SPORT EN SPEL De Varsity op het Noordzeekanaal VRIJDAG 15 MEI 1931 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 9 KINDERWETTEN EN VOOGDIJRAAD. Door voor eenige beschouwingen over dit onderwerp gastvrijheid te vragen in D e Leidsche Courant meenen we aan een juist adres te wezen, wijl dit blad im mers verschijnt in een stad, waar de stu die van het recht in den breede wordt be oefend. Zoo ergens, vindt men voor iets wat de rechtspraak betreft daar allicht een aandachtig oor. De aanleiding voor dit artikel leverde een voordracht, door mr. H. de Bie, kinder rechter te Rotterdam, gehouden in een ver gadering van het Verbond van Vereenigin- gen „Pro Juventute" over het onderwerp: „Kinderrechter en Voogdijraad", „Welke taak behooren deze organen te vervullen ten aanzien van de ondertoezichtstelling?" De inleider verdedigde de volgende stel lingen 1. De verdeeling van arbeid, zooals deze thans is, is voor beide organen principieel en practisch niet bevredigend. 2. Deze verdeeling geeft den Voogdij raad naar zijn aard te weinig, den Kinder rechter te veel. 3. De Voogdijraad worde met een ver sterkt ambtelijk element meer en meer het brandpunt van allen arbeid van kinderbe scherming in zijn ressort; hem komt o.m. dan ook toe het oppertoezicht, dat de wet thans den Kinderrechter oplegt. 4. De Kinderrechter blijve als gespecia liseerd rechter uitsluitend met het geven van beslissingen, het afwegen van de be langen van individu en gemeenschap, be last. Zijn taak als zoodanig behoort nog in andere richting uitgebreid te worden. Gelukkig openbaarde zich bij de discus sies al dadelijk verschil van gevoelen. Dr. G. T. J. de Jongh, kinderrechter te Amsterdam, bleek het op verschillende punten met mr. De Bie niet eens te zijn. Kaar zijn stellige overtuiging moet de uit voering van de ondertoezichtstelling in han den blijven van een enkel persoon, n.l. den Kinderrechter, en niet bij den Voogdijraad worden gebracht. Ook van de zijde van den Voogdijraad werden bezwaren geopperd te gen het door mr. De Bie verdedigde stelsel. Gelukkig, herhalen we. De Voogdijraden zijn achtbare colleges, maar hun samenwerking is er toch niet naar, om hen als 't ware op den stoel der rechters te plaatsen. De leden behoeven geen jurist te wezen; zij worden gezocht waarna bij Kon. besluit benoemd uit de burgerij, zij het dan dat daarbij de voor keur uitgaat naar personen, die iets ge voelen voor kinderbescherming en (of) zuj.ks door daden getoond hebben. Hoe verscheiden en hoe zorgvuldig de sa menstelling ook zij en al is de secretaris een jurist, de Voogdijraden zijn en blijven toch commissies van leeken, waaraan men bezwaarlijk de hanteering van het recht kan toevertrouwen. Mr. de Bie gevoelt dit klaarblijkelijk ook wel, want hij gewaagt van „een versterkt ambtelijk element". Maar zelfs wanneer deze versterking wordt bereikt, dan nog valt te duchten, da.t het leebenelement den boventoon voert, hetgeen te bedenkelijker moet worden geacht, wijl de opinies van het college met de meerderheid kunnen wis selen. Waar blijft dan het recht? Bovendien: er bestaan meer Voogdijra den dan er rechtbanken zijn, geen klein aantal dus. Zal er eenheid van opvatting wezen bij die alle? En waar is in deze de hoogere instantie, welke zoo noodig een heid kan scheppen. Reeds 'nu, terwijl de kinderrechters het heft in handen hebben, bestaat er in som mige gevallen rechtsonzekerheid, wat met een voorbeeld moge worden toegelicht. Hiervoor zij gekozen de toepassing der „correction paternelle". Deze had evengoed b.v. ouderlijke bestraffing kunnen heeten, maar de Nederlanders maken helaas gaarne gebruikr van vreemde termen. Aanvankelijk kon op grocud der Kinder wetten „correction paternelle" louter wor den toegepast in de Tuchtscholen. Dit ging zoo. Ouders of voogden. waaronder ook voogdij ver eenigingen worden verstaan die „gewichtige redenen van misnoegen hadden over het gedrag van een kind of pupil, konden bij de Rechtbank een ver zoek indienen om zoo'n kind voor. korteren of langeren tijd in een Tuchtschool te plaat- Ben. De rechter bepaalde den tijdsduur en kon dezen later, naar bevind van zaken, telkens voor hoogstens 6 maanden verlen gen, echter niet verder dan tot aan de meerderjarigheid. Verkorting, di. dus op heffing, der straf kon op verzoek der ouders, c.q. voogden, en gehoord de autori teiten of ook op dezer gemotiveerd voorstel door den minister van Justitie worden ge last. Bij de invoering der speciale Kinder rechters werd de „correction paternelle" in boven omschreven vorm opgeheven en werden voortaan soortgelijke pupillen ter bestraffing verwezen zulks op grond van het nieuwe artikel 373 n van het B. W. naar een „inrichting, bestemd of geschikt voor kinderen, die bijzonder toezicht behoe ven". Dit geschiedt evenzeer met „verleng baar crediet". Zulk een inrichting kan ook wezen een Rijksopvoedingsgesticht, maar op grond der ervaring wil het ons voorkomen, dat deze inschakeling niet gelukkig kan worden ge acht en wel met het oog op de pupillen. Wat toch is het geval. De ouderlijk bestraften treffen in een Rijksopvoedingsgesticht in hoofdzaak Re- geeringskinderen aan („ter beschikking ge stelden"), wier positie een gansch andere is dan de hunne. Regeeringskinderen toch hangen voor huin voorwaardelijk ontslag geheel af van het inzicht der Directie, die naar bevind van zaken goed gedrag en vakkennis zijn daarbij de normen den minister van Justitie het verleenen van dat ontslag kan voorstellen. Als regel gaat Z.Exc., gehoord de bevoegde instanties, daarmede accoord. Dit is een voor de jongelui zeer bevre digende toestand, ook wijl zij 't verband tusschen een en ander zoo goed kunnen bégrijpen. De pupillen van art. 373 n B. W. evenwel hangen alleen en uitsluitend af van het in zicht van den kinderrechter. Deze vraagt weliswaar het advies der gesfcichtsdirectie als het einde van den straftijd nadert, maar zelfs bij gunstig advies kan hij den tijd verlengen, indien hem zulks wensohelijk voorkomt. Een reden hiervoor is b.v. het ontbreken van werk voor den pupil of het nog altijd niet richtig wezen van het mi lieu, waarheen de minderjarige moet terug- De verlenging van den gestichtstijd heet dan wel en is natuurlijk ook bedoeld in 't belang van knaap of meisje, maar den be trokkene ontgaat het verband tusschen zijn of haar goed gedrag en de verlenging der straf. Dit is niet alleen zeer onbevredigend, maar brengt ook dit gevaar mede, dat de teleurgestelde de verzenen tegen de prik kels slaat en zijn gedrag wijzigt. Dit moge dan zeer verkeerd wezen, doch men moet bij de gedupeerden wel buitengewone ka raktereigenschappen onderstellen om hen zoo gemoedereerd voor dat risico te stellen. Het ten kwade gekeerde gedrag moge dan achteraf de verlenging der straf rechtvaar digen, die verlenging wordt er in zich toch niet rechtvaardig door. De vraag mag bovendien gesteld, of iemand van zijn vrijheid mag worden be roofd en een gedwongen gestichtsverblijf is niet anders om redenen, buiten den persoon in quaestie gelegen. Gaven zulke redenen bij 't opleggen der straf den door slag, dan ware het beter, terstond „ter be schikking stelling" uit te spreken, waar door dan de betrokkene van meet af aan weet, waaraan hij zich te houden heeft. Zooals het nu gaat, dreigt in sommige gevallen de „correction paternelle" als ge volg van de daaraan verbonden teleurstel ling eer verbittering dan verbetering te wekken. Waar dit nu reeds zoo is onder leiding der kinderrechters van wier uitspraken ten deze geen hooger beroep bestaat hoeveel te meer vallen dan zulke gevallen te duchten, wanneer de Voogdijraden de beslissing in handen zouden krijgen. Groote rechtsongelijkheid zou ontstaan met al de gevolgen van dien. Men moet bij dit al niet vergeten, dat de rechtsgrond der maatregelen, op grond der Kinderwetten te nemen, deze is: het belang van het kind. Wijl hieromtrent veler lei opvatting mogelijk is, lijkt het ook om deze reden zeer ongewenscht, het nemen dier maatregelen toe te vertrouwen aan steeds meer personen en colleges wat uit mr. de Bie's inzichten, begrijpen wij hem wel, zou voortspruiten doch veeleer te streven naar centralisatie. Het ware be lang van het kind zou hierdoor stellig wor den gediend. L. v. W. VAN M'N BOEKENTAFEL Het Schild. Apologetische Maand schrift. Uditg. der A. V. Pe trus Wie tot de trouwe lezers van het. Scfhdld behoort, krijgt wel een broeden kijk op al les wat met het Katholieke Geloof samen hangt en zaoh rondom dat Geloof, die Kerk en haar instellingen beweegt. De jongste aflevering van 1 Mei be gint met de bespreking van een boekje over het Monnikenwezen, geschreven door een niet-Katholiek, een Duirbsoher, Friedrich Parpert, die ,/dos Mönchtuim" (het monni kenwezen) beschouwt in verband met de Evangelische Kerk. Pater dr. J. Sa-ssen O.P. is het ,die dot werkje hier aan den tand voelt en den SohiId4ezens zoodoende een kijk geeft op de visie, welke een schrijver, die buiten de Katholieke gedachte nsf eer leeft, op het kloosterleven heeft. De sohrij- ver is geenszins een vijand van het klooster, integendeel, hij uit. er zich vaak zeer ent housiast over zelfs wat al te enthousiast want in den grond van de zaak ziet hij in het klooster die 'bakermat van het Pro testantisme. Waaribij hij over het hoofd ziet, diat de oorsprong van heit Pro testantisme ndet moet gezocht W'ordien in het kloosteaiing-zijn van Luther, maar in die nis afvalin diens ontrouw worden aan de kloostergelofte. Deze niet-Katholiek ziet echter in het kloosterleven een neiging om zich af te scheiden van de Katholieke Kerk, welke neiging zijn voortzetting vindt in de seote- vonming der Protestantsche Kerk. Wel een merkwaardige opvatting van den klooster geest. Zeer merkwaardig is in deze aflevering het vervolgartikel van prof. Verhaar over de Anithroposophie. Thans wordt de waag behandeld of de Anthroposophie een religie is. Natuurlijk beweren de Anthroiposoiphen van wel, doch het. systeem dat .Steiner heeft opgebouwd, zg. de vrucht van zijn helder ziendheid, is zóó fantastisch, houdt zóó weinig rekening met de historische werke lijkheid diait het onmogelijk is er de kennis van te nemen zooude-r zich te verbazen over degenen, die een dergelijke „re'igie" s/Lik ken. Aan den anderen kant moet men niet vergeten, dat er velen zijn, die dolen Langs allerlei kronkelpaden op zoek naar de waar heid en die het licht niet zien, waarin wij wandelen. Een illustratie van deze waar heid levert Frederik van Eeden's ,JLied tooi Schijn en Wezen", dat F. A. Brunklaus uit voerig bespreekt.. Dit Lied is begonnen vóór van Eeden's bekeering en voltooid na diens overgang tot de Katholieke kerk, zoodat het een bekeeiingsgeschiedenis is, een bekeeringsgescbiedenis .dn verzen, die soms vol verwarring, doch altijd ontroerend en vaalk vol milde, diepe wijsheid zijn en tenslotte den helderen blijden toon dioen hooren van den overtuigden Katholiek." Minder poëtisch, maar meer wetenschap pelijk behandeld vervolgens prof. dir. Fr. Fe- ron uit 'Roermond „Ons geloof" en wel op de eerste plaats de katholieke leer omtrent den geloofsdaad de akte van geloof. De schrijver zet uiteen hoe deze geloof sa foto een daad is van het verstand, welke tot staind komt onder invloed van den wil, welke op zijn beurt geleid wordt door het inzicht, dat het. redelijk is zich te onder werpen aan het gezag van God. Doch al steunt de wil op redelijk inzicht, niettemin is de geloofsakte geen natuurlijke daad doch moet zij geholpen worden door de bovennataiurlijke genade. Piet Kasteed besluit, thans zijn artikelen reeks omtrent het. Vatioaansdh Concilie, welke artikelen hij schreef aan de hand van liet. desbetreffende werk van Dom Butler. Viel in de eerste artikelen een eerlijk licht op de debatten en 'het meenin gsve.rschil on der de theologen hetgeen niet altijd een venheffenden indruk maakte het slot treft door de eensgezindheid waarop ook de tegenstanders van het diogma dier Pause lijke onfeilbaarheid zich onderwierpen aan do uitspraak van het Gomcilie. Tenslotte de gewone rubrieken. Op den Uitkijk (o.a. een zeer aid rem geschreven erotiek van pater v. d. Tempel O.P. tegien een overdreven Maria-devotie). Vragenbus en Correspondentie. NEREUS WINT HET HOOFDNUMMER. Njord winnaar in Overnaadsche Vier. Begunstigd door een heerlijk zonnetje hebben gistermiddag op het Noordzeeka naal de Universiteitsroeiwedstrijden plaats gehad, waarvoor, zooals steeds, een buiten gewone belangstelling bestond, niet alleen in studiekringen. Jammer was het dat een vrij krachtige wind zoo goed als dwars over de baan stond, waardoor het ruwe water het roeien erg 'bemoeilijkte, vooral voor de nieuwelin- genploegen. Eenige Delfbsche studenten, leden der Studenten Aeroolub, cirkelden in hun toe stellen, versierd met de Laga-kleuren, iboven de baan, door hun „laag-bij-de-grondsohe- olubgenooten" luide toegejuicht. De stand wordt, behalve op het bord, met loudspeakers bekend gemaakt zoodat de belangstellenden, voor zoover zij den strijd niet met het oog kunnen volgen, op de hoogte worden gehouden. Bovendien werden de wedstrijden voor de eerste maal door een ooggetuige voor de luisteraars op golflengte 29S M. „versla gen" door den heer C. W. G. Mieremet, een ou d-Tr ito n-roeier. Jonge Vier. In het nummer vierriemsteken Juniores verscheiien aan de stdrt: 1. Nereus; 2. Aegir; 3. Laga; 4. Njord en 5. Triton. Ne in re us ligt aan den Zuidwal en heeft hierdoor cemige beschutting 'tegen den wind. Hoewel Laga de binnenbaan heeft, heeft het weldra een geringe voorsprong op Nereus, op ongeveer een lengte gevolgd door de overigen. Aegir is laatst. Laga blijft aan de spits, terwijl Triton en Nereus elkaar fel om de tweede plaats bekampen. Laga Loopt steeds meer uit en passeert als eerste de finish met vierlengten voor sprong op Nereus, dat weer twee ronden voor is op Triton. De Aegirslag is uitge roeid. 1. Laga tijd 7 min. 25 2/5 sec.; Nereus (op vierlenten)3. Triton (2 lengten); 4. Njord en 5 Aegir. Overnaadsche Vier. In het nummer Overnaadsche Vienriems- gie'ken kernen aan de start Nereus, Triton, Laga, Njord en Aegir. Laga is heb eerste weg, .gevolgd d.oor Nereus. Spoedig moet Laga onderbroken door een hinderlijke motorboot, waarbij Laga, hoewel het den strijd voortzet, ern stig achteropkomt. Van de overigen gaat thans Njord naa.r voren, gevo'gd door Nereus en Triton. Even later neemt Triton de tweede plaats in, terwijl Nereus en Aegir gelijk komen liggen. Njord'blijft voor terwijl Nereus, Triton en Aegir om de twee de plaats kampen. De Lagaboot ligt vol water, zoodat de bemanning het ruime sop moet kiezen. De uitslag is: 1. Njord, 7 min. 362/5 sec.; 2. Tritom; 3. Nereus; 4. Aegir; 5. Laga (niet uitgeroeid). De Njordploeg bestond uit H. Kampmei- nert (boeg 60 KG.); H. Luiking (77 K.G.); A. C. Koreman (79 K.G.); H. Broekema slag (71 K.G.) en G. Kies (59 K.G. stuur man). Sciffnummer. Iini het soi ff nummer komen uit twee Delft- sohe studenten, twee Nereiden en een Tri- toon, in de volgorde aan boei: 1. J. K. Schouten 71 K.G. (Laga); 2. H. S. D. Bairtlema 78 K.G. (iNereus); 3. L. F. Tja una 71 K.G. (Triton); 4. L. de Freydag, 75 K.G. (Laga); 5. O. E. T. F. Lokman 75 KG. (Nereus). Op 800 M. is Bartiema voor de Freytag, gevolgd door Schouten en Tjalma. Bartie ma roeit rustig, op eenige lonten voor de Freytag. Schouten is uitgeschakeld, komt met zijn roeispaan in het riet en geeft op. Bartiema wordt eerste*, vijf lengten voor de Freytag, diie uitgeroeid is. L H. S. Bartiema (Nereus.) tijd 8 min. 33 2/5 sec.; 2. de Freytag op 5 lengten; 3. Tjal ma; 4. Lokman en 5. Schouten (opgegeven). Het hoofdnummer van Nereus. Vervolgens is aan de orde heb hoofdnum mer, waarvoor uiteraard, de grootste be langstelling 'bestaat immers de vereenaging we'Jke dit nummer wint, wint de „Varsity". Een overwinning in dit nummer wordt van grooter be teekenis beschouw d dan iedere andere overwinning op roeigebaed. Om even over vieren dus 50 mimkten na den vastgest elden tijd liggen de volgende ploegen in vierriemsgieken aan den start, voor dezen strijd welke gehouden wordt over 3000 M. (alle andere nummers gaan over 2000 metier). Laga was weliswaar favoriet, maar m venband met de lente van de baan, het. eer ste uitkomen in dit seizoen, het onstuimig water e<n tal van onberekenbare factoren i® er tot het laatste oogenlblik weinig te zeg gen. 1. Triton; 2. Aegir; 3..La.ga; 4. Nereus en 5. Njord. De start is regelmatig. Op enkele honder den meters is Aegir iets aohter. Nereus en Laga liggen diolut bijeen. Ongeveer in het zelfde tempo roeiend, zijn beide ploegen in den beginne vrijwel gelijkwaardig. Triton is derde en Njord vierde, terwijl Aegir dra buiten mededinging is en den strijd moet opgeven wegens een gebroken dol van een der roeiers. Nereus gaat dan iets meer naar voren, di rect gevolgd door Njord en Laga, met Tri ton weer een lengte achter. Nereus roeit het hoogste tempo. Op 1000 meter is de standLaga, Nereus en Njord gelijk op 1 1/2 lengte gevolgd door Triton. De spanning stijgt. Het water is '/.eer ruw en de geoefende roeiers hebben het al lesbehalve gemakkelijk. Njord, Nereus en Laga roeien een zeer spannenden wedetrijd. Triton ligt dan ruim twee lengten achter. De spanning stijgt met iederen motor. Njord komt zelfs iets naar voren. Doch dan zet Triton een spurt in en loopt geleidelijk op zijn mededingers in. Men nadert, de tri bunes. De volgorde is dan.; Nereus, Njord, Laga, Triton. Nereus ligt een halve lengte voor Njord en 3/4 lengte voor Laga. Nereus wint evenwel onver- waohts onubed'reigd, daar de Njordiboeg in eenzakt.. Onbeschrijfelijk gejubel. Het enthousiasme van eenige Nereiden kende geen watergrenzen en een senator van het A-S.O., mitsgaders eenige andere Amsterdamsehe etuds die door hun „joo" geroep de aandacht hadden getrokken, sprongen to water om den eersten krans te overhandigen, die werd doorgegeven aan den „stuur". Even later hadden ook de vier anderen, die hun baantje zoo keurig hadden getrokken lauweren om den hals en luide toegejuicht door de geheele aanwezige Stu dente njeugd ging de ploeg nogmaals lang» de 'baan voor de „eer". Luide werd verzekerd dot het feest zou worden op Nia waar alles al in gereedheid zou zijn gebracht. Op de schouders werden de kranige roei ers naar de kleedkamers gedragen. Een tiro- pbee gelijk werd de „Paai" naar het 'booten- huis overgebracht. HET A. V. R. O.-AOTIE-COMITé heeft Donderdag een A. V. R. O.-vlaggendag voor rijwielen en auto's georganiseerd. Een overzicht van den stoet auto's bij het uitrijden uit Amsterdam. De studenten roeiwedstrijden werden Donderdag op het Noord zeekanaal gehouden. De winnende ploeg van „NEREUS" oude vier. "V WiK'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9