BINNENLAND
Lichtzinnige Jeugd
WOENSDAG 13 MEI 1931
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD PAG
TWEEDE KAMER.
De Drankwet.
De heer Slotemaker de Bruine
(C.-H.) verdedigt zijn amendement op art.
6 met de bedoeling in te voeren de moge
lijkheid der desgenaamde Plaatselijke Keu
ze. Spr. betoogt, dat deze kwestie reeds
uitvoerig is besproken en dat zijn voorstel
niet includeert omtrent drooglegging van
het land. Spr. ziet in de Plaatselijke Keuze
een groot opvoedend element en beveelt
zijn voorstel aan.
De heer Lingbeek (H.G.) meent, dat
een raadsbesluit van veel meer beteekenis
is dan dat van een groep burgers. Dit laat
ste stelt de overheid feitelijk onder cura-
teele. De voorstanders der PI. Keuze wil
len veel verder dan zij schijnen te be
oogen. Zij willen, dat drankgebruik onmo
gelijk wordt. God verbiedt niet het ge
bruik van sterken drank. Daarom mag de
meerderheid deze onthouding niet aan de
minderheid opleggen.
De heer Marchant (VD.) betoogt,
dat het referendum, dat de vrijz.-democra
ten in de plaats van de Eerste Kamer wil
len stellen, niets te maken heeft met het
referendum, dat men hier wil invoeren. Hier
wil men naast een bevoegd vertegenwoor
digend lichaam, een referendum. Dat gaat
niet. Spr. bestrijdt in dezen de S. D. A. P.,
die de PI. Keuze op haar program heeft
staan, maar dit punt niet uitvoert op plaat
sen, waar zij dit zou kunnen.
De heer v. d. Heide: Dat moet U aan
die gemeenteraden vragen.
De heer Marchant: De heer v. d.
Heide begrijpt het dus zelf niet. Spr. heeft
nog nooit gelezen, dat de S. D. A. P. vu-
rigen strijd voerden voor PI. Keuze bij ge
meenteraadsverkiezingen. Men doet dat
niet, omdat vele kiezers niets moeten heb
ben van die overdreven drankbestrijding.
Het is niet de taak der regeering aan
drankbestrijding te doen. Deze laat zij
meer aan particulieren. Spr. is ook doods
bang voor de PI. Keuze, omdat hij daar
in een groot twistpunt ziet, gezien de fu
rieuze propaganda van de dranbestrijders.
Iedere vraag van politieke beteekenis
wordt op den achtergrond gedrongen door
den strijd vóór of tegen PI. Keuze.
De heer Kersten (S. G.) heeft tegen
de PI. Keuze het principieele bezwaar, dat
de overheid de teugels van het bewind in
handen legt van het volk. De overheid
dient te regeeren en doet dat bij de gratie
Gods. Spr. kan daarom voor PI. Keu^e niet
•nthousiast worden.
De heer S m e e nk (A.-R.) geeft toe, dat
men de Plaatselijke Keuze op één lijn kan
stellen met het referendum, dat men b.v.
in Zwitserland kent. De heer Marchant
is blijkbaar bang voor minderwaardige pro
paganda. Hij dacht daarbij wellicht aan de
propaganda, die in de kringen van den
heer Marchant wordt gevoerd vóór éénzij
dige ontwapening.
De heer Ketelaar: Dat zijn kwajon
gens-argumenten
De heer S m e e n k betoogt verder, dat
wil een maatregel van drooglegging suc
ces hebben, deze moet steunen op het
overgroote deel van de bevolking.
Mej. Groeneweg (S. D.) meent, dat
de heer Marchant een misvatting begaat.
Stel, dat b.v. de S.D.A.P. in Rotterdam een
meerderheid krijgt in den Baad, dan zou
zij er niet over denken, Rotterdam droog
te leggen. Wel wil de S.D.A.P. mogelijk
maken, dat de bevolking zich er over uit
spreekt. Men spreekt over het gevaar van
clandestiene gelegenheden. Doch de cliën-
tèle daarvan zal wel een andere zijn dan
die van de huidige kroegen. Ons maat
schappelijk verkeer verdraagt geen alcohol
meer. Zoowel de chauffeur als de wielrij
der als de voetganger vormen een ge raar
voor de gemeenschap als zij aangeschoten
zijn. Spr. wijst op het gevaar van alcohol
voor de jeugd.
De heer Beumer (A.-R.) betoogt, dat
de heer Slotemaker weinig indruk heeft
weten te maken. De heer Slotemaker stelt
het voor of de PI. Keuze geen verandering
brengt. Waarom stelt hij dit dan voor?
Spr. heeft constitutioneel bezwaar tegen de
PI. Keuzee ontleend aan de Grondwet, een
bezwaar, dat dus afdoende is.
Onze Grondwet kent niet het referen
dum en dit laatste is dus met haar in
strijd. De actie van wettig ingestelde orga
nen mag niet opzij worden gezet door die
bevolkingsgroepen. Maar zelfs al zou er
twijfel bestaan over strijd met de Grond
wet, dan nog zou men deze regeling niet
mogen aanvaarden. Ook het algemeen be
lang eischt geenszins invoering van de PI.
Keuze, die bovendien nog totaal overbodig
is, omdat de Raad hier volkomen bevoegd
is. Het referendum is niet noodig om de
stemming onder de bevolking te leeren
kennen. Spr. gelooft 'overigens, dat de Ne-
dcrlandsche bevolking als zoodanig drank-
vrij is.
Spr. wenscht verder zoomin mogelijk ge
tornd te zien aan de verantwoordelijkheid
van openbare lichamen. Deze verantwoor
delijkheid zou hier verdrongen worden
door die van 'n groep kiezers, voorgelicht
door welmeenende en respectabele perso
nen, maar die niet geroepen zijn het ge
meentebelang te behartigen.
De heer De Boer (S. D.) verdedigt
het instituut van PI. Keuze. Spr. betreurt
dat het niet is opgenomen in het ontwerp.
In Friesland, waar men zoo op vrijheid ge
steld is, ziet men reikhalzend uit naar de
PI. Keuze, wel een bewijs, dat deze de vrij
heid niet belemmert.
Minister Verschuur sluit zich
geheel aan bij de rede, die mej. Westerman
bij de algemeene beschouwingen heeft ge
houden. Hij noemt speciaal mej. Wester
man, omdat zij bekend staat als drankbe
strijdster. Zij heeft op afdoende wijze de
plaatselijke keuze bestreden. Ook is spr.
het geheel eens met den heer Beumer. De
Kroon immers is niet meer vrij als de kiezers
hun uitspraak gedaan hebben. Het kan
niet juist zijn, het volk invloed te geven
door de vertegenwoordigende lichamen,
maar het daarnaast en daar langs heen,
nog een anderen invloed te geven. Plaat
selijke Keuze is dan ook ongrondwettelijk.
Waarom zou hier een speciaal referen
dum noodig zijn om het gevoelen der kie
zers te leeren kennen en niet bij tal van
andere belangrijke punten? Deze stem
mingen zouden ook niet steeds behoor
lijk verloopen. De opvoedende kracht mag
hier geen hoofddoel zijn. De voorstanders
der PI. Keuze geven voor naar Brussel te
vertrekken, maar in de bagage van de hee-
ren ziet spr. dingen, die doen denken aan
een Zuidpoolreis. Hun doel is dan ook tot
totale drooglegging te komen.
Uit hetgeen spr. gezegd heeft, gelooft hij
dat de Kamer niet in twijfel kan zijn over
sprekers geneigdheid om het ontwerp ver
der te behandelen als dit amendement
wordt aangenomen. Hij dringt daarom met
kracht op verwerping aan.
De heer Slotemaker de Bruine
repliceert. Spr. zou gaarne zijn amende
ment warm blijven aanbevelen maar de mi
nister heeft het onaannemelijk verklaard,
waardoor een onzuivere stemming dreigt
te ontstaat^. Om zulk een stemming te
voorkomen', trekt spr. zijn amendement in.
De Plaatselijke Keuze is dus van de
baan. Bij de verdere discussies over de ar
tikelen is ook geen wijziging aangebracht.
HANDHAVING DER GOEDE ZEDEN.
De meerderen moeten een goed voorbeeld
geven!
Afgekondigd is een staatsblad, bevatten
de hert. besluit van 27 April j.L, waarbij hert
reglement betreffende de krijgstucht wordt
aangevuld met een niet/uw artikel la luiden
de als volgt:
,/Daar de godsdienst de bron is van alle
geluk, deugd en waren moed, behoort ook in
dén krijgsstand een ieder zich tot het hoog
houden daarvan en tot een zedige levens-
wijize te bevlijtigen; de godslasteringen,
,het vtloeken en zweren moeten worden nage
laten en zullen die meerderen hierin en in ail
dat de 'handhaving der goede zeden kan be
vorderen, hunnen minderen met een goed
voorbeeld voorgaan, en alle buitensporig
heden algemeen vermeden moeten worden."
R.K. UNIVERSITEIT.
Prof. dr. Rud. Jansen 0. P. tot rector-
magnificus benoemd.
Het bestuur der St. Radboud-stichrting
heeft benoemd tot rector-magnificus aan de
R.K. Universiteit te Nijmegen voor het stu
diejaar 1931'32 prof. dr. Rud Jansen O.P.
als opvolger van prof. dr. E. Direrup.
UIT DE SI GAR EN INDUSTRIE.
Ernstige moeilijkheden te verwachten.
Naar het „Volk" vernam ontving de Si
garenmakers-bond voorstellen van de ver-
eenigde patroons voor een nieuw contract.
Bij informatie bleek dat juist: op 8 Mei ont
ving de moderne Sigarenmakersbond een
serie voorstellen voor een nieuw af be slui
ten overeenkomst.
Volgens het bilad zouden deze voorstel
len een loonsverlaging bevatten voor per
sonen van 22 jaar en ouder van 12 cent per
uur voor de kistenplaikkers.
Voor dekopenhalere is de voorgestelde
loonsverlaging in de verschillende leeftijds
klassen: van 27 op 21 cent, van 31 op 25
cent, van 36 op 29 cent van 41 op 33 cent
en van 46 op 37 oent per uur.
Dan is er nog een groep van personen,
die lichten, niet vakkundigen arbeid ver
richten. De voorstellen voor hen beteeke-
nen een loonsverlaging van 6 tot 10 oent
per uur.
Het „Volk" heeft den indruk, dat in de sa-
garenindustnie ernstige moeilijkheden zaju
te verwachten.
DE NEDERL. SPOORWEGEN.
Verplaatsing en ontslag bij de Centrale
Werkplaats te Utrecht.
In den loop van dezen zomer zal. volgens
het „Hbld." aan de Centrale Werkplaats
der NedenLandeehe Spoorwegen te Utrecht,
na het gereedikomen der thans onder han
den zijnde aanbrenging der Kunze-Knorr-
remanen, worden overgegaan tot opheffing
der wageniherstellingen in die werkplaats.
Als gevolg daarvan zullen ongeveer ze
ventig man worden overgeplaatst, waarvan
65 naar Amersfoort en vijf naar Blerik, ter
wijl van vijftig man in lossen dienst de ar
beidsovereenkomst niet zal worden ver
lengd.
Medezeggenschap voor het Gemeente-
personeel te Amsterdam.
B. en W. van Amsterdam bieden den
Raad aan het rapport der door hen ingestel
de Commissie inzake het onderzoek naar de
vraag, of het wenscheiijk en mogelijk is, aan
het personeel in dienst der gemeentebedrij
ven en -diensten medezeggenschap te ver-
leenen. Dit. rapport is als bijlage B. van afd»
1 in het Gemeenteblad verschenen.
De voorstellen, waartoe het rapport, der
Oommissie B. en W. aanleiding geeft zul
len B. en W. zoodra hun dlit mogelijk is, bij
den raad indienen.
Aan het ednid van haar zeer uitvoerig rap
port stelt de Commissie voor: bij de takken
van diensten, welke hiervoor naar het oor
deel van Ben W. in aanmerking komen,
commissies in te stellen, teneinde aan de
ambtenaren en werklieden, werkzaam bij
die diensttakken, medezeggenschap te ver-
leenen ten aanzien van de omstandigheden
waaronder en de wijze waarop de ambtena
ren en werklieden hun werkzaamheden ver
richten bij de bakken van dienst, welke
hiervoor naar het oordeel van B. en W. in
aanmerking komen, commissies van advies
in te stellen voor de leiding en het beheer
van die diensttakken.
Of en in hoeverre er „medezeggenschap"
is. hangt dus af niet van den Raad maar
van B. en W. Wij zullen zeker, alvorens een
oordeel over deze aangelegenheid te vor
men, eerst het rapport moeten bsefudeeren
en liefst ook afwachten het advies van B.
en W. van Amsterdam).
Het Tweede Kamerlid F. Uyen.
Uit 'betrouwbare bron vernemen wiji, dat
een dezer dagen is te verwachten de benoe
ming van den heer F. Uyen, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, te
Eindhoven, tot burgemeester der gemeente
Waalre. De heer Uyen zal na afloop van
zijn zittingsperiode als Kamerlid geen nieuw
mandaat meer aanvaarden.
Gemeenteraden gekozen bij enkele
candidaatstelling.
Gisteren hebben, zooals bekend i®, de
candidaat stellingen voor de verkiezing van
de gemeenteraden plaats gehad. Naar ons
gemeld wordt zijn, in een Zeeuweche en een
Zuid-Hollandsche gemeente de leden van
den gemeenteraad bij enkele candidaatstel
ling gekozen. In de gemeente Overslag werd
één lijst ingediend, waarop 6 Katholieke
candidaten en één christelijk-hietorische
candidaat wa6 geplaatst, benevens een aan
bal reserveoandidaten. Daar de gemeente
raad uit zeven leden bestaat werden de eer
ste zeven van de lijst, dus zes katholieken
en één christelijk-historiechen gekozen. De
burgemesteer, op wiens initiatief de verkie
zing van den gemeenteraad op deze wijze
geschiedde, heeft ter gelegenheid hiervan de
vlag van het stadhuis laten uitsteken.
Ook in de ZuidsHollandsche gemeente
Goedereede werden de leden van den go-
mee nteraad, evenals in 1927, bij enkele oan-
didaatsteilimg gekozen. „N.'RJ.Ot."
GEMENGDE BERICHTEN
DE ROOFMOORD TE 'S-GRA-
VENHAGE TOT KLAARHEID
GEBRACHT.
DE MOORD TEN HUIZE VAN
K. GEPLEEGD.
Nog een verdachte gearresteerd;
beiden bekennen.
Na een ingespannen arbeid van eenige
dagen is de Haagsohe politie er gisteren
in geslaagd den geheimzinnigen moord op
den suikermagnaat Eschauzier tot klaar
heid te brengen.
De reeds aangehouden techniker, K.,
heeft gistermiddag, na langdurig verhoor,
bekend, den heer E. vermoord te hebben,
in samenwerking met een 20-jarigen kan
toorbediende P. wonende aan het West
einde. P. is eveneens gearresteerd en legde
ook een volledige bekentenis af.
De toedracht.
Omtremt de toedracht dezer treurige en
opzienbarende zaak vernamen wij het vol
gende
De vermoedens tegen K. waren reeds
zeer sterk, maar de overtuiging, dat hij den
moord begaan had, kreeg de politie gister
ochtend, toen een vrouw, met wie K. leefde
aan den commissaris bekende, dat haar
Dinsdagavond afgelegde verklaringen
valsch waren. Dinsdagavond had zij n.l.
verklaard, dat K. Zaterdagmiddag van 3
tot 8 uur bij haar geweest was. Thans be
kende zij echter K. in het geheel niet ge
zien te hebben, waardoor diens alibi ver
dwenen was.
Om half twee werd het verhoor voort
gezet en merkbaar vermoeid door de
emoties der laatste dagen, legde K. om half
drie gistermiddag tegenover den hoofd
commissaris en commissaris Kramer een
volledige bekentenis af, waarbij hij tevens
zijn medeplichtige aanwees.
K. had met den heer Eschauzier een af
spraak voor een conferentie op Za termid
dag half drie in hotel Central". Hij ging
er echter niet heen, maar zond zijn helper
met een brief, waarin hij den heer E. ver
zocht naar zijn kamer aan de Prins Hen
drikstraat te willen komen. P. gaf den geen
kwaad vermoedenden heer Eschauzier dit
schrijven en deze willigde het verzoek in
en ging met den jongen naar het Buitenhof,
waar zij een taxi namen en naar de Prins
Hendrikstraat reden.
Op de kamer van K. hebben de beide
personen den heer Eschauzier aangevallen
en hem een prop, in aether gedrenkt, in het
gezicht gehouden. Terstond verloor de heer
E. het bewustzijn, waarop zij hem op het
bed neerlegde en stevig aan handen en
voeten bonden. P. bleef naast het bed zit
ten, gewapend met een gummistok om den
'heer E. onschadelijk te maken ingeval deze
tot bewustzijn mocht komen. K. ging in-
tussohen in een garage een auto huren en
reed deze naar zijn woning.
Beide mannen wisten toon het lijk van
den heer E. in een kist, welke zij voor dat
doel op de kamer gezet haddon, te wringen
en sjouwdrfn samen deze kist met den lugu-
beren inhoud de trap af.
Per auto reden zij naar de Westerbaan-
straat en gingen met de auto in het pak
huis.
De kist werd daar uitgeladen en neerge
zet. Beide mannen vertrokken toen weer
met de auto.
Omtrent het motief tot dezen verschrik-
kelijken daad deelde zij het volgende mede:
Het was niet hun plan den heer Eschau
zier te dooden; zij wilden hem slechts ge
durende eenige dagen laten „verdwijnen"
Daartoe had K. het plan ontworpen den
heer E. op zijn kamer door middel van
aether bewusteloos te maken en hem dan
eenigen dagen verborgen te houden. Hun
doel was naar zij zonder omwegen toe
gaven geldafpersing. Eenige schuldbe
kentenissen had K. bij zich en deze zou de
heer E. in half-bevvusteloozen toestand ver-
keerende, hebben moeten teekenen. Gedu
rende de „afwezigheid" van den heer E.
zouden dan deze schuldbekentenissen ge
honoreerd worden.
De heer E. had ongeveer 100.in con
tanten bij zich. Dit bedrag is hem door K.
ontroofd, die het aan P. tor hand heeft ge
steld. Uit angst voor mogelijke ontdekking
van den misdaad heeft deze gisterochtend
echter het bankpapier verbrand.
De politie vond op K. werkelijk eenige
blanco formulieren, welke als schuldbeken
tenis zouden kunnen worden gebezigd.
Beide verdachten verklaarden tegenover
commissaris Kramer met den meesten na
druk, dat zij niet de bedoeling hebben ge
had den heer E. te dooden. Zij hadden geen
ander plan dan de chéques te innen, wolke
hij zou moeten onderteekenen, terwijl zij
hem in half bedwelmden toestand achter
hielden.
De politie heeft echter reden aan deze
verklaringen geen onvoorwaardelijk geloof
te hechten, aangezien dit niet klopt met de
sporen van worging op het lijk gevonden,
en de zorgvuldige wijze waarop het vast
gebonden was.
De auto waarin de kist met bet lijk is
vervoerd, is in beslag genomen.
Als vierde deskundige is nog aangewezen
dr. v. Rijssel uit Rotterdam, die te zaraen
met de drie vermelde medici de juiste
doodsoorzaak zullen vaststellen.
Het slachtoffer interesseerde
zich bijzonder voor uitvin
dingen.
De heer Eschauzier was met zijn broer
directeur van de Ned. Ind. Suiker unie, ge
vestigd aan de R. J. Sohimmelpennincklaan
en behoorde tot een familie, welke gedu
rende vele jaren groote belangen had bij
de suikercultures in onze Oost. De heer E.,
die thans op zoo tragische wijze om het le
ven is gekomen, had echter de eigenaardig
heid een bijzondere sympathie en belang
stelling te hebben voor allerlei nieuwe uit
vindingen. Hij maakte dan ook deel uit van
verschillende consortiums en syndicaten,
welke de exploitatie van nieuwe uitvin
dingen ten doel hebben. Alles wijst erop,
dat deze sympathie hem thans noodlottig
geworden is. Dc hoer E. was al gedurende
vele jaren bevriend met mr. v. Velzen, ad
vocaat en procureur in Den Haag en secre
taris van den Bond van Octrooihouders.
Regelmatig ontmoetten de heeren elkaar op
de Sociëteit, waar dan ook zakelijke ge
sprekken werden gevoerd, aangezien zij
beiden enkele gemeenschappelijke belan
gen hadden.
Bij een van deze gesprekken had de heer
E. aan mr. v. Velzen gevraagd om hem eens
te waarschuwen, wanneer hij in zijn kwali
teit van secretaris van den Bond van
Octrooihouders een» een aardige uitvin
ding in handen kreeg. Juist in die dagen
kwam ten kantore van mr. v. Velzen de
thans gearresteerde K., afkomstig uit Roer
mond en verzocht zijn modewerking bij de
exploitatie van één zijner nieuwe uitvin
dingen. Het betrof hier hot vervaardigen
van een metalen klomp, waarvan de zool
van hout was en steeds vernieuwbaar. K.
was met zijn uitvinding reeds geweest bij
FEUILLETON
door
ABTHUB APPLIN.
S)
Met on/vasten stap ging Rupert naar
haar toe en bekeek de twee zakjes met
goudstukken, die zij op de tafel had ge
legd. Zij toonde, hem een bundel bankpa
pier. Hij legde de biljetten opzij en telde
de goudstukken, die uit de zakjes op tafel
waren gerold. Hij was als betooverd. Geen
woord kon hij uiten. Hij lachte zenuiwaeh.
tig.
Ben je er zeker van, dat er geen abuis
"m het spel is?
Tel dan het geld opnieuw.
iWeer lachte hij." Dat bedoel ik niet.
Ik dacht.Ja, 't is natuurlijk in orde
Dat is nu alles van ons.... van ons.
Hij omhelsde haar.
Ruby glimlachte. Zij wierp een kouden
harden blik op het geld. Misschien is het
dom, dat ik zooveel goud meebracht, zei ze
op onvasten toon. Doch je zou dit alvast
kunnen gebruiken, om eenige spoedeisehen-
de betalingen te doen.. Bovendien, je bent
zoo zorgeloos.... Bankpapier zou je mis
schien verliezen, juist als de cheque. Ze
nam de bankbiljetten van tafel op. Hier
voor zal ik zorgen en het saldo op je bank
rekening storten. Als je van je vacantie te
rugkomt, vindt je dus 'n aardig eitje in het
aest terugGeef me nu 'n kop thee.
Ik help je nog dadelijk met je bagage. Fei
telijk heb je nog maar een paar uur voor
den boeg.
Ruby had niet lang werk met het pak
ken. Rupert sloeg haar gade en gaf enkele
aanwijzingen omtrent datgene, wat hij
meenam. Ze scheen haar gedachten niet
bij haar werk te hebben.
Thuis heb ik nog een collectie oude
pakken. We zullen onzen vrijen tijd door
brengen met jagen en visschen. Drom
mels Ik neem Despard mee naar de oude
tinmijnZe zal nu zoo ongeveer wel ge
lijken op een zwemibad
Rupert was in de wolken. Ruby moe
digde hem aan en luisterde glimlachend
naar hem.
Gaat mr. Despard met je mee? vroeg
ze.
Rupert knikte.
Neem je me dan niet kwalijk als ik in
Paddington geen afscheid van je neem? Ze
keek op haar armbandhorloge. Ik heb om
half één 'n afspraak; ik kan dus moeilijk
met je mee gaan.
Je bent niet erg op Despard, is 't wel
vroeg Rupert. Toch mag hij jou graag.
Ik weet wel, dat het zoo is, doch ik
had het liever niet.
Rupert tikte haar hartelijk op de wang.
Hij begreep haar niet. Ruby stond op het
punt hem het gebeurde van den vorigen
dag te vertellen, hem er voor te waarschu
wen, dat hij voor Despard op z'n hoede
moest zijn, doch ze zag er tegen op om al
les in bijzonderheden te vertellen. Ze wilde
Rupert niet jaloersch maken. Bovendien
was ze bang, dat de twee mannen dan zou
den twisten.
Ze namen du6 afscheid in deze kamer,
waar ze, naast de vele gelukkige uren,
ook zulke opwindende gebeurtenissen had
den beleefd.
Langer dan een paar weken blijf ik
niet weg zei Rupert, haar omhelzend.
Je blijft zeker den geheelen zomer in Lon-
den
Vermoedelijk wel, antwoordde ze ont
wijkend. In ieder geval zal ik hier zijn,
als je terug komt. Ik wensch je veel ge
noegen, doch je mag vooral niet piekeren,
hoor
Het afscheid viel haar zwaarder, dan
ze oorspronkelijk gedacht had.
Waarom schrei je toch? vroeg Rupert
op zachten toon. Je moet alles niet zoo
somber opvatten. Onze toekomst heeft er
nimmer zoo rooskleurig uitgezien. Luister.
Ik zal m'n vader zeggen, dat ik met je ver
loofd ben en dat we ernstige trouwplannen
hebben. Ik was eigenlijk van plan, hem dit
eerst te zeggen, wanneer ik voor m'n eind
examen zal zijn geslaagd, doch ik vind, dat
ik deze bekentenis tegenover jou ver
plicht ben. Wo kunnen dan gerust trou
wen. Heb je het bankpapier goed opgebor
gen?
Ze knikte, tusschen haar tranen door
glimlachend. Ik zal het geld morgen bij
de bank storten.
Ze gaf hem nog 'n laatsten kus en ver
trok. Rupert stond aan de voordeur en
keek haar na. Het bevreemdde hem, dat ze
niet omkeek ec hem, zooals ze anders al
tijd deed, nog even toewuifde.
Toen hij een paar uren later met Robert
Despard in den trein za.t voor Devonshire,
had hij Ruby Strode voor een poos geheel
vergeten. Het lokaaltreintje van Newton-
A'bbot stopte te Moretondaar wachtte
Marjoric hem op het perron op. Hij zag er
plotseling uit als een vroolijke jongen toen
hij Robert Despard aan Marjorie voorstel
de. Het was nu twee jaar geleden dat ze
elkander hadden ontmoet; wat was z'n
zusje veranderdZe was nu 'n mooie,
knappe jonge vrouw geworden. Het viel
hem op, hoe eenvoudig Marjorie gekleed
was; vooral haar katoenen kousen en wei
nig sierlijke schoenen.
Opnieuw sprak in hem de stem van zijn
geweten hij voelde zooiets als wroeging.
Het geld, dat zij had kunnen besteden
aan aardige en smaakvolle kleeding, werd
door hem in Londen verkwist. Hij gevoel
de, dat hij iets moest zeggen ter veront
schuldiging in verband met het ouderwet-
sche rijtuigje en het oude ruwharige Dart
moor-paard, hetwelk er voor stond. Des
pard had evenwel slechts oogen voor het
mooie meisje. Zijn blik rustte voortdurend
op haar. Rupert bemekte den blos op Mar-
jorie's wangen, toen zij wegreden.
Despard had een zeer bijzondere manier
om met vrouwen om te gaan. Hij was be
scheiden en tevens galant. Hij verstond de
kunst om op uiterst subtiele wijze een com
pliment te maken. Voor de eerste maal
openbaarde zich aan Rupert een tweede
zijde van Despard's karakter.
Voordat de lange rit door de bloeiende
heide ten einde was, zei hij opnieuw bij
zichzelf, dat hij beter had gedaan Des
pard niet mede te nemen.
Voor de deur van het kleine landhuisje
werden ze opgewacht door den ouden
Dale. Het oude huis, met z'n rieten dak, dat
van geslacht tot geslacht bewoond was
door de Dale's, maakte diepen indruk op
Rupert. Hartelijk was de ontmoeting tus
schen vader en zoon. Dale begroette Ro
be t Despard op eenvoudig-hartelijke wijze.
Zijn optreden was geheel en al een beeld
van de ouderwetsohe hartelijkheid van
den land-jonker.
Lieve Hemel, Rupert, je schijnt hier
buiten de bewoonde wereld te levenriep
Despard uit, de omgeving nauwkeurig op
nemend.
Hij keek naar het eigenaardige gebouw
de, eenigszins smakeloos uitziende land
huis, naar de groote rotsblokken, welke
daar rondomheen verspreid lagen. Hij
hoorde het geruisoh der Dart-rivier, die
haar eeuwig lied zong op weg naar de on
metelijke zee 'n eenig-eentonig lied in
de ruwe natuur.
Voelt u zich soms niet verschrikkelijk
alleen in deze omgeving? vroeg hij Mar
jorie.
Ze schudde haar hoofd. Daar heb ik
geen tijd voor. Bovendien weet ik niet be
ter.
Ze nam zijn reisbagage van het rijtuigje.
Voor hij het haar kon beletten, had zij een
en ander reeds naar zijn kamer gebracht.
Er is nu eenmaal niets beters, zei de
oude Dale op droonierigcn toon. Hij stak
zijn arm door dien van Rupert. Wel, m'n
jongen, je behoeft me niets te zeggen; aan
je gezicht kan ik zien, dat je voor je eind
examen bent geslaagd. Nu staat de wereld
voor je open. Je gaat nu groote dingen
doen, hè
Rupert wierp Despard een waarschuwen
den blik toe; z'n vriend beantwoordde hem
met een knipoogje, zich omkeerendc, ging
hij het huis binnen. Rupert hoorde z'n
vriend de trappen oploopen, zeker zoekend
naar Marjorie. Hij keek z'n vader recht in
de oogen.
(Wordt vervolgd).