SPORT
STADSNIEUWS
Agenda
DONDERDAG 29 JANUARI 1931
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD PAG. 2
streven en dit principieele streven moeten wij
Katholieken toepassen op alle takken van het
leven zoowel op het individueele leven, het ge
zinsleven als in het leven als staatsburger. Nog
maals zette spreker glashelder uiteen de twee
begrippen waaruit het gezegde principieele
streven is samengesteld. Een krachtig voor
beeld van het principieele streven aldus spre
ker is te vinden in de onlangs verschenen en
cycliek van den Paus over het christelijk hu
welijk, welke encycliek hij warm ter lezing
aanbeval. Meer uitvoerig behandelde spreker
het principieele streven van den Katholiek in
het politieke leven. Hierin moet het katholieke
beginsel wordtn uitgdragen. In dezen tijd,
waarin gevochten wordt naar bestuur van stad
en land moeten onze katholieke afgevaardig
den telkens weer hun licht laten vallen op wat
wij Katholieken verstaan onder principieel
streven. In een krachtige peroratie drong spre
ker aan op het behoud van de eenheid in onze
partij, een eenheid, aldus spreker, die onze
groote kracht uitmaakt, en die door het op de
spits drijven van onderlinge geschillen op zui
ver politiek terrein nimmer "erbroken mag
worden, ook al moet men ook terwille van die
eenheid sommige principes die zuiver politiek
rakende laten vallen. Een krachtig applaus be
wees, dat de rede van den gewijden spreker
met zeer bijzonderen aandacht was gevolgd en
de voorz. bracht den spreker van dezen avond
dan ook een woord van hartelijken dank voor
deze leerzame uiteenzetting.
Bij de gebruikelijke rondvraag verkreeg de
heer C. M. van Stijn Sr. het woord en sprak als
volgt: Mijnheer de voorzitter; Het is mij eens
overkomen, dat ik op een vergadering het
woord vroeg en dat mij toen gevraagd werd:
„Wie bent u en vanwaar komt u?". Daar dit
hier niet geschiedt, veronderstel ik, dat men
mij hier voldoende kent doch op politiek ter
rein schijnt het bestuur dezer vereeniging mij
nog niet te kennen en daarom zal ik mij hier
op dit terrein alsnog bekend maken. Ik ben
45 jaar kiezer, oprichter dezer vereeniging,
vele jaren voorzitter dezer vereeniging ge
weest en 6 jaar hoofdbestuurslid geweest van
het kiesdistrict Katwijk-Leiderdorp. En nu
terzake. Vier jaar geleden is door mij de can-
didatuur Bader bestreden en Bolsius gesteund.
Op de eerste vergadering onder uw voorzit
terschap werd door mij besproken een nieuwe
candidaat voor den heer Balvers, die is over
leden. Hieruit bleek duidelijk dat ik van mijn
recht als kiezer gebruik maakte een nieuwe
candidaat in te leveren hetgeen ik ook heb
gedaan, en een lijst heb ingediend ondertee
kend door 15 zakendoende menschen in deze
gemeente, waarop als candidaat was gesteld
de heer H. L. van Delft, gemeente-secretaris
alhier. Deze candidaat werd door de vergade
ring bevestigd en tevens werd in de desbe
treffende vergadering besloten, voor dezen
candidaat een krachtige actie te voeren. Den
volgenden dag kwam u bij mij om te vragen
of ik genegen was een comité van actie te
vormen in het belang van den gestelden can-
diaat, waartoe ik mij gaarne bereid verklaar
de. De werkzaamheden die dit comité heeft
verricht zijn u bekend, omdat ik u van alles
op de hoogte heb gehouden. Maar nu de hou
ding van het bestuur. Bij het verzenden der
circulaires wordt door het bestuur slechts een
candidaat aangegeven. Wie de andere candida-
ten waren was nergens te vinden. Op het biljet
prijken slechts: kiest nummer 1: H. Bader. Dat
zulks niet geoorloofd is en lijnrecht in strijd
is met de heerschende opvattingen te dezer
zake behoeft zeker geen betoog. Ik heb al de
biljetten door de omliggende kiesvereenigingen
uitgegeven gezien, maar wat hier gebeurd is,
is nergens gebeurd. Toen ik in het stembureau
kwam, werd ik getroffen door een zich daar
bevindend bord, waarop met groote letters
stond: Hij die zijn plicht begrijpt, kiest no. 1.
Wat te zegen van zulk een houding. Ik zal
over deze kwestie maar niets meer zeggen,
want alles spreekt voor zichzelf. Nu is echter
mijn vraag, of het bestuur de gevoerde actie
dcor het comité dekt, ja of niet, zoo niet,
waarom heeft het dan al onze circulaires en
geplaatste advertentie geteekend, zoo ja,
waarom dan deze onbegrijpelijke houding en
wat denkt het bestuur te doen voor no. 3.
De voorz. zegt, te moeten protesteeren tegen
het gesprokene door den heer van Stijn en
acht dit een aanval op het kersversche be
stuur. Wij hebben, aldus spreker, precies de
zelfde gedraslijn gevolgd als in 1927. Regle
mentair heeft dit bestuur juist gehandeld. Bo
vendien, aldus spreker, is iedere Katholiek vol
gens zijn beginsel verplicht, dat advies te vol
gen en te stemmen op den aangegeven candi
daat. De heer van Stijn zegt, tegen deze bewe
ring krachtig te moeten protesteeren, want door
deze uitlegging worden wij zuiver stemvee.
De voorz. zegt, dat wanneer de leden geen
stemvee zijn, ook het bestuur niet bestaat uit
volgelingen van vee. De heer Haverkort vindt
de wijze, waarop dit jaar deze aangelegenheid
behandeld is, in geenen deele juist en ook hij
moet sterk protest aanteekenen tegen de wijze
waarop dit politiek advies is uitgebracht en
thans door den voorz. wordt uitgelegd. Dit zou
een kiesvereeniging totaal overbodig maken
en v;ij zouden gewillige werktu gen worden in
de handen van het bestuur zonder eenige zelf
standigheid. Ook acht spreker het zeer onjuist
gezien, dat in het stemlocaal waar de groot
ste neutraliteit moet worden betracht, een der
gelijke reclame wordt gemaakt en is van oor
deel, dat door genoemde handelwijze de
stemming sterk wordt beinvloed. De voorz. is
van oordeel, dat dit geenszins het geval is.
Iedereen heeft de candidaten in de diverse
bladen kunnen zien en thuis kunnen bespre
ken welke gedragslijn te volgen. Hi'- kan der
halve niet inzien, waarom het bestuur zoo ge-
faudecrd zou hebben. De heer van Delft moet
zich aansluiten bij het gesprokene door de
hceren van Stijn en Haverkort er vindt de
handelwijze van het bestuur incorrect. Spreker
wijst er op, dat door het comité van actie ver
schillende circulaires in de hal van het stem
bureau, „niet in het stembureau' waren opge
hangen en dat het bestuur zich n:et ontzien
heeft, over deze circulaires andere te hangen,
die, n.l. aangevende het politiek advies, on
danks het feit, dat het bestuur in de laatste
vergadering besloten heeft de candidatuur van
den heer van Delft krachtig te zullen steunen.
Alleen toen de eigenaar van de Stad Rome
zulks verbood, heeft men geen nieuwe circu
laires meer opgehangen.
De voorz. zegt, dat het bestuur geen op
dracht heeft gegeven bedoelde circulaires over
de hangende circulaires te plakken.
Na afloop der rondvraag deelde de voorz.
mede, dat hij moest protesteeren, tegen het
verslag in de „Leidsche Courant-' betreffende
de laatst gehouden vergadering. Hierin staat
o.m. dat de heer Haverkort de woorden van den
voorz. (inzake het verslag van de Kamercen
trale) moest rectificeeren wijl door de uitleggi"g
van den voorz. deze het bestuur van de cen
trale in een verkeerd daglicht plaatste. Dit,
aldus spreker, is nimmer mijn bedoeling ge
weest en ik teeken hiertegen dan ook krach
tig protest aan, ook tegen de zinsnede, lui
dende: „Aangezien aan de hand van het re
glement de voorz. de zienswijze van den
heer Haverkort niet kon weerleggen, werd
tot stemming overgegaan".
Wijl, aldus de voorz., er niets te weerleg
gen viel, had deze zinsnede daar niet be-
hooren te staan, aangezien over bedoelde
aangelegenheid in het reglement niets te vin
den was. De heer Haverkort zegl, dat in het
verslag juist is weergegeven, wat hij gezegd
heeft en hij eerstgenoemde zinsnede inderdaad
heeft gesproken. De voorz. licht toe, dat het
antwoord van hem hierop gegeven dan ook
had moeten worden vermeld. Hetgeen niet is
geschied.
De heer Luijten zegt, dat hij als verslag
gever met bedoelingen niets te maken heeft,
doch uitsluitend met hetgeen gesproken en
gezegd wordt. Hij is van oordeel, dat, wan
neer er geprotesteerd moet worden, tegen
het komende verslag wel weer geprotesteerd
zal kunnen worden.
Na deze dicussies werd de bijeenkomst op
de gebruikelijke wijze gesloten,
LISSE.
Harmonie „Trou moet blijcken". De
Harmonie „Trou moet blijcken", directeur
de heer M. Bolderdijk, gaf gisteravond
een uitvoering in de bovenzaal van de
„Witte Zwaan". De opkomst was goed.
De eere-voorzitter, de heer A. H. Schra-
ma, opende de feestvergadering en heette
allen welkom, in 't bijzonder den afgevaar
digde van het Politiemuziekkorps uit Lei
den, van „De Post" uit Leiden, Warmond's
Fanfare „St. Cecilia" uit Voorhout en
„Vriendschap onder Ons" van Lisserdijk.
Spreker memoreerde, dat „Trou moet
Blijcken" onder de kranige leiding van
haar ijverigen Directeur in het afgeloopen
jaar weer keurige prestaties heeft te boe
ken. Hierna werd het programma- uitge
voerd. Allereerst een marsch van C. Teike
„Stead fast and Treu". Vervolgens werden
de in de afgeloopen zomer behaalde prij
zen op de concoursen Baarn en Leiden
aan het vaandel gehecht. Een extra woord
van hulde bracht de eere-voorzitter hier
voor aan den Directeur. De Directeur
dankte voor de hem gebrachte hulde; in
Baarn wist het corps slechts een 3e prijs
te behalen voor concert en een 2e voor
de marsch, doch hij hoopte revanche te
nemen. In Leiden daarentegen kwamen
we schitterend uit den strijd nl. een le
prijs voor de marsch en een dito voor con
cert. Hij spoorde de leden aan tot krach
tige medewerking, dan zal „Trou moet
Blijcken" in bloei toenemen. Alle nummers
wérden vervolgens aandachtig gevolgd. De
concoursnummers verwierven een krachtig
applaus. De Jazzband „Jack Funny" ver
leende hare medewerking. Een best ge
slaagde avond.
SASSENHEIM.
Gevonden. Een bril in étui, een paar
handschoenen, een gouden zegelring, een
bankbiljet van 10 gulden, een gouden bro
che.
Verloren. Een gulden en een kwartje,
een nikkel onderdeel van een tweewielig
motorrijtuig.
Verdere inlichtingen worden door de
politie alhier verstrekt.
VOETBAL
DTOO. HA \RL. BOND.
Junioren-competitie District Leiden.
Uitslagen van Zondag 1.1.:
Afdeeling A.
S. J. C. ILisse I 02; Teijlingen I
O. V. V. I 04; V. V. B. I-Leiden I
3—0.
Afdeeling B.
Teijlingen IIV.'V. B. II 11; S. N.
A. I—A. S. C. I 31; Meerburg II—
Lisse II 1—4; V. V. L. I—Meerburg I
2—0.
Programma voor Zondag a.s.:
Afdeeling A.
Leiden IAlpbensche Boys I; V. V.
B. I—R. W. D. L
Afdeeling B.
Meerburg IV. V. B. II; A. S. C. I
Lisse II.
De Competitieleider
P. J. A. DE VRIND.
Onchristelijke propaganda.
Er wordt hier ter stede aan de huizen
bezorgd een blaadje van den Nieuw Mal-
thusiaanschen Bond.
't Behoeft geen betoog, dat daarin denk
beelden worden verkondigd, die in strijd
zijn met de christelijke beginselen in
flagrante strijd, al tracht men nog zoo
vernuftig te suggureeren, dat dit niet zoo
is.
Wij willen er hier in het algemeen op
wijzen, dat de Katholieken den plicht
hebben, om streng toe te zien voor al
wat er in hun brievenbus of onder de
deur wordt binnengesmokkeld 1
VEREENIGING VAN ONDERWIJZERS
EN ONDERWIJZERESSEN IN DE
INSPECTIE LEIDEN.
Heden werd in de Stadsgehoorzaal de
jaarlijksche algemeene vergadering ge
houden van de vereeniging van onderwij
zers en onderwijzeressen in de Inspectie
Leiden.
De voorzitter der Vereeniging, de heer
J. Bank Jzn., heette in zijn openingswoord
de vele aanwezigen welkom, in het bijzon
der de autoriteiten, w. o. de burgemeester
van Voorhout, den heer G. Bulten, enkele
leden van de plaatselijke schoolcommissie
en den referendaris van onderwijs, den
heer H. A. Vriend.
Als motto voor zijn openingswo. had
spreker gekozen: „In de branding".
Na gewezen te hebben op de branding, die
er heerscht in de natuur, vooral in deze
stormachtige maanden, vraagt spreker of
wij met ons maatschappelijk leven thans
niet eveneens in de branding verkeeren.
Internationaal zien wij stroomingen op
komen, die hier en daar nog wel latent,
maar toch niet minder dreigend tegen
elkaar ingaan. Nationaal, zoowel in ons
politiek, maatschappelijk als in ons huise
lijk- en schoolleven woelt en bruist het.
Wij, die het laatste zoo nabij ons hebben,
moeten heel kortzichtig zijn om niet te
onderkennen, hoe allerlei nieuwe denk
beelden, richtingen en opvattingen het
oude willen wegvagen. Niet alleen uw eigen
lijk klassewerk, maar ook de gebeele orga
nisatie wordt door de verschillen van in
zicht aangevochten, en als gevolg van de
klachten over de resultaten, treden aller
lei medicijnmeesters op, waarbij dan chi
rurgen zijn, die zoo gaarne tot operatief
ingrijpen zouden willen overgaan.
Maar dikwijls vraag ik mij af, is er in de
gedachtengang met betrekking tot de
klachten en de neiging tot verandering
geen verwarring van oorzaak en gevolg.
In de dag- en weekbladen worden klach
ten te over geuit, zoodat de lezer tot de
vraag komt of het niet beter ware, niet
meer te spreken over resultaten, maar
alleen over tekortkomingen. Het merk
waardigste is, dat het oordeel van buiten
staanders al heel zwartgallig is.
Vaak worden dan als bewijs aangehaald
de verslagen van de examens, der leerlin
gen en vooral die der onderwijzers. Als
deze het zoo slecht maken, heet het, kun
nen ze het de kinderen toch niet leeren.
Maar ook in de school zelf, worden op
vaste tijden klaagliederen aangeheven. Het
gebeurt meermalen, dat bij de klasseover
gangen een onderwijzer een klasse van zijn
collega overneemt.
Als regel verneemt men dan eiken dag
klachten, dat de kinderen zoo weinig kun
nen en kennen. In die gevallen heb ik
indertijd aan den betrokken onderwijzer
verzocht, het gesprek over die tekortko
mingen na een paar maanden te houden,
waarbij ik steeds weer de merkwaardige
ondervinding opdeed, dat ze zoo niet ge
heel, dan toch voor een belangrijk deel
verstomd waren. i 1 1
Het niet dadelijk beschikbaar hebben
der kennis staat niet gelijk met het nooit
gekend hebben.
Dwing kinderen niet. een weg te gaan,
die voor hen te moeilijk is. Alleen leerlin
gen, wier aanleg en ontwikkeling vol
doende succes waarborgen, mogen bestemd
worden voor verdere wetenschappelijke
studie. Elke poging om zwakbegaafden in
deze richting te sturen, moet uitloopen op
désillusie voor den opvoeder en ellende
voor den leerling.
De overgang van de lagere school naar
het gymnasium en H. B. S. is groot en
moeilijk, niet alleen door de wijziging der
leerstof en leermiddelen, maar vooral ook
door de verandering van leermethode en
het stelsel van vakleeraren, waarbij de in
richtingen van voortgezet onderwijs in
hun tegenwoordigen vorm eischen: geheel
zelfstandig werken, maar dat zelfstandig
werken niet aanleert.
De lagere school kan met betrekking tot
het zelfstandig werken der leerlingen ook
met behoud van het klassikaal onderwijs,
nog heel wat meer bereiken en het gymna
sium en H. B. S. door minder doceeren
en meer onderwijs geven heel wat moei
lijkheden voor den leerling wegnemen,
zonder dat de gang van het onderwijs daar
vertraagd behoefde te worden.
We mogen wel vertrouwen, dat het wat
bij onderwijzer en leeraar aanwezig is,
maar of het hoe en het waarom met be
trekking tot de leerstof, de klasse in haar
geheel en de leerlingen individueel steeds
te voren een onderwerp van gezette over
weging is geweest, mijn ervaringen ver
hinderen mij een uitspraak in bevestigen
den zin te doen. Zoolang in dit opzicht nog
te wenschën overblijft, zal wijziging der
organisatie geen baat brengen.
Afdoende z>ail heit ziijm, als ouderwijzere
•beseffen, dat hun leerlingen straks meer op
zelfstandig werken zijn aangewezen en de
leraren voortdurend bedenken, dat zij geen
college moeten geven, maar slechts vóór
bereiden voor de aoaidemie.
Doch niet alleen het klassekeven wordt
veroordeeld, de algemeene schoolorganisa
tie wil men eerst geheel vernietigen om ze
dan, naar men zegt, geuiaibkelijker opnieuw
op te bon wen. Deze stiroomiing wordt nog
versterkt, doordat in den laatsten tijd adep
ten der wetenschappelijke paedagognek en
haar hulpwetenschappen als met één slag
alles willllen vernieuwen.
Natuurlijk erkent spr. gaarne het nuttige
en noodige der studie van de wetenschap
pelijke paedagogiek, omdat zij ons niet al
leen veel doet begrijpen en waardieeren,
maar ook leiding en richting geeft bij den
dagelijkse/hen arbeid, maar ze ia alléén niet
voldoende om den onderwijzer tot vrucht
baren arbeid in staat te stellen.
Een wind van leering is de laatste jaren
reeds over ons schoollieven heengegaan.
Zoolang hij het stof opjaagt, de muffe trage
atmosfeer reinigt was hij ons welkom, om
dat wij, hetgeen niet vastgeworteM was
door onze overtuiging, onze kennis en ons
inzicht gaarne willen afstaan.
Aks we maar behouden mogen wat rijpe
ervaring als wijsheid heeft opgeleverd, wil
len we het nieuwe in bezonnenheid aanvaar
den.
Na behandeling van de ingekomen
stukken en mededeelingen brengt de
'heer Bodewes namens de kascommissie
verslag uit over het jaar 1928, waarop
de penningmeester, de heer Dommerholt,
werd gedechargeerd.
De penningmeester -bracht daarna ver
slag uit over 1929, dat sluit met een ba
tig slot van 27.04^.
In de bestuursvacatures, ontstaan door
het aftreden van mej. S. D. M. Vroom en
den heer J. J. v. Bostelen werd voorzien
door de benoeming van mej. T. M. Kelly
en den heer M. J. Krop.
Voordracht over vloeibare luch.t
Na een kleine pauze werd door den
heer W. C. van de Volkere, uit Sant
poort, een interessante voordracht ge
houden over vloeibare lucht. Na in zijn
inleiding een en ander te hebben verteld
over het ontstaan en het wezen van
vloeibare lucht, ging spr. over tot het
nemen en demonstreeren van verschillen
de proeven, als het in vasten toestand
brengen van kwik en alcohol, het broos
maken van verschillende voorwerpen en
het demonstreeren van een affiniteitS'-
proef met zoutzuur en natrium, om daar
na te wijzen op de practische beteekenis
der vloeibare lucht. Daarbij vond spr. ge
legenheid er op te wijzen hoe v. d. Waals
en Onnes theoretisch en practisch geko
men waren tot het vloeibaar maken van
•helium. Daarin betrok hij tevens de theo
rie van Einstein, maar Einstein zou
niets zijn zonder den grooten Lorenz.
Leiden kan daarom trotsch zijn op
zijn cryogeen laboratorium, het meest
perfecte van de ge'heele wereld.
Daarna ging spr. weer over tot zijn de
monstraties en liet zien hoe een goud-
vischje, ondergedompeld in vloeibare
lucht, stijf eruit kwam, maar later in
het water weer tot leven kwam. Vervol-
gene stak hij eenige trossen seringen in
de vloeibare lucht, om ze daarna als kris
tallen ijs te vergruizelen. Vervolgens
wist hij voor de aanwezigen een spiegelei
te bakken met vloeibare luck'-, en gaf hij
nog een interessante lichtproef.
Waren de proeven alle zeer interessant
en trokken zij aller belangstelling en be
wondering, niet minder was dit het geval
met de geestige populaire wijze, waarop
de heer v. d. Volkere zijn voordracht hield.
De voorz. bracht hem hiervoor dan ook
namens de vergadering een hartelijk woord
van dank.
In de middagvergadering hield de heer
J. van Ham, leeraar aan de Chr. H.B.S.
alhier een lezing over „Verwey's poëzie",
waaraan het volgende is ontleend;
Voordracht van den heer
J. van Ham.
Verwey's poëzie, aldus spr., is moeilijk te
benaderen, wordt in alle gevoel moeilijk
gevonden. Daarom staan velen met het
woord verstandspoëzie gereed om ze te dis-
qualificeeren. Een verwijt d-1- met hen.
Marlant, Spieghel, Huyghens, Potgieter
treft en dat men ook op Dante zou over
dragen, als men voor de jjiorie van dien
naam niet zich stilhield. Toch heeft Ver-
wey iets, dat hem niet direct toegankelijk
maakt: hij is anders menseh dan de mees
ten hij gebruikt deze heele uiterlijke we
reld tot eigen levensverinniging.
Komende tot Verwey's werk, behandelt
spreker eerst het jeugdwerk, typeerend
werk voor de eerste Nieuwe-Gidsjaren,
sensitivistische poëzie, waarin hij blijft tot
aan zijn groote gedicht „Cor Cordium".
Daar wendt hij zich af van de stemmen
der menschen om zichzelf te vinden.
Hierop volgt een tijd van experimentee
ren, en daarna van studie, niet weinig be
vorderd doordat hij de rijke bibliotheek
van Johannes van Vloten tot zijn beschik
king krijgt.
Zijn blik richt zich nu van het zelf op de
wereld rondom hem. Binnen en buiten
wordt één. In tal van bundels belijdt hij
deze gemeenschap in rust.
Hierna schetst spr. de oprichting van
„De Beweging" en een nieuwe poëtische
werkzaamheid, waarbij hij nader toelicht
het religieus karakter van Verwey's kunst:
een moderne vorm van het geloof der ré
veilkringen, een eigen mystiek, zijn ver
schil met het officieele Christendom. Tot
slot bespreekt hij zijn houding tegenover
Bilderdijk en zijn gedachten over een her
bouw van ons Leidsch Stadhuis, dit alles
naar aanleiding van in tijdsvolgorde be
handelde bundels.
Het afscheid van den heer Ch. v. Spall.
In aansluiting aan ons verslag betref
fende de afscheidsreceptie van den heer
Oh. van Spall, moeten wij nog melden,
dat de voorzitter der 3-October-vereeni-
ging, de heer W. van der Laan, den heer
van Spall een fraaie herinneringspla
quette aanbood.
Gratis college loopen.
Gisterenmiddag stond voor het Kan
tongerecht te Leiden terecht K. W. T.,
student, oud 23 jaar, terzake, dat hij op
7 Jan. j.l. zonder gerechtigd te zijn de
colleges te volgen, dat van prof. Cleve-
ringa heeft bijgewoond. Verdachte be
kende. De ambtenaar eischte een geld
boete van 10 subs. B dagen hechtenis.
Onmiddellijk wees de kantonrechter von
nis en veroordeelde den verdachte over
eenkomstig den eigch.
Toen hedenmorgen de groentenhande-
laar Z. met zijn met paard bespannen
wagen op den Oude Rijn wilde keeren,
daar een verhuiswagen de passage belem
merde, reed de wagen met het achterste
gedeelte in de spiegelruit van de fa. H.
De ruit werd geheel vernield. Verzeke
ring dekt de schade.
Gemeentelijke Aankondigingen
Afsluiting Scheepvaartverkeer.
Burgemeester en Wethouders van Lei
den brengen ter algemeene kennis, dat de
Heerengracht op Vrijdag 30 Januari a.s.
van des voormiddags 6 uur tot des namid
dags 6 uur, in verband met het leggen van
een gaszinker, voor het scheepvaartverkeer
zal zijn afgesloten.
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 29 Januari 1931.
LEIDEN.
Dinsdag, Donderdag, Zaterdag, Vincentius-
Bibliotl.eek, geopend 's avonds van
7.30—8.30 uur.
Donderdag. Eerste der vier wetenschap
pelijke voordrachten over het Ka
tholicisme door mr. E. v. d. Helm
O.F.M., Klein Auditorium, Acade
miegebouw, Rapenburg 73, 8 uur.
Donderdag, ledenvergadering A. R. K. A.,
Den Burcht, 8 uur.
Donderdag, 3-October- Vereeniging, café-
rest. „In den Vergulden Turk",
8.15 uur.
Lustrumprogramma P. K.
Donderdag. Lustrumviering Foyer Stads
gehoorzaal, 9 uur.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken wordt van Maandag 26 Jan.
tot en met Zondag 1 Febr. a.s. waar
genomen door apotheek: M. Boekwijt,
Vischmarkt 8, Telefoon 552.
R.K. BOND VAN HANDELS-KANTOOR-
EN WINKELBEDIENDEN.
Vierde lustrum.
Men verzoekt ons opname van het vol
gende
De afd. Leiden van de H.K.W. herdenkt,
in deze dagen het heugelijke feit van het
20-jarig bestaan, een mijlpaal, waarbij een
terugblik wed gewensotht is, om daa.ruit
nieuwen moed te scheppen, om dal gene te
bereiken wat de organisatie zich voorstelt:
alle IfJoomsohe bedienden vereeniigd in
hun eigen bond.
Als wij dan een terugblik werpen, mogen
wij toch niet- veronderstelden, dat onze
Roomsche Bedienden-vereeniging, nox zij
bijna den volwassen leeftijd, heeft bereikt,
nog voor velen een onbekende zad zijn, en
toch, bij een meer aandachtige beschou
wing, zouden wij geneigd zijn te moeten er
kennen, dat dat helaas wel zoo is, want ad
hebben velen onzer Bedienden in deze ja
ren ingezien, dat ook voor hen het Room sell
georganiseerd zijn noodzakelijk is, er is nog
een overgroot gedeelte onzer Katholieke
Kantoor- en Winkelbedienden in Leiden,
dat er niet van doordrongen is, dat zij in
onze gelederen thuis behooren. Nog wel
te veel staan buiten onze beweging, die ze
ker in ons midden thuis behoorden.
Komt, collega's, sluit U bij ons aan, op
dat ook Uw wel en wee door ons ter harte
kan genomen worden. Door Uwe toetre
ding zal onze Bond niet alléén een steeds
grooteren invloed verkrijgen, doch tevens
sitedt U een daad van echte solidariteit,
een daad, waarmede gij tevens het bewijs
levert, dat ge het als heiligen p/licht aan
voelt, da&dwerkelijk mede te willen werken
aan onze Roomsche arbeidersibeweging en
aan het Pauselijk woord alles hersteld te
zien in Christus.
Naast dit meer ernstig woord, hebben
wij toch ook nog wel redenen tot vreugde
en dankbaarheid, want al hebben de voor
bije jaren somwijlen vele moeilijkheden met
zich medegebracht, wij kunnen hier tegen
over ook heugelijke feiten stellen en wel
één der verblijdendsbe is, dat in deze 20
jaren zich een flink getal getrouwe leden
onder de sehutse van Sint Franeisous van
Assiisië hebben gesteld en onze mooie
Rooinsohe Organisatie hebben helpen op
bouwen. Dit moge hun schenken e-n ge
rechtvaardigde zelfvoldaanheid, doch ook
het vaste voornomen in de toekomst te blij
ven ijveren voor den uitbouw onzer Room
sche Bedienden-Organisatie. Er zijn al-zoo
redenen te oyer om dankbaar en luisterrijk
het voerde Lustrum te herdenken endank
zij de medewerking van een aantal onzer
leden is er vóór a.s. Zondag 1 Februari in
het Concertgebouw „Concrdia" een grootseh
feest georganiseerd, waarbij het welbekende
blijspel in 3 bedrijven „Gebroeders Kalk
oen" zal worden opgeverd, terwijl het ge
heel meit een gezellig samenzijn oogeluis
tere! door den P.K. Band, zal worden be
sloten. Wij verwachten niet alléén alle le
den, doch ook vele inbroducé's op dezen
avcnd. Kaarten ad 0.60, belasting inbe
grepen, zijtn voor dezen avond alsnog ver
krijgbaar bij Mej. M. Wiersana, Parkstraat
6 a en bij den heer H. Lombeirt Stations
weg 8 a.
Handelsregister K. v. K.
Wijzigingen: 579. C. Kort. Leiden,
Breestraat 121. Beddenmagazijn. Bovenge
noemde handelszaak is met ingang van 22
December 1930, in liquidatie getreden.
4865. J. Binnendijk. Zoeterwoude. Dorp
straat D95. Schilder, drogist. Wijz. uitgeoef.
bedr.: thans alleen: drogisterij. Het schil
dersbedrijf is d.d. 1 Jan. 1931 overgegaan
aan H. van Wilsum.
Na den vorigen verdachte stond we
gens hetzelfde feit terecht Joh. Chr. van
B., 22 jaar oud, eveneens student. Dit be
trof de colleges van prof. van Blom. Ver
dachte bekende eveneens het hem ten
laste gelegdé. De ambtenaar eischte we
derom een geldboete van 10 subs. 5
dagen hechtenis.
De kantonrechter veroordeelde den
verdachte tot 5 subs. 3 dagen.
Voor beide zaken waren vele studen
ten op de publieke tribune aanwezig.