BINNENLAND Lichtzinnige Jeugd WOENSDAG 13 MEI 1931 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD PAG TWEEDE KAMER. De Drankwet. De heer Slotemaker de Bruine (C.-H.) verdedigt zijn amendement op art. 6 met de bedoeling in te voeren de moge lijkheid der desgenaamde Plaatselijke Keu ze. Spr. betoogt, dat deze kwestie reeds uitvoerig is besproken en dat zijn voorstel niet includeert omtrent drooglegging van het land. Spr. ziet in de Plaatselijke Keuze een groot opvoedend element en beveelt zijn voorstel aan. De heer Lingbeek (H.G.) meent, dat een raadsbesluit van veel meer beteekenis is dan dat van een groep burgers. Dit laat ste stelt de overheid feitelijk onder cura- teele. De voorstanders der PI. Keuze wil len veel verder dan zij schijnen te be oogen. Zij willen, dat drankgebruik onmo gelijk wordt. God verbiedt niet het ge bruik van sterken drank. Daarom mag de meerderheid deze onthouding niet aan de minderheid opleggen. De heer Marchant (VD.) betoogt, dat het referendum, dat de vrijz.-democra ten in de plaats van de Eerste Kamer wil len stellen, niets te maken heeft met het referendum, dat men hier wil invoeren. Hier wil men naast een bevoegd vertegenwoor digend lichaam, een referendum. Dat gaat niet. Spr. bestrijdt in dezen de S. D. A. P., die de PI. Keuze op haar program heeft staan, maar dit punt niet uitvoert op plaat sen, waar zij dit zou kunnen. De heer v. d. Heide: Dat moet U aan die gemeenteraden vragen. De heer Marchant: De heer v. d. Heide begrijpt het dus zelf niet. Spr. heeft nog nooit gelezen, dat de S. D. A. P. vu- rigen strijd voerden voor PI. Keuze bij ge meenteraadsverkiezingen. Men doet dat niet, omdat vele kiezers niets moeten heb ben van die overdreven drankbestrijding. Het is niet de taak der regeering aan drankbestrijding te doen. Deze laat zij meer aan particulieren. Spr. is ook doods bang voor de PI. Keuze, omdat hij daar in een groot twistpunt ziet, gezien de fu rieuze propaganda van de dranbestrijders. Iedere vraag van politieke beteekenis wordt op den achtergrond gedrongen door den strijd vóór of tegen PI. Keuze. De heer Kersten (S. G.) heeft tegen de PI. Keuze het principieele bezwaar, dat de overheid de teugels van het bewind in handen legt van het volk. De overheid dient te regeeren en doet dat bij de gratie Gods. Spr. kan daarom voor PI. Keu^e niet •nthousiast worden. De heer S m e e nk (A.-R.) geeft toe, dat men de Plaatselijke Keuze op één lijn kan stellen met het referendum, dat men b.v. in Zwitserland kent. De heer Marchant is blijkbaar bang voor minderwaardige pro paganda. Hij dacht daarbij wellicht aan de propaganda, die in de kringen van den heer Marchant wordt gevoerd vóór éénzij dige ontwapening. De heer Ketelaar: Dat zijn kwajon gens-argumenten De heer S m e e n k betoogt verder, dat wil een maatregel van drooglegging suc ces hebben, deze moet steunen op het overgroote deel van de bevolking. Mej. Groeneweg (S. D.) meent, dat de heer Marchant een misvatting begaat. Stel, dat b.v. de S.D.A.P. in Rotterdam een meerderheid krijgt in den Baad, dan zou zij er niet over denken, Rotterdam droog te leggen. Wel wil de S.D.A.P. mogelijk maken, dat de bevolking zich er over uit spreekt. Men spreekt over het gevaar van clandestiene gelegenheden. Doch de cliën- tèle daarvan zal wel een andere zijn dan die van de huidige kroegen. Ons maat schappelijk verkeer verdraagt geen alcohol meer. Zoowel de chauffeur als de wielrij der als de voetganger vormen een ge raar voor de gemeenschap als zij aangeschoten zijn. Spr. wijst op het gevaar van alcohol voor de jeugd. De heer Beumer (A.-R.) betoogt, dat de heer Slotemaker weinig indruk heeft weten te maken. De heer Slotemaker stelt het voor of de PI. Keuze geen verandering brengt. Waarom stelt hij dit dan voor? Spr. heeft constitutioneel bezwaar tegen de PI. Keuzee ontleend aan de Grondwet, een bezwaar, dat dus afdoende is. Onze Grondwet kent niet het referen dum en dit laatste is dus met haar in strijd. De actie van wettig ingestelde orga nen mag niet opzij worden gezet door die bevolkingsgroepen. Maar zelfs al zou er twijfel bestaan over strijd met de Grond wet, dan nog zou men deze regeling niet mogen aanvaarden. Ook het algemeen be lang eischt geenszins invoering van de PI. Keuze, die bovendien nog totaal overbodig is, omdat de Raad hier volkomen bevoegd is. Het referendum is niet noodig om de stemming onder de bevolking te leeren kennen. Spr. gelooft 'overigens, dat de Ne- dcrlandsche bevolking als zoodanig drank- vrij is. Spr. wenscht verder zoomin mogelijk ge tornd te zien aan de verantwoordelijkheid van openbare lichamen. Deze verantwoor delijkheid zou hier verdrongen worden door die van 'n groep kiezers, voorgelicht door welmeenende en respectabele perso nen, maar die niet geroepen zijn het ge meentebelang te behartigen. De heer De Boer (S. D.) verdedigt het instituut van PI. Keuze. Spr. betreurt dat het niet is opgenomen in het ontwerp. In Friesland, waar men zoo op vrijheid ge steld is, ziet men reikhalzend uit naar de PI. Keuze, wel een bewijs, dat deze de vrij heid niet belemmert. Minister Verschuur sluit zich geheel aan bij de rede, die mej. Westerman bij de algemeene beschouwingen heeft ge houden. Hij noemt speciaal mej. Wester man, omdat zij bekend staat als drankbe strijdster. Zij heeft op afdoende wijze de plaatselijke keuze bestreden. Ook is spr. het geheel eens met den heer Beumer. De Kroon immers is niet meer vrij als de kiezers hun uitspraak gedaan hebben. Het kan niet juist zijn, het volk invloed te geven door de vertegenwoordigende lichamen, maar het daarnaast en daar langs heen, nog een anderen invloed te geven. Plaat selijke Keuze is dan ook ongrondwettelijk. Waarom zou hier een speciaal referen dum noodig zijn om het gevoelen der kie zers te leeren kennen en niet bij tal van andere belangrijke punten? Deze stem mingen zouden ook niet steeds behoor lijk verloopen. De opvoedende kracht mag hier geen hoofddoel zijn. De voorstanders der PI. Keuze geven voor naar Brussel te vertrekken, maar in de bagage van de hee- ren ziet spr. dingen, die doen denken aan een Zuidpoolreis. Hun doel is dan ook tot totale drooglegging te komen. Uit hetgeen spr. gezegd heeft, gelooft hij dat de Kamer niet in twijfel kan zijn over sprekers geneigdheid om het ontwerp ver der te behandelen als dit amendement wordt aangenomen. Hij dringt daarom met kracht op verwerping aan. De heer Slotemaker de Bruine repliceert. Spr. zou gaarne zijn amende ment warm blijven aanbevelen maar de mi nister heeft het onaannemelijk verklaard, waardoor een onzuivere stemming dreigt te ontstaat^. Om zulk een stemming te voorkomen', trekt spr. zijn amendement in. De Plaatselijke Keuze is dus van de baan. Bij de verdere discussies over de ar tikelen is ook geen wijziging aangebracht. HANDHAVING DER GOEDE ZEDEN. De meerderen moeten een goed voorbeeld geven! Afgekondigd is een staatsblad, bevatten de hert. besluit van 27 April j.L, waarbij hert reglement betreffende de krijgstucht wordt aangevuld met een niet/uw artikel la luiden de als volgt: ,/Daar de godsdienst de bron is van alle geluk, deugd en waren moed, behoort ook in dén krijgsstand een ieder zich tot het hoog houden daarvan en tot een zedige levens- wijize te bevlijtigen; de godslasteringen, ,het vtloeken en zweren moeten worden nage laten en zullen die meerderen hierin en in ail dat de 'handhaving der goede zeden kan be vorderen, hunnen minderen met een goed voorbeeld voorgaan, en alle buitensporig heden algemeen vermeden moeten worden." R.K. UNIVERSITEIT. Prof. dr. Rud. Jansen 0. P. tot rector- magnificus benoemd. Het bestuur der St. Radboud-stichrting heeft benoemd tot rector-magnificus aan de R.K. Universiteit te Nijmegen voor het stu diejaar 1931'32 prof. dr. Rud Jansen O.P. als opvolger van prof. dr. E. Direrup. UIT DE SI GAR EN INDUSTRIE. Ernstige moeilijkheden te verwachten. Naar het „Volk" vernam ontving de Si garenmakers-bond voorstellen van de ver- eenigde patroons voor een nieuw contract. Bij informatie bleek dat juist: op 8 Mei ont ving de moderne Sigarenmakersbond een serie voorstellen voor een nieuw af be slui ten overeenkomst. Volgens het bilad zouden deze voorstel len een loonsverlaging bevatten voor per sonen van 22 jaar en ouder van 12 cent per uur voor de kistenplaikkers. Voor dekopenhalere is de voorgestelde loonsverlaging in de verschillende leeftijds klassen: van 27 op 21 cent, van 31 op 25 cent, van 36 op 29 cent van 41 op 33 cent en van 46 op 37 oent per uur. Dan is er nog een groep van personen, die lichten, niet vakkundigen arbeid ver richten. De voorstellen voor hen beteeke- nen een loonsverlaging van 6 tot 10 oent per uur. Het „Volk" heeft den indruk, dat in de sa- garenindustnie ernstige moeilijkheden zaju te verwachten. DE NEDERL. SPOORWEGEN. Verplaatsing en ontslag bij de Centrale Werkplaats te Utrecht. In den loop van dezen zomer zal. volgens het „Hbld." aan de Centrale Werkplaats der NedenLandeehe Spoorwegen te Utrecht, na het gereedikomen der thans onder han den zijnde aanbrenging der Kunze-Knorr- remanen, worden overgegaan tot opheffing der wageniherstellingen in die werkplaats. Als gevolg daarvan zullen ongeveer ze ventig man worden overgeplaatst, waarvan 65 naar Amersfoort en vijf naar Blerik, ter wijl van vijftig man in lossen dienst de ar beidsovereenkomst niet zal worden ver lengd. Medezeggenschap voor het Gemeente- personeel te Amsterdam. B. en W. van Amsterdam bieden den Raad aan het rapport der door hen ingestel de Commissie inzake het onderzoek naar de vraag, of het wenscheiijk en mogelijk is, aan het personeel in dienst der gemeentebedrij ven en -diensten medezeggenschap te ver- leenen. Dit. rapport is als bijlage B. van afd» 1 in het Gemeenteblad verschenen. De voorstellen, waartoe het rapport, der Oommissie B. en W. aanleiding geeft zul len B. en W. zoodra hun dlit mogelijk is, bij den raad indienen. Aan het ednid van haar zeer uitvoerig rap port stelt de Commissie voor: bij de takken van diensten, welke hiervoor naar het oor deel van Ben W. in aanmerking komen, commissies in te stellen, teneinde aan de ambtenaren en werklieden, werkzaam bij die diensttakken, medezeggenschap te ver- leenen ten aanzien van de omstandigheden waaronder en de wijze waarop de ambtena ren en werklieden hun werkzaamheden ver richten bij de bakken van dienst, welke hiervoor naar het oordeel van B. en W. in aanmerking komen, commissies van advies in te stellen voor de leiding en het beheer van die diensttakken. Of en in hoeverre er „medezeggenschap" is. hangt dus af niet van den Raad maar van B. en W. Wij zullen zeker, alvorens een oordeel over deze aangelegenheid te vor men, eerst het rapport moeten bsefudeeren en liefst ook afwachten het advies van B. en W. van Amsterdam). Het Tweede Kamerlid F. Uyen. Uit 'betrouwbare bron vernemen wiji, dat een dezer dagen is te verwachten de benoe ming van den heer F. Uyen, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te Eindhoven, tot burgemeester der gemeente Waalre. De heer Uyen zal na afloop van zijn zittingsperiode als Kamerlid geen nieuw mandaat meer aanvaarden. Gemeenteraden gekozen bij enkele candidaatstelling. Gisteren hebben, zooals bekend i®, de candidaat stellingen voor de verkiezing van de gemeenteraden plaats gehad. Naar ons gemeld wordt zijn, in een Zeeuweche en een Zuid-Hollandsche gemeente de leden van den gemeenteraad bij enkele candidaatstel ling gekozen. In de gemeente Overslag werd één lijst ingediend, waarop 6 Katholieke candidaten en één christelijk-hietorische candidaat wa6 geplaatst, benevens een aan bal reserveoandidaten. Daar de gemeente raad uit zeven leden bestaat werden de eer ste zeven van de lijst, dus zes katholieken en één christelijk-historiechen gekozen. De burgemesteer, op wiens initiatief de verkie zing van den gemeenteraad op deze wijze geschiedde, heeft ter gelegenheid hiervan de vlag van het stadhuis laten uitsteken. Ook in de ZuidsHollandsche gemeente Goedereede werden de leden van den go- mee nteraad, evenals in 1927, bij enkele oan- didaatsteilimg gekozen. „N.'RJ.Ot." GEMENGDE BERICHTEN DE ROOFMOORD TE 'S-GRA- VENHAGE TOT KLAARHEID GEBRACHT. DE MOORD TEN HUIZE VAN K. GEPLEEGD. Nog een verdachte gearresteerd; beiden bekennen. Na een ingespannen arbeid van eenige dagen is de Haagsohe politie er gisteren in geslaagd den geheimzinnigen moord op den suikermagnaat Eschauzier tot klaar heid te brengen. De reeds aangehouden techniker, K., heeft gistermiddag, na langdurig verhoor, bekend, den heer E. vermoord te hebben, in samenwerking met een 20-jarigen kan toorbediende P. wonende aan het West einde. P. is eveneens gearresteerd en legde ook een volledige bekentenis af. De toedracht. Omtremt de toedracht dezer treurige en opzienbarende zaak vernamen wij het vol gende De vermoedens tegen K. waren reeds zeer sterk, maar de overtuiging, dat hij den moord begaan had, kreeg de politie gister ochtend, toen een vrouw, met wie K. leefde aan den commissaris bekende, dat haar Dinsdagavond afgelegde verklaringen valsch waren. Dinsdagavond had zij n.l. verklaard, dat K. Zaterdagmiddag van 3 tot 8 uur bij haar geweest was. Thans be kende zij echter K. in het geheel niet ge zien te hebben, waardoor diens alibi ver dwenen was. Om half twee werd het verhoor voort gezet en merkbaar vermoeid door de emoties der laatste dagen, legde K. om half drie gistermiddag tegenover den hoofd commissaris en commissaris Kramer een volledige bekentenis af, waarbij hij tevens zijn medeplichtige aanwees. K. had met den heer Eschauzier een af spraak voor een conferentie op Za termid dag half drie in hotel Central". Hij ging er echter niet heen, maar zond zijn helper met een brief, waarin hij den heer E. ver zocht naar zijn kamer aan de Prins Hen drikstraat te willen komen. P. gaf den geen kwaad vermoedenden heer Eschauzier dit schrijven en deze willigde het verzoek in en ging met den jongen naar het Buitenhof, waar zij een taxi namen en naar de Prins Hendrikstraat reden. Op de kamer van K. hebben de beide personen den heer Eschauzier aangevallen en hem een prop, in aether gedrenkt, in het gezicht gehouden. Terstond verloor de heer E. het bewustzijn, waarop zij hem op het bed neerlegde en stevig aan handen en voeten bonden. P. bleef naast het bed zit ten, gewapend met een gummistok om den 'heer E. onschadelijk te maken ingeval deze tot bewustzijn mocht komen. K. ging in- tussohen in een garage een auto huren en reed deze naar zijn woning. Beide mannen wisten toon het lijk van den heer E. in een kist, welke zij voor dat doel op de kamer gezet haddon, te wringen en sjouwdrfn samen deze kist met den lugu- beren inhoud de trap af. Per auto reden zij naar de Westerbaan- straat en gingen met de auto in het pak huis. De kist werd daar uitgeladen en neerge zet. Beide mannen vertrokken toen weer met de auto. Omtrent het motief tot dezen verschrik- kelijken daad deelde zij het volgende mede: Het was niet hun plan den heer Eschau zier te dooden; zij wilden hem slechts ge durende eenige dagen laten „verdwijnen" Daartoe had K. het plan ontworpen den heer E. op zijn kamer door middel van aether bewusteloos te maken en hem dan eenigen dagen verborgen te houden. Hun doel was naar zij zonder omwegen toe gaven geldafpersing. Eenige schuldbe kentenissen had K. bij zich en deze zou de heer E. in half-bevvusteloozen toestand ver- keerende, hebben moeten teekenen. Gedu rende de „afwezigheid" van den heer E. zouden dan deze schuldbekentenissen ge honoreerd worden. De heer E. had ongeveer 100.in con tanten bij zich. Dit bedrag is hem door K. ontroofd, die het aan P. tor hand heeft ge steld. Uit angst voor mogelijke ontdekking van den misdaad heeft deze gisterochtend echter het bankpapier verbrand. De politie vond op K. werkelijk eenige blanco formulieren, welke als schuldbeken tenis zouden kunnen worden gebezigd. Beide verdachten verklaarden tegenover commissaris Kramer met den meesten na druk, dat zij niet de bedoeling hebben ge had den heer E. te dooden. Zij hadden geen ander plan dan de chéques te innen, wolke hij zou moeten onderteekenen, terwijl zij hem in half bedwelmden toestand achter hielden. De politie heeft echter reden aan deze verklaringen geen onvoorwaardelijk geloof te hechten, aangezien dit niet klopt met de sporen van worging op het lijk gevonden, en de zorgvuldige wijze waarop het vast gebonden was. De auto waarin de kist met bet lijk is vervoerd, is in beslag genomen. Als vierde deskundige is nog aangewezen dr. v. Rijssel uit Rotterdam, die te zaraen met de drie vermelde medici de juiste doodsoorzaak zullen vaststellen. Het slachtoffer interesseerde zich bijzonder voor uitvin dingen. De heer Eschauzier was met zijn broer directeur van de Ned. Ind. Suiker unie, ge vestigd aan de R. J. Sohimmelpennincklaan en behoorde tot een familie, welke gedu rende vele jaren groote belangen had bij de suikercultures in onze Oost. De heer E., die thans op zoo tragische wijze om het le ven is gekomen, had echter de eigenaardig heid een bijzondere sympathie en belang stelling te hebben voor allerlei nieuwe uit vindingen. Hij maakte dan ook deel uit van verschillende consortiums en syndicaten, welke de exploitatie van nieuwe uitvin dingen ten doel hebben. Alles wijst erop, dat deze sympathie hem thans noodlottig geworden is. Dc hoer E. was al gedurende vele jaren bevriend met mr. v. Velzen, ad vocaat en procureur in Den Haag en secre taris van den Bond van Octrooihouders. Regelmatig ontmoetten de heeren elkaar op de Sociëteit, waar dan ook zakelijke ge sprekken werden gevoerd, aangezien zij beiden enkele gemeenschappelijke belan gen hadden. Bij een van deze gesprekken had de heer E. aan mr. v. Velzen gevraagd om hem eens te waarschuwen, wanneer hij in zijn kwali teit van secretaris van den Bond van Octrooihouders een» een aardige uitvin ding in handen kreeg. Juist in die dagen kwam ten kantore van mr. v. Velzen de thans gearresteerde K., afkomstig uit Roer mond en verzocht zijn modewerking bij de exploitatie van één zijner nieuwe uitvin dingen. Het betrof hier hot vervaardigen van een metalen klomp, waarvan de zool van hout was en steeds vernieuwbaar. K. was met zijn uitvinding reeds geweest bij FEUILLETON door ABTHUB APPLIN. S) Met on/vasten stap ging Rupert naar haar toe en bekeek de twee zakjes met goudstukken, die zij op de tafel had ge legd. Zij toonde, hem een bundel bankpa pier. Hij legde de biljetten opzij en telde de goudstukken, die uit de zakjes op tafel waren gerold. Hij was als betooverd. Geen woord kon hij uiten. Hij lachte zenuiwaeh. tig. Ben je er zeker van, dat er geen abuis "m het spel is? Tel dan het geld opnieuw. iWeer lachte hij." Dat bedoel ik niet. Ik dacht.Ja, 't is natuurlijk in orde Dat is nu alles van ons.... van ons. Hij omhelsde haar. Ruby glimlachte. Zij wierp een kouden harden blik op het geld. Misschien is het dom, dat ik zooveel goud meebracht, zei ze op onvasten toon. Doch je zou dit alvast kunnen gebruiken, om eenige spoedeisehen- de betalingen te doen.. Bovendien, je bent zoo zorgeloos.... Bankpapier zou je mis schien verliezen, juist als de cheque. Ze nam de bankbiljetten van tafel op. Hier voor zal ik zorgen en het saldo op je bank rekening storten. Als je van je vacantie te rugkomt, vindt je dus 'n aardig eitje in het aest terugGeef me nu 'n kop thee. Ik help je nog dadelijk met je bagage. Fei telijk heb je nog maar een paar uur voor den boeg. Ruby had niet lang werk met het pak ken. Rupert sloeg haar gade en gaf enkele aanwijzingen omtrent datgene, wat hij meenam. Ze scheen haar gedachten niet bij haar werk te hebben. Thuis heb ik nog een collectie oude pakken. We zullen onzen vrijen tijd door brengen met jagen en visschen. Drom mels Ik neem Despard mee naar de oude tinmijnZe zal nu zoo ongeveer wel ge lijken op een zwemibad Rupert was in de wolken. Ruby moe digde hem aan en luisterde glimlachend naar hem. Gaat mr. Despard met je mee? vroeg ze. Rupert knikte. Neem je me dan niet kwalijk als ik in Paddington geen afscheid van je neem? Ze keek op haar armbandhorloge. Ik heb om half één 'n afspraak; ik kan dus moeilijk met je mee gaan. Je bent niet erg op Despard, is 't wel vroeg Rupert. Toch mag hij jou graag. Ik weet wel, dat het zoo is, doch ik had het liever niet. Rupert tikte haar hartelijk op de wang. Hij begreep haar niet. Ruby stond op het punt hem het gebeurde van den vorigen dag te vertellen, hem er voor te waarschu wen, dat hij voor Despard op z'n hoede moest zijn, doch ze zag er tegen op om al les in bijzonderheden te vertellen. Ze wilde Rupert niet jaloersch maken. Bovendien was ze bang, dat de twee mannen dan zou den twisten. Ze namen du6 afscheid in deze kamer, waar ze, naast de vele gelukkige uren, ook zulke opwindende gebeurtenissen had den beleefd. Langer dan een paar weken blijf ik niet weg zei Rupert, haar omhelzend. Je blijft zeker den geheelen zomer in Lon- den Vermoedelijk wel, antwoordde ze ont wijkend. In ieder geval zal ik hier zijn, als je terug komt. Ik wensch je veel ge noegen, doch je mag vooral niet piekeren, hoor Het afscheid viel haar zwaarder, dan ze oorspronkelijk gedacht had. Waarom schrei je toch? vroeg Rupert op zachten toon. Je moet alles niet zoo somber opvatten. Onze toekomst heeft er nimmer zoo rooskleurig uitgezien. Luister. Ik zal m'n vader zeggen, dat ik met je ver loofd ben en dat we ernstige trouwplannen hebben. Ik was eigenlijk van plan, hem dit eerst te zeggen, wanneer ik voor m'n eind examen zal zijn geslaagd, doch ik vind, dat ik deze bekentenis tegenover jou ver plicht ben. Wo kunnen dan gerust trou wen. Heb je het bankpapier goed opgebor gen? Ze knikte, tusschen haar tranen door glimlachend. Ik zal het geld morgen bij de bank storten. Ze gaf hem nog 'n laatsten kus en ver trok. Rupert stond aan de voordeur en keek haar na. Het bevreemdde hem, dat ze niet omkeek ec hem, zooals ze anders al tijd deed, nog even toewuifde. Toen hij een paar uren later met Robert Despard in den trein za.t voor Devonshire, had hij Ruby Strode voor een poos geheel vergeten. Het lokaaltreintje van Newton- A'bbot stopte te Moretondaar wachtte Marjoric hem op het perron op. Hij zag er plotseling uit als een vroolijke jongen toen hij Robert Despard aan Marjorie voorstel de. Het was nu twee jaar geleden dat ze elkander hadden ontmoet; wat was z'n zusje veranderdZe was nu 'n mooie, knappe jonge vrouw geworden. Het viel hem op, hoe eenvoudig Marjorie gekleed was; vooral haar katoenen kousen en wei nig sierlijke schoenen. Opnieuw sprak in hem de stem van zijn geweten hij voelde zooiets als wroeging. Het geld, dat zij had kunnen besteden aan aardige en smaakvolle kleeding, werd door hem in Londen verkwist. Hij gevoel de, dat hij iets moest zeggen ter veront schuldiging in verband met het ouderwet- sche rijtuigje en het oude ruwharige Dart moor-paard, hetwelk er voor stond. Des pard had evenwel slechts oogen voor het mooie meisje. Zijn blik rustte voortdurend op haar. Rupert bemekte den blos op Mar- jorie's wangen, toen zij wegreden. Despard had een zeer bijzondere manier om met vrouwen om te gaan. Hij was be scheiden en tevens galant. Hij verstond de kunst om op uiterst subtiele wijze een com pliment te maken. Voor de eerste maal openbaarde zich aan Rupert een tweede zijde van Despard's karakter. Voordat de lange rit door de bloeiende heide ten einde was, zei hij opnieuw bij zichzelf, dat hij beter had gedaan Des pard niet mede te nemen. Voor de deur van het kleine landhuisje werden ze opgewacht door den ouden Dale. Het oude huis, met z'n rieten dak, dat van geslacht tot geslacht bewoond was door de Dale's, maakte diepen indruk op Rupert. Hartelijk was de ontmoeting tus schen vader en zoon. Dale begroette Ro be t Despard op eenvoudig-hartelijke wijze. Zijn optreden was geheel en al een beeld van de ouderwetsohe hartelijkheid van den land-jonker. Lieve Hemel, Rupert, je schijnt hier buiten de bewoonde wereld te levenriep Despard uit, de omgeving nauwkeurig op nemend. Hij keek naar het eigenaardige gebouw de, eenigszins smakeloos uitziende land huis, naar de groote rotsblokken, welke daar rondomheen verspreid lagen. Hij hoorde het geruisoh der Dart-rivier, die haar eeuwig lied zong op weg naar de on metelijke zee 'n eenig-eentonig lied in de ruwe natuur. Voelt u zich soms niet verschrikkelijk alleen in deze omgeving? vroeg hij Mar jorie. Ze schudde haar hoofd. Daar heb ik geen tijd voor. Bovendien weet ik niet be ter. Ze nam zijn reisbagage van het rijtuigje. Voor hij het haar kon beletten, had zij een en ander reeds naar zijn kamer gebracht. Er is nu eenmaal niets beters, zei de oude Dale op droonierigcn toon. Hij stak zijn arm door dien van Rupert. Wel, m'n jongen, je behoeft me niets te zeggen; aan je gezicht kan ik zien, dat je voor je eind examen bent geslaagd. Nu staat de wereld voor je open. Je gaat nu groote dingen doen, hè Rupert wierp Despard een waarschuwen den blik toe; z'n vriend beantwoordde hem met een knipoogje, zich omkeerendc, ging hij het huis binnen. Rupert hoorde z'n vriend de trappen oploopen, zeker zoekend naar Marjorie. Hij keek z'n vader recht in de oogen. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 7