UIT DE WERELD DER TONEN HaNDEL Een legende verhaalt, hoe de heilige Franciscus eens op het einde van zijn leven vurig verlangde naar den troost der muziek. Het was een warme zomernacht en de ster ren schitterden aan den Umbrischen hemel; de zieke lag slapeloos en vol pijnen, maar wilde geen van zijn medebroeders wekken. Toen verscheen er voor het hooge venster van zijn cel een engel met een snaarinstru ment. Eenmaal slechts streek de engel over de snaren, maar de tonen, die weerklonken waren van zulk een overstelpende schoon heid, dat de heilige later verklaarde, te hebben moten sterven, indien de engel lan ger hadde voort gespeeld. Deze legende symoliseert wel hoe de mu ziek nooit geziene schoonheid kan verklan ken. We willen eens iets vertellen over eenige voorname meesters, die in de wereld der tonen naam gemaakt hebben en wier wer ken ook nu nog, lang na hun dood, tot ons spreken. Niet alsof er geen andere of zeker geen grootere geweest zouden zijn, niet alsof met hen de beste genoemd zouden worden, naar ongetwijfeld behooren zij tot de groote scheppende kunstenaars. Handel. Beginnen we dan met Handel. Hij werd in IÖ85 te Halle geboren, studeerde eerst in de rechten, later in de muziek, leefde gerui- nien tijd in Italië, werd kapelmeester te Hamburg en later te Londen. Handel was een bekwaam organist en componist. Van zijn opera's zijn ons slechts enkele aria's daaruit overgebleven, zijn voorliefde ging later over op de kerkmuziek. Talrijke ora toria met machtige, breed opgezette koren hebben ook voor onzen tijd nog beteekenis beiiouden. In de zeventiende eeuw had Italië de mu zikale heerschappij overgenomen. De mees ters van de vorige drie eeuwen waren hoofdzakelijk afkomstig geweest uit de Ne- deriandsche gewesten. In Italië ontstonden de opera en het orator.um. Het oratorium ontstond uit kleine uitvoeringen in de bid- zaal (oratoria) van het klooster. Het vond zijn verdere volmaking vooral bij de Duit sche meesters. Van Handel zijn vooral bekend „Der Mes sias", „Jozua", „Samson" en „Judas Mac- chabeus". Bach. Johan Sebastian Bach, in hetzelfde jaar geboren als Handel, stamt uit een uitge breide Thuringsche familie van musici. Hij was al vroeg wees, kreeg les van een oude ren broer, leerde veel uit de werken van bekende meesters. Hij was organist in en kele kleinere steden en werd eindelijk Can tor van de Thomaskirche te Leipzig. Bach was een vroom en godvruchtig man, hij stelde zijn kunst in dienst der godsveree- ring en schreef ook op het gebied der in strumentale muziek onvergankelijke mees terwerken. Zijn Mattheus-passion is het beste wat op dit gebied ooit werd gemaakt. Maar Bacli werd niet bijzonder door zijn tijdge- nooten geëerd, hij had zeker grooten naam als organist, doch was niét zooals Handel ook als scheppend kunstenaar beroemd. In die dagen was als belangrijk criterium van iemmrts ropm als comnonist het aantal uit gegeven werken. En van Bach's werken werd tijdens zijn leven maar een betrek kelijk klein aantal gedrukt. Dit verklaart zijn betrekkelijk weinige bekendheid als compo nist gedurende zijn leven. De Mattheus-passion. Bach was niet alleen een der grootste on der de toondichters, maar, diep geloovig, heeft hij het goddelijk verhaal op wonder bare wijze weten te belichten. Niets is meer ontroerend dan dit evangelie, waarvan de woorden geheel en nauwkeurig op muziek zijn gebracht. Doch deze eenvoudigheid is veelal schijnbaar, want er schuilt in dit reu zenwerk evenveel wetenschap als ingeving. Een uitvoering ervan eischt buitengewone krachten: twee orcliesten, twee koren, een kinderkoor, vijf solisten, een orgel en een clavecimbel. Bach is zelf, zoo schrijft de kunstcriticus HAYDN Mr. G. Systermans, de bijzondere schrijver van het libretto van de „Mattheus Passie": hij maakt er het plan van, en laat aan zijn gewone medewerker ^Picander, een bijko mend deel. Hij kiest de strofen der koralen die best passen bij de woorden van het evangelie, om aldus de bijzonderste gebeurtenissen van het goddelijk drama te omlijsten; hij ont werpt de recitatief-aria's: hij zift, uit de Passie-gedichten van Brokes, de meest ka rakteristieke episoden, en doet Picandei werken volgens zijn aanduidingen. Terwij. hij toondicht verwerkt en verbetert hij dei tekst, om den dramatischen indruk te ver- hoogen; aan hem komt de opvatting toe van het eerste koor, die wonderbare samenzang waar verheven boven de klachten van Sion's dochter en boven het rumoer van het volk. in stralend licht uitblinkt; het heerlijke cho- raal van het Lam Gods, door de kinderstem men naar voren gebracht. Het meesterwerk op Goeden Vrijdag 15 April 1729 ,in de „Thomasschule" te Leip zig voor 't eerst ten gehoore gebracht, bleel nadien onbekend, tot Mendelssohn het, een heele eeuw later, uit de vergetelheid redde, op 12 Maart 1829. Wat bijzonder opvalt in de „Mattheus Passion" is de verscheidenheid. Men kan gerust bevestigen dat alle menschelijke ge voelens tot uitdrukking komen op de meest merkwaardige wijze. De „formuul" vermin dert er niets aan, zij komt enkel de majes teit van het ensemble verhoogen en belet dat het zeer intens uitgesproken dramatische karakter van zekere deelen, theatraal zou den worden. Het dubbel koor geeft zeer bij zonder leven en relief aan de uitdrukkingen der volksmenigte, en schept aldus bewe ging. zonder daarom verwarring te bren gen. In een koor als „laat hem kruisigen" is Bach door het gewaagde van den bouw, tot het uiterste gekomen. Het ware moeilijk iets meer „moderns" te vinden. Alhoewel geschreven, anderhalve eeuw na den datum, waarmee men de middel eeuwen afsluit, behoort dit werk niet tot de Renaissance. Het is een werk van groote kunst en genie, maar tevens ook eene belij denis van groot geloof. Op muzikaal gebied is het een onvergankelijk monument, dat noch tijd noch mode kunnen beïnvloeden, want in ieder werk van volmaakte schoon heid, huist het grondbegin der eeuwigheid. We komen nu tot de drie groote mees ters, die op instrumentaal gebied den vrijen stijl tot groote ontwikkeling brachten: Haydn, Mozart en Beethoven. Joseph Haydn. Haydn werd geboren in 1732 te Rohrau in Beneden Oostenrijk; hij is de vader van de symphonie en van de sonate. Wel beston den deze reeds en vond Haydn geen nieu we vormen, maar hij bracht regelmaat in de bestaande en legde tevens de grondslag voor het moderne orkest. De symphonische, de instrumentale toon kunst vangt aan voor goed met Joseph Haydn. Andere toondichters hebben die kunst voor hem, of gelijktijdig met hem. be oefend. maar zij werden in de schaduw ge steld door Joseph Haydn, die nog immer uitmunt door ziin gratievolle muziek en zijn teedere gevoelens, en die zich nooit in zijn kunst door drift of geweld liet vervoeren. Hij is om zoo te zeggen de schepper van adel en schoonheid in de instrumentale mu ziek. De Engelschen, die zelf geen groote toon dichters hebben gehad, hebben altijd het oog gehad op hunne Duitsche stamgenoo- ten, die in de muziek zich beroemd begon nen te maken om ze tot zich te trekken, om hun veel eer te bewijzen en een voldoende loon te geven. Zoo deden zij met HSndel en ook met Haydn. In 1790 kreeg Haydn eene uitnoodiging uit Engeland. In Londen kreeg hij het idee van zijn eerste grootsch gewrocht: „De Schep ping". Hij schreef verder missen, oratoria en opera's; maar het is vooral als „schepper der nog heden heerschende orkestmuziek", zegt Lübke, symphonieën en kwartetten, dat hij zich op den eersten rang de.' groote Duitsche toondichters heeft geplaatst. Hij schreef niet minder dan 125 symphonieën en BEETHOVEN 77 kwartetten. Haydn was een edel mensch. Zijn klassiek werk is natuurlijk en eenvoudig. Hij moet een beminnelijk mensch zijn geweest, waar in een grein humor niet ontbrak. Dat hoort men in zijn orkestmuziek. Al zijne gewaar wordingen legt nij in zijne instrumentale scheppingen. Hij jubelt soms, maar, hij kan ook trillen. Toch blijft hij in de maat. Hij weet zich te behee.schen, schept binnen de grenzen van zijn vermogens die hij nooit onbeteugeld laat. Hij stiert in Mei 18U9 te Weenen. Tijdens zijn leven werd hij alom geëerd en bewonderd. Een laatste hulde. Haydn's haar was reeds sneeuwwit. Als een kluizenaar, die door de wereld is ver geten, en die met al het wereldsche heeft afgedaan, had hij zoo goed als geen con tact meer met de menschen, die hem zoo lief hadden gekregen. Op zekeren dag echter werd zijn rust nogeens verstoord. Want in de aula van het universiteitgebouw zou „de Scheppjng" worden uitgevoerd en men wilde bij die gelegenheid, dat de meester van het groot- sche werk aanwezig zou zijn. Haydn schrok, toen hij de uitnoodiging ontving en lang overwoog hij, of zijn krachten hem zouden toelaten, nogeens in de concertzaal te verschijnen. Eindelijk besloot hij, te zullen gaan. In stille afwachting zitten de musici aan hun lessenaars; de zaal is tot stikkens toe vol, op fluistertoon worden de gesprekken gevoerd. Daar gaan de vleugeldeuren open en in een draagstoel wordt Haydn, verge zeld door velen uit den hoogsten Ween- schen adel, de zaal binnengedragen. Duizendstemmige jubel weerklinkt. „Lang leve Haydn!" De rector magnificus, en Beethoven ma ken hun opwachting; Haydn kan hun allen slechts de handen drukken. Dames dringen om hem heen en omhullen zijn oude lede maten met kostbare sjaals. Het oratorium zet in. Met volmaakte meesterschap wordt het eene nummer na het andere uitgevoerd. Haydn zit met ge bogen hoofd te luisteren. Het eerste doel is ten einde en donde rend applaus davert door de zaal. Met moeite staat Havdn op en wijst met de hand naar den hemel. „Dit alles is van boven gekomen!" zegt hij met bevende stem. Dan geeft hij zijn verlangen te kennen, naar huis teurg te keeren. Men haalt den draagstoel, zet hem erin en brengt hem uit de zaal. Duizend handen strekken zich naar hem uit tot afscheid. Hij kan ze niet alle drukken, hoe graag hij het zou willen, maar ziin ong dankt. Dan sluiten zich de breede vleugeldeu ren achter den grijzen Meester Mozart. Mozart en Beethoven hebben het werk van Haydn voortgezet eh tot een nog groo tere hoogte gebracht. MOZART. Wolfgang Amadeus Mozart werd gebo ren te Salzburg als zoon van een muzika- len vader, die tevens een goed paedagoog was. De buitengewone aanleg van Mozart blijkt wel hieruit, dat hij reeds improvi seerde voor hij noten kende. Met dit won derkind en een zeer muziekale zuster Nan- nerl, ondernam de vader herhaaldelijk kunstreizen. Ook ons land werd door Mo zart bezocht. Mozart heeft slechts kort geleefd, hij stierf reeds in 1791, maar de betrekkelijke gemakkelijkheid, waarmede hij werkte maakte, dat hij toch een schat van muziek werken componeerde: kerkmuziek, kamer muziek, zeer vele symphonieën en concer ten benevens een aantal opera's. In bijna elk genre heeft hij meesterwer ken geschreven. In 1781 vestigde Mozart zich te Weenen, waar hij een jaar later trouwde. Maar het huwelijk bracht hem veel verdriet, o.a. door ziekte en voortdurende geldzorgen. Mozart kon te Weenen geen vaste betrek king krijgen van beteekenis. hij had er als componist weinig blijvend succes. In de groootste armoede midden in den arbeid van het bestelde Requiem stierf Mozart, hij werd van de armen begraven. Mozart historische beteekenis is ook deze, hij is het eerste en grootste genie van den nieuwen zoogenaamden Rokoko- stijl, die een stijlistische aesthetische wij ziging van groot belang beteekende, een verfijning ook van den barok. Haydn was weliswaar zijn oudere in jaren, maar schreef zijn belangrijkste werken pas na Mozarts dood. Mozart was al roerender en driftiger dan Haydn, maar hij blijft toch binnen de klas sieke vormen der kunst. Ludwig van Beethoven. Beethoven durft den hoogsten top van de kunst bestijgen. Hij is vol gevoel, maar hij wiekt omhoog gelijk een arend grootsch en breed zijn vlerken uitslaande. Hij kan soms hartverscheurend zijn, soms gevoelig en naief als een kind, soms stormt hij met BACH geweld naar omhoog, naar eene hoogte die de zuiver instrumentale muziek voor hem nooit had bereikt. Beethoven werd in 1770 geboren te Bonn uit een muzikantenfamilie. Hij had een lie ve moeder maar een ruwe. drankzuchtige vader, die echter voor goede leermeesters zorgde. Na een onvruchtbare reisperiode leefde hij te Weenen te gelijktijdig met Mozart en Haydn. Hij genoot veel steun van den Weenschen adel. Op zijn omge ving maakte Beethoven als regel geen pret- tigen Indruk, hij gold als een vrij norsch onhandelbaar mensch. vooral in zijn lattere iaren, toen hij zooveel onder zijn doofheid leed. Als scheppend kunstenaar op instru mentaal gebied is hij onovertroffen, hij heeft ons de heerlijkste kunstwerken gege ven en zijn concerten, kamermuziekwerken, sonaten en bovenal in zijn negen sympho- niën. Onder al de degenen, die de volle kracht van hun ingeving en van hun tooverende fantasie in loutere klanken vertolkten, treedt Beerhoven onbetwistbaar als ko ning op. Bii Beethoven is alles aanwezig: woeste kracht en sierlijke gratie titanische humor en werelddiepe smart, hooge eenvoud en kwistige rijkdom, echt mannelijke fierheid en een zielewnrmte, die enkel in tranen verlichting vindt. De negende Symphonie. Tot het einde der tijden zult gij getuigenis geven vóór 't gezamenlijke menschdom ten gunste van de twee hoogste levenskrach ten. liefde en smart, zegt Belfaire. Neen, schudt zijn leeuwenkop. En met razernij aangegrepen, breekt hij de banden, wor stelt zich los. versmoort de smeeking. ver plettert de bede. Vrij! vrij! hij gaat de hoogte bereiken! Vergeefs! Daar stijgt weer de klacht, als uit het hart zelf van de smart, suizend, snikkend, streelend. op en af dobberend op de golvingen der lijdens- zee, heenstervende in berustende bede. En plots verandert weer alles. Mannelijke akkoorden belijden de grootschheid van de eeuwige lotbestemming. Thans berst het koor der algeheele menschheid los. Ook de menschenstem is tot den lofzang toegela ten, die rollend en donderend, die galmend en stijgend, den Schepper van leven en vreugde ter eere klinkt. „Seid nmschlun- gen, Millionen!" Ontzaggelijk bruisen de tonen; maar 't zijn geen woorden meer, geen noten uit menschenkelen. In boven- aardsche sferen hoorde de dichter wat hij poogt te vatten, weer te geven. Hijgend, strompelend, zoeken gewone stervelingen hem te volgen, te vertolken. Nu ook wordt hij soms aangegrepen door eene vervoering die aan verbijstering grenst. Cvmbalen, tri angel schetteren tegen tempo met de vreemdste sonoriteit; angstig beklemd luistert de ziel! Maar de majesteit van het geheel spoelt voort en eindigt in ééne ontheffing van jubelen en danken. De negende is de top in de bergketen der Beethovensche symphoniën. E. W. (Nadruk verboden). De familie Mozart concerteerend. Aan hetspinet: de jonge Wolffgang met zijn zuster, Nannerl. Achter het instrument de vader Leopold Mozart. De ontwikkeling der muziek dankt veel aan den kunstzin der Duitsche vorsten. Aan vorstenhoven werden vele werken voor instrumentaal ensemble opgevoerd. Sommige vorsten beoefenden zelf de muziek. Deze plaat, naar een nieuwe IJfa- toonfilm laat ons Frederik de Groote zien,fluitspelend met ziin muziekleeraar Ouanrz.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1931 | | pagina 5