STADSNIEUWS Gemeentebegrooting Onderwijs LAND- EN TUINBOUW ZATERDAG 27 DECEMBER 1930 DE LE1DSCHE COURANT DERDE BLAD PAG. 11 HET BEHANDELDE IN DE SECTIES. I. In het algemeen verslag van het behandelde in de secties van den gemeenteraad bij het on derzoek van de ontwerp-begrooting der ge meente Leiden voor 1931 met memorie van antwoord van burgemeester en wethouders le zen we, dat van verschillende zijden waar' deering voor het beleid van B. en W. wordt uitgesproken. B. en W. antwoorden hierop: „Met voldoening namen wij kennis van de waardeering, in het voorloopig verslag ten op zichte van ons College uitgesproken. Terwijl in vorige jaren wel eens een ander geluid werd vernomen, troffen wij dit jaar op verschillende plaatsen in het verslag woorden van hulde en dank aan voor de wijze, waarop ons College zijn taak opvat, zij het ook, dat men uit den aard der zaak niet steeds een zelfde gevoelen was toegedaan, en dat b.v. de S. D. A. P. gaar ne gezien had, dat wij in enkele opzichten, zooals met betrekking tot het nemen van maat regelen tegen de werkloosheid, sneller waren te werk gegaan en in meerdere mate. Een en ander zal ons een spoorslag zijn, om met ijver en lust in het belang van de burgerij in al hare geledingen werkzaam te blijven. Bij voortduring zullen wij ook bedacht zijn op het nemen van maatregelen om de werkloosheid met kracht te bltjven bestrijden, doch wij ver trouwen dan ook, dat de S. D. A. P. thans, in tegenstelling met de schampere wijze, waarop onze uitvoerige mondelinge mededeelingen ter zake eenige maanden geleden van hare zijde werden ontvangen, eindelijk overtuigd zal zijn, dat het ons College ernst is met de be strijding van de werkloosheid en dat onzerzijds getracht wordt al het mogelijke daartegen te doen. Natuurlijk zal echter moeten worden zorggedragen, dat het niet werklooze deel van de burgeren, hetwelk ook vaak in moeilijke om standigheden verkeert, daardoor niet in het gedrang komt. Het kwaad zou dan slechts wor den verplaatst en niet opgeheven". Op grenswijziging blijft het College bedacht. Het College acht verdere bespreking van dit vraagstuk in het openbaar niet gewenscht. Dat het stadhuisvraagstuk ten gevolge van de wijze, waarop het College dit heeft behandeld, nog bijna niets is gevorderd, moeten B. en W. betwisten. Nu, behalve de Raad, ook een ieder in de gelegenheid is geweest van het thans uitgewerkt plan-Dudok kennis te nemen, zal het vraagstuk zoo spoedig mogelijk weder ter tafel worden gebracht. Uitvoerig zetten B. en W. uiteen, dat voor de verdere toekomst het financieel aspect niet geheel bemoedigend is; vele belangrijke voor zieningen in het belang van de ontwikkeling van de gemeente moeten worden getroffen, die gedurende de eerste jaren zware eischen aan de gemeentekas zul en stellen, terwijl ander zijds onder de werking van de nieuwe wet op de financieele verhouding tusschen rijk en gemeenten en het gewijzigde belastingstelsel de gemeente in de voornaamste bronnen van in komst zeer beperkt is. Van een groot belang achten B. en W het, dat de leeningsdienst niet als te zeer wordt belast, en zij waarschuwen ten sterkste tegen een te ver gaande neiging van een verschuiving van lasten naar latere jaren. Op 1 Januari 1927 bedroeg de gewone schuld der gemeente 13.204.000, tegen 16.656.300 op het oogenblik, waarvan 11.500.000 voor productieve en van 5.000.000 voor improductieve zaken, B. en W. geven niet toe. dat de uitvoering van bouwwerken telkens wordt opgehouden ten gevolge van een tragen gang van zaken bij gemeenteverken, zooals enkele leden meenden te moeten opmerken. Het rapport der salariscommissie ad hoe, na dert zijn voltooiing, aldus B. en W. Aangaande de oplossing van het vraagstuk van den spoorwegovergang in den Rijnsburger- weg deelen B. en W mede, dat bedoeld vraag stuk dqor de directie der Nederlandsche Spoor wegen nader onder oogen is gezien, als gevolg waarvan een voorloopig plan voor verhooging van de spoorbaan annex den bouw van een nieuw station, op de plaats van het bestaande station, is ontworpen. Omtrent dit plan, het welk B. en W. is toegezonden, wordt thans overleg gepleegd tusschen de Neederlandsche Spoorwegen en het Rijkstoezicht. Zoodra dit overleg gepleegd tusschen de Nederlandsche len de verschillende belanghebbenden door den minister van Waterstaat worden uilgenoodigd tot een gemeenschappelijke bespreking. In totaal zijn er voor openbare werken, mede in verband met de bestrijding der werkeloos heid, bedragen uitgetrokken tot 2.253.136. Demping van het Levendaal is, naar B. en W, mededeelen, in voorbereiding en wordt zooveel mogelijk bespoedigd. De demping van de Langegracht kan niet eer der tot uitvoering komen dan na de definitieve vaststelling van het uitbreidingsplan. DE KERSTGAVEN VOOR DE R. K. WERKLOOZEN. Een prachtig voorbeeld. De werkende leden van den R. K .Volks bond hier ter stede hebben een prachtig daad van waarachtige solidariteit gesteld door uit eigen middelen hun werkloozeu ooi lega's een schitterende Kerstgave aa.n te bieden. Het wil toch wel ie-te zeggen, dat ar beiders in dezen tijd uit eigen middelen aan 188 werklooze gehuwde collega's een pakket levensmiddelen van hooge waaide aanbieden. Woensdagmiddep zijn de pakketten uitgedeeld elk bestaande uit spek, vleesch, worst, groenten, koffie, thee en tabak. Ook de ongehuwde werkloozen kregen nog 'n Kerstgeschenk, in den vorm van siga retten en tabak. Alleen 275 pond spek heeft men voor dit doel van verschillende slagers ten geschen ke ontvangen; de rest is alles uit eigen middelen aangekocht. Het bewaarschool- VOORSTELLEN Vnb 6. EN W. De meerderheid is voor gesub sidieerde bijzondere bewaarscho len, en tegen uitbreiding van het aantal bestaande openbare be waarscholen, n.l. 3. De minder heid stelt voor financieele gelijk stelling tusschen openbaar en bij zonder bewaarschool-onderwijs. Verschenen zijn de lang-verwachte voorstel len van B. en W. inzake reorganisatie van het bewaarschool-onderwijs. De lange duur van voorbereiding dezer voor stellen zal waarschijnlijk, mede tot oorzaak hebben, dat het College van B. en W., zooals blijkt, niet homogeen is. Het hoofd-verschil tusschen de meerderheid en de minderheid van B. en W. hebben wij hier boven aangegeven. Naar verluidt wordt de meerderheid van B en W gevormd door den burgemeester, den Antirev. en den C.-Hist. wethouder; de min derheid door den Katholieken wethouder van onderwijs en den Vrijz, wethouder. MEERDERHEIDSSTANDPUNT De meerderheid meent, dat het bewaar school-onderwijs een volksbelang is, dat geen algeheele verzorging uit de overheidskas mag verlangen. De meerderheid meent den Raad ten stellig ste te moeten adviseeren de oplossing van het bewaarschool vraagstuk te zoeken in eèn doel- matigen steun van het bijzonder bewaarschool- onderwijs, waarbij gelijk tot nu toe geen onder scheid gemaakt wordt tusschen de godsdien stige of opvoedkundige richtingen, die men bij dit onderwijs wenscht te volgen. Mits voldoende aan in het algemeen belang gestelde en voor allen gelijke voorwaarden, ka" iedere richting voor haar kleuterscholen steun uit de gemeentekas ontvangen. Deze steun moet ech ter zoodanig worden gesteld, dat er ook voor de ouders nog iets te doen overblijft, en dat de offers, die men zich getroosten wil, ook werke lijk aan de zaak, waavoor men liefde heeft, ten goede kunnen komen. De meerderheid meent, dat dè voorstellen van B. en W., die in Juni 1927 in den Raad behandeld werden, een behoorlijke grondslag vormen voor de verbetering van de subsidie voorwaarden van het bijzonder bewaarschool- onderwijs. Alleen op één punt wenscht zij af te wijken van het toenmalige College en wel wat betreft de subsidieering van den bouw van nieuwe" bijzondere scholen. Komende tot de formuleering van hare voor stellen, merkt de meerderheid op, dat een lo gisch gevolg van haar standpunt is, dat zij den Raad in overweging geeft: lo. terug te komen op het besluit van 20 Juni 1927 tot stichting van een openbare bewaar school in de Kooi en 2o. af te wijzen de verzoeken van bewoners van het Haagwegkwartier en van Tuinstadwijk om stichting van openbare bewaarscholen in die wijken, alsmede het voorstel Sijtsma in zake het instellen van een onderzoek naar de be hoefte aan openbare bewaarscholen in ver schillende stadswijken. Voc-ts geeft zij, ter verbetering van de sub sidieregeling, in overweging: 3o. het bedrag van 16, genoemd in de ver ordening, te verhoogen tot J 24; 4o. aan de van gemeentewege gesubsidieerde bewaarscholen voor hulp van kweekelingen per 50 leerlingen of gedeelte daarvan een toelage uit de gemeentekas te verleenen van 100 150 (twee eenjaarlijksche verhoogingen van '25>: 5o. te bepalen, dat voor nieuw te bouwen bij zondere bewaarscholen gedurende 24 jaren van den dag der opening af, wordt verstrekt een bijzondere jaarlijksche bijdrage in de kosten van rente en aflossing van 314 der stich- tingskosten, met dien verstande evenwel, dat geen bijdrage zal worden verstrekt over dat bedrag der stichtingskosten, dat uit gaat bo ven het bedrag, hetwelk gevonden wordt door het getal leerlingen, waarvoor de school plaats biedt, te vermenigvuldigen met 250; 6o. de jaarwedde van een hoofd van eene gemeentelijke bewaarschool, na 2, 4 en 6 jaren dienst als hoefd van eene bewaarschool telkens te verhoogen met 100 (thans worden de ver hoogingen telkens na 3 jaren verleend); 7o. i bepalen, dat de onderwijzeressen eene jaarwedde genieten van 1000 met 5 twee.- jaarlijksche verhoogingen van 100 en dat voor het bezit van de bevoegdheid om als hoofdon derwijzeres op te treden het salaris met 200 per jaar wordt verhoogd. De op het tijdstip van inwerkingtreding van dit besluit in functie zijnde onderwijzeressen zullen door deze ver andering in de regeling van het salaris niet in wedde achteruitgaan. Deze aanvuling kan niet worden gemist, om dat niet alle onderwijzeressen van de beslaan de gesubsidieerde bewaarscholen de bevoegd heid als hoofdonderwijzeres bezitten; 8o. te bepalen, dat de hoofden van de open bare scholen niet meer ambulant zullen zijn. 9o. uit de verordening van 17 Mei 1920 te la ten vervallen artikel 4 luidende: de kweekelin gen en, indien noodig, ook de onderwijzeressen ontvangen kosteloos onderwijs en leermiddelen; lOo. te besluiten, dat ten behoeve van een na den datum van dit besluit te stichten bijzondere bewaarschool geen subsidie wordt verleend; in dien niet te voren de goedkeuring van B. en W. is verkregen omtrent de plaats van vesti ging, behoudens beroep op den Gemeenteraad; llo. te bepalen, dat geen subsidie wordt ver leend aan eene bewaarschool met minder dan 72 geregeld ter school gaande kinderen- 12o. te doen vervallen de bepaling „minder dan 3 onderwijzeressen mag de school echter niet hebben, tenzij het aantal leerlingen minder dan 79 bedraagt, in welk geval met twee leer krachten kan worden volstaan' 13o. te bepalen, dat aan de besturen der van gemeentewege gesubsidieerde bewaarscholen, die in het jaar 1931 als gevolg van het sub 12 genoemd besluit aan onderwijzeressen hunner scholen ontslag mochten verleenen, een bedrag uit de gemeentekas zal worden toegekend, om hen in staat te stellen aan de ontslagen on derwijzeressen gedurende één jaar, te rekenen van den datum van ingang van het ontslag, eene uitkeering te verleenen op den voet van de verordening, regelende het verleenen van wachtgeld aan gemeente-ambtenaren; 14o. het maximum aantal leerlingen per klas se van de gemeentelijke bewaarscholen te be palen op 48; 15o. de genomen besluiten te doen ingaan op 1 Januari 1931. Financieele gevolgen De meerderheid berekent dat er waarschijn lijk uiteindelijk 8 bijzondere bewaarscholen zullen komen naast de 3 bestaande openbare, en dat de jaarlijksche kosten daarvoor zullen bedragen 175.600 gld. 's jaars, terwijl nu voor het bewaarschool-onderwijs wordt uitgegeven 112.000 gld. 's jaars. Zij berekent ook, dat het voorstel van de minderheid uiteindelijk 253.000 gld. zal kosten. MINDERHEIDSSTANDPUNT. Naar het gevoelen van de minderheid moet een nieuwe toestand worden gebaseerd op het beginsel van de financieele gelijkstelling van het bijzonder met het openbaar onderwijs en moeten, naar gelang van behoefte, nieuwe open bare bewaarscholen worden opgericht. Alleen dan kan h.i. een oplossing worden verkregen, waarbij de billijkheid tegenover beide partijen wordt betracht. Aangezien volgens het voor stel van de meerderheid aan de groote groep der bevolking, welke openbaar onderwijs wenscht, geen bevrediging wordt geschonken, kan bij dat voorstel naar de meening van de minderheid, van gelijkstelling geen sprake zijn. Wel zou het theoretisch mogelijk zijn, dat als dan neutrale scholen worden gesticht, maar dat heeft h.i. met gelijkstelling niets te maken. De minderheid is echter van meening, dat de stichting van neutrale scholen niet waarschijn lijk is en dat dus een belangrijk deel der bevol king van bewaarschoolonderwijs zou blijven verstoken. Te meer bestaat er bij de minderheid tegen het evengenoemde voorstel bezwaar, omdat zij het heel goed mogelijk acht een oplossing aan te geven, waarbij het, ook financieel, mogelijk is, de bestaande openbare bewaarscholen te be houden, nieuwe openbare bewaarscholen, naar gelang van behoefte, op te richten en de finan cieele gelijkstelling van het bijzonder met het openbaar bewaarschoolonderwijs te aanvaar den, een stelsel dus, waarbij iedere groep der bevolking gelijkelijk wordt bevredigd en het door haar gewenschte onderwijs ontvangt. Ten einde nu een grondslag te verkrijgen, waarop invoering van haar stelsel financieel mogelijk is, acht de minderheid de volgende maatregelen noodzakelijk: lo. beperking van de bouwkosten van nieu we openbare bewaarscholen tot het strikt nood zakelijke. Indien alle luxe wordt geweerd, acht zij het mogelijk een nieuwe school voor 200 kin deren te bouwen voor eene som van 50.000, alles (grond, meubileering, enz.) inbegrepen; 2o. bepaling van den toelatingsleeftijd voor de leerlingen der openbare en gesubsidieerd'- bewaarscholen op 314 jaar. Aangezien in ver schillende Gemeenten de leeftijd voor toelating tot de bewaarscholen eveneens op 3% jaar is gesteld, kan alhier tegen1 den toelatingslceftijd van 314 jaar naar de mcening van de minder heid geen overwegend bezwaar bestaan; 3o. verhooging van het schoolgeld voor de openbare bewaarscholen. Het schoolgeld be draagt thans voor één kind 12 cent per week, voor twee kinderen uit hetzelfde gezin 20 cent per week en voor drie of meer kinderen 24 cent per week. Dit schoolgeld is, ook in vergelijking met het schoolgeld, dat gemiddeld door de bijzon dere bewaarscholen wordt geheven, zeer laag. De minderheid zou de evengenoemde bedragen van 12 cent, 20 cent en 24 cent per week wil len brengen op resp. 20 eten, 35 cent en 45 cent per week. 4o Verhooging van hel aantal leerlingen per klasse. Vooral door dezen maatregel moet en kan naar de meening van de minderheid het gemiddeld bedrag der kosten per leerling be langrijk worden verlaagd. Het openbaar be waarschoolonderwijs zal dan aldus moeten wor den ingericht, dat per volle 50 leerlingen wor den aangesteld één volledig bevoegde leer kracht, benevens één kweekelinge. Blijft na dceling van het aantal leerlingen van eene openbare bewaarschool door 50 een rest over, dan wordt nog één tijdelijke onderwijzeres extra benoemd, indien die rest 20 of meer be draagt óf één kweekelinge, indien die rest min der dan 20 bedraagt. De tijdelijke onderwijze ressen kunnen worden bezoldigd naar een wed de berekend naar 1000 per jaar. De bezetting wordt dan voor een school met 151 tot en met 169 leerlingen 1 hoofd 4- 2 on derwijzeressen 4 kweekelingen. Voor een school met 170 tot en met 199 leerlingen: 1 hoofd 2 vaste onderwijzeressen 4- 1 tijdelij ke onderwenzeres -f 3 kweekelingen. Voor een school met 200 leerlingen: 1 hoofd 3 onder wijzeressen 4- 4 kweekelingen. Het aantal ingeschreveu leerlingen per klasse is dan vrij groot. De praktijk leert echter, dat het verzuim op de bewaarscholen zoo groot is, dat het aantal in de klasse aanwezige leer lingen belangrijk blijft beneden dat van de ingeschreven leerlingen. In den nieuwen toestand zullen de kosten per leerling en per jaar van het openbaar be waarschoolonderwijs dalen tot 50. Op die basis 50 per leerling en per jaar) zou de minderheid het bijzonder bewaarschoolonder wijs willen subsidieeren. Om de financieele gelijkstelling zoo goed mo gelijk door te voeren, zou zij verder voor nieuw te bouwen bijzondere bewaarscholen, waarvan de plannen de goedkeuring van B. en W. heb ben verkregen, de stichtingskosten willen ver goeden, met dien verstande, dat die vergoe ding niet overtreft het bedrag, hetwelk gevon- deij wordt door het getal leerlingen, waarvoor de school plaats biedt, te vermenigvuldigen met 230 en dat de bepalingen van de artike len 79 en volgende van de Lager Onderwijswet 1920, betreffende waarborgsommen etc., zooveel mogelijk overeenkomstige toepassing zullen vinden. Voorts zou zij nog eene vergoecj'ng. gedu rende 20 jaren willen verleenen gelijk aan 314 van de getaxeerde waarde van de be staande gesubsidieerde bewaarscholen. Met de voorstellen van de meerderheid, hier voor sub 6o. (jaarwedde hoofden), 7o. (jaar wedde onderwijzeressen), 8o. (afschaffing am- bulantisme) en 9o geen kosteloos onderwijs en leermiddelen voor kweekelingen en onderwijze ressen) genoemd, gan de minderheid zich vrij wel geheel vereenigen. Alleen zou zij aan tijde lijke onderwijzeressen eene wedde berekend naar 1000 per jaar (zonder periodieke ver hoogingen) wenschen te zien toegekend en kan in haar stelsel uit het voorstel hier voor sub 7o genoemd de bepaling vervallen, dat de daar in bedoelde verandering van het salaris niet geldt voor de op het tijdstip van in werking treding van het besluit in functie zijnde onder wijzeressen. Met het voorstel van de meerderheid, hier voor sub lOo. genoemd, kan de minderheid zich niet geheel vercenigen. H. i. is het beter de be slissing inzake de plaats van vestiging van nieuwe bijzondere bewaarscholen bij den Ge meenteraad te brengen. Tenslotte zou de minderheid nog wenschen te bepalen, dat het bouwsubsidie wordt toege kend zoo spoedig mogelijk na den dag, waarop de school wordt geopend, met dien verstande, dat, indien de school op den dag van opening minder dan 72 leerlingen telt, het bouwsubsidie wordt toegekend zoodra mogelijk na afloop van het jaar, waarin geregeld tenminste 72 leerlingen de school hebben bezocht. Financieele gevolgen. a De minderheid, die veronderstelt, dat er vijf nieuwe bewaarscholen zullen bijkomen (3 open bare en 2 bijzondere) berekent de jaarlijksche kosten op 169.000 (welk cijfer door de meer derheid zie boven als onjuist wordt be streden). Het College is van B. en W. is verder van oordeel, dat aangezien de Gemeente subsidie verleent aan een neutrale opleidingsschool voor bewaarschoolpersóneel, n.l. de school uitgaan de van de Vereeniging tot opleiding van be- waarschoolhouderessen, het billijk is, dat zij ook aan dezen Christelijken Opleidingscursus subsidie toekent. Aangezien het gevraagde subsidie van 50 per Leidsche leerling ons alleszins redelijk voorkomt, geven zij den Raad in overweging het gevraagde subsidie te verleenen. Wat eindelijk betreft de volgorde van be handeling van de voorstellen, zijn wij van ge voelen, dat de minderheidsvoorstellen van de verste strekking zijn en dientengevolge het eerst in stemming moeten komen. De minder heid teekent hierbij aan, dat indien hare bezui nigingsvoorstellen op de inrichting van het be waarschool-onderwijs mochten worden verwor pen, zij hare voorstellen terug zal nemen, waar na dus zou kunnen worden overgegaan tot stemming over de meerderheids-voorstellen. GEMEENTERAAD. De Gemeenteraad van Leiden vergadert op Maandag 29 December 1930, des namiddags te 4.30 uur, in het gebouw „Tot Nut van het Algemeen" (Steenschuur 21). Deze vergadering is belegd op verzoek van den heer Van Eek, en 8 andere Raadsleden, ter behandeling van de door den heer van Stralen ingediende voorstellen betreffende de uitkeeringen aan de werkloozen, overgelegd in de vergadering van 22 December 1930. LETTEREN EN KUNST EUCHAR1ST1A. Jubileumnummer. Van Euch&rifitia, ascetisch Eucharistisch Tijdschrift, voor geestelijken, orgaan van de priesters der aanbidding en het Eucha ristisch Priesterverbo-nd is een Jubileum nummer verschenen ter gelegenheid van het zilveren jubileum der uitvaardiging van hefc decreet „Sacra, Tridentina Syno- dus" over de dageli.iksche H. Ctiumunie. Het. nummer is bedoeld als een hulde a-an de roemrijke nagedachtenis van Paus Pius X, den Paus der Eucharistie. Het is zeer fraai uitgegeven in zilverpapieren omslag en bevat een keur van artikelen, waarin de beteekenis van het decreet voor de w ereldhistorie en de waarde van de da gelijksche, gced-verzorgde, goed-benuttc H. Communie wordt uiteengezet. Bovendien bevat het nummer een tweetal teekeningen van C. v. Tilburg S. S. S., waarvan vooral de Christus Eucharisticus, hoog oprijzend boven een wankelende wereld, de aandacht trek».. Van Cornelia A. Bonten is een compo sitie opgenomen va.n een lied: „Toewijding aau Jezus" van Pater Gadet. Uiteraard is deze aflevering van Eucba- ristia (redactie A. Schelst raeten S. S. S.. Brakkenstein, Nijmegen) op dc eerste plaats voor priesters bestemd, doch ook leeken zullen uit menig artikel veel leering en stichting kunnen putten. KERST-BLO EMENTENTO ONSTELLING In het Krelage-huis is weer eens een mooie collectie., vroegbloeiende bol- en knolgewassen te zien. Het is jammer, dat deze Kersttentoonslellingen alleen voor le den van „Bloembollencultuur" tn bezichti gen zijn; er is zooveel, dat ook niet-vaklie- den met bewondering zouden beschou wen. Toch meenen wij iets van liet tentoon gestelde te motten vermelden; al zal he' dan geen opsomming zijn van al 'tgecn daar weer aan fraaie nieuwigheden is bijeen ge bracht. Zoo zagen wij bij de inzendiuc van Do Graaff en Zonen te Lis=e een mooie roode ,La Victore" „van de pijp", een hyacinth van den met buis verwarming bewerkten grond. Gebrs. Xijssen, te Santpoort, brengen de mooie, roode tulpen „Thomas Edison" en „Flaure Color" de donkerroodc „Allard Pierson"; en bij de hyacinthen trof ons een zacht-blauwe „Nett.y". Een mooie zachtrose hyahinth is de „Herout", van Gebrs. Tegelaar, te Lisse. Dat de inzendingen niet alleen komen uit de bollenstreek toont P. Bakker, te Enkhuizen, die een groote collectie „Al lard Pierson", de roode tulp, die we ook elders kunnen zien, in hoefijzer-vorm heeft uitgezet. D. Baardse Dzn., te Aalsmeer, is hier met een prachtige inzending Begonia en Cyclamen. De dubbele witte begonia „Weis ser Schnee" is een nieuwigheid, die be wondering verdient. De groote hyacinth met zware bloemtros „Arentine Arend se valt op in de collectie van Gebr. van Zon neveld en Philippo; en dan is er ook een mooie „Mr. Dames", een rose hyacinth, bij J. Pijnackcr en Zn., te Lisse. Een inzending Holl. Cutuur Mij., resul taat loon pre pa ra tie, laat hyacinthen zien, op verschillende wijze bewerkt; een verge lijking laat wel opmerkelijke verschillen zien. Een groote inzending is er van O. G. van Tubergen, te Haarlem. Groot-bloemige hyacinthen. waarbij een mooie witte „La Grandesse", een paarse „Dr. Lieber". Naast een verzameling langstenaelice amarylus van W. Warmenhoven, te Hille gom, geeft J. C. van Woerden, te Lisse. een franje gele tulp en een vroege „Mo reno", rose hyacinth, een een fraaie „Quecn Augusta". Behalve enkele andere inzendingen is er ook een van het laboratorium voor bloem bollenonderzoek, te Lisse. Bekroningen. De jury heeft de vogende bekroningen toegekend: Een eere-prijs kregen: D. Baardse Dzn., AalsmeerN.V. C. G. van Tubergen. Haarlem Lab. voor Bloembollenonder zoek, Lisse; N.V. H. tie Graaff en Zonen, Lisse. Een gouden medaille N.V. Holl. Cul tuur Mij., Vogelenzang W. Warmenhoven en Zonen, Hillegom; N.V. Gebr. Tegelaar. Lisse; N.V. Gebr. A. en P. Nijssen, Sant poort; G. van der Mey's Zonen, Lisse. Een verguld zilveren medaille: N.V. Gebrs. van Zonneveld en Philipuo, Sas*-e. heim N.V. Braam en Zoon, Heemstede A. Koper, BenoebroekN.V. P. Bakker Mzn.. Enkhuizen; J. Pijnacker en Zn. te LisseN.V. W. J. Eldering en Zoon, Over veen; N.V. P. Bijvoet en Co., Overveen N.V. A. C. van der Schoot, HillegomN.V. Gebr. Eggink. Voorschoten. Zilveren medaille: Fa. R. Tromp en Zoon, Lisse G. Sluiter en Co„ Beverwijk N.V. Vereenigde Bloembolloncuturen Noord wijk J. C. van Woerden, Lisse; Fa. P. en J. W. Mantel, Aveuhorn. ALLERLEI. De aanvoer van selderij. In den winter is de teelt van selderij in den regel het meest rendabel. Deze winter is bijna overal veel sel derij in cultuur genomen, doch hoewel de be schotten niet u itde hand vallen, blijven de prijzen beneden het middelmatige. Deze teelt wordt het meest in kassen en ook in warenhui zen uitgeoefend; onder het platte glas maakt men er in de laatste jaren niet zooveel gebruik van. De aardapelen in den winter. Er is thans nog een flinke voorraad aardappelen voorradig. Hoewel over het algemeen het product op de meeste gronden niet zoo bijster best van smaak is als het vorig jaar, blijken toch de voorraden thans meer betrouwbaar te zijn, dan in den herfst. Daar door het publiek niet veel winter provisie is opgedaan, is de handel niet slecht, doch de noteeringen, blijven aan den lagen kant. Druivensnoei. In het Westland en ook in andere streken van ons land, waar de druiven- teelt op den voorgrond treedt, heeft thans de snoei der z.g. koude druiven plaats. Het hout der druiven is in de meeste kassen goed rijp geworden, heeft een fraaie bruine kleur en zware knoppen. Dit kan zoowel van de Black- Micant als van de Fran k en thai er s worden ge zegd. Het uitzetten van bloemkoolp'.anten. On der het platte lgas wordt het planten van bloemko.l met kracht doorgezet. Hoewel de bak vrij vochtig is, wordt veel uitgepoot te meer daar er veel goede plant aanwezig is. De vroeege soorten worden veel uitgezet. On danks den slechten afloop van de vorige teelt, laat men zich blijkbaar niet afschrikken. Ook in de warenhuizen is het planten begonnen. De jonge aardbeien. De in Augustus ge plante aardbeien hebben een slechten tijd door gemaakt. De jonge planten zijn flink aangeko men, doch het weer dat voor de verdere ont wikkeling te nat is geweest, heeft veel van den groei afgedaan. De planten zijn daarom niet zwaar geworden. Mocht er onverhoopt felle vorst komen, dan zal er van de jonge aard- beienplanten op de laag gelegen gronden heel weinig terecht komen. Vele tuinders dekken thans hun jonge aardbeien met boomblad, riet, siroo enz. af. Bloemenhandel. De bloemenhandel blijft vrij levendig, de aanvoer van broeitulpen nam in het begin van deze week toe. Tegen de feestdagen bleef ook de prijs mooi. Meeldauw. Op enkele tuinen wordt ook meeldauw in de kruisbessenboomen geconsta teerd. Lage prijzen der tulpen. Nu de aanvoer van de broeitulpen toeneemt, blijkt het, dat de- duc-soorten heel slecht in prijs staan. Deze tul pen worden thans met duizende tegelijk aan gevoerd, doch met heel weinig winst. Het heef) au plaats, dat de prijs der bollen hooger is, dan die der tulpen en wanneer wij het gedeelte dat steeds wegvalt meetellen, dan schiet er voor den trekker weinig of geen winst over Betere resultaten verkrijgt men met het trek ken der „Copland '-soorten, daar deze veel be ter worden betaald. Groote aanvoer van fruit. In de week van 14 tot 20 December was de aanvoer van mooi» tafelappen en dito peren op verschillende vei lingen nog zeer groot. Tegen de feestdagen lie pen de noteeringen nog soel op. Dat er nog flinke aanvoer was, heeft tol oorzaak, dat tegen deze week veel was bewaard.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1930 | | pagina 11