H. vrijgesproken. Van O. heeft, appél
aangeteekend evenals de officier van jus
tin ie.
Op verzoek van den verdediger van H..
mr. C. H Torley Du wol, werd deze zaak ge
splitst.
De procureur-generaal concludeerde tot
bevestiging van liet vrijsprekend vonnis.
Het Hof sprak verdachte daarop onmid
dellijk vrij.
Vervolgens kwam van O. in de verdach
te nb ank. Hij beweerde door I-I. tot de daad
te zijn aangezet en zelf dronken te zijn ge-
De president wees verdachte op velschil
lende tegenstrijdigheden in zijn verklarin
gen. Bovendien is v. O reeds eerder van
een dergewjk feit verdacht.
De procureur generaal concludeerde tot
bevestiging.
UIT DE RADIO-WERELD
Programma's voor Zaterdag 23 Mei.
Huizen, 1875 M.
8.00—9.15 Gramofoo/iplaten.
10.00—11.30 Gramofoonplaten.
11.30—12.00 Godsd. Halfuurtje door Pas
toor Perquin.
12.00 Politieberichten.
12.151.45 Concert K.R.O. Sextet o. 1. v.
P. Lustenhouwer.
1.45 Postduivenberichten.
I.50 Gramofoonplaten.
2.30—3.00 V rageuhalfuurtje.
3.00f.30 Kinderuurtje.
4.30 Zwemcursus S. P. J. Borsten.
5.00(5.00 G ra ni o foo n p 1 a t e n
8.00 Esperanto-Xieuwsberichten.
(5.15—6.35 Journ. Weekoverzicht door P.
de Waart.
8.35 Belastingpraatje door G. J. B. Otte.
7.00 Aug. Veraart „Overstroomingen in
Nederland en elders".
7.30 Politieberichten.
7.45 Sportpraatje door J. Olthof.
8.0011.00 Concert K.R.O.-Salon-orkest
o. 1. v. M. van 't Woud. M. m. v. Paul Ostra
(voordracht). In de Pauze: Vaz Dias en
P. A. M. Speet: „Zigeunerleven".
II.0012.00 Gramofoonplaten.
Hilversum, 298 M.
8.00 WA.R.A. Gramofoonplaten.
10.00 Morgenwijding V.P.R.O.
10.15 V.A.R.A. Uitz. voor Arbeiders in da
Continu-bedrijven.
12.00 Concert Y.A.R.A.-septei.
2.00 Instil, voor Arbeiders Ontwikkeling.
2.15 Causerie.
2.40 Gramofoonplaten.
2.1"» Paedagogisch concert.
I.13 Extra Vragenhalfuurtje.
4.15 Cursus Esperanto.
5.05 J. v. d. Ven: „Ons mooie Neder-
5.95 Concert V.A.R.A.-septet
(5.30 S. R. de Miranda: „De beteekenis
van de Soc. Dern. Gemeente-Politiek in
Amsterdam".
6.-15 Uitz. voor de Nederl. Vereen, tot
Afschaffing van Alcoholhoudende Dranken.
8.43 Bestuursmededeelingen.
8.35 Concert. V.A.R.A.-orkeet.
10.15 Vaz Diaa.
II.10—12.00 Gramofoonplaten.
Daventry, 1554.4 M.
6.55 Liederen voor de luit.
7.15 Intermezzo.
7.20 Tuinbouw-causerie.
7.50 „Die Czardasfürstin" operette van
Kalman.
9.05 Rede van MacDonald ter gelegen
heid van Empire Dav.
10.10 Dansmuziek.
10.20 Fragmenten uit een revue, gespeeld
in Piccadilly Theatre.
10.40 Dansmuziek.
11.20 Dansmuziek.
B r u s s cl 508.6 M.
5.20 Dansmuziek.
6.20 Gramofoonplaten.
B.35 Gramofoonplaten.
7.35 Causerie.
8.20 Zuid -Afrika a nsche avond.
9.20 Dansmuziek.
Kalundborg, 1153 M.
8.20—9.20 Werken van Em. Waldtêutêl
en Louis Ganne.
10.05—11.10 Conce
kcsl.
11.1012.35 Dansmuziek.
12.20 Uurslag en klokkenspel va
Raadhuis.
La ngenberg, 472.4 M.
5.30—0.20 Vooravondconcert.
0.20 Lezingen.
8.20 Vroolijke avond. Daarna bo
Xachtmuzick.
11.50—1.20 Dansmuziek.
R ad i o-P a r ij s, 1725 M.
8.20 Gramofoonplaten.
7.20 Causerie.
8.20 Literaire voordracht.
9.05 Piano-concert.
9.50 Gramofoonplaten.
het Radio-Or-
FEUILLETON
door
ARTHUR APPLIN".
15)
Despard stak z'n arm door dien van Ru
pert. De hoofdcipier vergezelde hen over
de groote, met steenen belegde vierkante
open plaats, waarna hij hen overliet aan de
zorgen van een zijner ondergeschikten.
Om 's hemelswil, zet toch een vrien
delijk gezicht, kerel, anders zullen ze nog
denken, dal je hier vroeger al een tijd lang
hebt doorgebracht. Daar heb je nu veel van
Ik kan niet zeggen, dat er veel is.
waarom gelachen moet worden. Met het
ongeluk van anderen kan ik me moeilijk
vermaken.
Denk dan aan jezelf, antwoordde Des.
paid, dat zal je wat opkikkeren. Wat ik
zeggen wilde.... heb je van Ruby niets
meer gehoord, sinds je hier bent
Rupert voelde, dat liij kleurde. Hij kreeg
echter gelegenheid de vraag te ontwijken,
daar de cipier, onder veel sleutelgerammel,
een anderen ingang voor hen opende.
Ofschoon de zon buiten scheen, drong ze
lot deze plaats niet door. Het gebouw was
nagenoeg geheel van grijs graniet en gaf
een kouden indruk. Nergens zag men iels,
wat maar een eenigszins vriendelijken in
druk vermocht te geven ruw graniet bc
neden, boven, overal.
Rupert, in z'n hart een vrij man, kreeg
een gevoel van afschuw, een kinderachtig
verlangen kwam in hem op tegen die mu
ren te vechten, ze neer te halen en er uit
te breken.
Gedurende den tijd. dien hij in het ge
bouw doorbracht, voelde hij zich, waar ze
ook vertoefden, alsof hij ze'f een gevangene
was. Nu en dan luisterde hij naar den uit
leg van hun gids. Hij had echter de groot
ste moeite, om zijn gedachten er bij te
houden.
Despard echter stelde belang in alles;
hij stelde een oneindig aantal vragen, sloeg
de aan het werk zijnde gevangenen nauw
keurig gade. Bijna ieder vak werd in deze
gevangenis uitgeoefend. Er waren kleerma
kers, schoenmakers, mandenvleehters, te
veel om op te noemen. De mannen stonden
of zaten in rijen ieder op een bepaalden
afstand van zijn buurman, terwijl in het
midden en aan het einde van iedere rij
een cipier de wacht hield.
Algeheelc stilte heerschte in de werklo
kalen, een stilte, die iemand als Rupert, be
schikkend over een geweldige fantasie, als
het ware voelde en zag. Het leek cf de wer
kers een deel waren van de met sfeenen ge
plaveide gangen, van dc granieten muren.
Gelijk graniet, waren ook hun gelaatstrek
ken: koud, hard en ondoorgrondelijk. Hiel
en daar slechts een trekje, wat nog geleek
op iets menschel ijkssommigen deden den-
ken aan den primitieven mensch'van liet
steenen tijdperk, ofschoon ve baardeloos en
hun hoofden kaalgeschoren waren.
Iedere gevangene was over zijn arbeid
gebogen, alsof deze nem geheel in beslag
nam. Rupert, die allen nauwkeurig opnam,
bemerkte, dat hun oogen vlugge bewegin
gen maakten, als waren ze doordrongen
van een geweldigen angst, juist als de
oogen van een dier, dat altij bedacht is
op levensbehoud. Ook bewogen ze "soms de
lippen, ofschoon geen klank werd geuit.
Na een onnoemelijk aantal gangen en
deuren gepasseerd ie zijn, bereikten ze ein
delijk de keukens. Hier voelden ze weer
eenige weldoende warmte, gepiard aan den
geur van verschgebakken brood.
Ze wierpen ook een blik in een cel, A. C.
2001.
Juist genoeg ruimte om d'-od te gaan,
merkte Despard scherLkend. op. De cellen,
waarin de meerderheid der gevangenen
was opgesloten, waren gebouwd op een
groote, vierkante ruiurc, net de verdiepin
gen boven elkander, tcr-viji iedere cel voor
zien was van stevige ij/.-ren slaven. Een
bewaker had van zijn uitkijkpost af het
oog op alle cellen.
Rupert kreeg een gevoel van opluchting,
toen ze de portiers'oge wrer b. traden. Ze
moesten even wachten, aangezien een
ploeg gevangenen, onder geleide van he-
wakers met geladen geweer van de turf-
velden. waar ze de i geheeien dag hadden
gewerkt, terugkwam.
Welnu, ik hoop, dat je tevreden bent.
zei Rupert, toen ze weer op den straatweg
wandelden naar Prineetown. Ik had al den
tijd, dat we in de gevangenis-gebouwen
vertoefden, het ge-,oei vi.i een opgesloten
dier. Het verwondert rtie zelfs, dat die ar
me kevels er niet uilgiitgen. in onze plaats.
Despard op onverscnilli-'on loon. Doch
ik erken, dat het goed is in de frissche
lucht, in den zonneschijn e<i in de vrije na
tuur! Ik hoop maar. dat nel hotel hier ons
iets behoorlijks zal kunnen voorzetten.
Ze ontmoetten Marjorie even voorbij de
markt. Ofschoon ze slechts een zeer eenvou
dige lunch wenschte, drong Despard er op
aan eens lekker te lunc ïen mei een flesch
champagne.
We hebben wat noodig om den smaak
van de granieten muien weg te spoelen, zei
hij lachend.
Ruperts stemming werd wal milder op
oen terugweg naar Blaclkthorn Farm. Mar
jorie vond gelcgeuhoiu hem te vertellen,
dat ze voor haar zelf een nieuwe japon had
gekocht en eenige andere benoodigdheden
voor haar garderobe niet het- geld, dab ze
van Rupert had gekregen.
Haar genoegen nu ze zelf over wat geld
beschikte, dat ze naar e:ge:i goedvinden
ken besteden, deed hem inzien hoe zelf
zuchtig hij ge veest was en opnieuw beloof
de hij zichzelf pieci.l'g dat li ij. cenma.il
terug in Londen, dag en naeht, zen werken
en niets zou uil seven, dan het stiikt nood
zakelijke.
Ruby zou hem daarbij helpen, dat wist
hij en hij zou er zich niet meer voor scha
men haar te laten zien wie en wat hij wer-
keliik was. Hij was bang geweest haar (e
verliezen, door te zeggen, dat hij geen geld
had. En als zij niet tusschenbeide was ge
komen. dan was hij nu geruïneerd.
Na het souper nam John Dale Rupert
apart.
Rupert wist, dat cru onderhoud onver
mijdelijk washet beslissende oogenblik
was dus aangebroken. Hij verwachtte een
soort strafpredikatie Ie. zullen hooren, een
waarschuwing om niet meer te spelen en
niet meer te leven boven z'n inkomen, met
eên beroep op de toekomst. Hij wist, dat
laten leiden, dat hij hem zeer waarschijn
lijk zelfs niet zou berispen over het ee-
beurde. Hef tegenovergestelde had hij lie
ver gehad. Het zou gemakkelijker te" dra
gen zijn, dan het zien van een gelaat-, waar
uit diepe liefde sprak, terwijl toch in dp
oogen droefheid en ontgoocheling te lezen
stond.
Tol zijn verwondering raakte dc oude
Dale liet verledn met g.-en enkel woorl
aan. Hij vertelde hem alleen, dal Sir Re
ginald dien ochtend een brief van zijn
bankier had ontvangen, waarvan hij den
inhoud mededeelde.
De cheque, welke Rupert had verloven,
was vervalscht en was door een boodschap
penjongen bij de bank aangeboden, wien
men 500 pond in goud er. papier had uiibe
taald. Bij informatie aan het kantoor van
waar de jongen was uitgezonden kon men
verzekeren, dat een jonge man de cheque
had afgegeven en later het geld was ko
men opvragen, hetwelk hem werd overhan
digd.
Rupert luisterde met een gevoel van op
luchting.
En hebben ze dpn persoon gevonden 1
Dale schudde zijn hoofd. Nog niet. De
zaak is natuurlijk in handen van de poli
tie. De directeur van het kantoor waar He
cheque werd afgegeven beschreef den per
soon als een lang, net uitziend jongmensch
met een klein snorretje en, voor zoover hij
zich kon herinneren, een grooten vilten
hoed eu een lichte overjas".
Dale legde hartelijk zijn hand op Ru
port's schouder. Gisteravond dal
oogenblik vond ik verschrikkelijk had il
lipt gevoel, dat Sir Reginald jou als den
vcrmoedelijken dader beschouwde. Je zul'
wel begrijpen, dat deze mededeeling van
de bank voor mij een groote opluchting
(Wordt vervolgd)