STADSNIEUWS
Agenda
WOENSDAG 22 OCTOBER 1930
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD PAG. 2
TWEEDE KAMER
De Zuiderzee-steunwet. Het
Vlootplan.
Bij de eindstemming over het ontwerp
tot wijziging van de Zuiderzeesteunwet,
werd dit met 77 tegen 2 stemmen aanvaard.
Tegen stemden de communisten.
Daarna kwam in behandeling Minister
Deckers' supplctoire begrooting, die hem
de gelden voor den flottieljeleider, die voor
West-Indië bestemd zal zijn, en den eer
sten termijn van den nieuwen kruiser, ver
schaffen moet.
Voor den aanbouw van dezen kruiser
vraagt de Minister thans den eer
sten termijn ten bedrage van 250.000 aan,
terwijl hij tevens over een eersben termijn
voor den bouw van het zoozeer noodige
flottieljevaartuig voor de West beschikken
wil.
Over de aanvrage van deze gelden werd
wederom zeer uitvoerig gesproken en Werd
een menigte zoo gaandeweg versleten pro-
en contra-argumenten opnieuw uitgewis
seld.
De heer L i n g b e e k (H. G.) betoogde,
dat als -vaderland en koloniën onverdedigd
werden gelaten, dat zou zijn God verzoe
ken.
De heer Duymaer van Twist (A.
11.) noemde eveneens een onverdedigd land
een gevaar voor den vrede. Wanneer En-
gelsche arbeiders protesteeren tegen den
vlootbouw, legt de arbeidersregeering die
protesten rustig naast zich neer en de
Duitsche sociaal-democraten hebben en
bloc gestemd vóór den bouw van een pant
serkruiser en zij deden dat met enthou
siasme. Waarom maken de Nederlandsche
sociaal-democraten dan zoo'n kabaal, als
de regeering eenvoudig haar plicht doet?
De Engelsehe arbeidersregeering zet 20
oorlogsschepen op stapel. Wat wil men hier
dan met eenzijdige ontwapening?
De heer Marchant (V.D.) zeide, dat
het ontwerp geldverspilling brengt en dus
niet moet worden aangenomen.
Ook de heer de Visser .C. P.) trad
weer in het strijdperk. Diens rede werd ten
slotte zóó opruiend, dat het gehamer van
den voorzitter niet van de lucht was en
dat hem tenslotte het woord moest worden
ontnomen.
De heer van D ij k (A. B.) bestreed den
heer Marchant.
De heer v. d. B i 11 (R. K.) zet het stand
punt der Katholieken ten opzichte der ont
wapening uiteen. Er is geen meer vrede
lievende partij. De Katholieken zijn van
meening, dat wij ons met bewapening net
best buiten den oorlog houden. Spr. is het
eens met de soc.-democraten in het buiten
band. Aan algeheele ontwapening denkt
geen enkel land. Indien een belangrijk geo
grafisch punt onbewaakt ligt in tijden van
spanning, dan zal er een wedloop ontstaan
om dit punt te bezetten. De preventieve
werking van de weermacht is dan ook van
groote beteekenis.
Spr. acht het redelijk, dat de minister
niet een plan is gekomen. Als' hij geld
vraagt voor nieuwbouw, moet hij immers
een plan hebben? Wat de kwestie betreft
of het plan doelmatig is, zegt spr., dat er
natuurlijk wel verbeteringen in aan te
brengen zijn, maar het betere is dikwijls
de vijand van het bereikbare. Het schema
is zeer goed opgezet. Wij hebben het voor
deel, dat wij verdedigen en een verdediger
kan altijd met minder toe dan een aan
valler.
Spr. meent, dat behalve het flotillevaar-
tuig voor CJuragao noodig zijn eenige flinke
politie-motorbooten om geregeld de kust
af te varen. De onderzeebooten blijven een
geducht wapen in handen van kleine na
ties. Resumeerend meent spr., dat de Ka
mer goed zal doen dit ontwerp aan te ne
men.
De vergadering wordt verdaagd 'tot des
avonds 8 uur.
In de avondvergadering is veel gepraat
naar aanleiding van een interpellatie-
Cramer (S. D.) over het interneerings-
komp te Boven-Degoel. Vermelden wij voor
heden alleen, dat de Minister toegaf, dat
een interneeringskamp op die plaats een
ongelukkige keuze is geweest; zonder mee
te gaan met onmogelijke radicale eischen,
zooals er werden gesteld, wil de Minister
dus ongetwijfeld krachtig medewerken op
een spoedige opheffing van verkeerde din
gen bij de interneering van voor de samen
leving gevaarlijke personen. En daarmede
kan en moet men tevreden zijn.
Een moiie-Cramer inzake opheffing in
terneeringskamp aan de Boven-Digoel en
vrijlaten der geïnterneerden, werd heden
verworpen met 5622 stemmen.
INSTELLING VAN BEDRIJFSRADEN.
Geen verordenende bevoegdheid.
Een wetsontwerp ingediend.
De minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid heeft een voorontwerp van wet
betreffende instelling van bedrijfsraden
met bijgevoegde Memorie van Toelichting
aan den Hoogen Raad van Arbeid gezon
den.
Het ontwerp bepaalt zich tol de b e-
drijfsraden, d. w. z. instellingen, die
worden gevormd in een bepaald complex
van ondernemingen, die een soortgelijk
product voortbrengen. Echter wordt den
bedrijfsrade» de bevoegdheid gegeven het
tot stand komen van o n d ernemings-
raden aan te moedigen. Een wettelijke
regeling der ondernemingsraden schijnt in
Nederland practisch niet wel mogelijk en
bovendien lokt de ervaring elders (oa. in
Duitschland en Noorwegen) opgedaan, niet
tot navolging.
Een bedrijfsraad zal alleen worden inge
steld in die bedrijven, waarin van het op
treden van een dergelijk college resultaten
zijn te verwachten.
De helft der leden wordt- benoemd door
de werkgevers en de andere helft door de
arbeiders.
Wat het presidium betreft wordt de ge
legenheid geopend een z.g. onpartijdig
voorzitter aan den bedrijfsraad toe te voe
gen. Deze kan desnoods alleen in bepaalde
gevallen, bijv. bij de beslechting van ge
schillen, optreden. De werkwijze van den
bedrijfsraad zal zooveel mogelijk aan het
inzicht van den raad zelf worden overge
laten. In de wet worden slechts eenige
algemeene punten geregeld. Zoo zijn de
raden verplicht ten minste zesmaal per
jaar te vergaderen.
De werkkring van den bedrijfsraad is
zóó gedacht, dat de raad zal optreden als:
orgaan van overleg, van advies,
van uitvoering, van beslechting
van geschillen en van b e m i d-
deling.
Tot toekenning van een verordenende
bevoegdheid wil de minister voorloopig
niet overgaan.
De kosten van den bedrijfsraad zullen
ten laste van de werkgevers- en arbeiders
organisaties komen, zulks in evenredigheid
van het aantal leden, dat ieder harer be
noemt. De mogelijkheid wordt echter ge
opend van een tegemoetkoming in de kos
ten van den bedrijfsraad door de overheid.
Het bedrag daarvan zal, al naar gelang van
den omvang der werkzaamheden, kunnen
wisselen tusschen 500 en 2000.
Voor het instellen van een centralen be
drijfsraad, die een band legt. tusschen de
afzonderlijke bedrijfsraden, bestaat voor
alsnog geen voldoende aanleiding.
TEGEN EEN STAATSB00M-
KWEEKERIJ.
Actie van kweekers.
De Bond van Boomkweekers uit de
Tuinbouw Handels-Vereeniging hield een
bespreking met den directeur van Staats-
boschbeheer, welke bespreking bijgewoond
werd door hoofdingenieur-directeur van
den Waterstaat ir. König. De heeren van
Staatsboschbeheer trachtten duidelijk te
maken, dat het doel niet was een staats-
boomkweekerij in algemeenen zin, doch als
het ware een doorgangshuis voor half afge-
kweekte laanboomen van 8-12 c.M., tenein
de die door te kweeken tot benoodigde
dikte, zooals Waterstaat ze wensoht.
De kweekers waren echter tegen het op
richten van een staatskweekerij. Zij waren
van meening, dat, wanneer eenmaal een
begin gemaakt is op bescheiden schaal, on
vermijdelijk uitbreiding zal 'volgen, wat
weer enorme staatsuitgaven zal meebren
gen.
De boomkweeker heeft reeds allerwegen
gezorgd voor jonge aanplant, zoodat er in
geen geval een tekort aan laanboomen voor
wegbcplanting te vreezen is. Zoolang het
particulier initiatief in staat is aan de be
hoeften ^e voldoen, behoort een staats
kweekerij achterwege te blijven, vooral in
tijden als deze, waar de kweekers ook on
der de malaise te lijden hebben.
Zij waren van oordeel, dat de staat be
ter en goedkooper contracten met de kwee
kers zal kunnen afsluiten. Er zijn blijkens
een reeds gehouden enquête 10.000-tallen
jonge planten in aankweek, meer dan ooit,
zoodat zelfs continuïteitscontracten kunnen
worden afgesloten.
De kweekers besloten de actie verder
krachtig voort te zetten, bij voorkeur on
der leiding van den Ned. Tuinbouwraad.
HET MENG- EN MAALGEB0D.
Vergaderingen van bedienden, werkzaam
bij den meelimport.
Te Amsterdam heeft onder leiding van
het bestuur der afdeeling Amsterdam van
den Alg. Nederl. Bond van handels- en kan
toorbedienden, een vergadering plaats ge
had van bedienden, werkzaam op den iin-
portkantoren voor Amerikaansch meel.
Na een inleiding door den voorzitter dier
afdeeling, den heer H. J. Meijer, werd met
algemeene stemmen de volgende motie
aangenomen:
De bedienden, enz., kennis genomen heb
bende van het voornemen der regeering om
te komen tot het instellen van een zooge
naamd meng- en maalgebod, teneinde de
landbouwende bevolking tegemoet te ko
men; constateerende, dat, afgescheiden
van de vraag, of dit gebod de landbouwen
de bevolking inderdaad zal helpen, aan de
instelling van een dusdanig gebod zeer ern
stige bezwaren en gevaren verbonden zijn;
dat door de instelling toch volgens verkla
ring van deskundigen de kwaliteit van het
gebakken product belangrijk zal dalen, het
geen allerminst een volksbelang kan wor
den genoemd; dat voorts de importhandel
voor een groot deel zal worden uitgescha
keld, waardoor de concurrentie, welke tot
nu toe prijsregelend optrad, haar invloed
gaat missen, hetgeen zeer zeker een prijs
stijging tot. gevolg zal hebben, welke even
min in het belang der Nederlandsche be
volking kan worden geacht; dat door die
uilschakeling tevens de levenspositie van
honderden bedienden ernstig in gevaar
wordt gebracht;
reden waarom de vergadering er met
klem bij de Nederlandsche regeering op
aandringt, niet over te gaan tot het indie
nen van een wetsontwerp-meng- en maal
gebod; verzoekt het bondsbestuur van De
Algemeene alles te doen wat mogelijk is
om de belangen der betrokken bedienden
en vertegenwoordigers te behartigen, en
besluit deze motie ter kennis te brengen
van den betrokken minister en te publicee-
ren in de pers.
De Nationale Bond van handels- en kan
toorbedienden Mercurius heeft eveneens
met op meelimporteurskantoren werkzame
bedienden vergaderd. Na uitvoerige bespre
king werd overeengekomen, dat Mercurius
namens deze groep van belanghebbenden
zich zal verzetten tegen de invoering van
een maal- en menggebod en den betrokken
minister zal verzoeken, de noodlijdende
landbouwers op andere wijze te steunen.
De bezwaren tegen de invoering van feen
maal- en menggebod zullen in een uitvoe
rige memorie aan den minister worden ken
baar gemaakt. Afschrift van deze memo
rie zal aan de leden van de Tweede en de
Eerste Kamer worden gezonden.
Mercurius zal trachten aan het overleg
met den minister namens de groep van be
langhebbende kantoorbedienden deel te ne
men.
HET CONFLICT IN HET
DRUKKERSBEDRIJF.
Opnieuw besprekingen.
Hedenmorgen heeft te Amsterdam een
conferentie plaats gehad tusschen den rijks
bemiddelaar mr. S. de Vries Ozn. en de
vertegenwoordigers van de samenwerken
de arbeidersorganisaties in het typografen-
bedrijf.
Deze conferentie had tot resultaat, dat
beide partijen in het conflict zijn uitgenoo-
digcl tot een gezamenlijke bespreking tegen
hedenmiddag half drie.
De directeur van „Volk" en
„Voorwaarts" uit de „Dag
bladpers" getreden.
Voordat de Maandag gehouden vergade
ring van de vereeniging van dagbladdirec
teuren „de Ned. Dagbladpers" aanving,
heeft de voorzitter namens het bestuur
den heer Y. G. van der Veen, directeur der
Arbeiderspers, die als lid aanwezig was,
verzocht, niet aan de beraadslagingen deel
te nemen en de vergadering te verlaten.
Toen hem was medegedeeld, dat uitslui
tend zou worden gesproken over de bij
eventueel uitbreken van de staking te ne
men maatregelen heeft hij aan dit verzoek
voldaan.
Intusschen heeft hij, naar „Voorwaarts"
meldt, aan het bestuur bericht, dat hij be
dankt als lid van de Ned. Dagbladpers.
Loonsverhooging niet gemoti
veerd?
Cs R. K. Vereeniging van Nederlandsche
Drukkerspatroons deelt aan het Corr. Bu
reau mede, dat zij van een aantal andere
werkgevers-vakvereenigingen brieven heeft
ontvangen met betuiging van adhaesie bij
het dreigend conflict in de typografie.
Besturen van verscheiden vereenigingen
deelen mede, met verbazing te hebben ken
nis genomen van de bereidverklaring der
drukkerspatroons om aan een loonsverhoo
ging van 3 cent per uur mede te werken,
terwijl in vele bedrijven de bestaande loon-
standaard nauwelijks te handhaven is en
andere reeds tot loonsverlaging moesten
overgaan. Opgemerkt wordt daarbij, dat
de arbeidsvoorwaarden in het typografisch
bedrijf reeds aan den top staan. Men wijst
er op, dat een loonsverhooging in het ty
pografisch bedrijf ook voor andere bedrij
ven moeilijkheden zal medebrengen.
DE AUTO-WEG AMSTERDAM—DEN
HAAG.
De heer S. ten Bokkel Huinink schrijft,
naar aanleiding van het artikel over den
nieuwen weg voor auto-snelverkeer Den
HaagAmsterdam, opgenomen in het
„Hbl." van 30 Sept. j.l., een brief, waaraan
wij het volgende ontleenen:
Mocht het inderdaad tot uitvoering ko
men van dit project, een weg met kruisin
gen voor gemengd verkeer van Amster
dam door de Haarlemmermeer naar Sas
senheim, dan zou dit geschieden met nega
tie van de krachtige protesten, destijds door
de groote steden en de Kamers van Koop
handel tot de Regeering gericht. Dan achij-
nen genoemde autoriteiten te willen berus
ten in een plan, dat in strijd met het alge
meen belang tot doel heeft langs een groo-
ten omweg voorloopig een gedeelte van
I het tracé AmsterdamDen Haag te ver-
i wezenlijken en later een weg voor gemengd
verkeer van Sassenheim naar de residentie
Men vraagt zich af, waarom wordt dood-
j gezwegen en ter zijde gesteld het goede
j project, van 1923, dat destijds de volkomen
I instemming verkreeg van de Technische
I Diensten der groote steden en belangheb-
i bende Gemeenten; van de Kamer van Koop
handel, het departement van Defensie, van
industrieele lichamen enz., zijnde de beste
en kortste verbinding van Amsterdam
(Oost), langs Schiphol (Oost)Aalsmeer
Oost)Leiden (Oost)Den Haag (Oost)
naar Rotterdam (Oost), met een centraal
vliegveld ten zuid-westen van Den Haag?
Waarom toch, wordt geen gebruik ge
maakt van dit goedgekeurde plan, dat mo
gelijk maakt over een absoluut veilige, slip-
vrije baan met 21 M. breed rijvlak, uitslui
tend voor motortractie bestemd, zon
der nevènbanen voor wielrijders, kar en
paard, en zonder kruisingen, in 10 minu
ten van Amsterdam naar het vliegveld
Schiphol, in twintig minuten naar Den
Haag en in 30 minuten naar Rotterdam te
rijden?
Waarom mag niet worden uitgevoerd
deze economische, speciale autobaan, welke
voor het zooveel kortere traject van Am
sterdam langs Schiphol-Oost en Leiden-
Oost naar Den Haag ruim 15.000.000
goedkooper wordt, waardoor tevens van
Aalsmeer, over den in aanleg zijnden pro
vincialen weg door de Haarlemmermeer,
practische en vlugge aansluiting met Haar
lem, de badplaats Zandvoort-, IJmuiden en
Velsen, alsmede met het noorden der pro
vincie wordt verkregen?
Kar, paard en wielrijders hebben geen
behoefte aan nieuwe wegen over grooten
afstand; zij blijven beter op de oude wegen,
welke, zoo noodig, flink verbeterd, met hun
natuurschoon een attractie vormen voor de
wielrijders en wandelaars en het boerenbe
drijf in eigen omgeving tot volle recht doen
komen, vooral dan, als zal zijn verkregen
de speciale autobaan. Deze toch ontlast de
gewone wegen, brengt dezelve tot den vroe-
geren, veiligen en meer intiemen toestand
terug, terwijl toch het locaal autoverkeer
op diverse punten door goede aansluitingen
met de speciale autobaan van het door
gaand en internationaal verkeer naar har-
tewensch gebruik kan maken. Aldus ont
staat de gelegenheid om van het platte
land de groote steden van landbouwproduc
ten, melk, visch en dergelijke waren in den
korts ten tijd te voorzien.
De speciale autoweg van Amsterdam
langs Schiphol-Oost—Aalsmeer—Leiden—
Den Haag naar Rotterdam, met een totaal
lengte van slechts 60 K.M., kan als weg
k niveau, goed gefundeerd en onder ge
bruikmaking van een hoog-viaduct voor
overschrijding van spoorwegen en kanalen,
gebouwd worden voor ongeveer 20.000.000,
inclusief onteigening, rente, risico enz.
Dit plan in zijn geheel, destijds uitge
breid met de speciale verbindingen van de
drie groote steden via Utrecht-Zuid, Ede-
Zuid, Arnhem (nieuwe Rijnbrug)Eist
(Oost)— Nijmegen (Waalbrug)richting
Düsseldorf, alsmede van Rotterdam langs
Willemstad en Roosendaal naar Antwer
pen, kan worden uitgevoerd voor ongeveer
90.000.000.
Vergelijkt men hiermede het plan van
den Staat, dan beloopen daarvoor de bouw
kosten ten minste 156.000.000, zijnde ruim
60.000.000 duurder, terwijl slechts wegen
voor gemengd verkeer langs ongewenschte
tracés, als AmsterdamSassenheim, Dor
drecht. door de Betuwe naar Eist, Rotter
damDordrechtMoerdijkBelgië, etc.
•zullen worden verkregen.
De geprojecteerde Rijksweg door de Be
tuwe kan gevoegelijk achterwege blijven.
Nederland'® belangen zijn meer gediend
door den specialen, veiligen autoweg van
het dichtbevolkte Westen van ons land
langs Utrecht en. Ede naar Arnhem en Nij
megen. Dan toch verkrijgen Amsterdam en
het noorden van Noord-Holland, de toe
komstige Zuiderzeepolders, Hilversum,
Amersfoort, Apeldoorn, Deventer en Twen
te de beste en goedkoopste aansluitingen
met de meer dicht bijgelegen autobaan.
Moge dit tijdig worden ingezien en ook
in de Volksvertegenwoordiging steun vin
den, vóórdat het te laat is, vóórdat met
onpractische en te dure werken zal zijn
aangevangen en noodgedwongen zal moeten
worden doorgegaan.
Gemeentelijke Aankondigingen
Drankwet 7*^
Burgemeester en WethoiMers /an Lei
den brengen ter openbare ItennJ dat C.
ten Haken, te Leiden, een Vera ek heeft
ingediend ter bekoming van verlol voor den
verkoop van uitsluitend alc holvrijen
drank voor gebruik ter plaats^jtvan ver
koop in het perceel Heerenstraat no. 48,
alhier.
AFSLUITING VR0UWENSTEEG.
Burgemeester cn Afethoud^s van Lei
den brengen ter algeiieene ktfunis, dat de
Vrouwensteeg, gelegea tvjjschcn de Haar
lemmerstraat en der| Ajfctlilkersdijk, op
Donderdag, 23 Octobef als.7o/h|i des voorin.
pl.m. 9 uur tot des saai. pl.rfi. 4 uur,
verband met het malen van feen aanslui
ting aan het kabelnf voor «het verkeer
met rij- en voertuigelf zal zijf afgesloten.
A. VAN DE SAN DE BAKHUI JZEN,
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 22 October 1930.
PLECHTIGE VERGILÏUS-
HERDENKING
IN HET GROOT AUDITORIUM DER
LEIDSCHE UNIVERSITEIT.
Gisteravond heeft in het groot audito
rium der Leidsche Universiteit vanwege de
Leidsche Vereeniging voor Wetenschappe
lijke Voordrachten en de Vereeniging
„Dante Alighieri" de herdenking plaats
gehad van den 2000sten geboortedag van
Vergilius. Onder de talrijke aanwezigen,
die deze herdenking bijwoonden, bevond
zich ook de Italiaansche gezant.
Prof. dr. A. W. Byvanck opende de bij
eenkomst met een korte inleiding, waarin
hij de beteekenis van de herdenking van
dezen grooten Latijnschen dichter uiteen
zette. Het verheugde spr. dat de gezant
van Italië, het geboorteland van Vergilius
naar Leiden is gekomen om mede dezen
grooten dichter te eeren. Vervolgens richt
te spreker zich meer speciaal tot den Ita-
liaanschen gezant, waarbij hij hem in zijn j
moedertaal toesprak.
Vervolgens gaf spr. het woord aan prof. I
dr. F. Muller Jzn., die een voordracht zou
houden over Vergilius kunst.
Rede prof. dr. F. Muller Jzn.
Prof. Muller uit Leiden begon met er op
te wijzen, dat Vergilius, wiens 2000ste ge
boortedag den I5den October op vele plaat
sen is herdacht, evenals Augustinus en
Dante den modernen beschouwer telkens
voor de vraag stelt, of hij in hooger mate
het verleden afsluit dan wel de toekomst
opent. Deze eigenaardigheid, kenmerk van
velo groote geesten, richt vanzelf den blik
op een tweede vraag, hoe warm de beoor
deeling is geweest, die Vergilius bij Augus
tinus en Dante heeft gevonden. En de
waardeering der Middeleeuwen, die een
weldoener, alwijze en toovenaar in hem
zijn gaan zien, voegt zich als een begrijpe
lijke voortzetting daarbij.
Waaruit is de aantrekkingskracht, die
Vergilius de eeuwen door heeft uitge
oefend, te verklaren? De vraag eischt een
beantwoording in de eerste plaats voor
den tijd, waarin de dichter geleefd heeft,
de eeuw voor Christus' geboorte. De stem
men van tijdgenooten zijn hier welspre
kend om ons de overtuiging bij te bren
gen, dat - Vergilius inderdaad na de hón
derd jaar burgeroorlogen zijn leven op een
keerpunt der tijden geplaatst voelde.
De groote spanning, die door het ge-
heele werk van Vergilius heen trilt, is als
een zuiver antwoord op de vele vragen,
die zijn tijd aan hem en zijn lotgenooten
heeft voorgelegd. Niet slechts zijn zwakke
gezondheid, ook zijn aanvankelijk zwakke
economische positie vraagt onze aandacht
zoodra wij trachten een beeld van den
man en zijn levenswerk te vormen. Ook
elders, vooral in het gebruik, dat hij van
zijn moedertaal, het Latijn, gemaakt heeft
en in de grootsche beelden, waarin hij
gedachten kleedt, vinden wij getuigen van
deze voortdurende spanning en strijd in
eigen binneüste. Enkele voorbeelden aan
zijn gedichten ontleend werpen hierop een
hekier licht. Want de bonte inhoud van
zijn Herderszangen, opmerkelijk op zich
zelf tast toch dank zij deze spanning de
eenheid van deze gedichten geen oogen-
blik aan. Is het hier de allegorie, die nog
vele moeilijkheden aan de verklaring van
deze ingewikkelde gezangen bereidt, in de
Aeneis, zijn laatste en meest beroemde
werk zij het veeleer de hoofdgedachten,
over het geheele werk verbreid en met
opmerkelijke trouw tot in de fijnste vertak
kingen vervolgd, die ons ook thans nog
vele malen tot de bekentenis nopen, dat
wij de bedoeling van den dichter hebben
miskend. Aan een voorbeeld, de verhou
ding van het ondergaande Troie en het tot
nieuwen luister verrijzende Rome, wordt
dit toegelicht.
Rijk aan gegevens en vaak vol verras
sende resultaten is zelfs een vluchtige
vergelijking met zijn grooten voorganger,
met Homerus. Van verschillende zijden
dit vraagstuk naderende, geeft spr. een
karakteristiek van beider kunst, waarbij
het lineaire van Homerus tegenover het
concentrische karakter der uitbeelding
LEIDEN.
Dinsdag, Donderdag, Zaterdag, Vinoentius-
Bibliotheek, geopend 's avonds van
7.30S.30 uur.
Woensdag, Handels-, Kantoor-" en Winkel
bedienden, .Zitavereeniging, 8.15
uur.
Woensdag. R. K. Oudersavond. Spreker
pater IT. de Greeve S.J. Foyer
Stadsgehoorzaal, 8.15 uur.
Woensdag, De Hanze, „In den Vergulden
Turk", 8.30 uur.
Donderdag, Zita-vereeniging feestelijke
bijeenkomst, Pieterskerkkoor-
steeg 15, 8 uur.
Donderdag, Vriendenkring ter eere van
het Allerh. Sacrament, Jeugdge-
bouw Maria Gijzensteeg, 8.15 uur.
Donderdag. Vereen, tot bevordering dei-
belangen van Slechthoorenden,
Leidsche Volkshuis, 8 uur.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst dei-
apotheken wordt van Maandag 20 tot
en met Zondag 26 October a.s.
waargenomen door de apotheken: G. F.
Reijst, Steenstraat 35, Tel. 136 en A. J.
Donk, Doezastraat 31, Tel. 1313.
bij Vergilius wordt gesteld. Een schets
van het laatste boek der Aeneis laat dil
eigenaardig verschil zeer duidelijk aan het
licht treden.
Het ligt ih de lijn van een dergelijke
kunstenaarspersoonlijkheid, dat zij niet
slechts in haar kunst, doch ook in haar
leven en levensbeschouwing de eenheid en
synthese met alle krachten zoekt te ver
werkelijken.
Een korte beschouwing van de drie groo-
tere werken van Vergilius, de Bucolica, de
Georgica (Zangen van het Land en van den
Landbouw) en de Aeneis laat deze een
heid zeer overtuigend blijken. Kort kan
men dezen drietrap formuleeren als des
dichters opgang naar Rome, waarbij eerst
tijdens zijn scheppingsperiode, de oogen ge
opend werden voor Rome's positie, we-
reldbeheerschend, niet slechts in politieken
zin, doch ook leidend de wereldcultuur
dier dagen. Vergilius was door dit diepe
inzicht, doch ook door zijn zuiver nven-
schelijk sentiment beter dan zijn tijdge
nooten in staat het Rome zijner dagen tot
een vruchtbare bezinning op te roepen en
daardoor het heden hechter in het verle
den te verankeren, om daarop een toe-
komstbeschouwing te bouwen, die de ge
schiedenis ten deele als profetie, ten deele
als utopie heeft leeren aanvaarden of ver
werpen.
Rede prof. dr. G. A. S. Snijder.
Hierna sprak prof. dr. G. A. S. Snijder
uit Amsterdam.
Spreker behandelt in de eerste plaats
de bekende passage, waarin Vergilius den
Romein als taak en ideaal het regeeren
stelt en aan andere volkeren gaarne laat,
dat zij de kunsten en wetenschappen beter
beoefenen. Hij wijst er op, dat in deze ver
zen een patriotisch ideaal, niet een feit
wordt uitgedrukt en dat de verwezenlij
king van dit ideaal ten slotte zaak is van
een klein gedeelte van liet volk. De meer
derheid wijdt zich aan dagelijksch werk, al
erkent deze ook het gesteld ideaal als na
tionaal. In zooverre heeft het geheele volk
daaraan deel en draagt het tot zijn verwer
kelijking bij. Ook de beeldende kunstenaar.
Dat diens sociale positie onaanzienlijk
was. doet weinig ter zake. Hij d'eelt deze,
mutatis mutandis, met Phidias. Rembrandt.
Spr. gaat vervolgens na, welke leidende
gedachten in het werk van Vergilius tot
uitdrukking komen. Al in zijn jeugd vatte
hij het plan op, de Romeinsche Geschiede
nis te schrijven, en ook in zijn eerste wer
ken, de Bucolica en de Georgica, breekt
telkens zijn hartstochtelijke liefde voor zijn
vaderland, zijn trouw aan Augustus door.
In de Aeneas wordt zijn jeugd.wensch ver
vuld. Hier behandelt hij do Vaderlandschc
Geschiedenis, tegelijkertijd die van de fa
milie van Augustus, zoo nauw verbonden,
dat dit werk niet slechts een meesterlijk
nationaal epos wordt, maar tevens van
politiek belang voor Augustus, hier werd
zijn bewind gerechtvaardigd, zijn machts
positie historisch gefundeerd. En dit alles
geschiedt op een wijze, die Grieksche ver
fijning met Romeinschen aard verbindt,
zoodat Vergilius gedicht voor het volk en
den geletterde gelijkelijk aannemelijk is.
In de kunst wordt een dergelijke synthe
se tot stand gebracht. De oud-Romeinsche
volkskunst, geheel on-Griekech in propor-
tie's en compo&itie, maar met. een sterk
vermogen tot karakteriseerou en mededee-
len, wordt veredeld. Spr. beepreekt uitvoe-