22ste Jaargang
WOENSDAG 4 MAART 1931
No. 6837
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Bureaux: PAPENGRACHT 32, LEIDEN
BUITENLAND
;,rri "VHTS-'
DE ABONNEMENTSPRIJS bedraagt bij vooruitbetaling
Voor Leiden 19 cent per week f2.50 per kwartaal
Bij onze Agenten 20 cent per week f2.60 per kwartaal
Franco per post f2.95 per kwartaal
tiet Ge-llustreerd Zondagsblad is voor de Abonné's ver
krijgbaar tegen betaling van 50 cent per kwartaal, bij
vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 oent, met
Geïllustreerd Zondagsblad 9 oent.
TEL. INT. ADMINISTRATIE 935, REDACTIE 15 II
GIRONUMMER 103003, POSTBUS No. 11
DE ADVERTENTIEPRIJS BEDRAAGT:
Gewone Advertentiën 30 cent per regel.
Voor Ingezonden Mededeelingen wordt
het dubbele van het tarief berekend.
Kleine advertentiën, van ten hoogste 30 woorden, waarin
betrekkingen, worden aangeboden of gevraagd, huur en
verhuur, koop en verkoop f 0.50.
Oit nummer bestaat uit drie bladen
Overwinning van het goede
op het kwade
Mevrouw Roland Holst treedt uit de
redactie van het onafhankelijk socialistisch
maandschrift „De Nieuwe Weg", Uit de j
overwegingen, die haar daarbij leidden,
lichten wij o.a. de volgende:
„Dat 't vertrouwen in het socialisme te
zwak gefundeerd is, wanneer het enkel op
^geloof in de ontwikkeling der techuiek, in
'e toeneming der klasse', egen? tellingen enz
lorust, maar dat het den steun behoeft van
en intuïtief, absoluut vertrouwen in de
uiteindelijke overwinning van rede «?n lief
de dat is van de krachten van het goe
de op de machten van het kwade, als dom
heid, zelfzucht, agressiviteit. Dit veri rou
wen op zijn beurt staat enkel in diepe vast
heden geworteld voor hen, die een godde
lijke grond-aller-dingen aannemen, een ab
solute kracht van rede en liefde, waarin de
hoogste menschelijke strevingen verankerd
zijn."
De socialistische schrijfster zegt hier niet
uitdrukkelijk, dat het waarlijk goede in de
maatschappij alleen dan „verankerd" kan
liggen, als er is geloof in een persoonlijken
God en belijdenis van zijn "Godsdienst
de schrijfster zsgt dat niet uitdrukkelijk,
maar het ligt m haar woorden opgesloten
en moet er uit worden geconcludeerd.
Zij erkent hier de waarheid, welke voor
ons vaststaat, nl. dat ten slotte de becefe-
ning van het goede en de bestrijding van
het kwade, ook zelfs bij de best-willenden,
gevaar loopt in verzwakkende vaagheid
verloren te gaan, als men niet vindt bron en
richtssnoer en doel in de erkenning van
Gods Wil en Wet!
De noodzakelijkheid van den Godsdienst
ook voor de maatschappij voor de over
winning van het goede óp het kwade
wordt hier den lezers voorgehouden door de
socialistische schrijfster.
„Het rumoerige kuddeleven"
In Scandinavië schijnen de gevangenis
sen keurig te zijn ingericht.
Er is een door mej. B. Knoest uit het
Noorsoh vertaald werkje verschenen van
Eivind Berggrav, waarin deze Noorsche.
schrijver vol bewondering blijkt voor de
gevangenis-cel.
Hij beschrijft ons althans de gevangenis
te Oslo als een domkerk. „Wanneer de zon
's morgens in den Oostvleugel naar binnen
valt, is het een feestelijke aanblik". En
men dient het woord „cel", zegt hij, te ver
vangen door „kamer". De gedetineerde
heeft de beschikking over „een kamer ruim
zoo groot als een eenpersoonskamer in een
gewoon ho'-el". Het raam is weliswaar niet
zoo groot als in gewone kamers maar het
laat voldoende licht door, hoewel de rui
ten van het onderste vak van kathedraal
glas zijn, zoodat men op den vloer staande
niets anders ziet dan de lucht.
Aan den eenen wand is een groote werk-
tuigkast met schaven, beitels, winkelhaken
zagen enz. Door haar orde binnen in en
door haar frische, heldere kleuren (groen
of blauw aan den buitenkant) maakt deze
kast met open deuren werkelijk den in
druk van stoffeering. Electrisch licht, por
tretten en een kalender aan den wand, een
plank met boeken, een etenskast met gla
zen deur, waarin het servies staa*, een
waterleidingkraan met waschkan en kom,
een opvouwbaar veldbed, een vaas met
bloemen, een kweekgelegenheid voor bol
gewassen, een spiegel en een catalogus der
gevangenisbibliotheek, schrijfgerei en an
dere faciliteiten maken dit vertrek be
woonbaarder dan wij ten onzent gewend
zijn.
Op de binnenplaats, waar hij gelucht
wordt, zijn bloemperken en kan hij zich in
de zon koesteren.
Berggrav vindt 't cellulaire systeem nog
7.oo kwaad niet. Hij noemt de celstraf mid-
deleeuwsch, maar bedoelt dit als compli
ment. Wat de misdadigers, mensohen als
MGR. PACIFICUS BOS te 's-Hertogenbo sche gehuldigd. Z. D. H. Mgr. Pacificus
Bos, de zeer bekende Missiebisschop beeft zich door zijn hooge leeftijd niet Jrten
weerhouden, om opnieuw naar zijn verre missielanden te ve. trekken, waar veel en
moeizaam werk den grijzen Bisschop wacht.
wij overigens, noodig hebben, i& een gele
genheid om zieft aan het rumoerige kudde-
even te kunnen onttrekken.
De celbewoner kan zichzelf zijn, rich
wennen aan rust, orde en regelmaat, zich
ontwennen aan alcohol, sléchten omgang
en zwerlneigingen.
Zoowel in lichamelijk als in zedelijk op
zicht kan de cel heilzaam werken. De ge
vangenis „overtreft wellicht zelfs de bes
te sanatoria in de regelmatigheid''; licht,
iucht en versche melk krijgen ie mensohen
er voldoende; in de ziekenafdeeling zijn
zonnige, frisschen kemers. „Er beeischt
hier een verbazend gelijkmatige gezond
heidstoestand. Het is beslist opvallend,
hoe tuberculose-patiënten hier in do ge
vangenis op krachten komen."
Voor ongebonden naturen is volgens den
schrijver de gevangenis „het ideale herstel
lingsoord". „Velen begrijpen dit en stel-
ien er prijs op. Op dit punt ontdekken ze
iets aangaande de wetten der levenskunst".
Een gevangene slaakte jegens den schrijver
de verzuchting: „Ik had eerder gestraft
moeten worden."
Wij ontleenen deze passages aan een re
censie van genoemd werkje in de „N. R.
Crt."
De cellulair gevangene heeft gelegenheid
„om zich eens aan het rumoerige kuddele
ven te kunnen onttrekken", zegt de Noor
sche schrijver.
Dat is een goede zijde van de gevange
nis-cel ongetwijfeld; maar aan de cellulaire
straf zitten ook zelfs als de cel zoo
ideaal is ingericht als blijkbaar in Scandi
navië! ongetwijfeld zeer veel nadeelen,
van geestelijken en zedelijken aard, vast.
Wij willen hierop echter nu niet ingaan.
Dat den mensch gelegenheid wordt ge
geven zich te onttrekken „aan het rumoe
rige kuddeleven" is niet alleen goed, als
die mensch een misdaad heeft begaan,
waardoor hij met den strafrechter in aan
raking is gekomen!
Dat is ook goed, noodzakelijk voor an
deren, voor ons allen.
En daarvoor heeft de Katholieke Kerk
haar retraitehuizen!... Daarvoor zijn ook
de godsdienst-plechtigheden en geestelijke
oefeningen ia de kerken; daarvoor staan
de kerken open....
Zich onttrekken aan „het rumoerige kud
deleven" mogen wij allen nu en dan, gere
geld, daartoe komen!
GOUDEN JUBILEUM P. VAN LEYDEN
Onder veel bewijzen van belangstelling beeft
beden de heer P. van Leyden den dag her
dacht, waarop bij voor 50 jaar in betrekking
kwam bij de firma wed. Corn. Dieben en Zn.,
alhier.
Zaterdag j.l., bij de aankondiging van dit ju
bileum, wezen we er reeds op, hoe de jubilaris,
die reeds 80 jaar is, nog steeds blijk geeft van
goede gedienstigheid en trouw. Hij bedient nog
steeds het electrische gemaal in den Maredijk-
polder en den windmolen van den Kokkerpol
der bij de buitenplaats Oud Poelgeest, terwijl
hij tevens nog werkzaamheden verricht op de
boerderij der firma.
Hedenmorgen werd tot intentie van den ju
bilaris in de Mon Père kerk een H. Mis opge
dragen. Daarna werd de jubilaris met zijn
familie van huis gehaald en hartelijk ontvan
gen ten huize van zijn patroon, den heer
F. Dieben.
Daar wachtte den jubilaris al dadeli'k een
verrassing, want onder de aanwezigen bevond
zich de burgemeester dezer gemeente, mr. A.
van de Sande Bakhuyzen, die den jubilaris op
hartelijke wijze complimenteerde met zijn
mooie feest en mededeelde, dat het H.M. de
Koningin had behaagd hem de aan de Orde
van Oranje Nassau verbonden medaille in
brons te verleenen, welke mooie onderschei
ding spr. den heer v. Leyden overhandigde.
Daarna werd het woord gevoerd door den
patroon van den jubilaris, den heer Dieben, die
den heer v. Leyden bedankte voor zijn vele
en trouwe diensten, gedurende al die jaren
aan de firma bewezen.
Gedurende 25 jaar had spr. zulks ervaren
als leider van de zaak en bij kon niet anders
dan daarover zijn volle tevredenheid uitspre
ken. Als stoffelijk blijk van aandenken over
handigde de heer Dieben hem een enveloppe
met inhoud. Spr. zeide tenslotte, dat het den
jubilaris vrij stond te blijven komen wanneer
hij wilde, en uitte den wensch, dat bij nog
verscheidene jaren aan de zaak, waarmee hij is
opgegroeid, zal verbonden blijven.
De jubilaris dankte hierna met enkele woor
den voor de tot hem gerichte worden, waar
na men nog eenigen tijd in aangename kout
bij«&Q b!*ef.
DUITSCHLAND
DR. SCHACHT'S CAMPAGNE TEGEN
HET YOUNG-PLAN.
Dr. Schacht, die, zooals men weet, dezer
dagen een boek heeft gepubliceerd, geti
teld „Het einde der reparatiebetalingen",
bevindt zich thans te Stockholm voor het
houden van lezingen over de moreele en
economische wereldcrisis. De voormalige
Rijksbankpresident ontving gisteren de
vertegenwoordigers van de pers. Duitsch-
land, zoo zeide hij, kan onmogelijk zijn
schulden betalen, wanneer men hot niet
in staat stelt, te verdienen. Met uitzon
dering van den grond heeft men Duitsch-
land vrijwel alles afgenomen. Sedert twaalf
jaar heeft de Duitsche volkshuishouding
geen overschotten meer geboekt. Wanneer
de vroegere vijandelijke mogendheden niet
verstandig worden, zeide dr. Schacht, zal
Duitschland tot een faillissement worden
gedwongen.
Volgens Schacht is het eerste, wat noo-
dig is om Duitschland weer omhoog te
brengen, de teruggave der koloniën.
Wat zoudt u doen, zoo vroeg een
Zweedsch journalist, wanneer u dictator in
Duitschland zoudt zijn? Schacht antwoord
de, dat hij o.m. maatregelen zou nemen
om de productie van den Duitschen land
bouw op te voeren. Vóór alles moet er ech
ter een einde worden gemaakt aan de
werkloosheid. Geen enkele buitenlandsche
leening mag meer worden opgenomen
Duitschland moet met eigen krachten aan
de kapitaalvorming werken.
Op de vraag, wat Schacht als dictator
doen zou ten opzichte van de reparatie-
schulden, antwoordde hij: „Morgenochtend
om acht uur zou ik ophouden, ook maar
één cent te betalen".
FRANKRIJK
EEN REDE VAN BRIAND.
Frankrijks verhoudinn tot Duitschland
en Italië.
De Fransche Kamer kwam gistermiddag
om drie uur bijeen ter voortze. ting van de
beraadslagin'-'en over de begrooling van
buitenlandsche zaken.
Hierbij sprak Briand over zijn politiek,
waarvan z.i. het resultaat zoo geweest is,
dat hij versterkt is zijn overtuiging, om
voort te gaan mét zijn streven om den
vrede in Europa te bevestigen.
Indien men aan de gruwelen van den
oorlog denkt, is het natuurlijk, dat men
ondanks de te overwinnen moeilijkheden,
de eenmaal aangevangen pogingen voor
de pacificatie van Europa voortzet.
Dat deze pogingen in hoofdzaak berus
ten op de toenadering tusschen Frankrijk
en Duitschland, is een gevolg daarvan, dat
van de betrekkingen tusschen Duitschland
en Frankrijk hel leven of de dood van de
Europeesche politiek afhangt.
Briand verklaarde, dat hij dikwijls over
de moeilijkheden in deze betrekking heeft
nagedacht, vooral toen hem de uitslag der
Duitsche verkiezingen werd medegedeeld
doch ook op zulke oogenblikken moet een
minister toonen, dat hij den waren moed
bezit.
Indien men zich op redevoeringen van
Duitsche ministers beroept, kan toch ook
worden vastgesteld, dat het als een ver
dienste te beschouwen is, dat deze mini
sters hun gevoelens en gedaehten openlijk-
uiten.
Voorts is het zeker, dat er een vooruit
gang in de ontwikkeling van de internatio
nale toenaderingspolitiek vast te stellenis
Briand wees in dit verband op de rege
ling van het vraagstuk der minderheden
en noemde het ook een vooruitgang, dat
vroeger elkaar vijandig gezinde landen
thans met elkaar onderhandelen.
Duitschland heeft bij verschillende ge
legenheden plechtig beloofd nooit zijn toe
vlucht te nemen tot middelen van geweld.
Vervolgings sprak Briand nog over de
tusschen Frankrijk en Italië tot stand ge
komen overeenstemming, welke de betee-
kenis van de a.s. ontwapeningsconferentie
niet zal verkleinen.
Briand deelde mede, dat de vertegen
woordigers van Italië bij de onderhande
lingen over de vlootovereenkomst zeer te
gemoetkomend zijn geweest.
Italië heeft alles geda-an om de belan
gen van den vrede te dienen. Er kan niet
van een overwinning van een der ondertee
kenaars van de overeenkomst worden ge
sproken, want bij niemand heeft het tot
standkomen van de overeenstemming een
gevoel van bitterheid achtergelaten en
dat is de beste lof, die aan de overeen
komst gebracht kan worden
Er dik wijlt wrijvingen, tusschen
VOORNAAMSTE NIEUWS
BUITENLAND.
Rede van Briand over Frankrijks ver
houding tot Duitschland en Italië.
Accoord bereikt tusschen Gandhi en lord
Irwin.
Groote brand in een rr.usic-hall te Mcxi-
co-City. Veertien dooden. (Buitenl. Berich
ten 2e blad).
BINNENLAND.
Minister Reymer en de zendermisère (1ste
blad).
Plannen van de Minister van Arbeid (1ste
blad.)
De scheepsramp op de Schotsche kust.
Een IJmuider traw.er met 11 opvarenden.
(Gem. Ber. 2de blad.)
Frankrijk en Italië bestaan, wellicht door
het temperament bij enkele uiteenzettin
gen, doch nooit zijn daarbij ernstige bijge
dachten opgekomen. Dc thans bereikte
overeenkomst heeft een gunstige atmos
feer geschapen voor de verdere onderhan
delingen, om tot volledige overeenstem
ming te geraken tusschen de beide landen
en de beide volken, die nooii ernstig van
elkaar verwijderd zijn geweest.
RUSLAND.
DE ROOMSCHE PRIESTERS IN
RUSLAND.
Droeve lijst van gekerkerden en ballingen.
Men meldt uit Rome aan de „M bd.':
De „Osservatore" deelt uit eigen bron
een en ander mede over den toestand der
Katholieke Russische geestelijkheid in Rus
land.
De berichten zijn afkomstig uit het
aartsbisdom Mohilew, werden echter in
Polen gepubliceerd, waar de verbannen
aarisbischop mgr. E. von Ropp, verblijft.
Van do 233 priesters, die nog tot de
geestelijkheid van het aartsbisdom Mohi
lew behooren, leven er op het oogenblik
slechts 46 in Rusland, waar zij, zot» goed
als het gaat, hun geestelijk ambt uitoefe
nen.
Dertig priesters bevinden zich in de ge
vangenis of in de concentratiek' m en, de
overigen in ballingschap, van wie 108 in
Polen, 34 in Litauen, 5 in Letland en 12 in
andere landen.
Mgr. von Ropp, die tachtig jaar oud is.
werd in 1919 door de bolsjewisten in de
gevangenis geworpen en ter dood veroor
deeld. De doodstraf werd echter in bal*
lingschap veranderd. Thans verblijft de
oude aartsbisschop in Warschau.
De apostolische administratoren en suf
fragaan bisschoppen bevinden zich of we!
in de gevangenis, ofwel in ballingschap.
Mgr. Sloskan, apostolisch administra
teur in Mohilew, bevindt zich sinds Aug.
1927 en mgr. Malecki, apostolisch admini
strator in Petropolis, sinds November 1931'
in de gevangenis.
Mgr. Ilgin, apostolisch administrator in
Charkow en mgr. Tjodorow, exarch van den
Byzantijnschen ritus, leven in balling
schap.
Verder bevinden zich nog in de gevange
nis mgr. Jokokas, apostolisch administrator
in Kazan, en de apostolische administra
tor en vice administrator van Zytomirie.
Hetzelfde wordt gezegd van de aposto
lische administratoren van Odessa, de Wol
ga, den Kaukasus en van de Armeniërs.
Naar verluidt bevinden zich nog in vrij
heid de apostolische administrator van
Moskou en mgr. Zerr. Ook verblijft nog in
zijn residentie de apostolische administra
tor van Wladiwostok, die rechtstreeks van
den H. Stoel afhanklijk is.
Van het metropolitaan kapittel van Mo
hilew leven vier kanunniken in balling
schap buiten Rusland, één in Rusland en
twee zuchten er in den kerker.
Uit de lijst van kerken en kapellen blijkt
dat de meesten door de bolsjewieken ge
sloten zijn.
Toch is het kerkelijk leven er niet ge
heel weggekwijnd. De geloovigen, die juist
door de gruwzame vervolging in aantal zijn
toegenomen, scharen zich aaneen rond de
priesters, die hun nog zijn overgebleven en
wachten vol vertrouwen den dag der be
vrijding af.